Ho. 16317, LIIXBSCJH BACfBSaAB} Zatsa-d&g* 3 M©i. ËTersto Blad. Amo 1913. Burgerlijke Stand. Het Iljjks-Museiun van Natuurlijke Historie. "persoverzicht. FEUILLETON, Wraak. niet kan worden voortgegaan. Waarom zou niet kunnen worden volstaan met .in de wetten zekere minimum eischen neer to Jog gen, waaraan do gemeenten in ieder geval mceten voldoen, en haar dan volkomen vtrij- heid te laten binnen die grenzen do regeling! te maken, zooals zij die, mode in verband met de plaatselijke omstandigheden, naar haar meening het - best en het goedkoopst achten, maar haar bovendien de vrijheid to geven om ook verder te gaan dan 'de wet voorschrijft, m. a. w. niet blinde onder worpenheid der gemeenten te eischen, maar het zelfbestuur, dat in do plaats komt van de autonomie, een werkelijk zelfbestuur te doen blijven? Naar aanleiding van het feit, 'dat Van der S., die te Leiden oen jongetje ver moordde, buiten vervolging ia gesteld en reeds in een krankzinnigengesticht is opgenomen, zegt liet „HL a n d e 1 s b 1 ad o. m. Wij moeien erkennen, dat. er iets onbe vredigends in dezen gang van zaken is. Waarlijk niet omdat een ontoerekenbare in een krankzinnigengesticht wordt opgesloten. Doch indien een moord gepleegd is, een go- heele streek in opschudding gebracht, een gruwelijk verlies geleden en de moordenaar gevat is, heeft hij onze openbare recht spraak hot publiek reoht op een verklaring wat met den moordenaar geschiedt en of er recht gepleegd wordt. Ook het oordeel over zijn ontoerekenbaarheid mag in het belang der volksovertuiging toch wel voor de alge- mcene kennisneming worden opengesteld. Dat alles is gswensc-ht èn in het belang van den goeden na-am en het zedelijk geza.gr van het recht èn in het belang van de rechters zelf. liet blad wijst op Engeland, waar het vóór-onderzoek bij den politierechter, waar de lijkschouwing door den coronor openbaar zijn, terwijl bij ons te lande vaak met be handeling in besloten kring genoegen ge nomen wordt tot de openbare rechtszitting 6oms een haast formcele fuuctio dreigt to worden. Over velen wordt roods recht ge sproken vóór do eontrólo der openbaarheid invloed kan oefenen en wij hebban. eenajgla jaren geleden kunnen zien, dat daaraan ge- .varen verbonden zijn. In een geval als dit Leidsehe, nu oen schokkend moordgeval zonder dat iemand weet waarom of waartoe, niet in hot open baar tot veirklaring is gekomen, springt diu- (delijker in het oog-, dait hier iets hapert. Onder den titel eenaalmoestegcn wil en dank duidt ,,D e Bode," het orgaan van den Bond van Neder! On derwijzers, het dezer dagen tot stand ge komen toeslag w et j e aan, en vervolgt dan: „Wij hebben jarenlang geroepen om een behoorlijke regeling Uw begrip schiet te kort, antwoordt de Minister, anders zoudt ge weten, dat het niet kon. Wij hebben ona reoht op zulk een rege ling aangetoond; wij hebben aangetoond, dat hot bellang van de volksontwikkeling een goede regeling dringend eisokt. Ge hebt gelijk, riepen de wetevertegen- woordigers, maar ziet ge, ge - hebt geen verstand van de politiek, andera zoudt ge weten, dat het niet kan! Maar we willen toch iets voor u doen, zegt. de Minister, daar is een aalmoes voor e enigen der gehuwden onder ulieden. Heeïemaal niet gedaan met het oog op de verkiezingen. Wel no en, heeïemaal niefct Hoe kunnen wij het ook denken, wij heb ben immers niet het flauwste begrip van die zaken 1 Maar waar we wel eenig begrip van heb ben dat is hiervan, dat we zulten trachten eens een regeering te krijgen, die niet lan ger probeert op een koopje van de onder wijzers af te komen. Deze vernedering moet ons een nieuwe spoorslag zijn om onze krachten in te span nen bij de komende verkiezingen. Er zijn wel mannen, die ons inderdaad een regeling zullen weten te geven. Die niet roepen: Het kan niet, het is «oo moeiildjk: Maar die zeggen: Deze eiach dee tijds moet vervuld worden. Collega's werkt, werkt harder dan ocitl Het gaat om het volksonderwijs!" Prof. Struicken verklaart zich in ,,V a a onzen T ij d1"- in beginsel niet tegen v r o u w e n k i e s r o c hb, maar evenmin in beginsel voor politieke gelijkstelling var. man en vrouw. De vrouw oefent nu eenmaal niet een even grooten invloed op het openbare leven als de man, meent hijt om dan te vervolgen: „Maar, wie geeft thans een behoorlijk konteek-en, waardoor uit verschil in invloed ook in het kiesrecht tot uitdrukking kan worden gebracht Kiest men den wel stand, men reageert tegen de ontwikkeling, dio de vertegenwoordigende idee in cte negentiende eeuw heeft getoond. Kiest men do bekwaamheid, het intellect, men krijgt het dameskiesreoht, sluit uit o. m. de groote schare loonarbeiders, dio roods lang, toen de vrouw in do hoogere stan den nog tot het gezinsleven zich beperkte, godwangen word, zelfstandig naast den man don strijd, ook den maatschap pelij- ken strijd, om haar economisch en zedo- lijik loven te voeren. Laat men allen toe, dio een zelfstandige plaats in de maat- - schappij innemen, menige gehuwde vrouw eal het als oen onrecht gevoelen; maar ook, men doet geen reoht wedervaren aan het feit, dlat het ook aan die vrouwen, die een zelfstandige plaats in de maatschappij innemen, tob nu toe niet is gelukt, oen in vloed op het socialo leven en de cultuur ontwikkeling uit te oefenen, aan dien der mannen gelijkwaardig. Het ook in de Staatscommissie voorgestelde systeem, gal leen die vrouwen tot heb kiesrecht te roe pen, die -daadwerkelijk blijk geven het stembiljet te bcge-eren", geeft slechts in schijn een ernstige begrenzing. Immers zou de zonder twijfel zeer spoedig door de politieke actie dor partijen ook het mee- rendeel der vrouwen, dio het stembiljet persoonlijk niet zouden begeeren, toch tob het uitspreken dier begeerte worden ge- noopb. Invoering van het vrouwenkiesrecht teil onzent tegelijk met -die van het algemeen kiesrecht voor mannon, zou slechts kun nen plaats vinden als in een ruwen greep, die door zijm noodwendige inconsequenties betrekkelijk spoedig tot het gelijke kies recht voor vrouwen en voor mannon zoude voeren.'' l>e „propaganda." Kiösnichtvrouwon hebben brand gosticht in yen isegataanden trein by Teddington aan de Zuid-Westeriyn. Drie tweede klassa ufdeelihgen z\jn uitgebrand. De brand werd tydig genoeg ontdekt, om te verhinderen, dat de heels trein vernield werd. By hot brandstichten was gebruik gemaakt van petroleum, die over do kuaaens was uitgegoten Een menigte vrouwenkiesreclitgeschriften z(jn in don trein gevonden, waarby ook brie!kaarten aan bot adres van Asquith on andere ministers en parlementsleden. Een poging om de groote tribune op het voetbalveld van Preston North End in braad te stekon, is mislukt, dank zjj een waar schuwing, dio de politie ontvangen had. De kiesrechtvrouwen ontsnapten met achterlating van twee valiezen, waarin men kannen met petroleum, krullon, vuurmakers en list a vond. BODEGRAVEN. Bevalleo: T. Kalshoven geb. Oskam D. K. Stoppelenburg geb. Hak D. N. van Ma ft* en geb. Van Dam Z. J. van Tricht geb. baits D. Overleden: M. N. Stoppelenburg 4 d. C. Okkerse, gehuwd met N. Kaptoin, 69 j. HAARLEMMERMEER B o v a 11 e n: A. G. de Vries geb. Weasels Z. C. Dammers geb. Voogt D. C. A. En'hoven gob. Qaldemeerier D. Overleden: J. Vaandrig m. A. van Hooidonk 14 ra. VOORSCHOTEN. Geboren: Hessel Pioter, Z. van J. Dijkman en B v. d. Goot. Ondertrouwd: P. den Hollander 57 j. en M, F. T. Retel 46 j. Evenals vorige jaren zal het Museum ook ,van Mei tot November des Zondags van 13 uur weder voor h,et publiek te bezich tigen zijn. De reden, waarom ik thans» speoiaal de aandacht hierop vestig is, dat Jnij van verschillende zij don ter oore ge komen is, dat aangezien in den loop .van het laatste jaar vooral, een groot deel der collectie naar hot nieuwe gebouw (Ruïne) jerhuisd en slechts voor studeerenden toe gankelijk is m e n in den waan verkeert, .dat het overgeblevene niet waard is om be gaan zien, met andere woorden „alle® voor Ide wetenschap, niets voor 'tpubliek!" En nu .wil ik de menschen, die in dien waan vorkee- ren, verzekeren, dat integendeel thans een be doek aan het Museum meer loonend en meer leerzaam zal bevonden worden dan vroe ger en dat, wie het tegendeel zegt, hier- jnede blijk geeft óf de zaak niet te kun nen beoordeelen óf geen vriend van het Mu seum te zijn! Herinner u maar eens die overvolle kasten, (opgetast met zoogdieren en vogels, waarvan ide groote hoeveelheden een vervelendon en Cycrmoeienden indruk op den bezoeker maak ten, omdat ze „oogensohjjnlijk" allemaal een der warengeen exemplaar kwam daardoor tot zijn recht, men wandelde er ton slotte onverschillig langsDe belangstellende be zoeker zal nu veel minder voorwerpen vin den, maar deze aijn aóó opgesteld, dat ze zooveel mogelijk ieder afzonderlijk te zien ien te bewonderen zijn. En dam dio praohtig© groepen, als 't ware stukjes natuur! Het is duidelijk, dat wij bij deze opstel ling te kampen hebben met de voor een publieke tentoonstelling ten ecnenmalo onge schikte looaliteit. Het publiek zal zioh echter met deze ellendige en onwaardige omgeving moeten tevreden stellen, zoolang de Regiee- iring geen gelden beschikbaar wil stellen om voor het publiek een aan de tegenwoor dige eischen voldoend- tentoonstellingsge bouw in te riohten in aansluiting aan de nieuwe gebouwen (Magazijnen) op de Ruïne! Nog~*is in het oude gebouw (Rapenburg) niet alles gereed gekomen door gebrek aan tijd, maar wat thau9 reeds tentoongesteld is, zal blijken een herhaald, bezoek overwaard ,te zijn. Het publiek hiertoe op to wekken, is het doel van dit sohrijven. Ik houd mij .overtuigd, dat de belangstellende bezoeker het Museum meer voldaan dan vroeger ver laten zal, daar er feitelijk meer to zien on te lecren valt, dan vroeger toen alle kasten overvuld waren. F. A. JENTINK, Directeur van 's Rijks-Museum van Natuurlijke Historie. Andere bladen worden verzooht deze regelen over te nemen. „Het Vaderland" heeft een ar tikel overDe Leidsehe Straat weg. De toestand, waarin de Leidsehe straat weg allengs geraakt, .zegt dit begint on houdbaar te worden. Alleen aanleg van een afzonderlijken weg voor automobielen kan duurzame uitkomst geven. Voorloopig zou misschien het grondig en volhardend aan pakken van de 6tofbestrijding (bijv. door chloorcalciumb esp roeiing), zooals dat in Den Kaag met zooveel succes geschiedt), nog baat kunne geven. Maar op den duur eohijnt geen andere oplossing mogelijk dan in de richting van afleiding van het auto mobiel-verkeer naar een afzonderlijken weg. Voor den wandelaar is het paradijsach tig oord, dat tussohen Den Haag en Lei den ligt, des Zondags reeds totaal onge nietbaar. Of liever: liet is raadzaam, dat hij er zioh niet waagt. Waar hij gaat, hij is in voortdurend gevaar overreden te wor den. Wordt zijn leven niet bedreigd dloor één of soms twee, drie automobielen ge lijk, dan zijn het de motorfietsen, die zijn existentie in gevaar brengen of de go- rui schloos achter hem aan op hem toevlie gende, of plotseling van voren hem be dreigende fietsen. (Nadruk verboden). 86. Beide mannen durfden elkaar niet aan- ticn. Hoor hem behendig uit, had Gaume gezegd, en verlies hem niet uit het oog (terwijl u met hem spreekt. Laurent wierp een zijdelingsohen blik op den vader van Jenny. Zelden drukte het breed© gelaat van Bertignollea uit, wat er in zijn hart om ging, behalve wanneer hij heftig ontroerd .was, en op dit oogenblik ontdekte Laurent, dat hij doodsbleek was geworden. Verbaasd vroeg hij zich af: Wat beteekont dat? Hij liegt! Waar om? Luid hernam hij Mijnheer Bertignolles, u heeft mij tot heden te veel bewijzen van vriendschap gegeven, dan dat ik u niet de volle waar heid zou zeggen. Bertignolles vatte weer moed. Ja, ja, zed hij. Ik ben overtuigd, dat u de woorden gehoord hebt, welke ik u zooeven her haalde. Maar als ik u nu toch verzeker, Laurent... Luister, ik ben eveneens overtuigd, dat u den oowboy kent, met wien gij ge ep roken hebt. Hoe ia dat mogelijk 1 Hij was tooh' gemaskerd t Een trottoir is er niet, en waar iets is, dat er op gelijkt n.l. de strook, waarmee do weg is verbreed) daar is het tevens fietspad. Er is dus werkelijk voor den wandelaar des Zondags geen plaats meer op den Leidsohen straatweg. Ook voor den wielrijder en de wiel rijdster is het genot met zóóveel onaangenaams verbonden, dat wij met zekerheid den tijd zien naderen, waarop het rijwiel den Leid- sc-hen straatweg geheel overlaat aan auto mobielen en motorfietsen. De fout is niet zoozeer, dat de weg te smal is, ofschoon breed anders is maar dat het verkeer te druk is en dat dientengevolge de gevaren, daaraan voor de zwakkeren (voetgangers en fietsers) verbonden, te groot worden. Een andore plaag, die dientengevolge ont staat, is het stof. Do gewone toestand op mooie Zondagen ijs, dat iemand, die zioh op het een of ander punt van den Leidsohen straatweg bevindt, vóór zich de automobielen, mo torfietsen en rijtuigen (deze laatsten voor zoover zij den weg niet roede lang hebben prijsgegeven) ziet verdwijnen in een stof wolk dat hij achter rich den terugblik op den weg ziet afgesloten door een stofwolk, waaruit andere automobielen en motor fietsen opdoemen, en dat hij zelf voort durend, onafgebrokon, in stofwolken wordt gehuld. Het stof brandt hem op de oogleden, het dringt hem in den neus, in de lucht pijpen, in de longen. Hij ademt stof en kijkt door stof heen. Heb water der vijvers en waterpartijen van de mooie buitens, die hij passeert, is als een vuile spiegel, het is bedekt met een laag stof. Heb jong® lentegroen ontwikkelt zich in een atmosfeer van stof; van de groenblij- vende gewassen (zooaJs hulsten, rhododen drons e. d.), zijn de bladen er mee be dekt. De mooie kijkjes in westelijke richting, tussohen het houtgewas door naar hot vlakke weideland, ziet men als door een beelagen ruit vanwege het stof, dat in de atmosfeer zweeft. Door verbreeding van den weg het mo®t voor iedereen duidelijk wezen is dit niet te verhelpen. Het schijnt alleen weg te nemen door aanleg van ©en afzon derlijken weg voor motorrijtuigen buiten deze mooie streek om, bijv. door den pol der, evenwijdig aan de Holandsohe Spoor, met zijwegen naar Oud-Wassen aar, naar Den Deyl, naar het dorp Wassenaar en andere druk bezochte punten. Het is voor Den Haag en omgeving eon groot oooonomisch, sociaal en hygiënisch belang, dat dit geschiede. Oeeonomisoh, omdat te verwachten is, dat de perceel en aan den prachtigen weg als hot zoo door gaat, sterk in waarde zul len dalen. Sociaal, omdat het te betreuren zou zijn, indien een streek, die zoozeer als uitspan- ndngsplaate in trek i9, des Zondags on bruikbaar werd voor hen, die juist dan alleen van uitspanning in die natuur kun nen genieten. Hygiënisch... zie boven. Van st-ofbestrij-dingarniddolen hopen wij heb beste, ook op grond van dte uitsteken de resultaten, die wij daarvan in Den Haag hebben gezien, maar afdoend is het niet'. Afdoend schijnt alleen eplitsing van het verkeer door aanleg van een afzonderlijken aubomobiel'weg. „Het Vaderland" hoopt, dat zij, wien heb aangaat, daartoe de handen ineen zul len slaan, opdat dit paradijs niet ontoegan kelijk worde voor hen, die hun leven en gezondheid lief hobben. „Arme gemeentelijke zelfstandigheid" zot de redactie van „Gemeen t O biel an gen" boven een artikel, waarin besproken worden wetsontwerpen op de pensionnee ring van gemeente-ambtenaren, enz. Er mag, meent het blad, wel eens worden ge vraagd, of de Regeering met dat alles op den' goeden weg ia. Maar u heeft lang met hem ge sproken. Onder een masker verandert de stem. Neen, want in de stem van dien on bekende heeft men den Engelsehen tong val horkend van den man, dien wij zoeken, von Lazar® Beerman, den Engelschen oor- respondent van mijn broeder. Hierop was Bertignollea voorbereid. Hij wachtte stil af wat Laurent verder zeu -zeggen. Er bestaan vermoedens, ging Laurent voort, dat die Laz&ra Beerman de moordenaar van Jactel is, en bijgevolg ook d© man, die de valsche wissels bij mij heeft gebracht en die dus do oorzaak ia van alle rampen, die onze familie getrof fen heeft. Wat zegt gij daar? De waarheid. Gij begrijpt dus, mijn heer Bertignolles, van hoeveel belang de inlichtingen zijn, die ik van u vraag en die ik u smeek mij niet te weigeren. Zeker, mijn beste Laurent; ik zou u die inlichtingen terstond geven, wanneer het i-n mijn macht stond. Gij weigert? Op een. bal-masqué zijn altijd grap penmaker®, die er pleizier in hebben aller lei vreemd© geschiedenissen te vertellen. Ik herinner mij nu inderdaad, dat. die cowboy met mij gesproken heeft, maar waarover, dat weet ik niet meer. Ik bid u, mijnheer Bertignolles. Ik heb er niet eens naar geluisterd, mijn jongen. Ik had wel wat andors aan mijn hoofd, want ik keek naar Jenny, die overgelukkig aan uw arm, rondwandelde. Dus niet», niet»? Wanneer wij ons veroorloven die vraag ont kennend te beantwoorden, dan willen wij daarmee evenwel niet worden misverstaan. Het tegenwoordige beginsel der overheids bemoeiing is, dat do overhead overal daar heeft op te treden, waar het algemeen be lang geschaad wordt, zoo aan de aanwezige krachten in de maatschappij vrij spel wordt gelaten. En dat geldt niet minder tegenover ge meenten dan tegenover particulieren. M.a.w. zoodra het als een algemeen belang wordt orkond, dat do ambtenaren allen worden ge- ponsionnoerd, dat overal oen vleeschkeuring wordt ingericht, dat de geheole bevolking van electrisohe energie wordt voorzien, dan is hot, indien daarvoor niet of in strijd met» het algemeen belang wordt gezorgd, voor de Regeering plicht om in te grijpen. Evenmin bestaat er bezwaar tegen, dat daarbij voortgegaan wordt op den door de Woningwet ingeslagen weg om bij de wet aan do gemeenten voor te schrijven bepaal de onderwerpen te regelen en desnoods da autonomie der gemeenten op het bodoolde gebied te vernietigen. Dikwijls zal dit be paald noodig zijn, om het doel te bereiken. Maar waartegen, naar onze meening, sterk moet worden opgekomen, dat is de tegenwoor dige richting, waardoor het- Rijk do zaak geheel tot zich trekt en niet toestaat, dat do gemeenten, dio oen zaak reeds hobben geregeld of haar naar eigen goedvinden wil len regelen, evengoed als het Rijk het zoni doen, alleen maar andors, dikwijls ook goedkooper, hierin worden verhinderd. Bij de pensionneeringsontweroen en ge deeltelijk ook bij de- vleesohkeuring geschiedt dat, merkt het blad verder op, ten minste nog op deze wij2», dat de eigenlijke rege ling der zaak in de wet zelf wordt neerge legd, zoodat daarop door de volksver tegen.- woordiging invloed kan worden geoefend. Maar erger is het, indien die regeling in handen wordt gelegd van de Koningin of zelfs, van den minister of van een amb tenaar aL een inspecteur van de volksge zondheid. In hot laatst» geval toch zijn de gemeenten geheel overgeleverd aan hot goedvinden van één enkel, waar het hier meest technische zaken betreft, practiscth! onverantwoordelijk persoon, die maar voor schriften kan maken naar eigen goedvin- i den, zonder dat daarop door do geko2te- nen uit do burgerij ecnige invloed kan wor den geoefend. Zoo zal de gemeente, wil zij een abattoir of "eeft oleotrisch© centrale oprichten, daarbij moeten dansen naar do pij pen dar Regeering, on waar deze in den laat- sten tijd er op uit schijnt de gemeenten van alle kanten te knauwen, daar kaïn men nagaan, hese liolib het kan geschieden, dat hoor wordt opgelegd geheel noedeloos groote sommen op te brengen, waar zij overtuigd, zijn self met voel kleinere te kunnen vol staan. En nog erger wordt het, ja-Is men ziet', dat zij niet eens meer worden gebonden aan oen wet alleen, maar zelfs reeds aan een wetsontworp, waarvan de tet-stand-ko ming, althans de ongewijzigde, nog geens zins zieker is, zooals bij do eleotricit-eits»- Voorziening, waar alles, wat op het oogen blik in voorbereiding is, door de bepaling, dat, waar vóór do indiening nog niet werd geleverd, een conoessio noodig is, een con cessie, waarvan niemand den inhoud en dus de gevolgen kont, ongetwijfeld wordt stop gezet tot tijd en .wijle het der Tweed© ©n der Eerste Kamer zal bobagen heb ont werp te behandelen. En dan bedenke men eens, wat het wor den zal, als op dezen weg steeds wordt voortgegaan, als langzamerhand op élk ge bied, waarop zioh de overheid heeft te be wegen, alles centraal door het Rijk zal worden geregeld, door middel van onver antwoordelijke ambtenaren met een groot ambtsgebied en groote ambtstaak, d®or het Rijk, waarvan het bekend ia, dat nu reeds beslissingen slechts met groote moeite tijn, te verkrijgen, zoodat dtarop dikwijls, zelfs voor de eenvoudigste zaken, maanden én maanden moet worden gewacht. Moe ten wij dan weder terqgkeeren ,tot den toe stand in de B&taafsche republiek met haar onmogelijk gebleken centralisatie cn moeten do gemeenten worden teruggebracht tot licha men, die slechts ambtenaren benoemen en do door het Rijk opgelegde kosten betalen? ILet blad meent, dat op dezen weg toch! Neen, bepaald niets. Die man heeft zeker gebracht mij belangstelling in t© boezemen. Misschien is hij te dikwijls naar het buffet geweest en heeft hij een te ruim gebruik va-ri mijn champagne ge maakt. O, mijnheer Bertignolles, u schertst terwijl ik mij zoo diep ongelukkig gevoel. Ik kan u toch niet iets vertellen wat ik niet weet Het is vreemd. Wat vindt gij zoo vreemd 1 Ik vraag u op mijn beurt, beste Laurent, met welk doel, met welk belang ik u de inlichtingen zou weigeren, die gij van mij vraagt, wan neer ik bij machte was u die te geven? Niet alleen, dat ik daardoor zeer weinig vriendschap 2011 betoenen; maar wanneer ik dit .deed, dan zou ik schuldig zijn, zeer schuldig zelfs. Bertignolles etak hem de hand toe, maar Laurent nam haar niet aan. Een vaag vermoeden kwam bij hem op; eigenlijk geen vermoeden, maar een onge rustheid, een verwondering Yol verdriet zei Bertignolles: Gij gelooft mij niet? Zeker, mijnheer Bertignollea, ik ge loof u. Maar Laurent had clit slechts uit be leefdheid gezegd. Hij was niet overtuigd. Gelukkig voor Bertignolles werd er een einde aan dit gesprek gemaakt door een bediende, die kwam zeggen, dat het ont bijt gereed was. Kom, zei hij vriendschappelijk, gij zult Jenny weerzien, en dat zal wel een anderen loop aan uw gedachten geven. Zij tradon do eetzaal binnen. Jenny had niet verwacht, dat Laurent al gekomen was. Zij bloosde, toen zij, hem zag. Toen zij echter bedacht, dat hot jonge mensoh haar op het bal «00 zonderling en eensklaps had verlaten, werd zij een weinig boos op hem en verwachtte een opheldering. Hij vroeg haar vergiffenis. Ik werd door mijn broeder geroepen voor een ernstige zaak, waarbij de eer van onzen naam op het spel stond. Een ge heime palifcie-agent kwam ons zeggen, dab hij misschien den moordenaar op het fee9t van uw vader had ontd'ekt. Die man hier bij ons? vroeg Jenny. Bertignolles fluisterde Laurent in het oor: Wees voorzichtig, zij is zenuwachtig, en spreek haer niet over zulke dingen. Hij zette zich aan tafel, als iemand, die een gerust geweten en een uitmuntenden eetlust heeft. Maar Jenny werd door haar denkbeeld bezig gehouden. En tevens een geheime politie-agent, hernam zij. Maar ik zou bang geweest zijn, wanneer ik het geweten had. Welk een schandaal, wanneer de moordenaar in de salons van mijn vader gevangengenomen was. Gelukkig is dat niet gebeurd, niet waar? Ik zeg ongelukkig, Jenny, want ge loof mij, wij zouden alle voorzorgen geno men hebben, dat de moordenaar niet hier in huis, maar op straat gevangengenomen wa«. Maar gij hebt u tooh zeker vergist, wanb alle gasten van mijn vader zijn ons bekend. Er had ook wel een vreemdeling on der zijn masker kunnen binnensluipen. Met welk doel zou die man hier ge komen zijn? Misschien, omdat hij wist, dat hij er mijn broeder cn mij gou ontmoeten, Eu do politieagent heeft gemeend hem te herkennen? Ja, aan zijn stem. Dat is belangrijk. Hebt gij het mij vergeven, Jennyl Zeker. Zij stak hom do hand toe, die hij aan zijn lippen drukte. Zij zette zich aan do tafel, naast haar vader. Ook Laurent nam plaats. Er heerrschte een oogenblik stilte. Ondanks alles scheen Laurent gejaagd en Bertignolles sloeg hem tersluiks gade. Hijzelt was ook niet gerust. Nu hij zijn doel bijna bereikt had, be greep hij voor het eerst welk een zware taak hij op zijn schouders had genomen. Hij was geheel aan het toeval overge laten. Dat toeval had Romain Goux slechte in tegenwoordigheid van Laurent of van den markies De Soulaimes, of zelfs maalt van Gaume te brengen, en hij was ver loren. Zou dat toeval niet eenmaal plaats heb ben? 't Was waar, Romain kwam slechts in de kamer, waar hij werkte, en daar kwam nooit niemand anders dlan Bertignollea. (Wordt vervolgd)»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 5