PERSOVERZICHT. Yrijdom van opkomst. Bovenbe doelde oproeping heeft geen betrekking op ben: lo. die gedurende drie jaren of langer bij de koloniale troepen hebben gediend; 2o. die, na bij een bereden korps ten min- fcte een jaar of bij een onbereden korps ten ■ainste acht. maanden in werkelijken dienst ie hebben doorgebracht, een verbintenis iot vrijwilligen dienst hebben aangegaan en een vrijwilligen diensttijd van ten minste 3 jaren bij een bereden of van ten minste jaren en acht maanden bij een onbereden korps hebben volbracht. Uitstel van eerste oefening. Eij, die in het genot zijn geweest van uite 6tel van eerste-oefening, moeten voor her halingsoefeningen opkomen met de lichting "Van het jaar, waarin zij de eerste-oefening hebben aangevangen; zijn zij echter inge lijfd in het jaar, volgende op dat hunner lichting, dan komen zij op met de lichting van het jaar te voren. Wijze en uur van opkomst. De cpgeroepen verlofgangers zullen zorg dra gen, dat zij zich ieder op den voor hem aangegeven dag, in uniform gekleed en Voorzien van hun zakboekje met verlofpas, alsmede van alle verdere tot hun verlofs tri trusting fcehoorende voorwerpen van klee ding en uitrusting, bij hun korps aanmel den en wel: a. zij, die verblijf houden in de plaats van opkomst, uiterlijk te 8 uur voormid dag y,D e Nederlander" heeft geant woord op het ingezonden stuk van ds. Van Hoogenhuyze, van Amsterdam. Het volgende is er aan ontleend: Het gevaar der coalitie Al sijn wij geen kerkelijke, doch een politieke partij, toch kunnen (dit erkennen wij vol mondig) kerkelijke belangen op politiek gebied den doorslag geven. Indien werd aangetoond, dat door of ten gevolge der coalitie eenige Kerk, hetzij de Hervorm. «Je, hetzij eenige andere werd bena- of wel bevoorbeeld, dan zou dit, als in strijd met onze beginselen en met de Grondwet, een punt van ernstige bespreking moeten uitmaken. Maar dan toone men het ver hand aan tusschen de coalitie e:i de be laad eeling of bevoordeeling der Kerk. Wij stellen ons, om gemakkelijker te bunnen discussieeren, op het standpunt van ds. Van Hoogenhuyze, die beweert, dat Rome in ons land al meer invloed krijgt; dat „men" wie bedoeld wordt zegt de Bchrijver niet de Hervormde Kerk haat. Maar uit welke feiten blijkt, dat de Roomsch-Katholieken in ons land meer rechten genieten dan zij zonder de coali tie zouden hebben? Neemt de kracht der Rocmsch Katholieke Kerk toe, zal daarin «lan eenige de minste verandering komen, indien de liberalen aan het roer komen 7 Zoo ja, welke? Hun Kamerzetels veroveren de Roomsoh-Katholicken door eigen kracht; jiiet door die der coalitie. De Roomsch- Katholieken krijgen nu meer betrekkin gen dan voorheen. Maar zou men willen dat iemand om- zijn geloof geweerd werd 7 Zoo ja, dan spreke men dit open uit, en legge men zich eerlijk toe op Grondwets verandering op dit punt. Maar op dit «ogenblik hebben alle burgers gelijke rech ten. En ook vergete men niet, dat, als de liberalen weer aan het roer komen, zij fcioh wel zulten wachten weer zoo op er Ij k zicnzelven te bevoordeelen boven anderen als zij vroeger hebben gedaan, doch dat ae goede gevolgen van hun beterschap niet vaillen worden genoten door de orthodoxe protestanten, maar door de. Roomsch Ka tholieken 1 Welken stap doet ten onzent op poli- Mek gebied een Roomsch-Katholieke, ten nadeele van eenige Protestantsche Kerk of individu Dat de Roomscli-Katho- liekon vaak zeer vijandig optreden tegen de Protestanten, en zich hoogst on billijk over hen uitlieten, beamen wij ten- rrolle Het omgekeerde heeft ook plaats. Maar denkt ds. Van Hoogenhuyze dat dit Veranderen zal, als er geen coalitie meer is, als rechts" door het liberalisme is om ver geloopen? Ongetwijfeld is de kracht der Roomsch- Katholieke Kerk in de laatste eeuw toe genomen. Maar ds. Van Hoogenhuyze zal iocli wél willen inzien, dat daartoe heel andere fact-oren hebben gewerkt dan de Nederlandsche politiek. Misschien op één Uitzondering na. Naar veler gevoelens toch is het T'oomsch-Katholicisme ten on zent zeer verst2riet, door den invloed van het neutraal onderwijs, waardoor het volk 5n veel erger mate weerloos is geworden tegenover Rome en waardoor het voor de Roomsch-Katholieken plicht geworden ig *->m kinderen te zenden naar bijzonder* scholen, terwijl zij in provincies, waar zij de baas zijn, het openbaar onderwijs V» hun geest doen geven door onderwijzer* nit him kweekscholen. Maar aan wie h eb ben wij het bestaan van dien factor van Rome's voor uit gang te danken? Dezelfde vraag doen wij aan ds. Van Hoogenhuyze, met het oog op de Gerefor meerden. Uit welk feit blijkt, dat de Ge deformeerde Kerken in doleantie „langs den weg van de politiek willen verkrij gen, wat kerkelijk niet gelukt is?" Dat dir. Kuyper zich soms smalend uitlaat (niet over de Hervormde Kerk in den zin, als «loor ds. Van Hoogenhuyze bedoeld wordt, de Kerk der Reformatie), maar over de lllerv Kerk onder de Synodale Organisatie ontkennen wij niet. Maar valt de Hervorm de Kerk door 1 eenige scherp© woorden? En zullen düe niet meer gebezigd worden, zoodra er geen coalitie meep is? Immers neen; eer het tegendeel zal het gevolg zijn. Misschien zou art. 171, kunnen dienst doen als argument, dat er gevaar is, Im- b. zij, die verblijf houden binnen 20 Kilo meter van de plaats van opkomst, uiterlijk te 10 uur voormiddag; o. de overige verlofgangers; voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf houden, zoodra mogelijk na aankomst in de plaats van opkomst, waarheen zij zich met het eerstvertrekkend openbaar middel van versneld vervoer, langs de op de vor- voerbewijzen aangegeven route en met de op die bewijzen vermelde vervoermiddelen, moeten begeven, of, indien bij gebruikma king van een later vertrekkend middel van versneld vervoer langs diezelfde route zulks mogelijk is. uiterlijk te 10 uur voormiddag. voor zooveel zij buiten het Rijk verblijf houden, vóór 4 unr namiddag. Ziekte. Ingeval ziekte of gebreken de opkomst mochten verhinderen, dient de verlofganger hiervan zoodra doenlijk door overlegging van een gelegaliseerde genees kundige verklaring ter Gemeente-Secreta rie te doen blijken Na zijn herstel vervoegt hij zich onverwijld bij zijn korps. V ervoer. De verlofgangers, die per spoor, tram of stoomboot moeten reizen of op de reis een of meer veren moeten pas- seeren en in wier zakboekje aanwezig zijn. de vereischte op wit papier gedrukte en met Tooden. inkt ingevulde vervoerbewijzen en passagebiljetten, behoeven zich vóór hun vertrek naar het korps ui et ter Gemeente secretarie aan te melden, doch begeven zich rechtstreeks naar het station of de aanleg plaats va.n vertrek en stellen aldaar hun zakboekje ter hand aan den beambte, met de uitgifte van plaatsbewijzen belast, of aan den veerman. De verlofgangers beboe ren er op indachtig te zijn, dat hun het zakboekje wordt teruggegeven, alsmede de Strook van het vervoerbewijs, aangezien deze 6trook liun gedurende de reis moet dienen als plaatsbewijs. Verlofgangers, die niet in het bezit zijn van een vervoerbewijs of passagebiljet, in gericht om daarop de reis te kunnen vol brengen dan wel van het veer of van ae veren gebruik te maken, moeten zich op den laatstcn werkdag vóór hun vertrek naar het korps, des voormiddags tusschen 10 en 12 uur, ter Gemeente-Secretarie aanmelden, ten einde aldaar in het bezit te worden ge steld van de vereisebte bescheiden. Het is noodig, zich ten minste een half uur vóór het vertrek van den trein, de tram of de stoomboot -an het station of de aanlegplaats te bevinden. Behalve vrij vervoer, voor zoover de reis geschiedt binnen het Rijk, heeft de verlof ganger, die niet verblijf houdt in de plaats van opkomst, voor den dag van opkomst recht op een daggeld van f 0.25. Het is niet noodig dit daggeld ter Gemeente-Secretarie te vragenaan hem, die het niet vóór zijn opkomst heeft ontvangen, wordt het uit betaald na aankomst bij het korps. B ij zond ere bepalingen. Hij, die zonder geldige reden niet voldoet aan deze oproeping, wordt, na daartoe door den Minister van Oorlog verstrekten last, als deserteur afgevoerd. Hij, die zonder geldige reden zich te laat bij het korps aanmeldt, maakt zich straf schuldig. Het niet-ontvangen van een persoonlijke kennisgeving van de oproeping ontheft den verlofganger geenszins van zijn ver plichting tot opkomst in werkelijken dienst, daar de openbare kennisgeving, tenzij de verlofganger zich op den dag van laatst bedoelde kennisgeving buitenslands ophoudt en zijn adre* bij den Burgemeester bekend is, eenig en alleen alsbewijs geldt, dat hij behoorlijk is opgeroepen Vrijstelli ng. Geheele of gedeelte lijke vrijstelling van herhalingsoefeningen kan worden verleend aan em: lo. die na volbrachte eerste-o ifening ge durende zoodanigen tijd in v "rkelijken dienst is gebleven of gekomen, dat hij ge acht wordt in die mate te zij», geoefend, dat herhalingsoefeningen voor hem niet of slechts gedeeltelijk noodig zijn 2o. die tijdens den duur der herhalings oefeningen onmisbaar is hetzij voor het bedrijf, waarin hij werkzaam is, hetzij voor de instandhouding der middelen van be staan van zijn gezin of van dat, waartoe hij behoort of waarin hij als pleegkind fs op genomen, dan wel voor personen, die hem in den eersten of den tweeden graad van bloed- en aanverwantschap bestaan een en ander ter beoordeeling van den Minister van Oorlog. pleit. En wij haalden daarbij aan o.a. dazo zinsnede uit dat artikel: De Kamer is aan haar eer verplicht, zoo spoedig mogelijk met de behandeling van het ontwerp-Tariefwet, dat irnmerg sinds maanden in staat van wijzen is, te begin nen en het zoo mogelijk ten einde te bren gen. Wij dienen hier intusschen op te merken dat het ontwerp-Tariefwet nog allerminst „in staat van wijzen" verkeert. Immers in het Verslag van de Commis sie van Voorbereiding omtrent de vaststel ling eener nieuwe Tariefwet (zitting 1911 1912 nr 60) staat in de Inleiding op pag. 4 te lezen: „Naar aanleiding van vragen, bij het mondeling overleg gesteld naar den ver- moedelijken invloed, dien verschillende wij zigingen, aangebracht in de artikelen van het wetsontwerp (artt. 20 en 21) en in de posten van het ontwerp-tarief. op de ram ming van de opbrengst zullen hebben, heeft de Minister meer dan éénmaal te kennen gegeven, dienaangaande geen in lichtingen te kunnen verschaffen. Hij ver klaarde zich echter bereid, op den grond slag van het gewijzigd wetsontwerp en het gewijzigd ontwerp-tarief een geheel nieuwe raming op te maken en die te zijner tijd aan de Commissie medé te deelen, al wensclite hij er tegelijkertijd op te wijzen, dat aan elke raming van de opbrengst niet meer dan een zeer betrekkelijke waar de mag worden toegekend De Commissie is voornemens bedoelde raming, zoodra, zij haar zal hebben bereikt, alsnog als afzon derlijke bijlage aan dit Verslag toe te \'oogen." Die geheel nieuwe raming van de op brengst nu is bij ons weten nog altijd niet aan de C. v. V. medegedeeld en deze heeft ze dus ook nog niet aan haar Verslag kun nen toevoegen. Zoolang dit niet is geschied, kan be zwaarlijk van het ontwerp-Tariefwet wor den gezegd, dat bet in staat van wijzen ia, dus rijp voor behandeling zou zijn SPORT. De wedstrijden van Zondag. In de tweede klasse B van den N. V. B. is 1.1. Zondag door de onverwachte overwin ning van „Xerxefc" op „Unitas" een geheele verandering gekomen. Het zou ons niet ver wonderen, als de eerste en laatste plaats van deze zoo bijzonder spannende competitie eerst in de allerlaatste wedstrijden beslist zouden worden. De laatste wedstrijden van „Concordia" zal morgen definitief het kam pioenschap beslissen en vermoedelijk zal „Ajax"„Achilles" do beslissing voor de laatste plaats brengen. Dat we ntet -over drijven, bewijst onderstaand lijstje. Vereeni- minimam maximum nog kans op gingen. puDten. punten. de plaateen. A. F. C. 21 21 1.2. Concordia 19 21 1,2, D. V. V. 18 18 3, Xerxes 11 11 4,5, 6,7,8 Unitas 10 12 4, 5, 6.7,8 D. V. S. 10 12 4,6, 6, 7,8 Achilles 9 11 4, 6, 6, 7,8 Ajax 8 12 4,5,6,7,8 Te spelen zijn thans nog: „Concordia"„Unitas". „D- V. S."„Ajax". en „Ajax"„Achilles". „Concordia", dat van „Unitas" moet wip- nen om kampioen te worden, zal daartoe op eigen terrein zeker in staat zijn, waarmede „Xerxes" voor de laatste plaats behoed is. De doelgemiddelden van de vier laatsten, die vermoedelijk nog wal een woordje zul len meespreken, luid-en thans: „Unitaa" 0.77. „D. V. S." 0.60. „Achilles" 0.41. „Ajax" 0.44. Ei' is dus nog al wat verschil, doch we moeten bedenken, dat slechts één flinke over winning of nederlaag de cijfers zeer doen stijgen of dalen. In die richting kunnen we thans nog niet over de beslissing van de laatste plaats spreken. Het staat ar thans zóó voor, dat een overwinning van „Ajax" op „Achilles", de laatste definitief op de laatste plaats brengt. Wint „Achilles" van „Ajax" met weinig verschil en behalen onze stadgenooten een flinke overwinning op „D. V. S.", dan zal het doelgemiddelde „Unitas" of „D. V. S." op de laatste plaats brengen. Doch waar deze kansen vrijwel geen werke lijkheid kunnen worden, kaga alt-haps lrD. Wie op een van deze gronden voor vrij stelling in aanmerking wenscht te komts*, behoort epoedig een aanvrage naartoe te zenden aan den Minister van Oorlog. Het verzoek kan op ongezegeld papier worden geschreven en behoeft, tenzij het uit het buitenland wordt verzonden, niet gefran keerd te worden. Vergoeding. Indien ten gevolge van het verblijf in werkelijken dienst van den opgeroepen verlofganger voldoende midde len tot levensonderhoud ontbreken of zou den komen te ontbreken aan zijn gezin of aan dat, waartoe hij behoort ©f waarin hij als pleegkind is opgenomen, dan wer aan personen," die hem in den eersteD of den 2den graad van bloed- of aanverwantschap bestaan, dan kunnen belanghebbenden zi rechtstreeks tot den Minister van Oorlof wenden met een ongezegeld, door den ver lofganger mede-onderteekend, verzoek schrift tot het ontvangen eener geldelijke vergoeding. Het verdient aanbeveling tiet verzoekschrift spoedig, zoo mogelijk ten minste zes weken vóór de opkomst, in te dienen. Het behoeft niet gefrankeerd te worden, tenzij het uit het buitenland wordt verzonden. De Burgemeester voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR Leiden, den lsten Maart 1913. V. S." zich vTij veilig gevoelen en ook „Unitas" is, dank zij haar doelgemiddcde vrijwel buiten gevaar. We voorzien alzu3k een beslissing in den wedstrijd „Ajax"-* „Achilles". Morgen moet „Ajax" nu tegen „D. V. S." Rotterdam in het veld en zooals wc zoo juist verklaarden, is voor beide clubs de wedstrijd van veel belang. We voorzien al- zoo een spannenden wedstrijd, waarin de partijen in doelpunten vermoedelijk niet veel zullen verschillen. Als de roodzwarten nu maar eens de belangen van het Lcidscho voetbal tierde ge inzien, dan zal een suc cesje wel verkregen kunnen worden. In Leiden is morgen „Ajax II"„Concor dia II" de eenige voetbalwedstrijd, behalve» misschien enkele „L. V.-B."-wedstrijden, waarvan wij voor de zooveelste maal het programma gisteren niet konden public»- ren en dat dus weder onbesproken moet blijven. „Ajax II" en „Concordia II" zijn de hek- kesluiters van de reserve tweede klasse B. Beide hebben 4 punten en alleen een greo- ter aantal gespeelde wedstrijden houdt „O eordia II" op de laatste plaats. Het kan dus morgen een aardigen wedstrijd worden, die naar wij meenen een Leddache overwin ning zal brengen, ook a.l in verband met den morgen te spelen wedstrijd „Concordia". „Unitas". Ondanks het niet opkomen van „O. S. O. R." heeft „Vitesse" zich nog tijdig ieen thuiswedstrijd kunnen verzekeren. „H. S. V." (Den Haag), de kampioen van de tweed© klasse Zuid, komt morgen hier ter stede op bezoek. We gelooven, dat de wedstrijd meer nut zal afwerpen voor de Hagenaars dan voor onze stadgenooten. Toch zal de oefening onze blanwwitten vpor den wedstrijd „Vitesse" yH. V. D." op aanstaanden Zondag goed doen. Van „Vitesee" kunnen we dit jaar weinig anders dan overwinningen verwacht3n en in dit geval moet een flinke overwinning ons voor de komende wedstrijden om het kam pioenschap van Nederland geruststellen. Uit KooMevelt's gedenkschriften. Het eerste hoofdstuk van Theodore Roo sevelt's reeds vroeger aangekondigde me moires, is onder den afzonderlijken titel „Kinderjaren en jongelingschap" thans in druk versohenen. De schrijver behandelt daarin zijn eerste 22 levensjaren, dus den tijd van 1858 tot 1870, maar praat toch ook tamelijk uitvoe rig over zijn voorouders, die reeds in den kolonisatietija meermalen een rol te New- York speelden. Interessant is in dit op zicht de door hem medegedeelde rekening van een banket, afkomstig uit de „eerste en goede dagen der Republiek" en die de volgende posten van een feestmaal „ter ©ere van Z. Excellentie den Franschen ge zant" aanwijst: Pond Sterling. 120 couverts voor de gasten .48 v 135 flessehen Madera 54. 38 flessehen Port 20.r 30 flessehen Engelsch bier 9. 30 bowls punch9. 8 couverts voor de muzikanten 1. 10 couverts voor de bedienden 2. 60 gebroken wijnglazen 4.10. Gebroken kristallen flacons 3. Koffie voor 8 heeren r s 1. Vruchten en diversen 5. 156.10. Deze 156 pond 10 shilling, dus de kleinig heid van 1880 gulden, werden den Staats- gouverneur uit de staatsschatkist voor een feestdiner van Roosevelt's overgrootvader, den controleur Isaac Roosevelt, zonder om haal toegestaan. Ex-president Roosevelt maakt er deze kantteekening bij: Men denke eens, dat thans een gouver neur van New-York zoo'n rekening voor een onthaal van den Franschen gezant aan de staatskas zou willen onttrekken 1 De juistheid va.n Falstaff's voorstellingen van de verhouding tusschen brood en chamnagne wordt bewezen door de verhouding, die hier tusschen het aantal punchbowls, flessehen Madera, Port en Engelsch bier, aan den eenen, en koffie voor acht heeren" aan den anderen kant bestaat, kle-arb] dkelijk de éénive op het slagveld van het bar'et overgebleven gentlemen Bewonderenswaardig is verder de ge moedelijkheid, waarmede als ziVhtbaaT ge volg van het gebruik der bovenvermelde wijnen, bieren en spiritualiën, het feit T r- meld wordt, dat er acht kri^telten karaffen en 60 wijnglazen werden gebroken." mers beeft dr. Kuyper zach smalend over dat artikel uitgelaten. Maar is er nu ééne groep, ja één mensoh in ons land, mits goed bekend met al wat in dat artikel, in ver band met de daaraan gegeven toepassing, zit, die dat artikel in zijn geheel mooi vindt Lang vóór de doleantie en lang vóór de coalitie werd door zeer hoogstaande Hervormde predikanten betoogd^ of toege geven, dat op dit punt, de uitbetaling van Rijkstraktement, de toestand niet deugt. En nu is bet juist dr. Kuyper, die het mihet van allen op wijziging vau dat arti kel aandringt. Hij waarschuwt slechts ook de tegenwoordige bezitters, dat, als er niet tijdig in voorzien wordt, men op den duur gevaar loopt alles te verlie zen. Moet ds. Van Hoogenhuyze hem niet veeleer daarvoor danken, dan „alarm blar een" tegen de coalitie? Doch hoe men daarover denkt, zal de „coalitie" den doodsteek geven aan dat artikel 171? Een artikel, dat immers niet gewijzigd kan worden dan met, een groote meerderheid in beide Kamers, terwijl de Roomsch-Katholieken bij die wijziging geen belang meer hebben Dat artikel betreft niet de Hervormde Kerk in het algemeen, niet de kerkgebou wen; doch alleen de traktementen. Zeker een gewichtig punt. Maar een leeraar der Herv. Kerk heeft toch meer nog dan de materieele zijde ook den geestelijken kant in het oog. Aangenomen eens dat, wat wij ten stelligste ontkenmen, die traktementen gevaar liepen, zou dan reeds daarom alleen dis. Van Hoogenhuyze willen meewerken de coalitie af te breken om „hand- en spandiensten" te verrichten voor de liberalen? Hebben dan dezen zoo veel gedaan voor die Kerk? Verwacht ds. Van Hoogenhuyze van hen, dat zij de „Kerk" krachtiger zullen maken in haar strijd tegen de Room-seh-Katholieken en tegen het ongeloof? Wij herinnerden in een vorig artikel wel ke de vruchten geweest zijn van „de coa litie"; vruchten, die niet gekweekt zouden zijn, zonder haar, daar de liberalen nooit anders gez wicht zijn dan voor de meerderheid; vruchten eindelijk, die toch ook door de geloovige predikanten in de Herv. Kerk hoogelijk zullen worden gewaardeerd'. Zou nu ook ds. Van Hoogenhuyze ons eens op zijn beurt willen aantoonen, welke nadeelen zijn voortgesproten uit de coalitie? Het betreft hier een zaak, zegt hij, „niet gering, en de tijden zijn ernstig". Zeer juist. Ook hebben wij wel „den moed in de minderheid te willen zijn." Maar wij missen den moed: daartoe, indien wij, uit vooroordeel, uit gebrek aan nadenken, uit vrees voor ingebeelde rampen, moedwillig de middelen verzuimen, om datgene te doen, wat ten slotte behoort te geschieden ter eero Gods, n.l. „heel ons volk" op te voeden bij het licht van het Evangelie. 0n6 wil het voorkomen, dat de bestrij ders der coalitie dit telkens uit het oog vérliezen. „Het Huisgezin" is van oordeel, dat de Bakkerswet van de baan is. Het ontwerp-Aalberso o.s., dat na de verwerping van Talma's ontwerp bedoelde te redden wat nog te redden was, is door de Tweede Kamer nog slechter ontvangen dan indertijd het Regeeringsontwerp. En niet geheel kan worden ontkend, dat de practisclie bezwaren, welke tegen het nieuwe ontwerp worden ingebracht, eanigen grond hebben. Op een principieel bezwaar indien men althans de oprechtheid der vTij zinnige tegenstemmers aanneemt leed het ont werp-Tal ma schipbreukop practisehe be denkingen stuit het ontwerp-Aalberso. Er is een sterke meerderheid togen en het komt dus afgezien van het tijdbe- zwaar niet eens in openbare behande ling. Wel is den heer Aalberse en zijn mede- voorstel 1 era hoffelijk en met aandrang in overweging gegeven, een andere oplossing te zoeken, maar het spreekt vanzelf, dat de heeren daarvoor zullen bedanken. Eén nood-oplossing kan, een tweede wordt uiteraard prutswerk. En zoo zal dus vooreerst de bakkers- naohtarbeid blijven bestendigd, eeu wel droevig einde van een met zooveel opge»- wektheid ondernomen poging om het groote (euvel uit te gpyden. Omtrent do Bakkerswe t-A a 1 b e r e e zegt de Haagsche medewerker van „De Te legraaf": Uit het voorloopig verslag der Tweede Kamer betreffende de Bakkerswet-Aal bers© mag de gevolgtrekking worden getrokken, dat de kansen van dit ontwerp nu niet be paald gunstig staan. „Algemeen" werd opnieuw ingenomenheid uitgesproken met het striven naar af schaffing en beperking van Zondags- en nachtarbeid in het bakkersbedrijf, maar nret het ontwerp-Aalberse konden „vele leden" zich niet vereenigen. OndeT deze leden waren er ook, dio destijds aan het Regeerings- ontwerp hun stem hadden gegeven." Wel wa ren er „verschei lene leden", die de bestrij ding van het ontwerp niet afdoende von den, maar ook zij (de voorstanders dus) wenschten, „dat het ontwerp niet in open bare behandeling wordt gebracht, wanneer de kansen op aanneming niet goed staan." Het uitspreken van dezen wensch is van belang, waar men op een andere plaats in het verslag leest, dat „vele leden" de kans} van aanneming „zeer gering" achtten. Duidelijke taal! Lichtelijk curieus is het bij dit alles, dat „verscheidene leden" den voorstellers in overweging gaven, „te zoeken naar een andere oplossing van hefc vraagstuk, die niet zoo vele gewichtige bezwaren medebrengt." Bakkerswet No. 3 dus 1 Laat ons dit voorloopig verslag over een ontwerp, hetwelk voortsproot uit het kna gend besef, dat de numeriek-maehtig© coali tie niet eens de zoozeer gewenschte regeling voor het bakkersbedrijf tot stand brengen kon, nu maai* stilletjes opbergen bij den sta pel parlementaire curiosa, dien wij op een koo- gen plank van een diepe kast zorgvuldig bewaren. De Bakkerswet-Aalbersa is ge looven wij al morsdood. Ze was hier nauw verschenen, of ging ook dra weer henen. Generaal Van Vlijmen bepleit in „De T ij d" het aan de orde stellen van het ont- werp-T ariefwet nog vóór de verkiezingen. „Wel rijzen daar enkele stemmen van moe- dcloozen in het clericals kamp, die, ietwat verdoofd wellioht door het sinds maanden aanhoudend geschreeuw der anti-tariefwet- mPnnen, een wapenstilstand zouden willen sluiten, voor ons even fataal als de beruchte} wapenstilstand in Turkije voor de Balkan- stiten is geweest. Maar „De Standa ard", altijd waakzaam op den toren, i3 bereids met verontwaardiging tegen dien wapenstilstand opgekomen. De Kamer is aan haar eer verplicht, zoo spoedig mogelijk met de behandeling van het ontwerp-Tariefwet, dat immers sinds maanden in staat van wijzen is, te begin nen en het zoo mogelijk ten einde te brengen. Het is hier de plaats, om een Engelsch spreekwoord te plaatsen, dat. in den regal, foutief crecitecrd wordt. Het luidt„Where ever (niet there) is a will there always is. a way." Er is altijd een weg te vinden, waar ook eon wil ge vonden wordt. Indien do Kamer de zes weken, die nog voor gezetten arbeid na Paschen overblijven, tot aan hot tijdperk der algemeen© verkie zingen, goed wil besteden, kan zij het ont werp-tarief geheel afhandelen. Immers aan nemende, dat zij de laatst© tien dagen van Mei den leden vrijheid wil laten, om des- gewenscht redevoeringen te houden buiten de Kamer, blijven er 19 dagen van April en 11 dagen van Md voor de discussiën over het tarief beschikbaarderhalve 30 volle dagen en desnoods een tiental avonden. Nie mand zal dus ontkennen, dat, gegeven het hoog© landsbelang, dat gemoeid is bij dat tot-stan<l-koming van het., ver beterde tarief, het alleszins mogelijk is, dit werk tot stand; te brengen. En hierbij rekenen wij ook de aanneming- van verschillende kleine wetten, die weinig of geen discussie zullen, uitlokken. Wij hopen dus: dat de meerderheid der Kamer, haar plioht begrijpend, om na de tot stand-brenging van de verzekering der ar beiders tegen invaliditeit en ouderdom, ook de daartoe noodzakelijk© Rijksmiddelen aan te wijzen, iets, wat sinds 1901 steeds be doeld is, zich op het einde van dit wet gevend tijdvak nogmaals zal inspannen, om een harmonisch geheel tot stand te brengen." „D e Nieuwe Courant" teekent hierbij aan: Wij wezen op het artikel van het Kamer lid Van Vlijmen in „D e T ij d", waarin voor een zoo 6poedig mogelijke behandeling van het ontwerp-Tariefwet werd ge-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1913 | | pagina 6