VOOR DEJEUGD U&IDSCH DAGBLAD fmrz-n n n Oplossingen der Raadsels. n. tioede oplossingen ontvangen van: Correspondentie. 9IH No. 16297. Woensdag* 9 April. Anno 1913,. A We gaan een Breadnonght bouwen, wie doet er mee? Be legende van den heiligen Remi. Wacht eens ik hen nu 38, dus dat is zoo-wat 29 jaar geleden". Boer tot natuurschilder: ,,Hoe dutir is nu 't schilderij daot jai door maokt?" Schilder: ,,1000 gulden". Boer: ,,'s jonge, sjonge daor verf ik een heel durp veur." Nieuwe Ea^dsels. Ingezonden door Jupiter". L Zoek uit elk dezer zinnen een woord, zoo dat. zc te samen een spreekwoord vormen. Het weer is net zooals gisteren, regenach tig. De jongen had zijn boodschap goed ge daan. De waard gaf de rekening aam dea gast. Daar is dezelfde hond van gisteren weer. Hij vertrouwt mij niet meer alleen. Heeft hij je hard geslagen? Zijn broertje is lang ziek geweest, maar is nu weer heter. De gastheer onthaalde zijn gasten op pud- ding. Ingezonden door „-Kleine Zee-offioier." II. Piet, hoe pelt men die noten? Cato, Lina en ik hebben gewandeld. Ik zag de kip op het hok staan. Tussohen welke eilanden is het Ylie, Ge rard Piet, rommel toch zoo niet in de kast. TH Mijn geheel is een stad in Overijflel. 7, 1, 2 in een boom. 8, 3, 4, 5 is ook een boom. 5, 6, 2 is de moeder der kuikens. 2, 8, 3, 2 ie een ontkenning. i. Sohoosteenveger. Palestina. XII. Ambachtsschool? Betsy en Arie Anneeze, „Kruidenier tje", Nico en Hendrik van Weizen, „Pieter Marits" „Merlin", Hendrik van Leeuwen, „Twee fcianiaten", Jan en Janna Weizen, „De twee Zusjes", Loviena van Veggel, Henri van Veggel, Johan Mattaar, Dirk Bergman, Hendrika en Lodewijk Lacourt, „Frederik Hendrik", „Floris", Jaóob Lank- horst, Maria Kuivenhoven, Job. Vis, „Ju liana", Hendrik Olivier, Marietje en Saar- tje Horreé, Beppie Klooe, „De Muzikant", Oor Mokkenstorm, Hendrik Schrijnder, „Kerstklokje", „Foksia", Dirk Houthoff, „Goraniium", Bertha van Hooidonk, Dirk Baykema, Dirk Herreveld, „Blondkopje", „Klavertje-Vier", „Vergeet-mij-nietje", ,,Houdijn", Hendrik van Wijk, „Robijntje" Tine Kloos, „Kleine Mien", J. v. d. Ham, „Kleine Oranjeman", „Wandelende Tak jes", „Stormvrouwtje", „Vroolijke Rina", „Wilde Roos", Davild Corpel, „Asschepoet- ster", „Reintje de Vos", Arie Gille, Teu- nis v. d. Kwast, Andries Kwik, Joh. Eg- gink, Betsie de Vlieger, Antoon v. d. KwaBt, Piet v. d. WaRe, ,-,Naaistertje", Maria Be- kooy „De twee Schipperinnetjes", Henri Speel), Oomelia Taffijn, F. v. d. Voet, Nel ly Kagie, Gustaaf Ammerlaan, Geertje Visseher, „Tulp", Neeltje de Kloe, „Mi mosa", „Padvindster", Cato Coster, Chris Dusoswa, Corry de Vlieger, Antoon en An na Hoogeveen, Jaoobus Montfoort, „Roze- kriopje", Geertruida van Berkel, Jac. La- man, „Appelboompje", „Pinksterbloem", Hendrik en Coba Kramer, „Erica" „Ko renbloempje", Klein Jantje", Hendrika van der Rijst, „Piet Hein", Nic. Moonon, Jan Boogers, „Nachtegaal", Jan Golden- berg, „De drie Viooltjes", „Neptunus", A. en C. Kooien, Laurens Segno.-, J. van Oven, Karei en Annie Halbmeyer, Adriaan Werape, „Kleino Schilder", Marila v. d. Burgh, Elisabeth Sagekucle, Johan Broes- terhuizen, „Kleine Timmerman", Gerrit Kater, „Kleine Winkelier", „Kruidenier", „Klein Jantje", „Roodborstje", Nanny Tendeloo, Miohiel de Ruyter", Hendrik van den Heuvel, Christiaan van den Heuvel, Louisé Hoogeveen, te Leiden. H. v. d. Bijl, W. v. d. Bijl, Corry Dorre- paal, Zug Dorrepaal, te Koudekerg. Johanna Doorneveld, te Noordwijk. „Madeliefje", Klazien Broek, „Hcnkie", Sophia Hendriks, Johanna en Neeltje Tim mer, Rika Flim, Willem Flim, „Wilde Bob", „Admiraal Snor", A. J. Parmentier, „Kleine Timmerman", te Oegstgeest. „Florist", te Sasaenheim. Siena van Paridon, te Valkenburg. Pietje en Willem Timmers, Cornells en Nelly Honig, te Voorschoten. Dora de Bode, Gerard en Wilhelmina Henkes, Klasina van Ammers, te Wit- s e n a a r. Aaltje en Flora Parlevliet, Johanna en Truus van Tilburg, Wilhelmina Parlevliet, Andries Rijnsburger, Antje Karens, Adrian na Vogelaar, Comelis Renes, Willem de Jong, W. Metselaar, Neeltje Merbes, Ma- rijtje en Nico Rijnsburger, te Zo eter- wou d e. Hendrika de Voogd, te Zwammer- d am. r I Prijzen vielen ten deel aan: Margaretha Chaudron en Frans van Klaveren, te Lei- de n en Gerard Henkes, te W a s s e n a a r. L ouise Hoogeveen, heet ik har telijk welkom in onzen kring. „Miohiel de Ruyter". Er is geen sprake van, dat je anecdoten behoeft te maken. Je moogt die uit andere tijdschrif ten, couranten of kalenders overnemen. Ohrls en JopieDnsoiwa dank ik voor hun moede prentkaart. Jopie wensoh ik van harte een spoedig herstel. „Roodborstje". Tegen die verande ring heb ik geen gezwaar. Omtrent de ge schiktheid van je ingezonden raadsels, kan ik heusoh geen melding jnaken ita de cor respondentie, dat zal je dus moeten af wachten. Maria v. d. Burgh. Alle kinderen mogen raadeels en anecdoten inzenden, doch ze moeten met de plaatsing geduld bobben. Laurens Segaa r. Zeker vriend, je broer mag gerust met ons meedoen. Met genoegen vernam ik je greote ingenomen heid met bet gewonnen boekwerk. „P iet Hei n". Bijdragen moeten be slist op eon apart Btukje papier gesehre- ven worden en met den naam van den in zender onderteekend. „R o zekn o p j e". Zeker meisje, als je op school verhoogd werd, dan heb je ook alle reden om in je schik to zijn. CatoCoster. Ik kan me wel voorstel len, dat bet een gelukkige dag voor je was, meisje, en ik feliciteer je van harte met het heugelijke feit. Betsy en Arie Anneezec. Wat grappig, dat zusje zoo gaarne de brieven in de bus stopt terwijl ze er nog niet eens bij kan. Hoe oud is het kleintje! Het doet me pleizier, dat Betsie weer geheel hersteld is. Anton en Teunisv. d. Kwast. Wat mooie teekeningen hadden jullie onder je brief gemaaktWat moest dat betee. kenen „As s c h o p o e t s t e r". Neen besta kind, daarom behoef je je niet te veront schuldigen, want je weet wel hoe ik daar over denk. Huiswerk moet natuurlijk vóór gaan. „W i 1 d e R o o s". Welzoo meisje, heb jij de Paaschvacantie te Scheveningen door gebracht I En was je dikwijls aan hot strand of wandelde je meer in de bosohjesl „Vroolijke Rina". Het postpapier, dat je met je verjaardag gekregen hebt, vind ia héél mooi, en ik hoop er nog menig velletje van te ontvangen. „Stormvrouwtje". De beloofde bijdragen zie ik gaarne tegemoet, doch met de plaatsing geduld hebben, meisje. „Kleine Oranjeman". Je hebt groot gelijk, dat j? jé niet laat ontmoedi gen, vriend, want daar bereikt men in den regel niets moe. Tine Kloos. Ik ben 'tvolkomen met je eens, dat men nu niet precies ut de stad hooft te gaan om een prettige vacantio te hebben. Wat prettig voor je, dat je een eigen tuintje hebt; daar komt nu de mooie tijd weer voor aan. Heb je al gepoot en ge zaaid t „Leeuwerik'' te Zoete rwoU de. Tegen je sohuilnaam heb ik geen bezwaar, zorg er maar voor, dat die dikwijls in ons blaadje prijkt. „R o b ij n t j e". Als je vingor nog nkt geheel in orde is, dan begrijp ik waarom je schrift nog niet mooi was. Ik wil gaarne nog wat geduld mot je hebben en wensch je intusschen een spoedig herstel. „Hou dij n". Welzoo vriendje, was je de vorige week uit de stad, en waar was de reis naar toe! „V e r g e e t-m ij-o i e t j e'\ Je postpa- j pier is wel mooi, maar je moest het in 't vervolg linieeren, dan zou je werk er veel netter uitzien. „KI avertje-Vie r". Met je voorstel neem ik gaarne genoegen. Mijn dochtertje ie veertien jaar en zit in de achtste klasse. Mijn verjaardag ia 7 Januari, dat heb je dus goed onthouden. Ik vind de kleur van de nieuwe zomerjurk heel mooi 1 „Kerstklokje". Ja, zoo'n aanvrage wil ik wel voor je plaatsen. Dan moet je die maar eens netjes op een apart stokje papier sohrijven en bij je briefjo insluiten. Saartje Horree. Neen meisje, ik ben niet bepaald naar de bloemenvelden geweeet, doch ik heb er van uüt den trein tooh veel van gezien en zelfs geroken, want op sommige punten, kon men den bloemen geur duidelijk waarnemen. J"an en Janna v. Weizen. Nog nooit blijven zitten! Nu, dat magikhoorer I Ik kan me voorstellen, dat vader en moeder' tevreden over jullie* zijn. Andries Rijnsburger en D o r a de Bode dank ik voor de mooie prent kaarten, die ik van hen ontving. „F I o r i s t", te Sassenheim. Dat was dunkt me al heel toevallig, dat je juist op je verjaardag een prijs ontving! Gaarne: zal ik je dank den heer uitgever overbren gen. Welk een heerlijk vooruitzicht voor jul lie, dat je vader binnenkort thuiskomt! Wanneer wordt hij verwacht! Het ie maar, te hopen, dot hij een voorspoedige reie mo ge hebben. Vriendelijke groetjes. MARIE VAN AMSTBL. *®e a a a e e* 5 Iuh hull It >5 •7e Aan ons oorlogssohip behoeft nu pog wei- oig meer gedaan te worden. Als we de sohoorsteenen, masten, luchtkokers en kanon nen en hot dek hebben aangebracht, moetjn we de commandobrug samenstellen. Zooals we uit den naam reeds hooren, is dit de plaats waar het commando, het bevel over het schip gevoerd wordt. De plaats dus van don kapitein of een ander bevel voerend offioier. Dio plaats is altijd het hoogste gedeelte van hot schip. Dus hier maken we dat ook. We nemen voor deze commandobrug een langwerpig stuk papier. Dit papier moet Afb. 26, een lengte hebben van eenmaal da breedte en tweemaal de hoogte van het dek. Wc doelen dan hot papier op die maten in dricén, en doen evenzoo op de breedte van hat papier, zoodat men negen hokjes krijgt, waar- va^ dp vier buitenste (op Af b. 26 met schrap jes Afb. 27, bedekt, gearceerd), worden weggeknipt. Van het overschietende, kruisvormige model vou wen we de twee lange stukken aa naar boven en de beide andere bb naar benaden en hiermede is de commandobrug (Afb. 27) klaar. Als we die nu! op 't dek hebben bevestigd TT TT - Afb. 28, op de plaats in Afb. 1 aangegeven, gaan we over tot het maken van de davids, dat zijn stangen, waaraan de sloepen komen te bange®, (Zie Afb. 1}, We knippen allereerst een langwerpig stuk papier, evenlang maar iets hooger dan de langste zijde van het bovendek. Hierin maken we drie groepen van vier paar insnijdingen (Zje Afb. 28}, waardoor de davids gestoken worden. De Afb. laat zien op welke wijze dit geschieden moet. Nu knippen we aan de onderste .boeken een klein stukje weg en steken met dea overschiet/enden pand heb papier in bet dek vast. Do davids maken we van reepen stevig, buigzaam papier, die we voorzichtig ombui gen en een slag omdraaien, zie Afb. 29. Afb. 29, - Nadat we do masten met touwen aan dé zijstukken van het bovendek bevestigd heb- ben, kunnen we een zestal sloepen gaan maken, volgens het model in Afb. 30 te zien. Na hetgeen we geleerd hebbon, is het maken van zulk een sloep niet moeilijk meer. Afb. 30. We maken eerst een boot als in Afb. 15. Den voorsteven hiervan maken we aJs den voerstoven van het oorlogsschip, maar met den achtersteven doen we dat niet; dien duwen we plat naar de hoogte en vouwen de aldus, gevormde punt om. We kunnen er naar verkiezing nog bankjes inmaken, zoo- »ls op de Afb. te zien is. De verdere afwerking van het schip geeft nu geen moeilijkheden meer en kunnen we gerust aan jullie verbeeldingskracht pver- laten. Je kunt het zelf naar eigen smaak verder opsieren en kleuren. Wat men wan Seego garen- klossen maken kan. Dat er van voorwerpen, die Moeder ala waardeloos wegwerpt nog wel iets ge» maakt kan worden, weten onze vriendjes wel, nietwaar Ik behoef er slechts aan te herijineren wat we vroeger van ledige lucifersdoozen, hulzen van gloeikousen en dergelijke dingen gemaakt hebben. Ook garenkloseen kunnen door ons benut worden. We kunnen daarvan allerlei 6peel-, goed maken, waarmee kleine broer of zus; zeer blij zullen zijn. Om cenig dankbeeld! te geven yan wat er ftlzoo van gebruikte' garenkloteen kan worden gemaakt, geven we hier eenige afbeeldingen. Het zajn een paar poppen, een ïnan en een vrouw, bene* vens een stuk poppenhuisraad, namelijk een tafel. De afbeelding laat duidelijk zien hoe men de garenklossen hioet gebruiken, zoo dat we er niets behoeven bij te voegen. Met eenige vaardigheid kan men het liuis*' raad aanvullen met stoelen, kanapee enz-, eveneens van garenklossen gemaakt. NEEF HEIN EM AN. Op zekeren middag zat u Koning Clovis en bisschop Remi te Reims aan tafel en ge- -bruikte de koning menig glas vurigen wijn, terwijl de bisschop slechts water dronk uit een houten nap. De vorst kon zich dit niet begrijpen en riep eindelijk, een en al verwondering uit: „Maar heilige vader, doet U dit nu it onthouding alleen, of is het een gezondheide maatregel, dat U slechts water drinkt!" „Wel, zoowel om de eene als om d« andei redeneerlijk gezegdMijn paroobit is beel arm en dus spaar ik op die manier nog veel". „Luister eens edele Vader: de rijkdom men zullen U weldra toevloeien, als gij mij nu een dienst wilt bewijzen." „Wat zal het zijn zeg het maart" „Gaat U nu, terwijl ik mijn sieeta hond,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 11