N°. 16583.
Maandag 23 Februari.
Tweede Blad. A°. 1814.
Gemeentezaken.
FEU1LLETO N.
Buitenlandseh Overzieht.
LEIDSCl
DAGBLAD
Benoemingen.
In verband met do mededeeling - van
A. A. van Wijngaarden, dat hij zijn-sollici
tatie naar de betrekking van adjunct-
keurmeester bij den keuringsdienst vaftreet-
en drinkwaren intrekt, wordt doo-r B. -en
W. den Raad een nieuwe voordracht aan
geboden bestaande uit lo. G. Huizer, te
Rotterdam, 2o. H. 0. Swarts te Dokkum en
3o. W. F van der Broek te Leiden.
Ter voorziening in de vacatures voor lid
der commissie tot wering van schoolver
zuim ontstaan ten gevolge van de periodie
ke aftreding van de heeren P. G. Hoeks en
D. F. Mayer, worden aanbevolenvaca
ture Hockslo. P. G. Hoeks2o. F, W.
Zeelenbergvacature Mayerlo. D. F.
Mayor; 2o. F. A. Dee.
Kervol ontslag;.
Door B. en W. wordt voorgesteld aan dr.
J, L. Andreoe op diens verzoek met in
gang van 1 Sept. eervol ontslag te ver-
leenen uit zijn betrekking van directeur
van de H. B.-S. voor Jongens, ea met in
gang van 1 April eveneens aan mej. A. G.
Borgording als onderwijzeres in de hand
werken aan de school 3de klasse No. B.
Verpachting; -van den Burcht en de
Graanbeurs.
Door den heer A. Backer pracht er van den
Burcht en de Graanbeurs is B, en W. ver
zocht de op 30 April afloopcndo pacht van
de exploitatie dezer inrichtingen, voor 5
jaren te 'willen verlengen, tegen de be
staande pachtsom van ƒ2300 per jaar en
een rentevergoeding van 32.27^ por jaar
voor de door de gemeente gemaakte kos
ten der electrische installatie in die gebou
wen, en verder onder de nu geldende voor
waarden.
Laatstelijk werd deze pacht, voor den
tijd van één jaar bestendigd. Waren er
destijds redenen om de paelit voor slechts
één jaar to verlengen, in het algemeen is
het verpachten van inrichtingen als deze
voor zoo korten termijn uit den aard der
zaak noch in het belang van do gemeente,
noch in dat van den pachter. Yoordat B.
en W. omtrent een nieuwe onderhandscho
verlenging van de pacht hun oordeel ves
tigden, hebben zij dan ook, evenals ten vo-
rigch jare, inzage genomen van do door
tien pachter gehouden boeken.
Uit dat onderzoek en de later gehouden
besprekingen bleek hun, dat, wil de pachter
zich uit do exploitatie een behoorlijk be
staan verschaffen een hoogcre pachtsom al
thans in - den eersten tijd, niet gevorderd kan
worden. Daarbij in het oog houdende dat
clo tegenwoordige pachter de exploitatie
zeer goed behartigt en daarmee do be
langen der gemeente rechtstreeks zijn ge
baat, zijn B. en W. tot de overtuiging ge
komen, dat het houden van een openbare
verpachting niet wenschelijk is, maar een
ondershandsche verlenging van de bestaan
de pacht de voorkeur verdient
Daarom stellen zij voor aan den heer
Backer op de oude voorwaarden
voor den t ij d van vijf jaren do
exploitatie van Burcht en Graanbeurs we
der te verpaohten.
Ontslag; van de pacht der
Stadsgehoorzaal.
Door B. en W. wordt voorgesteld in gun-
stigen zin te beschikken op liet verzoek van
den heer Th. J. Heins, pachter van (le
bediening van de buffetten in de Stadsge
hoorzaal, om hem met ingang van 1 Mei
a.s. van de pacht te ontslaan op grond van
zijn minder gunstigen gezondheidstoestand.
Indien de Raad zic-h met dit voorstel
69
„Ja", hernam Job, met zijn cigenaar-
digen glimlach, „dat heb ik u nog niet
gezegd. Het toeval, of het geluk, of de
■Voorzienigheid, of wat ook het lot der
menschen bestiert, of hen zichzelven laat
leiden, deed mij vanmiddag een wandelin
getje doen". Hij lachte weder en ging
voort: „Die slang, waarvan gij spreekt,
laat een spoor na evenals een slak. Ik
liep in „Do Luidende Klok" aangij kent
die herberg wel? Niet zoodra zag Parker
mij, of hij liep met zijn gewone beleefd
heid: „Spreek van den drommel, en daar
heb jo mijnheer Round". Toen ik hein
vroeg wat dat beteekende, vernam ik, dat
een vreemde heer mijn forsche gestalte
bewonderd had, en toen hij miin naam
hoorde, zich mij dadelijk "herinnerde. Hij
herinnerde zich Pincher ook. Pincher schijnt
do leiddraad van mijn vriend te wezen.
Laten wij zien hoever die hem brengen
kan".
Hij zweeg een oogonblik, fronste zijn
wenkbrauwen, en zelfs door zijn baard heen
kon Armstrong zijn ondorkaak zien voor
uitsteken, bij hom het gewone bewijs van
hardnekkige vastberadenheid.
„Joh", riep Armstrong, door deze tee-
keuen, die hij maar al te wel kende, ver
ontrust, „donk aan Sara; denk aan niets
anders".
„Wacht even", zeide Job, met de hand
tegen hem wuivende. „Zijt gij zeker, dat
gij mij het eerst genoemd hebt? Niet dat
hot er juist veel op. aankomt".
kan vercenigen, is het voornemen zoo spoe
dig mogelijk tot een openbare verpachting
van de bediening der buffetten voor den
tijd van 6 jaren over te g&an op de be
staande voorwaarden. Alleen komt het B.
en W. met de Commissie van Fabricage
rationeel voor, dat een 93-tal tafeltjes, die
thans eigendom van den pachter zijn, door
de gemeente worden overgenomen, aange
zien ook de stoelen aan de gemeente toe-
behooren en zij over de tafeltjes nu en dan,
o.a. bij examens, de beschikking moeten heb
ben. Zij vertrouwen, dat tegen do overne
ming ook bij den Raad geen bezwaar zal
bestaan. Volgens de taxatie zal deze over
neming een uitgave van 93 x. ƒ1.50
139.50 vorderen.
Wijziging in het tariet op liet
wegen van vee.
Nu het voorstel in zake de uitbreiding
der vee- en vleeschkeuring met een stelsel
matig onderzoek op trichinen van varkens
en varkensvleesGh is aangenomen, dient,
art. 2 sub XIII der verordening, regelen
de de heffing van belastingen voor het ge
bruik van het Openbaar Slachthuis, uit die
verordening te vervallen.
Van deze gelegenheid wenscht de Com
missie voor het Openbaar Slachthuis tevens
gebruik te maken, om nog eenige andere
wijzigingen der verordening in overweging
te geven.
O.a. stelt de Commissie eenige verande
ring voor in het tarief voor het wegen van
vee (art. 2 sub IV) en wel in dien zin, dat
onderscheid wordt gemaakt tusschen de
tarieven voor het wegen van levend vee
en die voor het wegen van geslacht vee.
Voorzooveel betreft het levend vee, wil de
Commissie het tarief voor zgn, „groot vee"
(stier, os, koe, vaars, pink, paard enz.) on
veranderd op f0.25 per stuk laten; voor het
wegen van kalveren en varkens stelt zij
echter een verhooging voor van fO.lö op
f 0.20, terwijl het weegloon voor het overigo
„klein vee" in levenden staat volgens haar
op f0.15 gehandhaafd kan blijven.
Het tarief voor geslacht vee zag de Com
missie daarentegen gaarne verlaagd en wei
met betrekking tot het „groot vee" van
f0.25 tot f0.15 en met betrekking tot. bet
„klein vee" van £0.15 tot 0.10 per stuk,
terwijl dan in verband met deze wijziging
het verlaagde tarief bij vooruitbetaling
voor 50 dieren zou kunnen vervallen.
Tegen het voorstel tot verhooging kan
naar het oordeel der Commissie geen be
zwaar bestaan, aangezien het weegloon
voor levend vee in vergelijking met do ta
rieven in andere gemeenten hier ter stede
niet hoog is te noemen.
Het verlagen der tarieven voor geslacht
vee vesp. met fO.10 en f0.05, zoodat deze
gelijk worden aan de verlaagde tarieven
bij vooruitbetaling en deze laatste dus kun
nen vervallen, acht de Commissie aan te
bevelen, omdat in de praktijk voor het ge
slacht vee toch reeds algemeen dit lager
tarief wordt betaald. De verkoop bij 50
weegkaartjes tegelijk geschiedt nl. niet,
zooals bij de invoering de bedoeling was,
aan de particuliere slagers, maar aan de
bestuursleden der slagers vereenigingen die
op hun beurt de kaartjes aan de leden
hunner vereeniging tegen betaling uitdee-
len. Dientengevolge worden feitelijk alle
leden der genoemde vereenigingen reeds
tegen het verlaagde tarief bediend, zonder
dat de met do invoering van het „abonne
ment" beoogde voordeelen voor het Slacht
huis, Ket. toenemen van het wegen ten be
hoeve van de „geabonneerden" worden be
haald. Om deze reden, alsook met het oog
op de administratieve bezwaren, aan het
abonnementstarief verbonden, is de Com
missie daarom van meeniug, dat tot de
„Ik heb u het eerst genoemd", antwoord
de Armstrong toornig, „maar ziet ge dan
niet klaar en duidelijk hoe het is? En dat
nog wel na alles, wat ik u gezegd heb?"
„Er zou niets vreemds in zijn", hernam
Job, zonder op deze uitbarsting te letten,
„als er toevallig morgenavond voor u wat
in den weg was gekomen. Er "zou ook niets
vreemds in zijn, als ge, in weerwil daarvan,
dien heer toch in de gelegenheid wildet
stellen om schaak te spelen. En nu ge mij
reeds als een schaakspeler genoemd hebt,
zou het volstrekt niet te vorwonderen zijn,
als ge mij hadt verzocht in uw plaats to
gaan".
„En waar zou dat voor dionen?" vroeg
Armstrong ernstig.
„Wel," antwoordde Job, „in de eerste
plaat3 zou het zeker liocl vermakelijk zijn,
en ten tweede kan hot zijn nut hebben".
„Job, ik geloof, dat ge op den rand van
een afgrond danst".
„Volstrekt niet-. Zoo heb ik al twintig
jaar gedanst". Job lachte,- en beide zijn
forsche handen vooruitstekende, nam hij
den kleinen, grijzen man bij do schouders.
„Kom, kom, vader Armstrong, ken mij, ten
minste, een greintje voorzichtigheid toe".
„Er staat maar één weg voor u open, en
als gij dien niet inslaat, hebt ge geen grein
tje voorzichtigheid in uw heele lijf".
„En dio weg is?"
„Ton spoedigste Engeland to verlaten,
on dien man to gauw af to zijn Hoe lang
denkt ge, dab die geheime spion te ver-
schalkeu zal wezen 1 Go kunt niet iedereen
in Castle Barüielcl waarschuwen. Luister!
Wat is dat?"
Het openen en dichtslaan van liet tuin
hek klonk in do stilte.van den avond.
„'t Is Sara, dio thuiskomt," zeide Job.
nieuw voorgestelde tarieven moet worden
besloten.
Tenslotte geeft de Commissie in overwe
ging verandering te brengen in den aanvang
en den duur van het koeltijdperk cn in ver
band daarmede art. 2 eub VI eenige wijzi
ging te doen ondergaan, waarna deze ver
andering dan ook kan worden aangebracht
in de verordening op het gebruik van het
Slachthuis.
B. en W. kunnen zich met de door de
Commissie voorgestelde veranderingen in
de tarieven volkomen voreenigen. De ver
andering in den aanvang en den duur der
koelperiode behoeft o.i echter alleen in
de verordening op het gebruik van het
Slachthuis, waarin reeds verschillende wij
zigingen door de Commissie zijn voorgesteld
in een afzonderlijk rapport, te worden op
genomen, terwijl dan in de lieffingsverordc-
ning uitsluitend met een verwijzing naar
die verordening kan worden volstaan.
Zij geven daarom den Raad in over
weging bovenstaande wijzigingen in de des
betreffende verordening aan to brengen.
Salai'igvei'ljooging van Secretarie'
beambten.
In de Raadsvergadering van 25 Sept. 1913
werd overeenkomstig het voorstel van B. en
W. besloten de periodieke verhoogingen voor
de klerken en adjunct-commiezen ter ge
meente-secretarie niet langer om de 3 jaar,
dtoc-h telkens na 3 jaar in uitzicht te stellen
en bovendien te bepalen dab klerken in het
bezit van het diploma, afgegeven door de Ne-
derlandsche vereeniging voor gemeentebe
langen wanneer zij ged-urende twee jaren
bun maximum-wedde hebben genoten bij ge
bleken geschikheid, worden bevorderd tot
adjunct-commies. Tevens werd toen de mi
nimum jaarwedde der klerken zonder diplo
ma van f 500 gebracht op f 550, doch bleef
het maximum bepaald op f 700 's jaars.
Een eigenlijke verhooging van de jaarwed
den had dus niet plaats en wel met het cog
op de daaraan verbonden kosten en de met
een dergelijke verhooging noodzakelijk ge
paard gaande verandering in de ra-ngver-
deeling der ambteiia-ren ter secretarie. Vol
gens den bestaanden toestand toch sluiten
de salarissen in de verschillende rangen aan
elkander aan. De klerken genieten n. 1. een
jaarwedde van f 550—f 700, (f625—f 700 voor
de gediplomeerden), de adjunct-commiezen
van f 800—f 1000, da commiezen 2de klasse
van f 1100f 1300, de commiezen 1ste klasse
van f 14C0f 1700. de hoofclcoimniezen van
£1600£2-100 (de chef der afdeeling „Alge-
meene Zaken'' van f 2000—f 2600). Indien
men derhalve verleden jaar zonder meer was
overgegaan tot verhooging van de salarissen
der jongere ambtenaren, zou óf heb verbarrl
tusschen de verschillende traktementen ge
heel zijn verbroken of ook een verhooging
van de hoogere ambtenaren noodzakelijk ziju
geworden. En dit laatste achtten B. cn W.
toen, na de kort tevoren plaats gehad heb
bende salarisverbetering voor de hoogere
ambtenaren niet n oodig.
Om deze redenen aarzelden zij in Septem
ber j.l. voor te stellen tot verhoogïng voor
de jongere ambtenaren te besluiten, iii de
hoop, dab, althans voorloopig, in de voor
gestelde nieuwe regeling een correctief ge
vonden kon worden tegen hun onvoldoen
de salarieering.
Die hoop is echter niet verwezenlijkt. Bij
vacatures steeg heb aantal sollicitanten niet
noemenswaard, terwijl do benoemden zoo
spoedig mogelijk naar een beter bezoldigde
betrekking elders omzagen, aangezien zij
van hun salaris, ook ongetrouwd, eenvoudig
weg niet in hun levensonderhoud konden
voorzien.
Een en ander heeft B. en W. de overtui
ging geschonken, dat de thans geldende re
geling niet langer kan worden gehandhaafd,
Thans zijn toch niet alleen in Haarlem en
Arnhem, d'ooh ook in veel kleinere gemeen
ten clan Leiden, de salarissen belangrijk
gunstiger voor de betrokken personen.
Meenen B. en W. derhalve met langer te
mogen wachten, om voor te stellen tot ver
hooging der salarissen voor de jongere amb
tenaren over te gaan, dan zal daarmede,
noodzakelijk gepaard moeten gaan een wij
ziging in de rangverdeeling der ambtenaren
ter secretarie. Deze wijziging zou dan hierin
moeten bestaan, dat de bee taande rangen
van commies. 2dë> klasse eu commies 1ste
klasse worden samengesmolten tot één rang,
die van commies, terwijl dan alleen voor cte
tegenwoordige commiezen lïïte klasse ca voor
bijzondere gevallen die titel zou kunnea
blijven behouden met een daaraan verbon
den toelage van f 100 's jaars.
Een dergelijke regeling bestaat ook ten op
zichte van de inspecteurs van politie alhier.
Volgens de door B. en W. ontworpen nieu
we salarisregeling bedragen de jaarwedden
van de klerken: f 600f 900, met drie ver
hoogingen ad f 100, telkens na 2 jaar dienst
als zoodanig, terwijl bij het bezit van het
meergenoemde diploma de eereto verhoo
ging direct wordt toegekend;
van de odjunct-commiezen:£ 1000—f 130G,
met drie verhoogingen ad 100, telkens na 2
jaar dienst als zoodanig;
van de commiezenf 1400f 1700, met drie
verhoogingen ad f 100, telkens na 3 jaar
dienst als zoodanig, terwijl, zooals wij reeds
zeiden, voor hen, aan wie de titel commies
lste klasse wordt toegekend, de bezoldiging
f 100 hooger is.
Voor de bevolkingsagenten, wier jaarwed
de thans f 800f 1000 bedraagt, d. i. gelijk
aan de tegenwoordige bezoldiging der act-
junct-commiezen, zouden zij een derde ver
hooging in uitzicht willen stellen, zooclat
hun jaarwedde d!an bedraagt: f 800—f 1100,
met drie verhoogingen ad f 100, telkens na
2 jaar dienst als zoodanig.
Bij het tot standkomen dezer regeling zul
len de tegenwoordige commiezen Me klas-
ee worden benoemd tot commies, terwijl de
in functie zijnde commiezen lste klasse dien
titel uit den aard der zaak behouden.
Bij invoering van cle nieuwe regeling op
1 Juli a. s- zal ten laste van den dienst 1914
een hoogere uitgave kernen van pl.m. f 75Ó.
cn ten lasta van het jaar 1915 van pl.m.
f 1500.
Op grond van een en ander geven B. en
W. mitsdien in overweging over te gaan tot
vaststelling van de desbetreffende verorde
ning.
Geen landaankoop.
Door den heer B. L. de Ridder te 's-Gra-
venhage zijn eenige pereeelen weiland,
groot c.a. 1-lH.A. en gelegen onder de gem.
Zoeterwoude in den Cronensteinscben pol
der bezuiden den spoorweg LeidenWoer
den, aan onze gemeente te koop aangeboden
voor f 4-500 per H.A., d.i. totaal voor
pim. f 63.000.
Met de Commissie van Fabricage zijn
B. en W. van oordeel, dat op dit aanbod
niet moet worden ingegaan.
Zooals uit de ter visie liggende teekening
blijkt, vormt het aangeboden terrein geen
mooi aaneengesloten geheel; het grenst
slechts aan één zijde aan een bestaanden
verkeersweg, zoodat het achterliggend land
moeilijk te bereiken is en in de toekomst
slechts bereikbaar zal zijn, nadat verschil
lende straten, die een groot deel van het
gekochte terrein in beslag nemen, zullen
zijn aangelegd.
Gedurende do eerste jaren zal de gemeen
te van het land, dat buiten haar tegen
woordige grenzen ligt, weinig profijt kun
nen trekken, doch ook wanneer liet terrein
te eenigor tijd tot het grondgebied \an
Leiden zal zijn gaan behooren, ook dan
nog zal cle waarde als bouwterrein niet
groot kunnen zijn, omdat het terrein ach
ter de spoorbaan ligt en nog voor een deel
is afgekleid.
Op grond daarvan stellen B. en W. voor
niet tot den aankoop over te gaan.
Zoo is dus toch, na
ESSAD PASJA al de verschillend©
BIJ DEN tegenstrijdige ge-
'PR-INS VON V IED, rucliten, die in da
laatste maanden do
ronde hebben gedaan, de prins Von Wied
vorst van Albanië geworden. Hij kan nu
gaan probeeren, hoe hem het regeeren be
valt in dit wespennest. Want Albanië is
toch nog maar een roerig landje.
Toen de Albaneezen te Neuwied aankwa
men, droegen allen rok en lioogen hoed.
De nationale dracht was afgeschaft vo-or de
ze plechtigheid.
Duizenden menschen stonden op het sta
tionsplein en juichten de Albaneezen toe.
Op weg naar het paleis werden ze ook
uit de vensters toegejuicht.
Essad pasja hield in het Albaneesch de
volgende rede:
Do afvaardiging, als wier president ik
de hoogo eer heb mij voor te stellen, komt
tot u met het verzoek de kroon en den
troon van het vrije, onafhankelijke Alba
nië te aanvaarden. Zij acht zich gelukkig d©
zending, waarmede Albanië haar heeft be
last, te ku.nen vervullen. Ons volk dat bij
andere gelegenheden voor zijn onafhanke
lijkheid zoo hardnekkig heeft gevochten,
heeft rampspoedige tijding moeten doorle
ven, maar nooit heeft het 't roemrijk ver
leden, nooit zijn Albaneesch karakter verge
ten en steeds den nationalen geest en de
zeden en gebruiken zijner vaderen weten
te bewaren. De staatkundige veranderin
gen, in den laatsten tijd op den Balkan
"tot stand gekomen, do zorg en de hulp der
mogendheden hebben Albanië in staat ge
steld zich tot een vrijen en onafhankelijkcn
staat te vormen.
De prins antwoordde in het Duitsch,
sprak alleen het „Leve Albanië" in het
Albaneesch uit. Hij uitte zich als volgt:
Uit geheel Albanië zijt gij hierheen ge
komen, om mij den troon van uw land,
dab na oorlogen en moeilijkheden eindelijk
de vrijheid heeft herkregen, aan te bieden.
Ik heb er prijs op gesteld u hier in inijL
voorvaderlijk slot te ontvangen, opdat gij
mijn vaderland zoudfc leeren kennen. Het
wa-s mijn wensch, dat een afvaardigng uit
Albanië tot mij zou komen om mij uit naam
van het Albaueesche volk de kroon van
heb land aan te bieden. Nadab do groot©
mogendheden mij als vorst van uw land
hadden gekozen en mij waarborgen en
steun beloofd, heb ik besloten de kroon
aan te nemen. Ik ben daartoe niet licht
vaardig, cloch eerst na langdurig overleg
overgegaan. Nu ik liet besluit genomen
heb, aanvaard ik van ganscher harte mij li
nieuwe taak. Ik hoop in alle Albaneezen
ijverige en trouwe medewerkers te vinden
tor verdere ontwikkeling van den staat. Ik
hoop dat gij mij hetzelfdo vertrouwen voor
den gemeenschappelijken arbeid zult schen
ken, als ik het u doe. Dankbaar heb ik
van u cle verzekering van trouw, die in
Albauiö inheemsch is, vernomen. Met dien
trouw cn den steun van alle Albaniërs zal
het ons naar ik hoop gelukken, Albanië een
gelukkige, roemrijke toekomst te bereiden.
Leve Albanië I
De prins schudde hierop alle heeren d©
hand.
Na afloop hebben de afgevaardigden met
de prinselijke familie en de vertegenwoor
digers van het stadsbestuur van Neuwied
gedineerd.
„Wij zullen er niet meer over spreken.
Morgen kom ik bij u".
„Denk aan heb meisje, Job", fluisterde
Armstrong, een hand op zijn arm leggende
en hem smeekencl aanziende.
„Man", zeide Job, en zijn zware stem
trilde, „wat heb ik anders op de wereld
om aan to denken?"
Hij -ging cle deur opendoen en verwel
komde zijn dochter schertsend.
„Rozen, die het goheele jaar doorbloei-
en", zeidc hij, haar in de wang knijpende.
„Dat is juist een keinkind voor u, vader
Armstrong, cle vermenging van het Schot-
scbe en het Staffordshiresche
Maar toen Armstrong met een bezwaard
hart was heengegaan en Sara naar haar
kamer was om zich ter ruste te begeven,
zat Job alleen bij den haard, met "zijn voe
ten op het haardijzer, zijn elleboog op de
knie, en de hand onder het hoofd. Een
uur verliep, en hij bewoog zich nauwelijks.
Een akelig uur was hebl Eeu uur van na
denken over heb verleden, het onherroepe
lijke. Huiselijke tooneelen kwamen hem
voor den geest, die, hoe zoet en fceeder
ook op zichzelven, het hart deden bloeden,
en tooneelen in vreemde landen, van ge
vaar, woeste losbandigheid en één zware
misdaad.
Eindelijk wierp hij zich met over elkan
der geslagen armen m zijn stoel achter
over, en terwijl hij in heb uitdoovende
vuur staarde, mompelde hij, met een doffe
en trillende stem:
„Ik kan niet gelooven, dat Hij zoo is.
't Is eon Joodsche geest, van een streng
oud ras, dat wraakzuchtig was en dacht,
dat Hij het ook moest ziiu. Rechfcvaardig-
1 held? Al de rechtvaardigheid moge mij
treffen, als God het kind maar spaart!"
In zulk een hartstochtelijk ontroerde ge
moedsstern niing stond hij op, sloop op do
teenen als een dief de kamer uit, opende
stil de voordeur, deed die even stil achter
zich dicht, en liep den tuin in. Heb was
een liefelijke, geurige avond en een heldere
•sterren-lucht. Aan heb eincle van den tuin
gekomen, sprong hij vlug de lage heg over
en snelde heb veld langs. Bij do volgende
heg hield hij stil, wierp zich in zijn volle
lengte op het gras neder, met het gelaat
benedenwaarts, en lag daar een poos als
een doodo, totdat hem een snik ontsnapte
en hij van het hoofd tot de voeten beefde.
Nog een snik, en nog een volgden, folte
rend voor ziel en lichaam, en weder lag
Rij stil. Hij kon geen tranen storten, want
tranen zijn het begin van genezing.
Een zwakke of teedordev of minder hals
starrig trotsch man zou reeds lang, indien
hij zoo geloofde als Job, zijn toevlucht tob
berouw gezocht hebben, maar dat stuitte
hem tegen do borst, dab 6cheen hem het
toppunt van lafhartigheid toe. Hoe? Hij
zou vreezen voor iets, dat hom kon over
komen? Nimmer! In het aangezicht van
God en menschen en de onzichtbare heir-
scharon, nimmer
Hij had zijn moeder liefgehad zooals elk
rechtgeaard zoon zijn moedor liefheeft; hij
had zijn vrouw bemind zooals de meeste
mannen hun vrouw beminnen; maar rijn
kind droeg hij de innigste, teederste vader
lijke liefde toe. Zij was zijn oogappel, zijn
alles. Om haar te redden zou hij zelf een
verworpeling willen zijn, en hij had haar
een vloek vermaakt l
D® nacht werd hoe langer hoe dolleer*
dor, totdat eindelijk <le eerste sohemoring
van den dageraad aanbrak. Zes uren lang
had hij als een steen gelegen, toen hij het
hoofcl ophief en om zich heen zag; zijn
haar eu baard waren doornat van den
dauw.
Hij stond op, en liep met zijn gewonen,
vasten tred naar huis, maar toen hij cle
lage heg was overgeklommen en weder
in den tuin was, begon hij een weinig dui
zelig te worden en moest zich een oogen-
blik aan den stam van een knoestigen ap
pelboom vasthouden. Do klok van de na
burige kerk sloeg zes en de klok van den
ouden Normandischen toren, een mijl ver
over de stille velden, antwoordde er op,
toen hij zijn woning binnentrad. Het vuur
was uitgedoofd eu de lamp flikkerde nog
slechts flauw. Hij deed cle deur op slot,
trok zijn laarzen uit, hield zijn pantoffels
iu do haPd, blies do lamp uit en sloop
de trap op. In donker in zijn kamer ge
komen. viel hij op zijn bed neder en toon
het daglicht door de venstergordijnen
drong, bescheen het zijn forsche leden, ter
wijl hij op zijn gemak uitgestrekt lag en
zoo gerust sliep als een kind.
Drie uren later ontwaakte hij, en na zich
met een bad verfrischt te hebben, ging hij
naar beüeden om te ontbijten.
„Gij zijt vanochtend laat, vader", zeide
Sara, een bord met eieren en spek voor.
hem nederzettende cn zijn koffio inschen
kende.
„Het was negen uur, toeu ik wakker
werd" antwoordde hij, op zijn gewonen
toon, en zonder meer te zeggen begon hij
to eten cn to drinken. Sara liep heen en
weer, en neuriede bij zichzelve, zoo verg©'
noegd als jeugd en gezondheid haar slechts
konden maken. (Wordt vervelgd).