r i
LEÏDSGn DACKSÏiAlfc, WöeaasSajgr 23 JiüL Tweed© Hlasï.
Aiisao 1213.
Buitenlandseh Overzicht.
Uit de „Staatscourant".
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
Ee wettige erfgenaam.
|fo.
Nauwelijks zijn in Duitseliland de leger-
wetten, die een milliard vragen, plus neg
de verhooging van het gewon© jaarlijksche
'budget, aangenomen of er is weer een on
rustbarend nieuwtje uit militaire kringen,
dat het uitgeven van vele tientallen om
niet te zeggen honderdtallen millioonen
tot gevolg moet hebben.
De „Militaire und poütische Korrespon-
denz" meldt, dat de minister van Marine
een nieuwe wet uitgewerkt beeft, voor
ziende in de instelling van een vlie
gend eskader van kruisers,
bestemd om de Duitsche vlag op alle zeeën
te doen wapperen. Ook beeft de minister
van Oorlog een programma gereed, waarin
een algeheele reorganisatie van de artille
rie omschreven is. De datum, waarop beide
ministers hun ontwerpen bij den Rijksdag
zullen indienen, is nog niet vastgesteld.
In Frankrijk heeft men soortgelijke plan
nen op aviatisoh gebied. Daar moet een
gepantserde lucht vloot ko-
men, omdat de on gepantserde vliegtuigen
'te gevaarlijk zijn. Die lucbvloot zal worden
eaamgesteld uit:
Gepantserde één-persoons voor verken
ning ten behoeve van artillerie, cavalerie
op korten afstand, met snelheid van 120
KM. per uur; gepantserde tweepersoons,
voor opheldering ten dienste van den gene
ral en staf; snelheid 100 KM; gepantserde
twee-persooiis, die bewapend zijn met mi
trailleurs en automatische geweren, voor
de bestrijding van vijandelijke vliegtuigen
en luchtschepen, met een snelheid van 120
K.H. en vliegtuigen voor m-erdere perso
nen-, bestemd voor het vervullen van bij
zondere opdrachten. Snelheid ICO K.M.
Hoe dat pantseren zal geschieden is nog
een geheim.
Én onderwijl die plannen worden ge-
maakt, wordt te Karlsbad het internatio
naal mijnwerkerscongres gehouden en daar
wordt door 'n Engelschman, den voorzitter,
onder geweldig enthusiasme een voorstel
gedaan, dat al die oorlogsmaatregelen on
geveer waardeloos kan maken. Hij stelde
voor om, wanneer een oorlog
dreigde, eon buitengewoon congres tc
beleggen, waar tot de algemeene sta
king in de mijnen zal worden besloten.
Dan kunnen dus de mogendheden het ma
teriaal niet krijgen. Mot aanneming van dit
besluit zouden de mijnwerkers stellig den
dank der pacifisten verwerven.
Omtrent het gebeurde met graaf del-
la Kocca, verdacht van landverraad
en spionnage, wordt nader uit Rome
geseind, dat de politie bij een onverwachte
huiszoeking inderdaad belangrijke papieren
vond. Delia Rocca werd sinds vier maanden
'door rechercheurs nauwkeurig nagegaan.
Hoewel hij sinds twee jaar gepensionneerd
is, stond hij toch nog in nauwe betrekking
f; tot het departement van oorlog. Het
schijnt, dat de verdachte niet alleen voor
Oostenrijk, maar ook voor Rusland werkte.
In de papieren van den Oostenrijkschen
spion Redl moet herhaaldelijk de naam van
Morozzo gevonden zijn.
Er komt nu bij, dat hij ook stukken aan
Rusland heeft verkocht, maar voor ons was
't een vraag of nu toch het gevaar was van
verkoop aan Oostenrijk. Vertrouwt men den
bondgenoot zoo slecht dat de grens moet
worden beveiligd? 't Is toch geen iunig
bondgenootschap.
Het Hoogerhuis heeft ook in tweede 1 e-
zing de Welsche ke r k w e t, ook een
dor ontwerpen, die er door middel van de
:Parlementswet moet komen, verwor-
ipen. Ze hebben 't er druk met die bezig
heid.
Over het optreden der unionisten bij het
home rule-ontwerp wordt nogal wat nagc-
babbeld. De woorden van lord Curzon, ook
door ons meegedeeld, zijn daartoe de aan
leiding.
In unionistische kringen schijnt men de
onvoorzichtigheid der uiting in
te zien. De „Times" althans tracht haat
te vergoelijken. Maar intusschcn is er nog
gró'öter ergernis gewekt door een zinsnede
uifcfL een der vele redevoeringen van Sir
Edward Carson in Ulster. Deze toch, die.
telkens den nadruk legde op de volkomen
instemming van de gansche unionistische
partij met Ulster's houding, heeft ronduit
verklaardj dat Ulster voor geen twintig
verkiezingen, die Home Rule goedkeurden
zou wijken.
Het spreekt vanzelf, dat dergelijke uitin
gen de laatste geneigdheid, die onder do
liberalen nog mocht resten om Parlements-
ontbinding toe te staan, doen verdwijnen.
In Portugal is 't nog steeds n i e t g e-
heel in orde. De politie heeft weder
verscheidene personen aangehouden en be
slag gelegd op tal van bommen. Volgens
de dagbladen is een samenzwering ont
dekt, waarin enkele onderofficieren der ar
tillerie betrokken zijn. In geheel Portugal
moet volkomen rust heerschen.
Volgens dc „Mundo" had de Portugee-
I sche consul te Vigo de regeering gewaar
schuwd, dat de Portugeesche emigres in
Galicië- rekenden op een omwenteling, die
vóór den 20sten Juli zou uitbreken.
De staking van de arbeiders o p d e
Duitsche scheepswerven breidt
zich nog steeds uit.
Te Stettin verlieten de arbeiders Maan
dagochtend om negen uur do werven. Op
de werf Vulkan staakten gisteren behalve
de 415 klinkers 5023 andere scheepsbou
wers. Op de Oderwerke daar beliep het
aantal stakers 900, op de werf van Nueske
Co. 300.
Het is nog niet zeker, dat de leiders van
de vakvereenigingen de staking erkennen
en uitkeeringen verstrekken zullen. De
christelijke metaalbewerkers houden zich
voorloopig buiben de "staking.
Te Hamburg blijven de leiders van de
vakvereenigingen in hun weigering, om
hun goedkeuring aan de loonbeweging te
hechten, volharden.
Te Bremen staken nu 3030 man van de
Vulkan.
Aan de werf te Geestemiinde zijn de
werklieden daarentegen aan het. werk ge
bleven.
Toen besloten was de marine-etablisse
menten te verplaatsen van Roohefort naar
een andere Fransohe haven nam d.e ge
meenteraad ontslag. Er moesten
dus nieuwe verkiezingen plaats hebben en
dejzer dagen zou dit geschieden. Maar de
bewoners waren het met hun vroede vade
ren eens en het gevolg is geweest dat nie
mand ter stembus kwam. Roehefort is dus
zonder een besturend college.
Uit China zijn te St.-Petersburg zeer
verontrustende berichten ont
vangen. De revolutie in de zuidelijke pro
vinciën breidt zich mèer en meer uit. Het
verzet tegen Jceansjikai neemt toe, zoodat
do opmarsc-h van liet leger naar Peking
verwacht kan worden. Diplomatieke krin
gen vreezen, dat de mogendheden tob in
terventie in China zullen moeten kojnen.
Uit San Francisco wordt geseind, dat te
Seattle in Washington érnstige ongeregeld
heden hebben plaats, gehad. Qndsr leiding
van matrozen van eenige oorlogskruisers,
die in de. haven lagen, heef toén volksmenig
te e e n a a n val g.e.d aano.pliet
kantoorgebouw der socialists
8 c h e organisaties, waar de inboe
del kort en klein werd geslagen, terwijl ten
slotte het gebouw in brand werd gestoken.
De mayor van Seattle wijt de opstootjes
aan den minister van maiine. Daniels, clie
Vrijdagavond een.rede-hield, waarin hij o. a.
zei-de, dat de volgelingen, van de. roode. vlag
uit het land moesten wp&den verdreven. De
aai ti-socialistisch e matrozen hebben dit blijk
baar opgevat als een aansporing, om ue
socialisten aan te vallen. Het gebeurde heeft
onder de arbeidersbevolking van Seattle
groote ontstemming tegen de matrozen der
vloot gewekt en er lieerscht in de stad' nu
zulk een oproerige stemming, dat de over
heid militaire hulp heeft moeten inroepen
ter handhaving van. d'e orde.
Bij Kon. besluit is, met ingang van 1
I October benoemd tot referendaris bij het
departement van Koloniën de gep. majoor
van het leger in Ned.-Indi-j L. A. Bakhuis,
thans met de waarneming dier betrekking
belast.
De nienwe Bnlgaarsche minister
president dr. KnbosLivrof.
Dr. Kuyper verdedigt in een „Stan
daar d"-driestar de tegenstrijdigheid tus-
schen zijn, in een redevoering uitgesproken
meening, dat de vrijhandel; strijdt tegen d e
Heilige Orde on zijn na de Kamerver
kiezingen geschreven artikeltje, dat de Ta-
lief wet voorloopig' van de baan moet.
Ter verklaring schrijft dr. Kuyper o.a.
„Vrijhandel is het product van de phan-
tasie der Eenvormigheid. Tegen dezen
vloek der Eenvormigheid gaat de beschik
king Gods juist lijnrecht in.
„Waar heeft nu sinds 25 Juni ons blad
deze fundamenteel© waarheid ook maar
mét een letter weersproken?
s,Wo verschoven twee pionnen in een
gansch ander schaakspel.
„Het ging in het practjsche schaakspel
niet om Vrijhandel. Practisch bestaat Vrij
handel nergens. Ook niet in Engeland, dat
280 millioen gulden heft aan inkomend
recht, meerendeels op exotische waar, die,
zooals koffie, thee, cacao en tabak, in ge
meen gebruik onder het volk is, en dus door
heel het volk als indirecte belasting betaald
wordt. En met een meer of minder heeft de
„Heilige Orde", waarvan, sprake was,
uiteraard niets hoegenaamd uitstaande. -
„Nu drong bij ons fiscaal motief tot Ta-
riefsverhooging, cn dc nijverheid gaf er
liefst tegelijk een protectionistische plooi
aan.
„In 1901 kon dit niet anders, vanwege
den stand van ons budget. Thans verloor
dit fiscaal motief zijn overwicht. Sinds
1901 toch ging ons budgetlöO millioen aan
inkomsten vooruit.',
„Toch kon daarom in Maart j.l. de Ta-
riefsyefhooging nog niet op ons Program
van Actie terug worden gezet, omdat het
Kabinet er aan vast zat, en wij, gelijk van
zelf spreekt, ons Kabinet niet'in den steek
konden laten, ook al had 'ty door in tijd
rekenkunde te kort te - schieten, gelijk de
heer Middelberg opmerkte, het juiste mo
ment voor het Tarief ongebruikt voorbij la
ten gaan.
„Thans echter, nu de positie van het Ka
binet ons niet meer bond, verviel voor ons
elk motief, om het Tarief in ons Program
van Actie nogmaals op den voorgrond te
schuiven.
„Niet, dat we over de beteelcenis van het
Tarief voor onze toekomstige volksontwik
keling in 't minst ook maar ons gevoelen
zouden gewijzigd hebben.
„Maar thans werd het een quaestie van
volgorde.
„De practische vraag, wat op 't Program
van Actie der partij voorrang verdient;
en dan kon het o. i., na de jongste stem-
buserva.ring, voor geen onzer twijfelachtig
zijn of van nu af zou voor ons wat 't zwaar
ste was, ook in ons partijbeleid het zwaar
ste moeten wegen."
Naar aanleiding van de verklaring, die
„De Standaard" gegeven heeft van het
niet in consult roepen van een
lid der anti-rev. p a r t ij door de
Koningin, zegt het „H a n d e 1 s b 1 a d"
„Ook „De Sta'ndaard" van gisteravond
heeft zich beziggehouden met het feit dat
dr. Kuypers advies niet door de Koningin
is gevraagd, maar het blad doet net alsof
niet de partijleider, doch de voorzitter der
Kamerfractie in normale omstandigheden
zou zijn gehoord. Maar de heer Middelberg
was niet herkozen, cn dus moest de anti-
révolutionnaire bond gesloten blijven. Ei
zoo. Maar waarom heeft de Koningin, ter
wijl de heer Drucker geen deel meer uit
maakt van de nieuwe Tweede Kamer, toch
wel een anderen Vrijzinnig-Democraat we
ten te vinden om het advies te vernemen
Vóór de sociaal-democraten c-en beslissing
hadden genomen inzake het al of niet ac
cepteeren der ministerszetels heeft ook het
groene weekblad „De Amsterdam
mer'' aan deze kwestie een artikel gewijd.
Daar lezen we o. m.
„Het heeft dezer dagen den uiterlijken
(den zeer uiterlijken) schijn, of niemand
verlangcnder is naar een sociaal-dcmokra-
t.isch minister van financiën cn van be
lastingen dus of van binnenlandsche za
ken of van spoorwegen (stijl 1903?) dan de
meest konservatieve pers van Links. Het is
een vogelgefluit, een lokkend orchest, een
opdringerigheid van offervaardigheid, een
heete, haast hysterische gilpartij om so
cialistische ministers uit die stijve oudlibe-
rale kakebeencn, dat men er bijna aardig
heid in zou hebben. Kom, kom, de deftige
beeren in Den Haag en in Rotterdam heb
ben de schrik anders nog vrceselijk in de
beenen van hun herstemmingsgang, toen ze
Spiekman (in Rotterdamstemden, Ter
Laan cn Van Leeuwen, hoe komen ze nu
ineens aan die jubelende uitbundigheid?
hoe zijn die „N. Ct." en ,,N. R. Ct." en in
hun gevolg een groot deel van de pers in
Nederland, nu ineens zoo verslingerd aan
dc gedachte door een Troclstra, een Vlie
gen, een Duys te worden geregeerd
„Weest toch in 's Hemelsnaam vlug,
roept de oud-liberale courant uit de Maas
stad Indien men weer con volle weck moet
w achten op dat socialistisch partij-kongres
zoo boudeert zij dan kon het best te
laat worden voor de groote hervormingen,
waarmee dc „N. R. Ct." zegt het
„dc vrijzinnigen het blijkbaar zeer ernstig
meeDen
„Waarlijk, het staat er.
„Deze grove spot, niet alleen met de
partij, die weigert aan 't laadje te zitten (nog
al niet hebberig op baantjes zou men zeggen)
neen deze grove spot met de grondwetsher
ziening zelve, waar ze zo o pas hun woord
aan verpand hadden, plegen déze lieeren
zonder zich in 't minst, daar kan men zeker
van zijn, te schamen. Zij toonen openlijk,
zij loopen er mee te koop, hoe gaarne zij
hun progam wederom zouden verloochenen,
deze eorste de beste gelegenheid, dat zij
de schuld er van in schijn op een ander
schuiven kunnen.
„Het valt niet mee, als men ziet hocvelen
in hun fuik loopen. Waar het heele sociaal
democratische succes o. i. zijn verklaring
vindt in de voortdurende, taaie en harts
tochtelijke manier, waarop die kleine partij
hervormingen eischt, en, meer dan dat, ook
helpt tot stand komen (nog'onlangs-tever
geefs de bakkerswet,) daar moest elk man
van gezond oordeel het duidelijk vinden, dat
het z. g. „gebrek aan durf", dat dié partij
verweten wordt, locs gerucht móet wezen
Inderdaad! Men kan immers desnoods aan
d'rie jongens nog wel gebrek aan moed ver
wijten als zij niet tegen zes anderen opdur-
ven, m,aar men verwijt geen lafheid aan drie
personen, die weigeren mee de verantwoor
delijkheid' te dragen van een Kollege, waar
in zij, op punten hun beginselen rakende
steeds tegenover zes tegenstanders, in do
minderheid zullen zijn. De „N. Ct.", aie
zegt: Troclstra wenschen wij achter de groe
ne tafel te zien om daar te beraadslagen en
daar (wij spatieeren:) te stemmen, geeft
d'oor deze twee woorden zoo juist aan, dat in
een ministerie van dagelijksche anti-socialis
tische praktijk geen (immers telkens over
stemde) minderheid zitting kan nemen. Dat
is geen kwestie van moed, maar een van zeer
eenvoudige rekenkunde, die leert6 is groo-
ter dan 3."
En verder:
„Daar zal dan komen een ministerie,
welks allereerste taak is- dc maatsohapplj j
zooals wij die kennen, met kapitaal-heer-
schappij, militairisme, koningschap, in stand1
te houden. De leden eener partij, die nog*
altijd tot hoofdoel heeft vernietiging dier
maatschappij en afschaffing van militarisme'
en koningsschap, wil de regeering, welke.'
in wording is, tijdelijk steunen in 't belang!
van eenige bepaalde hervormingsvoorstel
len. Neen, roept men nu, wij willen uw hulp
sleohts, d. w. z. wij willen de (door«
ons o zoo vurig begeerde) hervormingen,
slechts, indien gij dagelijks de verantwoor
delijkheid mede draagt, van alle overige
kapitalistische daden, die- - wij doen zullen
en va* ons heele door u verfoeide regime.
Indien gij dit niet doet O gij lafaards, cn
wij kunnen daar niet ons program uitvoeren
„Dit zijn allies natuurlijk praatjes voor
de vaak.
„Indien er een wezenlijk verlangen huist
in de liberale gekozenen der Tweede Kamer
om het liberale program van Alg. Kiesrecht
en Staatspensioen tot stand te brengen, zoo
behoeven zij Troelstra niet te vreezen als
minister zonder portefeuille. Het geroep,
dat men van Troelstra af zou hangen, dio
als een minister zonder verantwoord cl ij kh ei
het ministerie naar. zijn pijpen zou kunnori
doen dansen, is de góe gemeente wat wijs
maken. Integendeel immers: Een ministe
rie dat grondwetsherziening flink voorbe
reidt en naar de eisehen der sociaal-democra
ten het staatspensioen, is daardoor alleen
reeds verzekerd' van Troelstra's steun cn
van eigen staan. Door zulk eep ministerie
.te doen vallen of toe te staan dat"het valt
zou de sociaal-democratie zich eenvoudig on
mogelijk maken bij haar kiezers. Niet Trocl
stra regeert, als hij buiten een Link sche
ministerie staat, dat zijn eigen beloften vol
brengt. Het zou dan integendeel net anders
om zijn: Bos zou over Troelstra regeeren:
hem nu en dan kunnen ringclooren."
Het blad meent dan ten slotte dat ter
voorkoming van liet oorverdoovend ge
schreeuw dot uit de liberale pers zal oogaan»
als de S.-D. A.-P. minister-portefeuilles
weigert, het goed zou zijn om zè te aanvaar
den, onder voorwaarde dat de drie socialis
tische ministers niet. voor het werk er ande
ren verantwoordelijk zonden zijn en c?at
geen algemeene kabinetsverklaring anders
dan met algemeene stemmen zou worden
vastgesteld. De reaktionairen van Links zou
den er dan niets meer van moeten hebben
en zich bloot geven.
Zeldzame wraak eener bedrogen
echtgenoot©,
Een jonge, sclioone dame, uit den Na-
politaanscne deftigen stand, Ida Balzano
geheeten, heeit zich dezer dagen op ori
gineel© wijze gewroken op haar man, die
afkeurcnswaaidigé betrekkingen onder
hield met de variétó-zang-ereS, Dalbres di
Cistanza.
De bedrogen echtgenoot© greep noch
naar de revolver, noch naar de vitriool-
flacon, maar begaf zioh eenvoudig naar
het theater, waar haar medeminnares op
trad en nam v rooi ijk glimlachend- in- een
loge plaats. De soubrette betrad'"het töo-
neel en zong haar omeletten, onder het
applaus van het publiek.
Haar zegevierend lachje verdween ech
ter, toen haar plotseling een koper munt
stukje van 10-centimes voor de voeten rol
de. Daar haar verschrikt ronddwalende
blik niets verdachts bespeurde, hervatte
zij haar zang, om echter voorgoed op te
houden, toen een ware regen van kope
ren geldstukjes op haar begon neder to
dalen.
Hét publiek joelde van pleizier en deed
den koperregen, die uit. het uitspansel van
mevr. Balzano's loge b'eek neder te gudsen,
van kernachtigspotternijen vergezeld
gaan zoodat de vernederde rivale spoedig
een veilig heenkomen moest zoeken. Als
laatste patroon zond d? beleedigde echt-
geDoote de vluchtende soubrette o-°'n'papie
ren zak achterna, die bij het neerkwakken
od de planken, haar inhoud van bedorven
eieren over het tooneel deed vloeien.
De gegriefde diva liep naar den rechter
maar déze achtte de gekwetst-»1 kunstenaars-
eer met een boete van 25 lire voldoende
vereffend.
23)
„O neen, allesbehalve", lachte zij. Ik
ben geen heldin. Maar ik ben ook geen
kind, dat men gemakkelijk iets uit heb
hoofd kan praten. Ik vroeg u allec-n of u
er zeker van is, dat de naam, dien zij u
noemden, wel die van den liarone del
G rep po was. Is u er heel zeker van, mijn
heer Lot-ha?"
„Ik geloof niet, dat ik me in zoo'n klei
nigheid zou kunnen vergissen", antwoord
de hij. „Let wel, ik zeg niet, dat de ba
ron del Gi-sppo de hoofdschuldige is. Al
wat ik weet is, dat do man dien naam
noemde. Ik dreigde hem, dat, als hij den
naam van dengeen, die hem had omge
kocht, niet op staanden voet noemde, hij
binnen een uur gearresteerd zou worden.
Dit bracht hem tot bezinning en dadelijk
zei hij; „Dc baron del Greppo". Ik kon
me dien naam later niet dadelijk te bin
nen brengen, maar zoodra u hem noemde
wist ik, dat liet die naam was.
„Juist, dat herinner ik me", zei Mag.
„Maar gelooft u, dat er soms een rede?
voor zou kunnen bestaan, dat die rnan
iemand noemde, die er geheel buiten
stond?"
Lotha haalde de schouders op.
„'t Is niet aan mii dit uit te maken",
zei hij. „Ik weet niet wat die man daar
mee voor kon hebben. Hoe zou zoo'n kerel
op den naam van den baron del Greopo
komen, als deze er werkelijk geheel buiten
stond ?'--
„Ja, dat heb ik mezelf ook al afge
vraagd. Weet u er geen antwoord opr"
„Het antwoord, dat ik hierop weet, is
heel eenvoudig".
„Heel eenvoudig".
„Ja. Ik zou denken, dat de man de
waarheid sprak".
„Maar 't is nu uitgekomen, dat de baron
Engeland twee dagen van te voren
had verlaten".
„Dat hoorde misschien bij het plan. U
weet niet hoe handig en sluw de Italia
nen zijn, als 't er op aankomt zoo'n plan
uit te denken. Ik zou u daar veel van kun
nen vertellen. Maar zelfs al heeft hij het
land verlaten, is het dan niet in u opge
komen, dat een lafaard, die zich wil wre
ken cp een jong meisje, dat niets van hem
wil weten, zich uit de voeten kan maken
alvorens zijn laag plan door zijn medeplich
tigen ten uitvoer te laten brengen?"
Zij schudde ontkennend het hoofd. Zij
was er nog steeds van overtuigd, dab de
Italiaan niets met het plan van haar ont
voering te maken had.
Tegen den avond kwamen zij op Craig
Athol aan. Onde-r de voor Sir Drummond
bestemde brieven was er één van zijn naas
ten buurman, Angus Keith, van Inchgar-
ry, waarin deze hem schreef, dat hij hem
den volgenden dag tegen de lunch hoopte
te bezoeken en dat hij waarschijnlijk zijn
vriend, den heer Rex Castle, die bij hem
logeerde, zou meebrengen.
Augus Keith kwam den volgenden och
tend vroeger dan men hem had verwacht.
Heb was een vochtige, kille morgen en Sir
Drummond had juist order gegeven om
houtblokken te brengen voor den haard in
de groote hall, waar het geheele gezelschap
bij elkaar zab. De knecht bracht ze en hij
werd gevolgd door een der dienstmeisjes,
die den koperen kolenbak en eenige vuur
makers droeg. Op dat oogenblik werd er
gebeld en ging de knecht haastig weg," om
de bezoekers binnen te laten.
De heer Keith en zijn vriend traden bin
nen en Sir Drummond stond op, om ziin
gasten te verwelkomen, toen een harde
sJag achter licm hen verschrikt deed op
zien.
Het dienstmeisje had den kolenbak laten
vallen, die ten onderst boven voor haar op
den vloer lag. En zij keek strak naar Rex
C'astle.
't Was Mary Allen.
XI..
Natuurlijk was alles spoedig opgehel
derd. De bottelier snelde bij het hooren
van den slag toe en de knecht was reeds
bezig de kolen op te vegen. Mary Allen
het schrikachtige dienstmeisje, stond met
een verlegen gezicht bij de deur, door wel
ke zij was binnengekomen.
Iedereen lachte om bet kleine intermez
zo, maar niemand was verbaasd. Allen
schenen te weten, dat een dienstbode wel
eens een onhandigheid kan begaan. De heer
Keith, van Inchgarry, kende den heer For
bes reeds, maar moest nog aan Hubert
Lotha worden voorgesteld, en Rex Castle
moest worden voorgesteld aan beiden, aan
Lotha zoowel als aan Forbes. Zoodra de
kleine ceremonie was afgeloopen, waren de
heeren in druk gesprek over de vooruit
zichten van den twaalfden dier maand, den
dag, waarop de jacht zou beginnen.
J „Angus Keith was een man van tusschen
de vijf-en-dertigen veertig jaar. Zijn land
goed Inchgarry lag ongeveer een halluur
van Craig Athol, zoodat de twee families
naaste buren, zoowel als verre bloedver
wanten waren; een generaal Keith was
in het laatst der achttiende eenw met een
Athol getrouwd.
Zijn gast, Rex Cast'e, deed met zijn lan
ge, lenige figuur, zijn gebruinde gelaats
kleur en rechte houding op het eerste ge
zicht steeds denken, dat hij officier was
en als zoodanig jaren lang onc'er de tro
pische zon had gediend. Hij scheen eenige
jaren jonger dan zijn vriend Keith en in
zijn spraak had hij een zweempje van het
Noord-Britsche accent. Hij was echter
nooit in het leger geweest en zijn verbran
de huid was het gevolg 'van een zeer lang
verblijf in Indie. Hij was de eigenaar ge
weest van de bekende theeplantages op
Calichar, waarvan de verkoop in het begin
van het jaar in commereieele kringen zoo
druk besproken was en waarmee hij een
groot fortuin had gemaakt. Hij had- ver
scheiden vrienden, in Engeland, meest of
ficieren, die hij in Indië had gekend en
die daar, in het. warme seizoen, met vreug
de zijn gastvrijheid'in de bergen hadden
aanvaard, of andere vrienden, die de
streek bezochten om er jacht op grof wild
te maken. Onder deze laatsten.was Keith.
Deze had twee jaren geleden eenige maan
den bij Castle gelogeerd en was nu blij
een gelegenheid te hebben, zijn vriend op
zijn beurt te zijnen huize in de Schotsche
Hooglanden te kunnen ontvangen. Behal
ve misschien Angus Keith, die er zich niet
over uitliet, had niemand ooit naar R?x
Castle's f am.il i eb dekkingen gevraagd en
de mensclien hielden het voor een uitge
maakte zaak, dat hij uit het Zuiden kwam.
Dit was de man,' die nu naast Mag Athol
Eat e-n naar wien minstens twee anclere
personen in de hall met aandacht kelten,
terwijl zij zich beiden dezelfde vraag stel
den
„Is deze man de oorzaak, dat den
Italiaar.schen Barone bedankt heeft?"
Een der personen, die zich dat afvroeg,
was de heer Forbes. De ander was Hubert
Lotha.
Het was een allesbehalve gemakkelijke
vraag. Rex Castle was geen man, die mot
zijn gevoelens te koop liep, cn Maggy
Athol was een dier meisjes, die zoo aan
genaam en prettig in den omgang zijn, dat
zij vriendelijk ziin jegens iedereen, zoodat
het -zelfs voor haar intiemste vrienden
moeilijk te zeggen was of zij een warmer
gevoel dan vriendschap voor een man
koesterde.
„Zij lacht allen vriendelijk toe zonder
één in het oog loopend te begunstigen",
dacht Forbes, na haar on gem ei kt te heb
ben gadegeslagen. Het was duidelijk, dit
zij en Castle zéér met elkaar opschoten en
dat het was alsof zij elkander reeds jaren
kenden. Forbes> die dicht b'j hen zat,
trachtte te -verstaan wat zij tot elkander
zeiden, maar toen hij merkte, dat Mag
zachter dan gewoonlijk sprak, begre-p h'.i,
dat hij misschien onbesche'den zou zijn en
eigenlijk de rol van luistervink zou spohn
dus ging hij naar Sir Drummond en den
heer Keith en wa-s weldra gMi~el vervuld
van het onderwerp, dat /ij met elkaar be
spraken de jacht.
(Wordt vervolgd)*