N°. 16567.
Vrijdag 27 Kebrnan.
A0. 1914.
<§eze (Ccu.ra.ni wordt dagelijksmet uitzondering
van (Eon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste blad.
Offieieele Kennisgeving.
Onder oase Vroede Vaderen.
PRIJS DKR ADYERTENTIEN:
Van 16 regels A 1.05. Iedere regel meer /"0.17£. Grootere letters naar
plaatsruimte. Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 Gents contantelk
tiental woorden meer 10 Gents. Voor het incaaseeren wordt/"0.05 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per week 9 Oenta; per 3 maanden 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn
Franco per post
1.30.
1.65.
Hl tUUUWliT.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, lsto alinea, der Hinderwet;
Brengen bij deze ter algemeene kennis,
dat door hen op heden vergunning is ver
leend aan J. PARlMENTIER en rechtver
krijgenden tot het uitbreiden van de fabriek
van wollen gareus, in het perceel Schelpen-
kade No. 6, beetle M. No. 2200.
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
J. A. VAN HAMEL,
Weth. Iooo-Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 2Q Februari 1914.
OKA^IÜWKï,
Burgemeester en Wethouders yan Lei
den;
Gelet op de artt. 12 en 37 der Drankwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat door
ALBERT GERRITSEN, wonende te Leiden,
een verzoekschrift is ingediend, om verlof
voor den verkoop van uitsluitend alcohol
vrijen drank, voor gebruik ter plaatse van
verkoop, in den winkel en de daarachter
gelegen kamer van het perceel Haarlemi-
mefstraat No. 87.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
N. C. DE G1JSELAAR,
Burgemeester.
VAN STRTJEN, Secretaris.
Leiden, 27 Februari 1914.
niNOMSiWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden:
Gezien de missive van den Minister van
Binnenlandcche Zaken van den lDden Fe
bruari 1914 no. 3-12/1, aid. K. W. waarbij
'frorden toegezonden de stukken, bedoeld bij
artikel 5 der Hinderwet, betreffende do op
richting van oen koelmachine, gedreven
door een electromotor van 1 H P. in het
Organisch Chemisch Laboratorium dor
I(ijks-Universiteit to Leiden, kad. Sectie
M no. 1224, alsmede de missive van Gede
puteerde Staten in de provincie Zuid-Hol
land van den 24sten Februari 1914, B No.
472 (lsto afd.), G. S. No. 28/2
Gelet op artikel 6 dor Hinderwet
Geven bij dezen kennis aan het publiek,
dat de bedoelde stukken op do Secretarie
dezer gemeente ter visie gelegd ziin en dat
door een Commissie uit het College van
Gedeputeerde Staten voornoemd, ter vol
doening aan het bepaalde bij artikel 26 dor
wot; op Zaterdag den llden Maart. e.k. des
namiddags ten 4uur op het Raadhuis ge
legenheid zal worden gegeven om bezwaren
tegen de voorgenomen oprichting in te
brengen, terwijl zij er do aandacht op ves
tigen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn
zij, die niet overeenkomstig artikel 7 der
Hinderwet voor genoemde Commissie zijn
versohenen, ten einde hun bezwaren mon
deling too te lichten.
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
J. A. VAN HAMEL,
Wet.hr. Looo Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris,
Leiden, 27 Februari 1911.
B. en W. hadden gisteren vermoedelijk
uitvoerige discussien verwacht en daarom
niet minder dan drie stenografen laten
aanrukkeü, een beetje tot verwondering
der Raadsleden, die niet bijzonder strijd
lustig schenen.
Het zou dan moeten gaan over do twee
door B. en W. voorgestelde salarisregelin
gen en wat wilde men daarvan zoggen? Do
Secretarie-ambtenaren zelf hadden zich,
bohoudc-ns de kleine groep van bevolkings-
agentcn, gaarne bij do regeling neergelegd,
do organisaties der Leidsche agenten Yan
politie hadden nog wel enkclo pogingen
gedaan, om de leden van den Raad te be
wegen ,,iets meer" te geven, waarmede zij
den Voorzitter, als hoofd der politie, geen
plcizier hebben gedaan, zooals hij nog deed
uitkomen, maar de Raad had niet den moed
meer te oischen. Het gnat met ons ge
meentebestuur als met do Regeering, waar
van rnr. Troelstra gisteravond in oen ver
gadering in Den Haag, zei do, dart' ziji eer-,
hjk is, maar arm.
Do hoer Pcra alleen deed nog_4?en zon
derlinge poging, om, zooals hij meende,
het beter voor de agenten te makon. Geïn
spireerd door het adres der Vereen. ,,Door
Eendracht Saamgcbracht", wilde hij do
regeling zoo veranderen, dat de agenten
reeds na 17 jaar hun maximum konden be
reikenmaar voorstellen daartoe de-ed hij
£}ot, amendementen indienen evenmin
hij verzocht B. cn W. het voorstel te
rug te nemen, om later een gewijzigde re
geling voor te stellen. Daar kon natuurlijk
mets van inkomen.
De agenten zelf hebben het u gemakko-
'P- gemaakt; v/at u wil, hebben zij in hun
ïi?v Scvraagd, zeide de voorzitter; u
°bt dit sic.ds voor to stellen.
Maar weet de heer Pera wel, waarop
dit de gemeente zal komen to staan Het
eerste volle jaar reeds ƒ3000 meer dan de
door B. en W. voorgestelde ƒ4500, het
tweede ƒ5000, enz.
Van eenig voorstel of motie, waartoe
hem enkele Raadsleden prikkelden, kwam
nu niets. De Voorzitter kon het den heer
x'cra ook niet aanraden, al wist hij, dat
deze wel tegen een verwerping kon, zeide
hij schertsend.
Mr. Aalberse liet zijn denkbeeld, om een
bezoldiging te geven naar de grootte van
het gezin, nog niet varen. Het bezwaar,
dat Leiden de eerste gemeente zou zijn,
voelde hij niet sterk. Er moet toch één de
eerste zijn. Wij vonden dit logisch. Indien
men werkelijk hierin een goede oplossing
ziet, moest men er juist een'eer in stellen
voorop to gaan. Hij noemdo nu ook nog
den maatregel in het belang der gemeente,
omdat men niet zoo dikwijls om verliooging
van salarissen zou worden lastig gevallen.
De beambten, hoofden van groote gezin
nen, die nu de meeste behoeften hebben,
zijn dikwijls aanleiding, dat er om verhoo
ging wordt gevraagd. Wij vreczcn, dat dit
oen illusie zal blijken. Met of zonder kin
dertoeslag zal er onder do ambtenaren en
beambten, in dienst van openbare licha
men, gepoogd worden hun positie verbe
terd te krijgen. De Voorzitter heeft ter
loops. eenigo bezwaren tegen het stelsel
ontwikkeld, al kon hij persoonlijk in prin
cipe er met meegaan. Het denkbeeld zou
echter door een geheele groep van gemeen
ten moeten worden verwezenlijkt en daar
om wilde hij het wel eens in de „Vereen,
van Nederlandscho Gemeenten", waarvan
hij bestuurslid is, zooals men weet, ter
sprake brengen.
Dc lieer Sijtsma merkte daartegen op,
dat hij dit niet moest doen namens de ge
meente zelf, want al had men er zich niet
over uitgesproken, hij geloofde toch stel
lig, dat do meerderheid van den Raad zich
tegen het principe zou uitspreken.
Dit zal moeten blijken als do heer Aal
berse straks wellicht bij wijze van motie
heb denkbeeld aan heb oordeel van den
Raad zal onderwerpen, waarbij hij dan
hoopt, dat deze niet zoo lang zal worden
opgehouden als een andere door hem aan
hangig gemaakte motie (die inzake de
rechtspositie der ambtenaren).
Do heer Fokker ging, volgens den voor
zitter, buiten zijn boekje, toen hij er ter
loops óp wees, dat z.i. het aantal inspec
teurs wel voor vermindering vatbaar was.
Goede bezoldiging, maar dan ook niet to
voel ambtenaren, was zijn leus. Do Voor
zitter meende, dat dit tot het gebied be
hoort, waarover hij als hoofd der politic
alleen te zeggen heeft.
Tooh is zulk een wenk zeker niet kwaad.
Een burgemeester heeft ook nog meer te
doen dan zich met de politie te be
moeien.
Do heer Sijtsraa maakte bezwaar tegen
do instelling van den rang van brigadier,
waarmede men weer terug komt op het
oude stelsel van drie rangen, wat, volgens
den voorzitter, absoluut niet het geval is.
Heb boteekent hier slechts aan enkele
verdienstelijke eerste-klasso-agenten een
onderscheiding te geven en wanneer een
groep agenten ergens dienst moet doen,
is daardoor zulk een brigadier als van
zelf als de leider aangewezen. Voor bovoor-
rechting behoefde men niet to vreezen.
Hiermede hebben wij het debat over de
salarisrcgcling der agenten vrijwel weer-
geg-even.
De Voorzitter, wicn heb debat blijkbaar
welkom was, hij zat ook uitnemend in
de zaak heeft op do gewone, aangename
wijze de debaters baast al te uitvoerig be
antwoord. De Voorzitter houdt niet van
lange vergaderingen, doch hij mag zelf ook
wel oppassen, dat hij het niet te lang
maakt. Hij is een aangenaam en gemakke
lijk causeur maar dat mag hem niet ver
leiden om al te veel uitweidingen to doen.
Zou hot ook niet beter zijn. dab hij bij
zulke zaken wachtte met het antwoord tot
dat allen in eersten termijn hebben ge
sproken
Dit neemt niet weg, dut de Voorzitter
uitnemende dingen heeft gezegd. Zijn denk
beeld, om te komen tot uniforme salarisre-
gelingcn in verschillende met elkaar over
eenkomende gemeenten, zoodat er van te
gen elkaar opbieden en van elkaar aftrog
gelen van beambten en ambtenaren geen
sprake meer behoeft te zijn bijv., is stel
lig zeer het overwegen waard.
Do regeling is er ten slotte ongewijzigd
doorgevgaan. Een voorstel van de vrijzin
nig-democratische fractie, min mr. Van
der Pot, om haar op 1 April cn niet op 1
Juli te doen ingaan, is met vrij groote
meerderheid verworpen.
Heb verwonderde ons wel eenigszins on
der do tegenstemmers ook mr. Aalberse
aan te treffen, dio in oen vorige zitting de
verontrustende mededeeling deed, dat 't er
met sommige agenten zoo miserabel uit
zag, dat zij do openbare liefdadigheid
moesten inroepeneen mededeeling, die
daarna heel wat stof heeft, opgejaagd.
Met 1 Juli zien nu onze agenten dooreen-
genomen hun weekgeld met f 1 vermeerderd,
zeker een welkom meevallertje voor het
gezin, al kunnen zij er geen groote dingen
meedoen. De gemeente zal liet echter dit
jaar f 2250 kosten. Telt men daarbij de f 750
waarop de vermeerdering van het bedrag
der Secretarie-Ambtenaren zal bedragen,
dan wordt het juist f 3000. 't Volgend jaar
zal het heb dubbele zijn, maar dan hoopt
de Voorzitter op aanzienlijk grooter baten
uit de Lichtfabrieken.
De discussie over de salarisregeling der
Secretarie-ambtenaren liep enkel over c5o
bevolkingsagenten, die zich verongelijkt ach
ten, omdat zij, die vroeger in salaris met
de adjunct-commiezen gelijk stonden, daar
nu beneden blijven. De heeren Van der Pot
en Vergouwen traden als pleitbezorgers
dezer mannen op, maar de Voorzitter heeft
hun, zooals den geheelen Raad, blijkbaar
overtuigd, dat er van achteruitzetting geen
sprake is. Met alle waardeering vóór hun
persoon en voor hun werk, kunnen do be
volkingsagenten, vogens den Voorzitter,. niet
gelijk gesteld worden met de mennchen, die
in aanmerking komen voor adjunct-commies
ten Stadhuize.
Met betrekking tot de andere punten kun
nen we verwijzen naar heb vérslag» Zij geven
geen aanleiding tob afzonderlijke bespre
king'. Merken we alleen op, dat ook ons ge
meentebestuur niet veel lust gevoelt be
last te worden met do uitvoering
der wet op do uitkeeriug eener
ouderdomsrente aan behoeftigen, zooals het
wetsontwerp van min. Treub heb wil. Eu
om nog iets meer invloed uit te oefenen aan
alleen door een adhaesiebetuiging, met het
adres Velzen kan worden verkregen, zal Lei
den óf zelfstandig óf in samenwerking met
de vereeniging van Ned. Gemeenten oen
verzoek tot de Regeeriog richten. En laten
wij ten slotte nog herinneren, nat de crcmeen-
to cadeau heeft gekregen de overblijfselen
der zijden vaandels, waarmede eenmaal de
Leidsche patriotten door onze straten zijn
getrokken. Wij kunnen niet zeggen hoe ze er
uitzien. Wie liet weten wil ga naar „De La
kenhal", waar zij vootaan worden bewaard.
Lesden, 27 Februari»
Dr. FRIS». VAS E2SDEN
Over de Vrouwenbeweging.
Do Leidsche afd. van den Bond voor
Vrouwenkiesrecht had het voorrecht dr»
Fred, van Eeden bereid te vinden, een
lezing over de Vrouwenbeweging te hou
den.
'b Was te voorzien, dat velen van de gele
genheid zouden gebruik maken, dezen spr.
to hooren, die altijd, onverschillig over welk
onderwerp, iets oorspronkelijks weet te
zeggeniets, wat boeit, tot nadenken stemt,
tot verzet prikkelt, ja wat niet al, maar
in ieder geval waard is overdacht te wor
den.
De Foyer der Stadszaal was dan gister
avond ook geheel bezet. De vrouwen had
den er do meerderheid, doch er waren ook
vele mannen.
Bij afwezigheid van de presidente werd de
spr. met oen kort woord ingeleid door dr.
Vollgraff.
Dr. Van E. was gezegd, dat hij in Lei
den wel niet veel mcnschen vqot zich zou
zien, omdat men hier in het algemeen niet
veel voor de vrouwenbeweging gevoelt. Dit
zou hem niet hinderen, indien het dan maar
t'egeristandes waren. En nu er zoovelen
waren opgekomen, hoopte hij, dab ook daar
onder een aantal nog niet overtuigden zich
bevonden.
Hij wilde niet de gewone voor- en tegen
argumenten opsommen, die men nu lang
zamerhand kent. Hij zou zeggen, hoe bij
zelf over het vraagstuk dacht.
En hij zette dadelijk op den voorgrond,
dat hij er geheel voor was. Nog niet zoo
lang heeft hij er over nagedacht en zich
tob voor kort er buiten gehouden, evenals
buiten de politiek.
In Amerika vertoevend, heeft hij er wel
over moeten nadenken.
Men heeft hem er als heb ware in getrok
ken. Hij heeft er ook tegenstanders ont
moet, dio meenden, dat de vrouw niet bin
nen de sfeer van do politiek mag worden
gevoerd. Zij vormt heb bolwerk van het
individualisme, dab door de cn in de man
nen verdwijnt. Maar juist daarom moet de
vrouw aan de politiek meedoen. Zij zal er
meerdere verheffing aangeven.
De aristocratie, die den waren vooruit
gang tegenhoudt, heeft nog altijd grooten
invloed op do massa, ook van de vrou
wen, en zoo zal invoering van vrouwen
kiesrecht in heb eerste stadium wel eens
remmend werken. Doch dit zal tijdelijk
zijn.
Wij leven thans in den overgang van den
ouden roofstaat tob den ideaal-staat. Heb
militairisme, en het Chauvinisme zijn over
blijfselen van dien roofstaat. In een land
als Rusland staat men daar nog dicht bij,
in meer democratische Staten als Frank
rijk wijkt men van den roofstaat meer nf.
En ook de in allo landen zich openbarende
vredesbeweging wijst daarheen.
Nu is dc roofstaat een schepping van den
man, het gezin een bchepping van de
vrouw. Heb gezin lijkt veel meer op het
gemeencbest der toekomst, waaraan de
vrouwenbeweging bevorderlijk zal zijn.
De economische noodzakelijkheid heeft do
vrouw er toe gebracht zich naast den man
een plaats in de maatschappij te-verove
ren.
Men kan niet zeggen, dat do vrouw zwak
ker is dan de man.
Er is een tijd geweest, dat matriarchaat
heerschto. Toen stond do vrouw boven den
man. En rnen weet niet hoe do vrouw zich
in het komende gcmeencbest ontwikkelen
zal. Vast stgat, dat het optreden der vrouw
in het maatschappelijk en staatkundig le
ven de sociale gerechtigheid bevorderen zal
en het materialisme verzwakken.
De nieuwo vrouw zal een a n d e r o
vrouw zijn. Daarmede bedoelt 6pr. niet,
dab zij zal worden een man-vrouw. Gelijk
waardigheid beteekenfc niet volstrekte ge
lijkheid. De personen in de vrouwenbewe
ging waren man-vrouwen. Dab mag men hen
niet kwalijk nemen. Dat was een noodwen
dig gevolg van het verzet, dat hun optre
den verwekte.
Ool^physiok staat dc vrouw niet beneden
den man; Men heeft, om dit aannemelijk
te maken, gewezen op het moederschap.
Doch de nieuwo vrouw zal later huwen
en haar moederzorgen zullen minder lang
duren. Dan zal zij nog een maatschappelijk
werkster kunnen zijn.
Spr. erkent, dat bij de vrouw het gevoels
leven sterker is ontwikkeld dan bij den
man. Doch dit maakt haar allerminst min
derwaardig. Dat is een dwaling uit do ma
terialistische 19de eeuw, waar wij haast
van genezen zijn. Heb schijnbaar onlogi
sche der vrouw staat dikwijls booger dan
heb logisch o van den man, zooals heb in
tuïtieve staat boven het intellect. Het eer
ste schept, het laatste ordent alleen. Beide
hebben elkander echter noodig.
Men heeft weinig geniale vrouwen, ge
had, scheppende geesten; maar dit schrijft
spr. too aan de omstandigheid, dab zij
meestal in den kleinen kring van het ge
zin werkten.
Zeker heeft do vrouw organisatorisch ta
lent. Wel is do vrouw in economischen zin
onwetend. Zij weet niet'hoeveel maatschap
pelijk onrecht or kleeft aan do weelde cn
het genot, dat haar door den man voor bet
gezin wordt bereid. Krijgt ze daar een
kijk in, dan verwacht spr. van haar juist
verzet. Hieruit verklaart hij mede den te
genzin van den man voor de vrouwenbe
weging.
Ten slotte noemde spr. do schrijfster van
„Do Negerhut", wier eenvoudig boekje
den stoot tot de afschaffing van de sla
vernij heeft gegeven, en hij vraagt wanneer
do vrouw op zal staan orn de vele vormen
van slavernij, welke nog bestaan, af te
schaffen (Applaus).
In de pauze werd gelegenheid gegeven
schriftelijk vragen te stellen, waarvan
Slechts door één der aanwezigen gebruik
gemaakt werd. Daarin word er op gewezen,
dat do vrouw zich alleen in vrijheid ont
wikkelen kan, zoodat in de Angelsaksische
landen de vrouwenbeweging zich het
krachtigst openbaart.
Spr. was het daarmede niet eens; do ont
plooiing der vrouw is, zooals bij met voor
beelden uit allo werelddeelen aantoonde,
een wereldverschijnsel.
Spr. besloot met liet voordragen van
enkele gedachten van Tagore cn van zich
zelf, waarmede hij ook warme toejuichin
gen oogstte.
Lagere organisme» ia verband
met tie D^jrerlieid.
Gisteravond hield prof. dr. L. van Itallie,
hoogleeraar alhier, in Amicitia voor de le
den en genoodigden van heb Departement
Leiden der Maatschappij van Nijverheid een
lezing over": Lagere organismen in verband
jnet de Nijverheid.
De voorzitter van liet Departement do
heer J. Hartevelt Azn., opende de bijeen
komst met een kort woord waarna hij liet
voord gaf aan prof. Van Itallie die aaou-
ring mét zijn hoorders te verzoeken hem te
volgen naar de grens van planten en <ïio(-
renwereld. De planten die liet liier geldt
zijn vaak uit een enkele oei opgebouwd cn
slechts bij microscopisch onderzoek waar te
nemen. Allen behooren tob cle groep der
zwammen, dat zijn planten zonder blad-
gToen die of hun voedsel ontleenen aan an
dere levende wezens (parasieten) of leven op
dood materiaal (saprophyten).
Uit dit rijksgebied behandelde bij bacte
riën (splijtzwammen) gist (spruit/zwammen)
on schimmels.
De bacteriën kenmerken zich door e$n bui
tengewoon voortplantingsvermogen en wel
voornamelijk door deeling. óveral zijn zo
aanwezig. Al naar dè werking dio ze uit
oefenen zijn liet vrienden i.f vijanden der
menschheid. Ze kunnen ziekten veroorzaken
kleurstoffen vormen, gisting verwekken wat
spr. achtereenvolgens nader aantoonde.
Allereerst stond spr. stil bij de spruit-
zwammen (gist). Zoover dc geschiedenis der
menschheid teruggaat is het bekeno dat sui
kerhoudende stoffen aan zichzelf overgela
ten veranderen. Eerst in de 19do eeuw ie
de samenhang tussohen heb gistingsproces
en gistcelien bestudeerd (Pasteur, Hansen ea
anderen.)
Men onderscheidt wild»?- en oultuurgist.
De eerste wordt overal in de natuur aan
getroffen. Daaronder zijn coorten, die dien
stig zijn voor bepaalde indusbriën, andere
die nadeelig werken. Cultuur gisten zijn al
le dienstbaar voor de bereiding van alcoho
lische dranken.
Schimmels zijn de allen welbekende plant
aardige wezens, die zich op de meest uiteen-
loopende stoffen kunnen ontwikkelen, aia
zij op vochtige plaatsen worden bewaard,
M^stal zijn de schimmels onwelkome gasten
eoms echter, en dan zuiver gecultiveerd, spe*
len zij een 4ol bij de bereiding van bepaalde
soorten van spijzen (kaassoorten o.-a.).
Door deskundige doelbewuste toepassing
door het niet aan liet toeval overlaten ea
door ongewensohte werkingen te voorkomen,
kan men van deze lagere organismen een.
nuttig gebruik maken.
Wil men alle nadeelige werking van lage
re organismen uitsluiten dan moet men
trachten ze te vernietigen of een milieu te
vormen waarin zo zich niet kunnen ontwik
kelen of niet kunnen bestaan. Dit is bijv,
bij het conserveeren van levensmiddelen het
geval zooals spr. met talrijke voorbeelden
aantoonde.
Da goderfwekkende werking der bacteriën
is te voorkomen door bewaring bi) lager tem
peraturen dóór pasteurise eren, sterilisee-
ren en. door toepassing van conserveermid
delen. Dit zijn stoffen, dio als vergiffen
voor lager organismen moeten worden op
gevat. In het algemeen is spr. een sterk
tegenstander om vreemde lichamen in spij
zen te doen, want wij weten niet welk na
deel ons organisme daarvan ondervindt, 'b
Mogo kleine hoeveelheden gelden als men ze
toevoegt, in verschillende levensmiddelen
werden zo van befceekenis, F.n waarom zou
men de eene industrie "toestaan, wat men
aan de andere onthoudt.
Na liet onschadelijk maken van lagere or
ganismen te hebben behandeld kwam opr. tot
de nuttige toepassing er van en besprak
daarbij uitvoerig liet iuelkbedrijf en de kaas
bereiding, het ver duurzame van witte kooI4
augurken enz. Ook bij heb" inkuilen van vee
voeder spelen zioh in hoofdzaak dezelfde
processen af. Groot is de invloed
der lagere planten in ale processeu,
waarbij alcoholische gisting een rol heeft te
vervullen .waarbij spr. ten slotte uitvoerig
stil stond.
Met aandacht werd do belangrijke en.
hoogst leerzame voordracht door de aanwe
zigen gevolgd.
Teliais voor Militairen aan den
Morselrtreg.
Nu pas de nieuwe lichting onder.de wa
pens kwam., doet het bestuur van het Tehuis
Voor Militairen weer allo moeite om het le
ven buiten de kazerne zoo aangenaam mo
gelijk te maken.
Het tracht dat to" doen door zich van do
medewerking te verzekeren van sprekers,
alsook door den persoonlijken arbeid der
bestuursleden zeiven. De Voorzitter, da
heer S. J. Le Poole, ging daarin voor door
het houden van een zeer mooio lezing ever
een twaalfdaagsche reis door de Sell »tscJ;
Hooglauden. Deze lezing, opg'd listerd door
prachtige lichtbeelden, trok een zóó talrijk
bezoek, dab de groote zaal te klein blree.
't Wsö een schoone propaganda-av ond voor
het Tehuis.
Werd deze lezing Maandagavond gehou
den, reeds gisteren was er weer iets bijzon
ders te genieten voor de bezoekers, doordat
ds. W. J. Roscam Abbing, precl. alhier, zich
welwillend beschikbaar had gesteld tot heb
houden van een lezing over „Solidariteit".
Dit. woord, zei spr. verplaatst ons dadelijk
midden in den strijd onzer dagen, doet ook
dadelijk het oog vallen op de tweeërlei le
vensrichting, welke in dien strijd op den
voorgrond treden, die welke God als do
Bron van alle leven en werken beschouwt,
en die, welke met Hein niet rekent, maar
alleen ziet op den eigen aard van onzen tijd.
Ook opr wil dien eigen aard niet ontken
nen en waar stoomwezen en zoovele uitvin
dingen zulke gansch andere toestanden in 't
aanzijn riepen, daar ziet- ook werkelijk ou
zo jongelingssotiap zioh gesteld voor de be
antwoording van vele nieuwe vragen. Ken
merkend ia de drang tot organisatie. „Weesfe
solidair" is het too ver woord van
deze dagen. De letterlijke bcteekcuis
van het woord. het gevoel van
sooiir.hoorighei<1. van elkaar bijstaan, heeft
iets aantrekkelijks. Ook iele echt Christe
lijks, want ook Paulus vermaant de Romei
nen niet een „Weost eensgezind". En toch,
die solidariteit des Bijbels is een andere,
dan die. welke ons uit de „Internationale"
èegenklinkt.
Spr. ziet in de Heilige Schrift drieërlei
solidariteit. Daar is een solidariteit, die allo
mcnschen van alle eeuwen omvat, dio der
zonde, die van Adam af liet menfschdom een