Ee^ïBSGlE IDAGlSEBill?, '^i'ijdag' Juni. Tweed© Hlad. Buitenlandseh Overzicht. Gemeenteraad van Leiden. FEUILLETON. Wraak, No. 16345. J) .3;3. sn»ssiwc,ïiMi'ö3:«; Het hoofd van de Oostenrijksch-Hongaar- Bohe monarchie heeft het ontslag van het ministeri e-L ukaca aan vaard. Misschien komt er nu een ont spanning in de Hongaarsche volksvertegen woordiging. De oude Frans Jozef ziet in, dat er niet meer geheel in dezelfde lijn moet worden geregeerd. Daarom zal hij een kalmer persoon aJs kabinetsformateur aan vaarden. In Weenen zal men zioh op het oogênblik meer interesseeren voor de kwestie- Redl. In de Kamer is de zaak ter spra ke gekomen en de minister van oorlog heeft daar een verklaring afgelegd. Hij zeide dat Redl zich zelf heeft gevonnisd. Zijn dood kan echter zijn zwaar misdrijf niet goedmaken. Kolonel Redl kwam te iWeenen met het vaste voornemen zelf moord te plegen. Hij hoeft dat aan den advocaat-generaal Pollak meegedeeld. Redl heeft zijn misdrijf aan de oommissie van 'officieren bekend en zoo beslist mogelijk verzekerd, dat hij geen medeplichtigen'had Een huiszoeking te Praag heeft aange toond, diat hij tal van documenten, betrek king 'hebbende op de mobilisatie, aan agen ten van vreemde mogendheden heeft ver- kochti Sedert Maart 1911 pleegde Redl reeds hoogverraad. Aan een luitenant, die gevangen is ge nomen, verdacht van spionnage, kan deze verdenking niet bewezen worden. De minister ontkent dat andere officie- tgït en een vrouw bij het hoogverraad be trokken zijn en ontkent ook dat Redl ge heimen van het Duitsche leger heeft ver raden. Ons dapper leger vervolgt dj- minis ter is zwaar getroffen, maar de schande van een enkeling kan geen smet werpen op allen. "Wij zullen elk spoor volgen en bij gebleken schuld'onverbiddelijk straffen. De „Straszburger Neue Ztg." had dezer dagen in verband met een interpellatie van het Kamerlid Wolf, of het aan de regee ring bekend was, dat generaal von Deim- ling midden in de"stad even na twaalf uren parade had' gehouden met drie batte rijen van. een regiment veldartillerie, een scherpe, maar rechtmatige c t i t i e k op deze handelwijze uitge oefend. Thans i.s, krachtens een bevel in het ,,Korpsverordnungsblatt" van het 15de le gerkorps, 't houden van de „Straszb.Neue Ztg.'' voor militairen van ge neem d leger korps kortweg verboden, welk verbod hst Straatsburger blad waarschijnlijk niet ten onrechte in verband brengt met zijn criti- séèrend artikeltje. 'Naar aanleiding van een en ander meikt de „Frankf. Ztg." op: ,,Het optreden van den generaal ver krijgt echter door dezen maatregel een beteekenis ,die het locale belang van Straatsburg verre te boven gaat. Dat von Deimling. die reeds in Mülliausen herhaal delijk in conflict met de burgerij was ge raakt, tot commandant van het 15-de leger korps werd benoemd, had reeds bevreem ding gewekt. Men had nu mogen ver wachten, dat Herr von Deimling er d ©sto rneer op bedacht zou zijn, geen nieuwe wrijving te veroorzaken. En instedc daar van, houdt hij 't parade midden iu de stad, zoodat het zeer drukke verkeer ge ruimen i tijd gestremd was. En nu worden kranten geboycot, die dit optreden wagen te criti- seeren. In den Balkan komen nog eenige botsingen voor tusschen bor.dgenooten. 'Wel gelijkt 't er op of de toestand beter wordt. Een der eerste daden van Turkije na cle -oiiderteekening der vredesvoorwaarden is het ontsteken der havenlichten. Ook zal eeji aanvang worden gemaakt met het op sporen en wegnemen der drijvende mij nen. Een extra gevaarlijk werkje dat laat ste nu men de juiste ligging niet weet. Wie de troon van Albanië* zal beklim men staat nog niet vast. Gisteravond be vatte de „Tribuna" een onderhoud met Soéreja-bei-Wlora, voormalig Turksoh af gevaardigde en schoonbroeder van Essad- pasja. Soereja verklaarde, dat hij aan de ministers di San Gui'liano en Berchtold een brief heeft gezonden, met verzoek om spoe dige aanwijzing van een Christelijk vorst, de oprichting van een Albaneesche staats bank met Oostenrijksch en Italiaansch kapi taal, met toezicht van-den staat op alle ontvangsten, en de instelling van een in ternationale gendarmerie. Omtrent de organisatie van Albanië wordt van andere zijde gemeld, dat Oostenrijk de candidatuur van een Mohammodaansch voist steunt, overtuigd dat een Christelijk vorst telkens in botsing zou komen met de niet-Christelijke elementen der bevolking. Als een Mohammedaansc-h vorst wordt be noemd, zal Oostenrijk het protectoraat over de Albaneesche katholieken behouden. In het vorig overzicht hebben we nog even over de Engclscbe vloot, in verband met het niet-geven van de drie dread noughts door Canada gesproken. Churchill heeft in verband hiermede ge zegd, dat de regeering besloten heeft den bouw van drie schepen, voorkomende op het vlootprogram van dit jaar, te bespoedigen. De admiraliteit heeft orders gegeven met den bouw zoo spoedig mogelijk te beginnen in plaats van met Maart 1914. De bedoelde schepen zullen op particuliere werven wor den gebouwd. Te Edenburg dreigde een staking ïn de scheepsbouwn ij verheid. Dit gevaar is thans afgewend. Een bespre king heeft plaats gehad tusschen werkge vers en werknemers, en daar zijn voorstel len gedaan, die do arbeiders tot opschor ting hebben, doen besluiten. Welke die voor stellen zijn, kunnen we niet meedeelen, doch binnenkort zullen ze wel bekend wórden, v ant in den loop der volgende week zullen ze in een vergadering der werklieden wor den besproken. Vervolg der vergadering van gistermiddag. Do heer Bosch acht ook verbetering ge- wënscht. Spr. vraagt, waarom de gemeente slechts het minimumloon voor haar beste moet geven. Do gom een te behoeft niet ge lijk to zijn rnet particulieren. Spr. is voor het voorstel-Van Tol, dat een verbetering brengt in do loonen. Hij is niet voor liet voorstel-Sijtsma. Do hoer Van der Pot is 't met B. en Ws. eens, dat de loonen zich moeten aan passen aan do loonen in het particulier be drijf. 't Is nu slechts do vraag, hoe moet zich dat aanpassen. B. cn Ws. nemen het minimum, doch prof. Treub, wiens opinie wordt aangehaald, spreekt van hot normale, dat is' voor.de beste werkkrachten. Hij kan uit de diverse voorstellen moeilijk een kou zo doen. De heer Hoogcnboom oordeelt, dat het loon. voor gemeentewerken beneden het loon voor de boste werkkrachten meet zijn, anders worden al do minder goede krachten uit geschakeld. Spr.-gevoelt voor het standpunt, dat het minimumloon betrekkelijk laag moet zijn. De lieer Por a vindt dit een licel moei lijke zaak. Hot gemakkelijkste zou zijn als men mot B. en Ws. mee kan gaan. Hij wil zich niet bemoeien met minimum en maxi- mum. Een vergelijking met 1907 is noodzakelijk en dan zijn de prijzen voor levensmiddelen zeer veel verhoogd. De heer Aalberse geeft te kennen, dat z. i. de gemeente door do loonregeling to kennen wil geven, dat ze de kleiner© aan- neemsom niet wil hebben ten kost© van de werklieden. Spr. acht ook het normale loon als minimum billijk. Hij gelooft ook dat men overal staat voor een normaal loon, dat in dc laatst© jaren gedeeld is. Door de stijging der prijzen heeft men in de laatste zeven jaar wel een loonsdaling gehad van onge veer acht percent. Men is dus ver beneden liet loon, dat voor zeven jaar rechtvaardig was. In den geest van de motie-Van Tol to handelen gaat men in de goede richting. Een minimum loon in bestekken wil zeggen een billijk en rechtvaardig loon. In dat opzicht is spr. 't niet eens met den heer H oogenboom. De heer Hoogcnboom gelooft, dat de werklieden slecht gebaat zjjn bij een opvoe ring van het minimum loon op d© reeds eer der genoemde gronden. De heer S ij t s m a geeft te kcn»en, dat hun voorstel z. i. beter is dan het voorstel- Van Tol. Nader verdedigt hij nog de in werking-stelling op 1 April a.s. Zij willen geen leiding aangeven bij de loonen. Spr. critiseert dat de lieer Aalberse nu niet wil wachten, tot 1 April a.s. en eerder is hij er niet me© gekomen. Nog geeft spr. aan dat in hun voorstel all© vakken worden genoeijfïd en in het voorstel-Van Tol alleen de timmer lieden. Dc heer Van Tol zegt dat reeds eerder door hem is opgekomen voor hoogere loonen, maar B. en Ws. zeiden een verbetering toe. Dat hij de timmerlieden voorop stelt, komt omdat dat de voornaamste zijn. Nog critiseert spr. de adviezen van de Kamers van Arbeid. Men had ook bij de arbeiders moeteninför- meeren. Men mag hier ook wel eens ©en beetje zien naar de loonen. in omliggende ge meenten. De loonen door hem. voorgesteld, acht hij billijk. De hoer Botermans acht het verkoerd, dat de gemeente hooger loon geeft dan par ticulieren. Voor do patroons geeft dat ver warring. Spr. motiveert, waarom door hen de loonen zijn vasfcgèsteld, als in het amen dement aangegeven. De lieer Van Tol verdedigt zijn. voorstel om één cent boven de loonen va;n den pa troonsbond t© gaan. De heer Aalberse zegt, dat het groote verschil tusschen de beide amendementen is, dat het ©en© direct in werking treedt en het andere op 1 April a.s. Voor aanbeste dingen kan het in-werking-treding op-- dit oogênblik geen bezwaar zijn. Do aanbeste dingscontracten, die thans geldig zijn, on dervinden daarvan geen bezwaar: D© lieeren Sijtsma c. s. zouden moeten bepalen, dat voor al de bestekken van nu af hun regeling moet geldon. Spr. gaat me© met liet voorstel- Van Tol, omdat dat het eerste w(as inge diend. Do hoer Fokker komt op tegen de opinie van den h,eor Van Tol over de Kamers van Arbeid. De hoer Van Tol acht -geen bezwaar togen onmiddellijke in-werking-treding. De heer Fischer, wethouder, verklaart eerst liet lang uitblijven van het prac-advies dat hoofd zakelijk is gekomen omdat hij zich er in moest werken. Het beeld van den berg en de muis, of wel liet staartje door den lieer Sijtsma. gx> bezigd, gebruikend, zegt* li ij, dat diens voor stel slechts een muis in do toekomst goeft. Het voorstel van B. en Ws.. geeft een onmid dellijk voordeel, ©n als in het volgend jaar de toestanden zijn zooals ,d© heer Sijtsma zegt, dan zullen B. en Ws. weer met oen voorstel komen. Op dezelfde gronden bestrijdt hij het voorstel-Van Tol; De lieer Fokker stelt een sub-amende ment op het amendement-Sijtsma c. s. voor, waarbij hot bezwaar van den heer Aalberse, dat het niet eerder dan April 1914 in wer king zou komen, wordt ondervangen, welk sub-amendement door den lieer Sijtsma wordt overgenomen. De heer S ij t s m a verklaart tegenover den heer Aalberse, dat het hem niet te doen is geweest den heer Van Tol ©en vlieg af t© vangen. Of zulk© practijken toegepast wor den in kringen waar de heer A. ervaring heeft, weet hij niet, hij constateert, dat het belang der zaak alleen en .uitsluitend bij hem heeft voorgezeten. (Applaus) bij een deel der vergadering). De heer Roem is het wat de waardee ring van ©en smid betreft, wel met d© hoeren Sijtsma c. s. ©ens, docli constateert, dat - een goed schilder ook niet lager staat ©n deze hebben nog veel met seizoen-werkloosheid t© kampen. Het amendement-V an Tol wordt in stem ming gebracht en verworpen met 16 tegen 12 stemmen, over het gewijzigde amendement- Sijtsma staken de stemmen 14 tegen 14. De verdere behandeling wordt nu uitgesteld tot de volgende vergadering, die over dri© weken zal plaats hebben. De Voorzitter stelt nu voor punt 16, (voor stel-Van der Eist tot uitbreiding van liet aantal leden der Commissiën van de Stedelijk© Fabrieken en van Fabricage) ook uit te .stellen. Nu hij verneemt, dat ook over het" volgend punt ,.het oprichten van een vervolgklasse aan de school aan de Medusastraat" zal wor den gediscussieerd, wat hij niet liad ver wacht, wil hij ook dit uitstellen. Dc heer Oarpentier Alting vindt dit goed, doch. verzocht dan de stukken om nader advies nog eens aan de Schoolcommissie to doen toekomen. Tot uitstel wordt besloten. j j j j i -1j Aan de orde kwam nu: j Voorstel: a. tot wijziging der begrooting,- dienst 1913, in verband met de te verwachten, meerdere winst der Stedelijke Lichtfabrie ken; b. tof vaststelling van liet kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1913; c. tot vaststelling van het vermenigvuldi- gingscijfer, bedoeld in art. 9 der verorde ning, regelende de heffing van een plaatse lijke direct© belasting. Zonder .discussie en hoofdelijke stemming aangenomen. Bezwaarschriften, tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting dienst 1912. De heer Pera zegt zich te moeten blijven verzetten .tegen het voorstel van. B. en Ws. met betrekking tot de reclame van den heer Van .Wely. De aanslag is niet rechtmatig en nu acht hij het niet oirbaar, dat moa ze heft omdat d© vrouw cr niet aan heeft ge dacht te reclameeren. Op vrouwen kan men in zaken niet rekenen. (Protesten). Ook de heer Zwiers achtte de aanslag niet rechtmatig jen toont dit nader aan met het noemen van verschillende data.. D© Voorzitter zegt, dat het hier even zeel* als bij een tc hoogen aanslag aankomt op den termijn door de verordening gesteld. Had mer. het verhuisbiljet aangevraagd, dan had den B. en Ws. nog kunnen weten van het vertrek. In ieder geval is do vrouw tot Febr. hier blijven wonenzij zou dan toch moeten zijn aangeslagen. Hij brengt overigens alle hulde aan de reclame commissie. D© heer Pora buigt. Het voorstel wordt, nadat de hoer Zwiers heeft verklaard, dat hij er tegen is, zonder ho'-fdêlijko stemming aangenomen. Hierna, wordt de openbare zitting gesloten en overgegaan tot een zitting met gesloten deuren. ühr.-fêat. Werkmansbond. Do Werkmansbond voor leden der Ned.- Herv. Kerk te Deiden, afd. van den Chr.- Nab. Werkmansbond, heeft gisteravond in het gebouw Prediker", iu d© Janvossen- steeg, alhier, zijn tienjarig bestaan fees telijk gevierd. De ruime zaal was daartoe getooid met een versiering van doek en vlaggen in ver schillende kleuren, met groen-guirlandes, plantengroepen, wapenschilden en schilden met de jaartallen, op 't feest betrekking hebbende. Het vaandel der Vereeniging viel van alle kanten in de zaal in het oog. En vol dat het was met feestvierenden Te ruim,acht uren verzocht d© voorzitter, de heer D. M. Kuivenhoven, do vergade ring aan te heffen Psalm 33 verzen 1 en 11. Daarna ging hij voor in gebed en las den 33sten Psalm. Vervolgens riep de voorzitter allen een hartelijk welkom toe, in 't bijzonder den eere-voorzitter, ds. J. Hoogenraad, di© zulk een warm hart heeft voor de belan gen van den Bond en wien hij daarvoor hier dank bracht, er tevens bij uitspreken de den wensch, dat hij nog vele jaren voor den Bond moge gespaard blijven en werkzaam zijn. Voorts dankte hij dAmteurs en begunstigers, onder voortdurend© aanbe veling; in 't kort'allen, di© de Vereeniging hielpen brengen tot de hoogte, waarop zij thans staat. Huid© bracht hij aan zijn medebestuurders voor hun broederlijke sa menwerking, welke alzoo moge voortduren, opdat steeds meer in vervulling zullen gaan de woorden, op het vaandel geschre ven: „Draagt elkanders lasten". Bij zijn dank vergat hij ook niet het koor en de reciteeixJuo voor alios, wat rij Teeds godaan hadden eu nog zouden doen* Een verslag zou hij thans niet uitbrengen. Na ook nog dank gebracht te hebben aan do feestcommissie, eindigde hij alduat Viert feest op gepaste wijzo tot verheerlij king van God3 naam en tot groei en bloed van den Werkmansbond Van dr. J. Th. de Visser, eere-voorzitteU van den Bond, was een telegram van ge- lukwensch ingekomen en van den burge meester bericht van verhindering wegenf werkzaamheden. Dit laatste speet den voorzitter, vooral, omdat daardoor thanj» de gelegenheid was afgesneden den burge meester te spreken over het den vorigen dag gebeurde met de bioscoop. Na den voorzitter sprak ds. Hoogenraad als eere-voorzitter. Het deed hem genoegen de feestvieron dte leden met vrouwelijk gezelschap hier; in zoo grooten getale bijeen tc zien. Hij heeft meegewerkt aan do oprichting van den Bond te Leiden, tien jaren geleden; heeft vóór vijf jaren het eerste lustrum meegevierd, toen de Bond een vaandel rijk werd, dat hier nu nog in alle frisch- heid prijkt. Nu zijn wij een heel eind' ver der, vooral geholpen door den Heer, di© ons krachtig heeft gesteund Al stond in het feestprogramma afge drukt, dat de eere-voorzitter een feestro' de zou houden, hij zou dit niet doen, maar enkel een korte toespraak houden, waar voor hij d© stof ontleende aan het »-anJ- schrift van het insigne: De rechtvaardige 19 moedig gelijk een jonge leeuw. Klaagtonen zou men vanavond niet van hem hooren; daarvoor kan van de October-vergaderirig gebruik gemaakt worden. Dé hoofdgedach te der toespraak was: moed. Heerlijk, menschen, die moed hebben, den moed van hun beginsel. Wij denken daarbij aan zoovele moedige mannen uit de historie: Egmond, Marnix van St-Al- d-egonde, Willem de Zwijger, Jan Piotersz. Coen, Barendsz. En de belooning van. dien moed is niet uitgebleven. Het geloof gaf dien moed, kan dien moed alleen geven. Iets van dien geest, van dat geloof cn vertrouwen zij, aldus sp., u toegewenscht op dit feest. Dan zullen wij pal staan te gen d!e zedeloosheid en het ongeloof; tegen het evangelie van ontevredenheid en klas senstrijd. Dan scharen wij ons onder do banier van den Werkmansbond en wij vree- zen niet, want God is bij ons. En zoo gaan wij dan ons derde lustrum in. God zegena bestuur en leden en doe den Werkmand- hond groeien en bloeien. Leve de Leid- sche afdeeling van den Werkmansbond! Do met geestdrift en warmte uitgespro ken toespraak werd evenals die des voor-, zitters luide toegejuicht. In den loop van den avond werd nog heb woord gevoerd door het lid der feestcom missie Zitman, namens deze commissie, waarna in verband daarmede eere-voorzit ter en voorzitter een herinneringsinsigne op de borst werd gehechtdoor een afgevaar digde uit Den Haag namens de afdeelingeu Den Haag en Scheveningen, beide verte genwoordigd, en door een der afgevaardig den uit Rijnsburg, die, op eenigen afstand door het feestged.ruisoh zeer moeilijk ver- staanoaar, bespraken de roeping en taak van den Werkmansbond en de beste wen- schoi voor de Leidsche afdeeling uitten. Omtrent de eigenlijke feestviering moeten wij kort zijn. Het programma gaf zóóveel, dat het niet aangaat in bijzonderheden uaaromtrent af te dalen. Er werden geza-i menlijk feestliederen gezongen en zangnum mers en voordrachten ten beste gegeven door het gemengd koor Halleluja" en de recite er cl ub „Uit vriendschap kunst", on- derafdeeling van den Bond, en de heer Van Genne, uit Den Haag, leidde best geslaag de marmergroepen en tableaux, welke olks bewondering genoten, en waarbij er waren, die betrekking hadden op het feit van Ne derlands verdrukking en onafhankelijkheid. Vooral een marmergroep met de beeltenis sen van den eere-voorzitter van den Bond, dien van do Leidsche afd. en haar voorzit-» ter werd zeer toegejuicht. Onderwijl zorgde een aantal dames et! Nadruk verboden). 114) Ja, het was mijn eigen vader, gij allen hebt het uit zijn eigen mond verno men 1 Het was mijn vader, die, door eer- Eucht gedreven in uw familie wilde treden en haar daarom zoo diep vernederde, dat zij zijn weldaden moest aannemen. Onwe tend! ben ik zijn medeplichtige geweest; maar ik beminde, dat is mijn eenige ver ontschuldiging. Op de knieën, vader, en VBtag vergiffenis aan allen, die hier zijn. *ij legde haar zwakke hand op zijn bree duit schouder en dwong den forsch gebouw den man neer te knielen. Hij stamelde: Ik vraag vergiffenis aan u allen, om dat mijn dochter het beveelt. Vader wat gij gedaan hebt, is buiten- het bereik van de wetten des lands; geen enkel bewijs bestaat er tegen u en de jus titie kan u dus niet straffen. Maar gij hebt nog een andere misdaad op het geweten, een misdaad, die aan iedereen onbekend is en waarvoor men u zou kunnen straffen. Beken ze aan hen, die hier vergaderd zijn, opdat zij een wapen tegen u in handen zullen hebben, een middel om te treffen, [wanneer zij dat willen. Ik heb een moord gepleegd. En zeg ook, wie uw slachtoffer is. Mijn medeplichtige, Romain Goux. Zeg hun ook, waarom gij hem liebt vermoord. Ik heb hem vermoord, omdat rik ge loofde, dat hij nog niet gesproken had, en omdat ik hem wilde beletten te spreken. Allen hadden hun gelaat vol afschuw en verachting van Bertignolles afgewend. Deze wachtte geknield rijn lot af. Vader, zei Jenny, zeg hun, dat gij bereid zijt de straf te ondergaan, die zij u zullen opleggen. Ik ben bereid. Wat die straf ook z-ijn zal! Hoe pijnlijk, hoé onteerend zij moge zijn, ik ben bereid ze te ondergaan, niet omdat zij het zijn, di© de straf over mij uitspreken, maar omdat het de hand van mijn dochter is, die mij treft. Een lange stilte volgde op dit antwoord. Bertignolles bleef geknield liggen. Eindelijk deed de blinde zich hooren^ Ziehier, boe ik er over denk. Allen luisterden eerbiedig. Mich iel en Laurent, mijn beide zoons, tegen wie d© haat van dezen man gericht was, kunnen alleen de straf bepalen, die hij verdient. Allen stemden dit toe. Toen trad Laurent naar voren. Jenny, zei hij, er kan geen vree- selijker straf bestaan dan die, welke gij uw vader hebt opgelegd: de schrik en af keer, die hij u inboezemt, en de bekentenis van al zijn misdaden. Wij kunnen niets meer tegen hem doen. Toen reikte zij haar vader de Hand en hief hem op. Bertignolles liet zich door haar beheer- 9ohen, het was als leefde hü in een droom, als had hij geen wil cn geen macht meer. Met langzame schreden verlieten vader en dochter het vertrek, maar alvorens den drempel te overschrijden, keerde Jenny zich om en wierp een langen, smartelijken blik op Laurent. Hij deed een stap naar voren, het was alsof hij iets wilde zeggen, maar zij maakte ©en afwerend gebaar en verdween. Diep neerslachtig zonk Laurent op zijn stoel terug. In de kerk. Besluit. Zes maanden zijn voorbij gegaan. De winter is verstreken en de zomer is er op gevolgd. Het is de 8ste Juli. De zon is nauwelijks opgegaan, een heer lijke Julizon, dlie een schoonen, warmen dag voorspelt. Duizenden vogels zingen in de dicht begroeide boomen en 9tijgen hoog op in de helderblauwe lucht, om de dagvorstin te begroeten. Het is stil en eenzaam in de Friedland- laan. Alle vensters zijn nog gesloten, geen bediende of tuinman is er in die tuinen, di© de groote huizen omringen, te ont waren. Ja, tooh. Een vrouwelijke gestalte, geheel in het zwart gekleed, verlaat voorzichtig door de achterdeur het. huis van Bertignolles. Op straat gekomen ziet zij behoedzaam overal Tond of niemand haar bespiedt. Na zich daarvan verzekerd te hebben, spoedt zij zich met haastige schreden voort. Het is Jenny. Maar niet meer do Jenny die wij vroe- ger beschreven hebben; niet meer het vroo- lijke, levenslustige kind van weleer. Haar gelaat is matbleek, haar wangen zijn ver magerd en haar schoone, donkere oogen staan weemoedig en drcefgeesig en zijn diep in him kassen teruggezonken. jNog altijd is zij schoon, maar een schoon heid, die medelijden opwekt, een schoon heid, die tranen doet storten. Haastig loopt zij voort en ziet telkens om, maar niemand volgt haar. Na lang zoeken vindt zij eindelijk een rijtuig. Breng mij naar de kerk Saint-Paul, zegt zij tegen den koetsier. Deze schijnb te aarzelen. Verlegen zegt hij De kerk Saint-Paul, dametje, waar is die ergens"? In de straat Saint-Antoine. O, dan weet ik het. Zij stapt in en het rijtuig rolt voort. Voor de kleine kerk in de straat Saint- Antoine blijft het rijtuig staan. Jenny stapt uit en betaalt den koetsier. De groote deur van het kerk is nog ge sloten, maar een zijdeur is open. Zij treedt binnen. De kerk is nog geheel eenzaam. Alleen de koster liep heen en weer en rangschikte die stoelen. Hij lette niet eens op deze vroege bezoekster. Zij ging naar een klein zijaltaar en knielde daar neer, verborgen achter een dikken pilaar. Zij bad. Urenlang was het haar, alsof zij niet j meer te Parijs was, alsof zij ver weg, zélfs ver van de geheel© wereld was, in een onbekende eenzaamheid, waar zij troost eu verlichting vond voor hetgeen zij op aardt)* had moeten lijden. Het werd later in den morgen. Dc zo.n drong door de hooge kerkvensters binnen, maar het gekleurde glas onderschepte haar licht en de straal, die zij op het hid den V meisje wierp, deed haar nog bleek ar en droeviger schijnen. De groote deur der keTk werd geopend. Eenige getrouwen traden binnen ea knielden voor het hoofdaltaar neer. En priester verscheen en verrichtte den eersten dienst. Na afloop daarvan verwijderden de be zoekers zioh weer. Niemand had Jenny gezien. Ook zij lette op niets. Zij hoorde het kerkorgel en het luide ge* bed van den geestelijke als in een droom. Toch gebeurde er iets, dat haar aandacht trok. Omstreeks tien uren hief zij plotseling het hoofd op en zag met schrik voor zich uit. Slechts met moeite kon zij een kreet onderdrukken. De kerk werd met zyart behangen en 'm het midden werd een katafalk opgericht. Een begrafenis. Mijn G-od, mijn God, zei zij, be spaart g-ij mij dan niets? De doodkist naderde langzaam, bedekt met bloemen en kransen en gevolgd door de weenende bloedverwanten van den overledene. Daar klonk het droevig gezang van heÖ koor. y (Wordt vervol

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5