burgerl. Stand van Leiden. Faillissementen. WEERSTANDSVERMOGEN. BLUAJLLLLALLLL L -Ud ik heb mi] er dik- wijls overtuigd, dat Koffie „Hag", de caffeïnwije hoe- nerskoffiej geera in- vloed uêtoefentop de werking der maag. Kunst, letteren, enz. FEUILLETON. Goodies* Wissoesten. Vragen en Antwoorden. De verlofganger van-hetrcg.- veld-artilleri© te 's-Gravenhage G. v. M., Langerak, bez. de Lek, verliet ongeveer een maand geleden zonder verlof van garnizoen en begaf zich naar zijn woonplaats. Pogin gen, doo de Rijks- en de gemeentepolitie aangewend, om hem in handen te krijgen, mislukten herhaaldelijk; telkens was Van M. zijn achtervolgers te vlag af. Nu eens liep hij een gesloten deur in, dan weer wist hij door de schoorsteen te ontkomen. Ten slot te werd liet hem in zijn woonplaats echter te benauwd; hij ging naar Oud-Alblas, waar hij bij zijn broer een onderdak vond. De po litie liet hem ook daar niet met rust. Onge lukkigerwijze echter nam zij van M.'s broer in plaats van den deserteur zelve in hechte nis, een vergissing, die heel wat vroolijklieid verwekt heeft; de vogel zelf wist weer te ontkomen. Naar wij vernemen is de politie er "thans in geslaagd v. M. in handen te krijgen. De jonge man werd naar Schoonhoven getrans porteerd, en is van claar naar 's-Gravenhage gebracht om voor de militaire autoriteiten terecht te staan. Verleden week werd het Vredespaleis in Den Haag bezocht door 2261 personen. Door onbekende oorzaak ont stond 's nachts een hevige brand in de meelfabriek der firma J. W. Bakker J. D.zn. aan den Aweg, te Groningen. Er ontstond zelfs groot ge vaar voor de aangrenzend© meubelfabriek „Nederland" van den heer Huizinga. Ge lukkig bleef die echter behouden en leed fdj alleen waterschade. De meelfabriek, die door brandvrije mu ren in vior deel©n verdeeld was, is geheel vernield. In de fabriek was o.a. een stoommachine van 200 pa-ardekracht, en juist was er een lading tarwe van 350 H.L. in opgenomen. De fabriek was op beurspolis verzekerd voor 40- k 50,000 gulden. ONDERTROUWD: C Robijn jm. 22 i. en P. OuweJ8ioot id. 25 j. H. Kurpersboek im. S2 j, en M A. Ovetdijk w 30 j.J. Keereweer jm. 24 j, en H. G. Corpel id. 23 j. J. v«n Werkhoven mi. 23 en M. b. Kwaadgras jd 20 i.M. Noordervliet im. 22 i. en G. J. Laman id. 19 j. J. li. v-m der S. oek im. 33 j. en J. Sneeuw w. 29 i. Mr. J. Dr.aijer im. 3G j. en A. H. do Haai gesch. v. 3S j. C. J. de JoDg ira. 24 i. en L Burgeihuut]d. 19 j. AARLANDERVEEN Overleden: Zweris Martinus van den liere Z. lm. tiijaberta van Es, geh- met Adrianus van der Spek 64 j. 11 e li n w dJoannes van Deuren jm- 40 j. en Maria Loogman id. 34 j. KATW'i.lK Geboren: Adiianus, Z. v*n C.J. van Beije>en en K. M. van Varik. Jacob, L. van L>. van üuiin en H. Vlieland. Dirk, Z. van C. j Remmelzwaal en T. van der Pla'. Pieter, Z. van j P. van der Plas en A. Guijt. Adriana, D. v.ra A. I van Dijk en M. van Dugn. Huis, Z. vnn G. van den Oever en A. van Beelen. WilhelmusQuirinus, 'L. van l-i. W Grimbergen en P. J. Aaiis. Overleden: Maaike Haasnoot, echtgenoote van G. Geijteman Jacob Guijt, 73 echtgeuoot van M. de 1 ong. Gehuwd: H. Guijt wedr en N. Vlieland wed. Jac. van DuijD wedr en J. van der Plas ld. Ondertrouwd: C. L. de Jong jm. en L. Buigerbout id LEIDERDORP. Geboren: Jobaona Corneüa Maria, D. van A. P. Paardek ooper en W. C. van Galen. Ant e. D. van (J. Glasbergen en B. Mitus. RIJNS BURG. Geboren: Arie.Z. v,m C. Vianen en A Zandbergen. Jsd, Z. van J. Kralt en A. v. d M fei| U. Buwalda, bakker t-e Dronrijp. Johns. Vuist, sigarenwinkelier en kleer maker, te Leeuwarden. G. J. Rozenharfc, smid te Haarlem. S. Kossen, korenmolenaar, te Benning- broek. S. P. D. Nobililacosta, runner, t© Rot terdam. In tie \sö' eriütar. xijai oj>Keuom«u; DATUM. DAGEN. Vol v. p»r3. Kin- 4«ron. n 8 Febr. 10 11 12 13 34 Zendng Muaudug Dinsdag VVoeusdag. Donderdag Vrijdag Zatordag 50 56 69 67 69 71 24 11 20 19 24 26 26 94 67 79 86 93 97 92 KKCJLAMJËS, 2024 40 A 40 Cent por regel. De gezonde mensch wordt door zijn weer standsvermogen voor ziek worden be hoed hij moet dus zorgen, dat het intact blijft. De zieke mensch is voor zijn genezing af hankelijk van den graad van weerstands vermogen van zijn licha-amslaagt hij er in dit te versterken, dan is de eerste schre de op den weg der genezing gedaan. Weerstandsvermogen wordt onderhouden en hersteld door middel van de voeding. In toestanden van zwakte moet men zich krachtig voeden met zuivere, licht verteer bare, geheel a-an het organisme ten goede komende voedingsstoffen. Daar het zieke lichaam deze echter niet uit de gewone spijzen kan halen, moet men zijn toe vlucht nemen tot een middel, dat deze voedingsstoffen in den juisten vorm be vat. Meer dan 19.000 medici, waaronder hon derden Nederlandsche artsen, hebben schriftelijk als het beste middel, -dat aan deze eischen voldoet., het bekende Sanato- gen aanbevolen, omdat hun in de praktijk gebleken is, dat daarmee de gcwenschto resultaten worden bereikt. Een van Europa's beroemdste geheeshee- ren, prof. dr. CARL VON NOORDEN, te Weenen, heeft schriftelijk verklaard „Een bijzonder dankbaar veld voor de toepas sing van Sanatogen zijn voorzeker allo ziek ten, waarbij men het lichaam rijker aan eiwit tracht te makenwant Sanatogen bevordert krachtig de eiwitaanzebting." In allo apotheken en drogisterijen is Sa natogen in verpakkingen vanaf f 1 ver krijgbaar. Doovfiomf tJormcn oan ton>s(cen "N en Ootóf 6a f.mSen rein cn gcjonS. "j êroafc fuSt f 0.73 Tvfciuc fuSt f 0.'13 *j 517 10 Dr. Med. SEMI MEYER, Danzig. Zscht f. physik. u. diatet Therapie 1910. BI. Ut J-. 13 tiet bljjkt steeds meer, dat w\] het te ver gezocht hebben door allerlei Bterkwerbonde en schadelijke purgeermiddelen te bereiden. De natuur schenkt Hmnyadi J&nos-bitter- water, dat pijnloos en zacht, doch zeker purgeert. 2026 6 „Jacob Kwae t". De bekende zangvereeniging „Jacob Kwast" te Wognum, zal dit jaar vijf en twintig jaar hebben bestaan. Ter herden king hiervan zullen er in het Noord-Hol- landsche dorpje zangersfeesten plaat9 heb ben, waarvoor het Koninklijk Huis drie groote zilveren medailles beschikbaar heeft gesteld. 'e R ij k s Ethnographisoh Museum. 's Rijks Ethnographisch Museum heeft van den heer W. O. J. Nieuwenkamp, te Edam, een verzameling van 11 teekeningen uit Bali ten geschenke ontvangen, voorstellen de Indische goden en personen uit de hel dendichten Mahabharata en Ramayana. Weer een Kazernebrand te Haarlem. Zondagmorgen om böb uren tfl voor de derde maal brand uitgebroken in de in fan- teriekazerne te Haarlem. Ditmaal zijn slechts twee rustkamers in dien zuidelij ken vleugel (op dezelfde plaats, waar in 1912 de brand woedde) uitgebrand;. Tege lijkertijd werd brand ontdekt in een rust kamer, die van de eerste door een gang gescheiden was. Dit brandje is echter in den aanvang gestuit. Vrij zeker is het* dat brandstichting plaats heeft gehad. De brandweer bluschte het vuur met tien slan gen op de waterleiding. De Haarlemsohe berichtgever van „De Maandag-Crt." meldt nader, d.d. 15| Febr, In de infanteriekazerne aan den Kou den- horn t-e Haarlem is Zondagmorgen voor de dercle maal binnen anderhalf jaar brand uitgebroken, die van omvang minder ern- etig was dan de twee vorige keeren, doch door de omstandigheden, waaronder de brand uitbrak, zeer ernstig van aard is ge weest. Omstreeks zes uren in den morgen ont dekte een van de koks, die naar de keu ken ging, dat vlammen uitsloegen uit heb dak van het middengedeelte van den zui delijken vleugel, die san de Zakstraat staat en bij den eersten brand in 1912 is vernield. Hij maakt© alarm, waarop de manGchap- pen door brandsignaal werden gewekt. Men blegon met het hlussohingswerk en waarschuwde onmiddellijk de brandweer, die dadelijk met veel materiaal aankwam en met tien slangen op de waterleiding, onder leiding van de commandanten, de heeren Cramer en Beccari, de vlammen aan tastte. De brand bleek weer te woeden op de rust- en deponeerkamera, ditmaal van de Is te comp. van het 1ste bataljon van het 10de regiment die zich onder het afgescho ten dak bevonden. Men komt daar door middel van twee trappen van de vestibule m het midden van den vleugel. Do eerst© leidt naar de verdieping, waar de sold/atenkamers ligV gen; daarboven liggen de rust- en depo- neerkamers. Op deze dakverdie-ping zijn de kamers gescheiden door het trapportaal. Toen het blusschingswerk in vollen gang was in de kamers, recht© (ten oosten) van het trap portaal gelegen, dus ontdekte men in de kamer link© van dit portaal dus door het geheelo portaal en de gang gesoheiden van deze kamer dat daar ook brand was, terwijl op het portaal en in de gang niets van vuur te bespeuren viel. Deze omstandigheid geeft vrijwel zeker heid aan het vermoeden, dat men ook bij d'en brand van drie maanden geleden, reeds koesterde, clat de brand aange stoken is. Het valt immers niet aan to nemen, dat tegelijkertijd op twee plaatsen in hetzelfde, gebouw brand uitbreekt, wanneer geen kwaadwilligheid in hert spel ie. Op de laatstgenoemde rustkamer was de vlam spoedig uitgemaakt. In deze kamer, waar de militaire kleedingstukkèn op stel lingen lagen, was in één van de stapels vuur gekomen. De stapel was vernield en een gat in den vloer gebrand, toen men de vlam men hluGchte. Wa-s dit brandje niet door gezet, erger had het vuur rond zich gege- pen in de kamers rechts van het trappor taal. Twee vertrekken brandden geheel uit. Het dak werd op vele plaatsen vernield en de vloeren brandden op verschillende plaat sen door. Tegen halfacht was men de vlammen vrijwel meester. Toen rukte een deel van de brandweer in, doch het overige deel bleef tot twaalf uren, om onder leiding van den heer Beccari het blusschingswerk te beeindigen. Tijdens den brand kwamen de burge meester van Haarlem, jhr. mr. W. B. Sandberg, die Zaterdag Yan een vertoef in Zwitserland wao teruggekeerd, de wethou der Joh. de Breuk, de gemeente-secretaris mr. dr. J. Wijfcema en later mr. Hoyer, d© substituut-officier van justitie, ter plaatse. Dadelijk werd een uitgebreid onderzoek ingesteld, onder leiding van majoor Mijs berg. In den middag zijn we er in geslaagd nog 51, - Dat is echter een zaak, die door 't gerechte- hof beslist moet worden, wanneer beide partijen haar bewijsgronden hebben aange voerd. Wat betreft de aanranding, waarvan mijnheer Round beschuldigd is, daarvoor kan hij gedagvaard worden; maar ik zi© geen reden om een bevel tot inhechtenis neming uit t© vaardigen. En wat uw aan klacht tegen den inspecteur betreft, daar van zal behoorlijk nota genomen worden". „Gij weigert dus in dezen uw plicht te doen zeide Coninghamo. „Ik weiger mijn plicht te buiten te gaan. Het behoort niet tot mijn plicht iemand, dio toornig is, te helpen om het zijn buren lastig te maken". „Ik zou haast moeten gelooven, dat gij weinig begrip van uw plicht hebt, mijn heer", hernam de generaal. „Dat is waarschijnlijk het eenige punt niet, waarop wij van gevoelen verschillen", antwoordde Jabez Whitehouse. Generaal Coninghamo nam zijn hoed op 'en ging heen zonder een woord meer te zeggen. Men liet hem rustig naar huis rij den, en den volgenden dag liet hij Jon Round dagvaarden wegens schending van eigendomsrecht en gewelddadige aanran ding, ©n gaf een plaatselijk praktdzijn last 'een advocaat aan te nemen. Sara schrikte, toen de dagvaarding kwam, maar de koele bedaardheid, waarmede haar vader dio entving, stelde haar ©enigszins gerust. Toen Ezechiël er van hoorde, waa hij er #oor, dat Job van rijn kant den generaal zou dagvaarden, maar Job wilde daar niets van weteD. Den volgenden Zaterdag werd de zaak behandeld, en natuurlijk waren het kleine politie-gerechtshof en de toegaDgen stamp vol. Job en Ezechiël werden toegejuicht, en generaal Coninghame werd bij zijn aan komst niet weinig uitgejouwd. 'Aanklager en verdediger namen elk aan een andere zijde van de tafel plaats. De aanklager was onrustig en bleek. De gewone, kalm uitdagende uitdrukking op het gelaat van den verdediger werd nu en dan afgewisseld door een zweem van een glimlach. Coninghame werd naar do getuigenbank geleid, en na den eed gedaan te hebben, legde hij zijn verklaring af. Toen stonu Job op, om hem te ondervragen; en Arm strong wa-s verbaasd over zijn koelbloedig heid, ja, ontstelde er bijna van. „Als het hof het mij veroorlooft, zal ik u een paar vragen doen, generaal Coning hame. Gij herkent misschien dien ouden heer wel?" een hand op Ezechiël's schou der leggende. ,,Ik heb den man vroeger gezien". „Hebt gij hem dien dag, waarop de ge welddadige aanranding plaats had, op het pad over de weid© van de Diergaarde gezien?" „Daar heb ik hem gezien. Ik zeide hem, dat hij daar niet loepen mocht, en beval hem er af te gaan". „Yoldeed hij aan uw bevel?" „Hij weigerde aan mijn bevel te voldoeü en was gemeen en brutaal". Hierop grinnikt© Ezeohiël met zulk een blijkbare zelfvoldoening, dat alle aanwezi gen er om lachen moesten.: „Gemeen en brutaal?" zeide Job, zijn ruige wenkbrauwen optrekkende en glim lachende. Coninghame gaf geen antwoord. Zijn handen omklemden den rand van do ge tuigenbank en zijn blik was strak vorschend op Job gevestigd. Armstrong's hart was als dichtgenepen en alles draaide hem voor de oögen. „Toen hij aan uw bevel geen gehoor gaf, wat deedt gij toen?" vroeg do ver dediger. De getuige streek met de hand over bet voorhoofd. Job herhaalde de vraag. „Toen zond ik drie van mijn knechts om mijn bevel kracht bij te zetten". „Wat ha-dt gij hun gelast?" „Mijn bevel ten uitvoer te brengen". „Ha-dt gij hun gezegd, dat_ zij geweld moesten gebruiken?" „Neen". „Hebben zij geweld gebruikt?" „Zij waren er wel' toé genoozaakt, omdat hij weerspannig was". Coninghame streek weder met do hand over zijn wenkbrauwen. Wat was dat? vroeg hij zichzelven af. Waar had hij dien man reed9 meer gezien? Het was hem alsof hij dienzelfden man in een vroeger leven gekend en gehaat had. Hij scheen een flauw© herinnering te hebben, dat dit alles lang geleden ook eens gebeurd wa-s; dat die grijze oogen de zijne ontmoet hadden met dezelfde koele verachting als nu; en de krachtige stem, die hem in het volle gerechtshof ondervroeg, klonk hem zoo welbekend als zijn ©igen stem in de ooren. „Waren zij genoodzaakt geweld te ge bruiken?-' eens een kijkje te nemen in het verbrande gedeelte, ofschoon de militaire autoritei ten zeer etreng de pers weren. Buiten de kazerne in de Zakstraat is niet veel van clen briand te bemerken. Daar loopt langs den gevel ook de gang, die het verbrande deel van den buitenmuur soheidt. Op de binnenplaats ziet men het dak open liggen en merkt men de verbrijzelde ven sters der uitgebrande rustkamers op. In, de rustkamers (op kamer no. lil schijnt de brand het eerst uitgebroken) ia alles ver koold. Er is niets meer te zien dan de op staande ijzeren stellingen. De drie ondergelegen solda-tenkamers op "de eerste verdieping en db vertrekken daaronder (hebben zeer veel waterGehade.- Deze kamers zijn natuurlijk dadelijk ont ruimd. Uit de verbrande kamers stroomde om halftien nog het water naar beneden. Op de binnenplaats is een chaos van al of niet beschadigde geweren. Zooals gezegd, weigeren de militaire autoriteiten den toegang tot het gebouw. Zij willen ook niet de geringste inlichtin gen geven. We kunnen echter meedeelen, dat ook door do autoriteit-en de meening gehuldigd wordt, dat hier brandstichting in het spel is. Het onderzoek moet reeds uitgemaakt hebben, dat ook in elk der twee rustkamers ten oosten van het trapportaal afzonderlijk brand moet ontstaan zijn. Inderdaad heb ben we opgemerkt bij ons bezoek aan de ka-zome, dat deze twee kamers gescheiden zijn door 'n wand, die nog geheel intact is gebleven, zoodat het vuur daardoor niet van de een© in de andere kamer is gekomen. Blijkt dit inderdaad juist, dan is de brand op drie plaatsen te gelijk uitgebro ken. Hedenmiddag reed© kwamen verschillende leden van den generalen sfca-f do kazerne bezichtigen. V raag: Zou er ook een vreemceoortige ziekce heerschen in den z.g. stadspolder (wa termolen) claar er in een gezin bij W. v. d. Berg, twee zoons van 21 en 19 jaar overle den rijn (in tijd van 3 weken) en ook nog twee jongens een van 17 en een van 10 jaar in de barak liggen? Ook de vrouw is ongesteld. Zouden er aan de woning al daar geen plakkaten aangeplakt moeten worden Antwoord: De behandelende genees heer zou, indien men hier met een besmet telijke ziekte te doen had, wel zorgen, dat daarvan aangifte ter secretarie werd ge daan en vandaar zou men wel een plakkaat aanbrengen. Dit wordt dlcor de wet voor geschreven en noch de dokter noch het ge meentebestuur zullen deze veronachtzamen. Vraag: In een groote warande met te gelvloer komen bij wind en ook bij nat weer een menigte beentjes, een soort maden, zwart, lang pl.m. c.M. Wat zijn dat en wat er aan te deen? Antwoord: Voor zoover wij het uit uw beschrijving kunnen opmaken zijn het larven van een insect, welke larven zich juist in een vochtige omgeving ontwikkelen. Begiet de plaatsen, waar rij te voorschijn komen, met kokend water, dan zullen ze worden vernietigd. Y raag: Zoudt U mij het adres op kun nen geven van iemand, die wandtekstcn schildert op fluweel naar in te zenden an sichten? Ik zag op reis aardige kiekjes van Drachten te koop in den Bazar van Zand- et-ra aldaar, wat niet ongcvchikt zou wezen voor den verkoop op Amerika. Antwoord: U zult het best doen aan genoemden heer Zandstra een brief kaart met betaald antwoord te zenden. Wij weten het natuurlijk niet. Vraag: In verschillend© Gemeentera den ijveren d© 60ciaal-democrateD voor be tere levensvoorwaarden voor de politie agenten. En nu slaan de politie-agenten, met hun gu ramies tokken op de ruggen van die menschen. Dat is toch onbillijk, vindt u ook niat? Antwoord: De politieagenten moe ten de orde handhaven zonder aanzien des persooD©. De omstandigheden dat sociaal democraten in verschillende gemeenteraden „Zij waren er toe genoodzaakt", ant woordde Coninghame, half uit zijn droom ontwakende. „Twee van mijn knechts", liet hij er op volgen, „hebben heelkundige hulp moeten inroepen". „Heelkundige hulp?" zeide Job. „Dat kan er naar zijn. Waren zij zwaar bezeerd?" „Zij waren beiden zwaar bezeerd". „Ja, dat waren zij", zeide Ezcchicl, op een toon van welgevallen. Do toehoorders lachten, maar het hof berispte dc-n ouden man ernstig, en dreigde hem to laten weg brengen. „Wist gij, dat mijn vader gij weet, dat dit mijn vader is, generaal Coningha me? in zijn recht was, toen hij op het pad over de weide liep?" „Daar wist ik niets van. Hij kwam op verboden terrein". „Gij weet, dat men bier in de gemeente volhoudt daar een wettig recht van passage te hebben?" De getuige knikt© bevestigend, met ijs koude trotschheid. „Heeft mijn vader u gezegd, dat hij langer dan vijf en zestig jaar ongehinderd over dat pad heeft geloopen?" „Zoo iets heeft hij gezegd". „Hebt gij u de moeite gegeven te onder zoeken of dit aJ of niet waar was, eer gij drie jonge mannen bevolen hebt één oud man aan te vallen?" Coninghame zag hem mot hernieuwde verbaring aan. Een gerechtsbeambte, dio in het gedrang wat al te gepakt stond, trad op dit oogenblik vooruit, en kwam tussohen den getuige en den verdediger. Job strekte een arm uit ©n schoof hem ter zijde. Dit gebaar verdreef den nevel, dl© over Coninghame'» geheugen hing, ©n ijveren voor de belangen der politie mag nooit een reden rijn, deze met een andere maat te meten dan overige burgers. Anders zouden we krijgen een klassepolitie. Vraagj Hoe komt het, als men den ouderdom van 60 jaren bereikt heeft, en men is werkeloos, dat men dan geen toe slag meer krijgt van gemeentewege, terwijl de gemeente ons toch wel op komt zoeken, om do belastingpenningen te komen ha len, daar zijn wij toch wel zeker met te oud voor geworden, maar wel to oud voor den toeslag van de gemeente. Antwoord: Het verband dat u legt tusschen belastingheffing en den toeslug bij werkeloosheid, deugt niet. In allo ge meenten van ons land wordt een plaatse lijke belasting geheven, doch in slechts en kele heeft men een werkloozenverzekering. Dat de gemeente geen toeslag geeft aan werkloozen boven d© 60 jaar, ligt hierin, dat voor menschen van dien leeftijd vooral voor de werkloozenverzekering, de risico to groot wordt in vergelijking mot jongere werkkrachten. Vraag: Een hotel is gebouwd in een gemeente, waar later, nadat het hotel eenige jaren was geëxploiteerd, bouwpoli- tie is aangesteld. Mag men nu eischcn, dat bestaand© toestanden worden veranderd? (Bijv. kamertjes, die eerst papieren afschei dingen hadden, moeten nu door steenen vervangen worden). Zoo ja, is dit alleen van toepassing op hotels of ook op andere woningen Is de bouwpolitie een gemeentelijke- of een rijksinstelling en dus verschillend in haar bepalingen, of voor het geheelo land gelijkluidend? Antwoord: Inderdaad is het gemeen tebestuur bevoegd om ook in bestaand-© gebouwen, met het oog op d© veiligheid, brandgevaar, enz., veranderingen voor t© schrijven Of dit alleen van toepassing zal zijn op hotels, vermoeden wij niet, al zullen daarvoor ander© eischen gesteld zijn dan voor particuliere woningen cn openbare ge bouwen. Wij zonden echter, om dit te kunnen be- oordeelen, de betrokken verordening moe ten kennen. Deze kunt u zelf ter secretarie uwer gemeente voor een bagatel koppen en daaruit zult u een en ander kunnen zion. raag: Hoe maakt men moddervlek ken uit een bruin lederen koffertje? Antwoord: Het lijkt ons toe, dat het andere vlekken zullen zijn. Moddervlekken laat men opdrogen en wrijft ze af. Vlek ken in het leer laten zich niet gemakkelijk vorwij dieren. Probeer het eens met bruin ledercrcm© en helpt dat niet, roep dan d© hulp in van een lederwerker. Vraag: Waar woont de secretaris van do alhier gehouden pluimveetentoonstelling cn is deze ook secretaris van de Leidscho eiorenveiling? Antwoord: Do heer J. Zaalberg, Hooge Rijndijk. Deze is geen secretaris van do Leidsche eiorenveiling. Vraag: Kunt u ook een afdoend middel geven, om uit een blauw cheviot kostuum een rundvetvlek te verwijderen? Antwoord: Uitwasschen met lauw warm water met salmoniakzeep. Vraag: Mijn zoontje heeft veel last van stamelenbestaat er hier ook gelegen heid dit af te leeren of bestaan er ook middelen, die hiertoe kunnen worden aan gewend Antwoord: Eiken lceraar in spreken kan uw kind, zoo het stotteren niet uit achterlijkheid voortspruit, genezen. Dan wordt het een kwestie van adcrahalings- technick en klankvorming. In Leiden be staat ook een gemeentelijke cursus, waar aan leerlingen der openbare en bijzondere scholen kunnen deelnemen. Vraag: Ik wensch lid te worden van 'do „Leidsche Harmonica-vcreeniging" kunt u mij door middel van uw blad, ant woorden, waar ik mij op kan geven voor het lidmaatschap? An It woord: Wij vernemen, dat dezo Vereeniging pas is opgericht. Het bestuur er van kennen wij niet. Mogelijk, dat het wel eens op de een of andere wijze van zich zal doen liooren. hij za.rr evenals men op een üoiiüeren avond bij de flikkering van het weerlicht riet weder den recruut John idmitn, toen dezo den bewaker, dio tuasïshen hein en zijn aanklager voor den krijgsraad stona, ter zijd© schoof. Zijn lichtblauwe oogen glinsterden als staal, en hij baaldo diep adem. Een bron van zoete verfrissching scheen in hem te ontspringen. Een liefde, die, na een afwezigheid van meer dan vijf en twintig jaar zoo volko men, zoo vurig, zoo juichend herleefde, zou werkelijk een liefde van een heldhaftige soort zijn, maar voor haat v/as dio herleving weinig meer dan alledaagsch. Lr wordt een ruim hart toe vereischt om goed te beminnen; maar zoo fel mogelijk haten kan liet bekvompensto hart wel. Naar verhoudinng dus, dat er veel meer bekrompen dan ruim© harten zijn, komt felle haat dan ook veel meer voor dan heldhaftige liefde. Dit is de menschelijko natuur wel niet van d© vleiendste zijd© beschouwd, maar. bij nauwkeurig© opmer king zal men er toch veel waar in vinden. John Smith! In het eerste oogenblik was het beeld, dat hem voor den gees* kwam en zijn wraakzuchtig gemoed ver heugde, niet do John Smith, dio hem tt> Gloucester ter aarde had geworpen, of d© John Smith, die hein in tegenwoordigheid van den krijgsraad bijna geworgd had. Drt herinneringen van John Smith kwamen ee weinig later om nog meer voedsel te gever aan een wrok, dio nauwelijks opwekking of prikkel noodig had. Maar de man, dien Coninghame het eerst zag, was de man, wiens hond hij vergiftigd ha^. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6