beschaafd Chef. De beste Beschuit Vraag Jtaishoudlam Groote OpenbareVergadering Cbiiieesche Findas. A. iLLEl's Sigarenfabriek fe Osift, Wed-. J. H v. ROSSUM DU CHATTEL Zn., Inkoop van geheeie ol gedeeltelijke Inboedels. C. H. DE JONG Donkersteeg 9. Wonderzalf Q Tl W interkandsa Kweakerij J. G. BALLEGO. WitteSingel.Tel20f. UsaSe^'s in van L©IF1S !FA1&©38I1!A.U. 61310 Voor een alhier te vestigen filiaal van Uit de Omstreken. Ingezonden. Vragen en Antwoorden. FEUILLETON. Gouden Visioenen. A. BOAS, Kon. Gebrév. Pédicure, Oosterpark 29. Amsterdam, xal a. s. TVoensdnjj zqn geachto Abonnés te Leiden bezoeken. Brieven uitsluitend aan bovenstaand adres. 7298 8 tzt M M M X -31 ËH Haarlemmerstraat 82 en 93. 1103 10 üÊcra'vscïioeneii, Klomp- laanen, met vilt en vacht ge voerd. Heeren Overschoenen 1 1.75. Vilten pautoftels, in ver- eclnllendo kwaliteit. MT Enkele paren die Opgeruimd worden. 6516 12 „DE WAEVISCfi" geneest Huidziekten, Jeukingen, Puls ten, open beenen, Eczema'b, Jeukende "Wonden 0.75. 1C91 7 „SAKITAS", Steenschanr I. op Donderdag 12 Felir. 1914, in De Graanbeurs, 's avonds halfnegen. Spreker: J. 0UJEGEE3T, Voorzitter N. V. V. Onderwerp: De Christelijke Vakbeweging. De Heeran Mrs. GEllDKAKDV en BKIëT, welke in de besloten Vergadering van den Christelyken BestuurJersbondonze vakbeweging aan vielen, zuil beleefd tot debat uitgenoodigd. 14utree 5 Cents. Werkloozen vryen toegang. HEL' BESTUUR L. B. B. 1641 24 B en O rol geneest de hevigste *••00 Wialervoalen, Ruwo Eaid, Barstaa, Klovan en Spricgends Lippen. In dooien a &5 en ct., bjj Apothekers en Drogisten. 1102 12 is lESL Gr Beschuit Gezond, Versterkend, Voedzaam. Verkrijgbaar by: lil» II. ISenliuk, Lange Mare 6, F. llaale- bos. Oude Ryu 1L, Corns. Knypers, Morsehweg 74 en J, Choafonr, Hooigracht 72. NB. Men weigere elke verpakking, die niet voorzien ia van eon Sla it zegel,, waarop do naam van den Konings-Öoleifabiikant J. H. Verstegen voorkomt. 1232 34 ZOOEVEN ONTVANGEN: üienwe oogst. EersteLeidsche Pindas Branderij D. DIsi iSJ Jr., Lange Klare 45. Leiden. 1701 15 1690 18 205 20 wordt gevraagdeen 181240 Sollicitanten moeten gehuwd en mogen niet boven de 35 laar zijn. Het deooneeren van een borg tocht wordt vereisehr. Al'een schriftelijke aanbiedingen worden ingewacht aan liet Hoofdka ïtO'M- ie Delft. Corn. P., te Noord wijk-ann-Zee, had zijn privaat, niet in orde gehad, 't Was met Kerstmis al gemaakt en betaald. Hij had gedacht vrij t-e zijn, omdat hij wat achter af woonde. Eisch tl. J. N. B., 54 jaar, kleermaker, te Noord- wijk-Binnen, had eveneens zijn privaat niet in orde gehad. Hij meende, dat alles in orde was, hij had het aan zijn broer ge vraagd, die er 20 jaar geleden bij was geweest, toen de beerput gemaakt werd. Eisch f 1. J. van P., 65 jaar, stond terecht voor hetzelfde feit. Hij was op zee geweest en zijn vrouw was niet verstandig genoeg om dat zoo maar te verordmeeren. Eisch f 1 of 1 dag. J. N., 32 jaar, schipper te Rijswijk, had zonder vergunning gevaren in do Wasse- naarsche watering .met éen motorvaartuig. De motor had niet gewerkt; de schuit werd getrokken. Verbalisant W. J. van den Berg, te Rijns burg, zeide» dat hij. wel getrokken had, in aar het laatste eindje had hij den motor laten werken. Eisch f2 of 1 dag. J. L. C„ 50 jaar, arbeider te Noord wijk, had niet willen uitwijken voor een motor rijtuig op de Zeestraat aldaar, hij was daarvoor veroordeeld tot f3 en kwam nu in verzet. M. v. d. Plas, als getuige voorkomend, bevestigt, het verhaal van bekl.dat hij niet midden op den weg stond. Get. H. van Beek, veldwachter te Noord- wijk, verklaarde, dat, toen C. gelast werd achteruit te gaan, hij dit niet deed, maar integendeel nog een stap voorwaart"» deed, waardoor een motorbestuurder moest afstappen. Uitgesteld om den motorbestuurder te booren. W. D. K., oud 19 jaar, loodgieter te Leiden, bad te halfeen 's nachts luid ge tierd. Bekl. bad wat plezier gehad. Zij wareD met hun drieën geweest» Wat hij zong, wist hij niet meer. Eisch f 2 boete. M. J., huisvrouw van W. C. v. Z., had een matje uitgeklopt, na tienen 'e morgens De lieeLe Oosterstraat klopt den heelen dag door, maar den eersten keer, dat bekl. het deed, had haar buurman haar oekeurd. De heele straat was tegen dezen buurman politieagent in opstand» Eisch f 0.50 of l dag. G. van B. en E. B. stonden- voor het zelfde feit terecht. Zij hadden het kleed morgens al* uitgeklopt en nu hadden zij het enkel opgenomen. Acht dagen uitgesteld, om getuigen te hooren. G. H. V., en F. F. R., beiden uit Den Haag, draaier en gewezen bankwerker, hadden over den overweg van den trein geloopcn. Zij hadden den trein willen ha len. Tegen elk f2 of 1 dag. Weer kwam voor Th. D., uit de vorige visscherijzaak. Hij had over den spoorweg geloopen. Hij liep insecten to vangen, n.l. kikkers. Hij had een schik van geweld ge had, want vijf veldwachters en een spoor wegman hadden achter hem aangeloopen, maar hard loopen konden zij niet blijk baar. Met sprongen vooruit gaand, was hij ze voor gebleven; maar vele honden zijn des hazen dood, zei bekl. en op de spoor baan was hij gevat. Eisch f 3 of 1 dag. O. de B. had nachtrumoer gemaakt. Hij ontkende, hij had een knecht opgeklopt, maar niet met een stok geslagen op de deur bij D. Koet en niet geschreeuwd en gevloekt, zooals hem was ten laste geTegd. 8 dagen uitgesteld. Uitspraak in alle zaken over veertien dagen. LEIMUIDEN. Gemeenteraad. Voorzitterburgemeester Ninaber, Afwezig de heer J. J. Kïeberfc. Ingekomen is een ad ree van do Holl. Elec. Spoorweg-Mij. waarin deze verzoekt om alsnog in haar net op te nemen een zij lijntje van Nieuwveen naar Ter-Aar, waar van de kosten toegezegd zijn door het Rijk, de Provincie en do gemeente Ter- AaE. De H. IJ. S.-M. zal ook dit lijntje exploiteer en en nu zag de H. E. S.-M. dit lijntje nog gaarne opgenomen in haar net, tesi einde voor die lijn geen aparte boek houding te moeten honden. De Raad besluit op dit verzoek in te gaan. De Voorzitter deelt mede, dat bij Kon. Besluit met ingang van 1 Febr. de heer Th. G O Nmaber herbenoemd is tot bur gemeester dezer gemeente. Een bésluit tot a1- en overschrijving wordt goedgekeurd tot een totaal bedrag van f 685. Hierop komt aan de ordeOpnieuw vaststellen der verordening tot heffing van bruggelden, welke bij Kon. besl. slechts goedgekeurd is tot 1 April 1914. De Voorz. leest een memorie van toe lichting voor, waaruit blijkt, dat de in komsten do uitgaven dekken. In deze toe lichting wordt tevens medegedeeld, dat na beeëdigïng van den zandaanvoer van de spoor, wijziging der verordening zal wor den overwogen. De verordening wordt hierop weder on gewijzigd vastgesteld. De Voorz. stelt hierop aan do orde de kwestie Geerdijk. Na geconstateerd te hebben, dat tot dus verre alleen de gemeente Leïmuiden gel den voor de verbetering heeft gevoteerd, vraagt spr. of de Raad wel zou willen werken aan een plan van den Voorz, van den Noordein- en Geerpolder, om een paardenspoor te leggen, waarvan de kos ten geraamd zijn op ƒ4000. De heer Van Dom oütraadt meegaan, met dat plan. Spr zou willen wachten op een beter plan. De heer Koot betreurt het, dat de be langhebbenden er zoo goedkoop af zullen komen. Z. i. behoorden dio een som ineens te storten. Be voorz. zegt, dat die de bermen af willen staan. Ter-Aar heeft schouw op den dijk,, maar het gaat met net onderhoud, zooals het met zulke overeenkomsten in don regel gaat. Besloten wordt te wachten tot er voor stellen komen tot afdoende verbetering. De vergadering wordt hierop gesloten. Aan de Redactie van Het „Leidseh Dagblad". WelEd. Heer! Met poststempel „Leiden", doch zonder den naam van den afzender, kreeg ik als drukwerk een exemplaar van mijn „Ant woord aan het Comité tegen Onmatige Drankbestrijding", teruggezonden. Op ge vaar van me strafport te laten betalen, had de onbekende afzender bij dc zin snede: „Wij willen alleen in bet belang der publieke en der persoonlijke veiligheid, dat wanneer minstens der mannen en vrouwen in een gemeente dit wenscht, dc publieke drankverkoop zal ophouden", aangeteekend„Dan sterft dat Inndje im mers haar eigen dood 11 Suffers"' Ik kan den vriendelijken, beleefden op posant niet rechtstreeks antwoorden en \rraag u dus beleefd eenige ruimte om dit te kunnen doen. Ik neem als voorbeeld de gemeenten Franeker, Menaldunacfeel en Sueek, vaar bij de gehouden proefnemingen respectie velijk 80, 76 en 70 pCt. der meerderjarige mannen en vrouwen zich voor de volledi ge verdwijning van de drank- en bierhui- j zen heeft verklaard. In deze plaatsen na- I men bijna alle meerderjarigen aan de stem- ming deel, dat kan blijken uit het feit, j dat aldaar 50, 60 en 50 pCt. der inwoners j stemden. Wanneer daar dus Plaatselijke Keuze was, zou allicht de publieke drank- i nering weggestemd zijn. En toch zijn daar thans nog 35, 38 en 89 vergunningen en bierhuizen. Daar is 't kindje nog niet zijn eigen dood gestorven! Ed dat Tigfc voor de hand. Zoolang er drank en bier gevraagd wordt, zal dit verkocht worden i De 23 pCt., die eventueel niet voor Tla-at- selrjke Keuze zullen zijn, zijn juist zij, die 't meest gehecht zijn aan hun dierbaar glaasje. En vooral in hnn belang en dat van hun betrekkingen, wenschen wij het kindje den nek om te draaien, zoodra de groote meerderheid dit met ons eens is. Me dunkt-, dat we hiermee blijk geven nog niet al te veel versuftte zijn. Trou wens, daarvoor beboeren we niet tot de klanten van do leden van 't comité tegen onmatige drankbestrijding. Met beleefden dank voor de opname. Hoogachtend, Uw dw. P. VAN DER MEUTEN, Voorzitter N. C. A. Leeuwarden, 6 Febr. HJM. Vraag: Hoe kan ik een blauwe inkt vlek doen verwijderen uit een gespijkerd vloerkleed 7 Antwoord: Inktvlekken worden het best verwijderd met een min of meer ster ke oplossing van zuringzout in water, doch voor een gekleurd karpet is dat niet aan te bevelen, daar het niet alleen de inkt, maar de kleur wegbijt. Daarvoor is minder gevaar, wanneer men de vlek met een lieete oplossing van klaverzout bevochtigt en dan met fijn zinkpocder inwrijft; de meeste vlekken zullen dan dadelijk ver dwijnen. Vraag: Is het aan do gemeente-reini ging geoorloofd, om de koetsiers tot Uur te laten werken en soms dc straat vegers tot 6 uur, zonder daar overuren voor te betalen, daar de tijd tot te uur ïaf Antwoord: Do werk- ëu rusttijden worden volgens art. 8 van. bet werklieden- regloment, voor eiken tak van dienst door den directeur geregeld, onder goedkeuring van dc betrokken commissie van bijstand of beheer. De werktijd bedraagt niet meer dan 10 uur per etmaal, daaronder niet be grepen de gebruikelijke rust- en schaft tijden. Do directeur kan echter, indien de werkzaamheden het vereischen, een lango ren en alzoo tijdelijk normalen werktijd voorschrijven, van ten hoogste 13 uren per dag en in zeer bij-oudere gevallen een nog langeren. En eerst na het overschrijden van dien normalen arbeidsdag, heeft do werkman recht op o.CmreUlooti. Vraag: Ik zit in ecu kroeg. Zelf oen ik nog niet dronken; een man komt bin nen en doordat ik nog niet dronken ben, bemerk ik dat mijn binnentredende lotge noot wel dronken is. Hij bestelt bier ett de kastelein geeft dit. Mag ik nu tegen den kastelein zeggen: „Zeg, kastelein, a heeft geen karakter" Antwoord: De wet verbiedt het niet van iemand to zeggen, dat hij geen ka rakter heeft, maar heel fatsoenlijk is het niet. Wij zouden haast zeggen dat u, a mocht dan meenen, dat u niet- dronken waart, toch niet geheel normaal zijt ge weest. En we willen voor u hopen, dat u er na de woordenwisseling met den kaste lein er niet nog een of twee borrels hebt opgezet, want dan jvreezen u go uw „lotgenoot" geheel gelijk rden rijt. Blijf voortaan nit dc kroeg; daar mede zult TT karakter toonen. Vraag: Zoudfc u ons kannen vertellen, in welk jaar en op welken datum hier in Leiden de laatste opgehangen is, en wie of dat geweest is? Antwoord: Deze vraag duikt na ver loop van tijd, telkens weer opnieuw op. Nog niet lang geleden hebben wij haar nog beantwoord en er is toen zelfs nog een nabetrachting over gehouden. Wij scheiden er nu mee uit. U kunt op het Oud-Archief het nu zelf opzoeken. C5> „Wat is het?" zeide hij, op eenigszins dependen toon. „Wat wilt ge van mij?" „Ik ben de eigenaar van dezen grond". „Zoo?" hernam de smid, terwijf bij zijn hamer liet zakken en zijn voorhoofd met zijn hemdsmouw afveegde. „Ik moet je naam weten", snauwde ge neraal Coninghame, „en de namen van je makkers en ik beveel jo mijn terrein te verlaten". „We zullen wel wijzer zijn, oude heer", zcide de hoefsmid, terwijl hij in.zijn vereelte handen spoog en zijn hamer opnienw zwaaide. De menigte lachte overluid, cn dc generaal stond bij het werk der vernieling toe te zien. „Ik zal jou wel vinden", heet hij den hoef smid toe, „en jou ook, mijnheer", tot Job, dio glimlachend het hoofd boog. „En jou, en jou", hier en daar eeD uitzoekende. De menigte, begon tegen hem op te drin gen, maar Job riep gebiedend: „Geen geweld, maonen. Laat hem met rust". Het dringen hield op, en toen trad Co ninghame naar Job te, en zag hem met een zonderlingen blik aan. Job beantwoord de dien blik, en een halve minuut stonden zij elkander strak aan te zien. Het volle licht der maan deed de gelaatstrekken der beide mannen duidelijk onderscheiden. Klaarblijkelijk was er een flauwe herinne ring, bij Coninghame gewekt, maar die hij niet wist thuis te brengen. Het was slechts een vluchtig liehfc van herkenning, en hij wendde zich van hem af, met zijn vroe gere waarschuwing: „Ik zal jo onthouden". „Dat wil ik wel gelooven", antwoordde Job lachend. Coninghame verwijderde, zich, eD nu kwam er nog een van zijn knechts naar hem toe, en wees hem eenïgcn, die hij ken de, aan. Dit was de koetsier, die reeds een paar jaren in Castle Barfield in dienst was geweest. Sommigen onder de menigte jouwden hem nit, maar Coninghamo leen de een zakboekje van zijn vriend, en schreef bij het schijnsel van het vuur zijner eigen planken de namen der aanwezigen op. „En nu, mijne heeren", zcide Job, „schijnt het werk, dat gij hier te doen hadt, afgeloopen te zijn, en zal 't maar het best wezen stil naar huis tc gaan". „Job, Job", sprak Armstrong, toen zij weder te zomen alleen waren, „wat hen je toch een dolleman 1 Waarom moet ge dien man nu zoo opzettelijk in den mond loopen1" „Och, kom", antwoordde Job onverschil lig. „De schurk herkent mij niet, en al deed hij het, wat zou het dan nog? Wie zou hem na vijf en twintig jaren alleen op zijn woord gelooven?" „Go vergeet den hond, .jongen", hernam Armstrong. „Er zijn op dit oogenblik in Castle Barfield wel honderd, wel duizend menschen, die zich herinneren, dat ge er mee weggeloopen rijt". „Ik vergeet den hond niet", zeide Job, op strengen toon. „Hij was de ellendeling, die hem vergiftigd heeft. Gij weet wel", ging hij met zonderlinge bedaardheid voort, „dat ik eerst op den dag van mijn huwelijk inijn besluit heb opgegeven om dien kerel met rijn leven voor den dood van den armen Pincher te laten boeten te laten betalen, wilde ik zeggen, maar dat kan van hem niet gezegd worden, omdat hij niets waard is". „Job, Job", vermaande Armstrong, „wat spreekt ge op een akelig woesten toon 1 Denk aan Sara, als niets anders u bedaard kan houdc-n". „Welnu", antwoordde hij, ,,'t is over. Ik zal den schurk nit dén weg blijven, om u genoegen te doen". HOOFDSTUK V. Het afbreken van de schuttingen was een voorval, dat de gemoederen in Castle Barfield iü ongewoDe beweging bracht en niet weinig stof tot gesprek in de- gelagka mers leverde. Wie er alleen maar als toe schouwers hadden bijgestaan, snoefden er op, dat zij die groote gebeurtenis hadden bijgewoond, en namen tegenover hun min der gelukkige buren heldhaftige airs aan. De hoefsmid werd een halfgod, en de jon gens vertelden elkaar de tastbaarste leu gens van hein, zooals, onder anderen, dat hij hoefijzers met duim en vinger kon bre ken, of dat hij om >n weddenschap een half uur ver had geloopen met 'n aanbeeld, dat hij onder zijn ja» hield, zonder dat iemand aan zijn tred daar iets van kan bespeuren cn dergelijke Herculische daden meer. Behalve dat een hoefsmid over het al- fomecn een noga! gespierd man is, had oze hoefsmid in het bijzonder nooit, zelfs ouder schooljongens, zulk een vermaardheid gehad, maar, na het afbreken van generaal Coninghamo'» §obuitingen, ree» er een ver heerlijkte schim van hem op, dio dagelijks heldenfeiten bedreef, trots den sterksteu man, die ooit op een kermis te zien is ge weest. Generaal Coninghame was geenszins de man om op zulk een terrein niet te willen strijden. Hij was heerschzuchtig van aard, en bijna dertig jaar lang had hij zijn aan geboren neigingen versterkt door een on afgebroken reeks van tirannieke plagerij en. De Britsche soldaat van vroegere ja ren had eerbied, voor een officier, die op zijn tijd streng, wist te rijn, en hield soms wel van strikte krijgstucht. Maar de Brit sche soldaat verfoeide generaal Coningha me, die overal, waar hij in garnizoen had gelegen, een hatelijke beruchtheid had verworven. In alle wereldstreken was hij persoonlijk gehaat, en op elke lengte en breedte was bij in dc cantines verwenscht geworden. Zijn geheeie voorkomen adem de smadelijke trotschheid, en hij was eren kleingeestig en laaghartig als trotsch. Hij was zulk een officier, die zadels aan stuk ken zou trekken, om naar verborgen roest vlekken te zoeken, en die inspectie komt houden zonder de gobruikelrjko waarschu wing vooraf. Soms had bij bij een onver beterlijke wel eens iets door de vingers gezien, maar voor een soldaat van goed gedrag, die maar den gcringstcn misslag beging, was hij onnieedoogend. Deze ka raktertrekken, waarbij nog kwam, dat hij zich bij den oorlog m de Krim bad geken merkt door een bijzondere neiging om zich in gevaarlijke ©ogenblikken onder genees kundige behandeling to stellen, hadden hem zoo gehaat gemaakt als iemand slecht» rijn kon. Het geschreeuw over het heldenfeit van d.n hoefsmid begon te bedaren, en het om geploegde pad van den openbaren weg was opnieuw hard geworden onder den. tred van vele voeten, toen Ezechiël op zekeren namiddag in zijn eenzaamheid een wande ling voor rijn gezondheid deed. Zijn weg leidde hem, zoowel bij toeval als uit keus, in de nabijheid van de Diergaarde, en tot zijn verbaring en verontwaardiging zag hij, dat daar een nieuwe schutting getimmerd werd, en tegen de heg stond een aanplak bord, waarop, met groote witte letters op een zwarten grond, te lezen stond: „Ver boden toegang, op straffe van vervolging met alle strengheid der wet". „Ei zoo?" zeide Ezechiël, tot den werk man, die het dichtst bij hem stond. „Goed, dat zullen wc zien Hij wrong rich door dc nog overgeble ven ruimte, cn liep het voetpad op, het hoofd schuddende cn vastberaden met rijn dikken wandelstok op den grond stampen de. Het deed zijn eigenzinnig ontl hart goed den man, die .inbreuk op de rechten van het publiek had gemaakt, binnen de afsluiting to zien staan. „Ga er af", liep de generaal. Ezechiël zette zijn stok vast neer, cri zag om» zich heen, als iemand, die in de be schouwing vaii het ltndschap verdiept was. „Hoor jc niet? Er af!" riep do gene raal, nader tredende. EzeehtëL, die zijn snuif los in zijn vest zak had, nam bedaard een snuifje en liep langzaam- voort. De generaal kwam voor hem staan en versperde hem den weg. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6