Ho. 16243. LBÏBETOH Vierdag* S Februari. Tweede Blad.
Buitenlandseh Overzicht.
Leidsehe Schouwburg.
Finaneieele Causerie.
Aim© 1913.
Het wordt nu met de Engelscho kiesrecht
dames toch wel wat al te erg en als de
sympathie zelfs van voorstanders van vrou
wenkiesrecht voor haar vermindert, dan heh-
hen ze dit alleen aan zichzelf te wijten.
Dat ze een politio.a.gent met water gooien
gaat #1 te ver, dooh om een agent, een kies
rechtjuffie te Leven heeft dit feit durven
"bedrijven, peper in de oogen te gooien, is
zóó misdadig, dat lankmoedigheid der regee-
ring. wanneer dit dametje gaat hongeren en
dus in vrijheid zal worden gesteld, deze
misdaad haast-m^t. een misdaad gaat be-
loonen. Een misdaad dan door de regeering
bedreven tegenover al wat autoriteit is, om
dat dan elke regeeringsman, elke rockt er of
politie.agent .vogelvrij is verklaard voor de
suffragettes.
De ministers hebben brieven met peper •er
in thuis gestuurd gekregen. De onderstaats,
secretaris van buitenlandscho zaken, Acland,
heeft peper in de oogen gekregen en is dien
tengevolge ieen paar uur nagenoeg blind
geweest.
Het wordt nu velen in Engeland to har
cn in verschillende bladen wordt in ingezon
den stukken betoogd, dat de tijd van toe
geeflijkheid nu voorbij moet zijn en dat men
de dames, als ze honger willen lijden, maar
eenvoudig baar gang moet laten gaan. Dan
zullen ze wel mak worden. Aldus de strek
king van do meeste dezer ingezonden stuk
ken. In het Lagerhuis heeft sir Arthur
Markham eenzelfden toon deen booren. Hij
vroeg den eersten minister, of het hem he
kend was, dat militante suffragettes, die tot
gevangenisstraf waren veroordeeld, openlijk
erkenden zarnen te zweren om de toepassing
der wet te doen mislukken en door voedseil-
weigering haar in-vrijheid.stelling te bewer
ken. Kunnen, zoo vroeg hij verder, de
minister van binnenlandsche zaken of de
gevangenisoverheden wegens manslag wor
den vervolgd, indien er in de gevangenis
iemand sterft, tengevolge van voedselwei-
gering, en zoo ja, i? de regeering dan be
reid een wetsontwerp in te dienen, waar
door zal worden voorkomen, dat de toepas-
sing der wetten onmogelijk en belachelijk
wordt gemaakt?
Minister Mo. Kenna antwoordde, dat in
1912 zes en zestig van de 240 tot gevange
nisstraf veroordeelde suffragettes op medi
sche gronden in vrijheid waren gesteld. In
verreweg de meeste gevallen wns de slechte
gezondheidstoestand, die tot de vrijlating
leidde, een gevolg van voedselweigering, en
er kon geen twijfel bestaan of die weigering
was het resultaat van een geconcentreerde
actie. Echter in 1899 was door het High
Court uitgemaakt, dat het plicht was der
gevangenis-autoriteiten, om maatregelen te
nemen dat gezondheid en leven der gevan
genen niet zouden worden bedreigd. In da
tegenwoordige, omstandigheden was de mi.
nister nog niet bereid, een wetgeving voor
1e stellen als door sir Arthur Markham be
doeld.
Maai' dan zou een moordenaar ook wct'op
die wijze uit- dc gevangenis kunnen komen,
meende de heer Markham. De minister
stelde liem hier echter gerust; zij, die we
gens ernstige, misdaden zouden worden ver
oordeeld, konden niet maar zoo op gezag
van den minister in vrijheid worden gesteld.
Is er dan niet een ander middel om do
zich tegen de-wet verzettende vrouwen tot
rede te brengen, vroeg de heer Byles. Ik
zal blij zijn als mijn geachte vriend me
zulk een middel aan de hand kan doen,
zeide minister Mc. Kenna. Zoo blijft alles
bij het oude. Op de vraag van sir A.
Markham: Zou men de lieden niot kunnen
deportoeren naar St.-Helena bijv. een
vraag die luid gelach uitlokte bleef dc
minister het antwoord schuldig.
In verband met het bovenstaande ver
dient een uitlating van miss Sylvia Pank-
hurst vermelding. Zij stond in Bowstreet
terecht wegens verzet tegen de politie, en
werd veroordeeld tot 40 sh. boete, subsi
diair veertien dagen gevangenisstraf. Miss
Sylvia Pankhurst zeide toe: Ik zal de boete
niet betalen noch me aan de gevangenisstraf
onderwerpen; ik zal aan de hongerstaking
deelnemen.
Men moet erkennen dat er zoo van hand
having van dc wet toch weinig terecht
komt.
De teerling is geworpen. De Belgische Ka
nier heeft het voorstel om te overwegen óf
grondwetsherziening gewenscht is,
met 99 tegen 83 stemmen verworpen. Er
waren twee onthoudingen.
Wat nu
De socialistische leider Yandervelde heeft
nog voor de beslissing verklaard, dat wordt
het voorstel verworpen, het weldra weer
aan de orde zal komen. Wanneer zal dat
zijn Heeft hij hiermee de algemeene sta
king aangekondigd, heeft hij hiermee te
kennen willen geven, dat de regeering door
het optreden der arbeiders gedwongen zal
zijn binnen korten tijd van houding te ver
anderen Eenige zekerheid bestaat in dezen
wel, want Yandervelde zei o.m. ook nog
in zijn verklaring, dat de socialisten van
de arbeidersklasse vragen naar hen te luis
teren, te wachten op het wachtwoord van
hun erantwoordelijke afgevaardigde en
niet door daden van geweld of gedeeltelijke
stakingen het succes te bederven.
De staking in hetChampagne-
di strict heeft zioh nog n i e t u i t-
gebreid; de loonquaestie zal waarschijn
lijk aan een bemiddelingscomité of aan een
scheidsgerecht worden onderworpen. De
vrederechter van Ay onderhandelt met de
patroons en met de werklieden daarover.
Een paar maal reeds hebben we melding
gemaakt van de nieuwe emigratiewet, die
het Huis van Afgevaardigden in de Ver-
eenigde Staten had aangenomen, doch die
door den Senaat verworpen werd. Deze wet
bevatte scherper bepalingen ten opzichte
der landverhuizers en o.m werd aan onge-
letterden den toegang geheel ontzegd. De
protesten tegen die wet komen nu reclit los.
President Taft moet van verschillende ver
eonigingen van buitenlanders klachten in
ontvangst nemen. Men is er in het geheel
niet voor, dat zoo streng wordt opgetreden
tegen hen, die in de oude wereld zich. geen
bestaan konden verwerven en voor wie
waarschijnlijk in de nieuwe wereld daartoe
de gelegenheid bestaat.
Duitschland, Italië en Nederland hebben
volgens een Beutertelegram uit Washington
geprotesteerd tegen de bepaling dat inspec
teurs (rices) en medici aan boord van sche
pen met landverhuizers komen om rapport
uit te brengen over de behandeling aan
boord.
Frankrijk, Engeland en Oo6tenrijk-Hon-
garije zullen zich bij dit protest aansluiten.
„Een Wereld waarin men zich verveelt."
„Een Wereld waarin men zich verveelt*'
heeft gisteravond in onzen Schouwburg velen
een genoeglijken avond bezorgd. De Ko
ninklijke Yereeniging „Het Nederlandsch.
Tooneel" heeft revanche genomen van de
matige vertooning van „Ferdinand Huyck".
We hadden den spelenden een even volle zaal
toegewenscht-, dooh het vele, wat den tooneel-
1 iefhebbers nog wacht in de eerstvolgende
dagen, heeft zijn invloed doen golden. Dan
is ook het slechte weer wel eenige belem
mering geweest, en dat alles in aanmerking
genomen, was 't bezook niet slecht.
Hert blijspel van Edouard Pailleron, „Le
monde ou l'on s'onnuie':, waarvan dr. De
Jong de vertaling heeft verzorgd is niet
in den laatston tijd op het repertoire van
„Het Nederlandsch Tooneel" gebracht, 't Is
een oude beproefde en stellig zal 't nog lang
zoo nu ©n dan worden gegeven. Het stuk
zelf is zeer amusant en het wordt zeer goed
gespeeld. Van sommigen is 't spel zelfs zeer
verdienstelijk.
Waar de verveling je eigenlijk te pakken
zou krijgen is 't lang niet het minst ko
misch. Deze schepping van Pailleron is in hoo-
ge mate geestig, soms echter een beetje goed
koop en met een wel wat te dik opgelegd
slot. Men vergeeft dit echter gaarne. Om
eens een gezonden lach te doen weerklinken
is dit blijspel uiterst geschikt. De afloop is
bevredigend ze krijgen elkaar en dat
is voor de toesschouwers ook al een zekere
voldoening. Eenige spanning is niet merk
baar, want 't is zoo doorzichtig als glas,
dat alles in orde zal komen.
We zeiden daareven, dat sommigen zeer
verdienstelijk spel gaven. Dan moeten wo in
de eerste plaats noemen Emma Morel. Een
echt onbezonnen Susanne de Villicrs, vroo-
lijk en opgewekt. Maar ook gaf ze uitnemend
weer het teleurgestelde wezentje, dat ver
meent dat haar liefste wenschen, een huwe
lijk met Roger de Córan, onvervuld zullen
blijven.
Van Kerckhoven Jr. voldeed goed als haar
partner Hoger de Oéran.
De hertogin De Réville van Betsy Hol-
trop-Van Gelder was bekoorlijk. Wat weet
zij toch innig spel te geven. Bovenal gevoel,
meer dan techniek,.Een créatie van haar
spreekt tot 't hart meer dan tot het ver
stand.
Betsy Wolffers is dit seizoen voor 'teerst
aan do Koninklijke verbonden. Men herin
nert zich haar ongetwijfeld nog als de dar
tele Mary Eijlinga in „De rechte Lijn".
Wat ze nu gaf, was iets heel anders. Hier
was ze de filosofoenen de Engelsche, Lucy
Watson. En inderdaad niet slecht. Zo "bad
zich goed ingeleefd in haai' rol. Wat koste
lijk was dit tooneeltje ia het tweede be
drijf op do hank met Susanne.
Mevrouw Van Korlaax.Van Dam mag wor
den genoemd als gravin de Céran en Lobo
als professor Bellac. Verder niet to ver
geten Wensma als Francois, de bediende en
Hein Harms als De Saint Réault. Myin gaf
'tsein voor een lachsalvo als hij z'n „Prachtig,
prachtig" deed hooren of op bevelenden toon
allen naalr do voordracht van do tragedie
dreef. Z'n intonatie was vrijwel dezelfde als
die, waarmee hij in „Ferdinand Huyck" „me
neer Huyck" uitsprak. Daardoor geveelde
men 't niet als iets oorspronkelijks, al gaf
't dan ook goed den ouden-generaal weer.
Voor 't laatst hebben we bewaard Gusta
de Vos-Pcolman en Jac. Reule. Een koste
lijk stel als het echtpaar Raymond. Vooral
Gusta de Vos! Van het succes van den avond
mogen zij beiden oen niet onbelangrijk deel
op hun rekening stellen. Wie zou gezegd
hebben, dat mevrouw De Vos, die het jonge
vrouwtje zoo opgewekt en met zoo jeugdig
vuur speelde, over weinige dagen haar 25-
jang jubileum als tooneelspeelster zal vie
ren.
't Is e§n genotvolle avond geweest. De
wegblijvers hadden ook hier, zooals zoo dik
wijls, ongelijk
Maatschappij der Ned. Letterkunde.
Op de maandvergadering van de Maat
schappij der Nederlandscho Letterkunde,
sprak gisteravond in hot Nutsgebouw alhier
prof. dr. L. Knappert, over „De Gerefor
meerde Kerk aan den arbeid (16571672)".
Het is mogelijk de Kerk bij een deel van
haar werk op het leven te betrappen, aldus
ving spr. aan, nl. dat wat gedaan werd op de
Synode-vergaderingen. Het- vierde deel van
de „Acte der particuliere Synoden van Z..
Holland", uitg. dr. W. G. C. Knuttel, 1912,
biedt rijke stof, waarvan spr. dankbaar ge
bruik maakte, maar ook uit andere bron
nen putte hij.
Na een inleiding over de samenstelling
en werkwijze der Synoden en over de taal
der Acte, herinnerde spr. or aan, dat van
de staatkundige gebeurtenissen hier niet
wordt gerept-, dat van de in het jaar 1663
zoo geruchtmakende zaak van het- „Publiek
gebed" nauwelijks iets verluidt. Alleen het
noodjaar 1672 oefent invloed op den zit
tingsduur der Briolsche Synode, die ook den
Prins voor zijn verheffing g'eluk wenscht.
Aan de opleiding harer a. s. predikanten
heeft de Kerk zioh veel laten gelegen lig
gen en zij stelt in deze jaren daarvoor een
uitnemend programma op, dat echter maar
zeer gedeeltelijk is uitgevoerd. Ook de Car.
tesiaansche ketterij van prof. Heydanus, te
Leiden, heeft haar voel hoofdbreken gekost.
Met veel beleid en geduld treden de Synoden
telkens op in de geschillen tusschen go-
meenten en predikanten, (treffend is de ge
schiedenis van ds. Vessup) en herhaaldelijk
heeft zij zich ook ingelaten met huwelijks,
zaken, voor de richtigheid waarvan de Ge
reformeerde Kerk immers altijd zoo warm
heeft geijverd. Op dit gebied haar aan den
arbeid te zien is een verkwikkend schouw
spel.
Minder verheffend is haar optreden tegen
alle niet-Gereformeerden, waarvan spr. een
uitvoerig overzicht gaf.
Omtrent kwakers hier en in N.-Nederland,
de Cabo der labadi-sten hooren wij nieuwe bij-
zonderhe4en. En belangrijk zijn de Act en in
doze jaren ook voor vage; kennis van de c-on.
ventioneelen.
Wat de zedentuoht aangaat, in deze peTiode
valt de Sabbathstrijd tusschen Voetius-Cocce-
jus en het is begrijpelijk, dat de synoden
zich daarbij ernstig hebben aangesloten.
Van de strenge Sabbathvierders is Hondius
in zijn „Swart register" een goede vertegen
woordiger. De Synoden strekken haar belang
stelling ook uit tot de geloofsgenooten over
de grenzen en zoo hooren wij hier veel van
haar bemoeiingen voor die va a Gulik en
Gluokshadt. In 1664 en volgende jaren valt
ook de geruchtmakende zaak van Petrus
van Balen, predikant hij onzen gezant to
Madrid.
Spr. was vooral uitvoerig over de zorgen
der Kerk voor de vlootpredi kanten na
tuurlijk in déze jaren van zee.oorlog
en voor do koloniën. Op dit punt valt nog
veel te onderzoeken.
Daarna hoorden wij tal van bijzonderheden
over mensohen en toestanden in O..Indië, op
Ceylon, aan de Malabarsche kust, op For
mosa, te Smyrna, te SL .George del Mina,
op Curasao en in N.-Nederland. Ten besluite
gaf spr. ©enig bericht over door de-synoden
gevoerde hoeken.
De voordracht, die rijk was aan inhoud en
keurig van vorm, werd met greote belang,
stelling gevolgd.
Stagnatie blijft 't wachtwoord op de fond.
senbeurzon, wat ook moeilijk anders kan,
nu de oorlog op den Balkan weer is voort
gezet. Krijgt men aan den ccncn kant don
indruk, dat de strijd niet van langen duur
zal zijn, aan den anderen kant is de situatie
vol onaangename mogelijkheden. Zoo zou 't
forceeren der Dardanellen dcor do Verbon
denen al zeer licht interventie der greote
mogendheden ten gevolge kunnen hebben;
gaat dat in gemeen overleg, dan kan dit
den vrede bespoedigen; doch de Darda nellen-
kwestie Taakt 't bestaan, en den eerzucht van
meer dan één der Potentaten zóó nauw, dat
ook daarin een niet te- onderschatten gevaar
voor nieuwe verwikkelingen van internatio
nalen aard schuilt. AU59 bij elkaar genomen
een onbehaaglijke tijd, die de apathie van 't
publiek zeer logisch maakt.
Sedert Woensdag is ons land telephoniscli
met Frankrijk verbonden. Het heeft heel
wa,t voeten in de aa.rd gehad vóór 't publiek
van den dienst gebruik kon maken; zoocLra
echter de conventie tusschen Frankrijk, Bel
gië (de verbinding geschiedt via- Antwerpen)
in Nederland goteekend was en de langzame
machinerie dei- diplomatie had verlaten, liet
de Directie der Telegraphic er geen gras
over groeien en was na enkele dagen de
dienst voor 't publiek opengesteld. Den eer
sten dag ging 't al uiterst slecht, vrijwel
onverstaanbaar, den tweeden wat beter en
heden, Vrijdag, was 't reeds perfect. Als
nu de zaken maar wat herleven, zal 't nau
were contract tusschen de Parijsche en Am.
sterdamsche Beurzen aan do omzetten onge
twijfeld ten goede komen. De arbitrage
zaken waren tot nu toe uiterst moeilijk, om
dat de telegrammen to lang duurden en
men bijna altijd genoodzaakt was om onaf-
gewikkelde posities over te houden. Nu de
verbinding ParijsAmsterdam cr is, hoopt
men spoedig ook van liier uit met Londen
te kunnen spreken, ofschoon de proeven via
Dieppe, die tot nu toe genomen zijn, met-he-
vredigend waren. Naar men zegt zou een
directe kabel onontbeerlijk zijn. in welk
geval wij nog geruimen tijd geduld zullen
moe'.en oefenen.
De belegger zal voorloopig geen reden heb.
ben tot stil zitten. Er zijn legio geldne-
mers, die met elkaar wedijveren om aan
trekkelijke voorwaarden te stellen. Kort ge.
leden hadden we de uitgifte der 41/2 pCt. Hon-
gaarscho schatkistbiljetten. Deze week'kwam;
Rumenië met 41/2 pCt. belastingvrije schat,
kistbiljetten, vervallende 1 Februari 191-6,
tot een totaal bedrag van 150 millioen francs,
tegen een koers van circa 93 pCt., Amster.
damsche usance, dus de franc gerekend op
50 cents. Nemen wij den werkelijken wissel-
koei's 48 in aanmerking, dan rendeeren deze
biljetten, koerswinst van 3 pCt. bij aflos
sing in aanmerking nemende ruim 5l/2 pCt.
Dat is zeer aantrekkelijk voor 'n engagement
van korten duur en 't is zeker aanbevelens
waardig voor hen, die 4 of 5 pCt. oudere
leeningen bezitten, deze tegen de schatkist
biljetten te verwisselen.
Verscheidene AmerikaansChe Spoorweg-
Maatschappijen traohten nieuw kapitaal te
vinden door uitgifte van convertible obliga-
tiën. O. a. de Baltimore Ohio en de Chicago
Milwaukee St. Paul. Beide zijn oud-geves
tigde systemen. De Baltimore fundeert daar
mede de 50 millioen. dollar 3-jarige 4Ys
pCt. Collateral Notes, welke in Mei a. a.
vei vallen.
De Milwaukee 472 pOt. convertible obli-
gatiën zijn geautoriseerd voor een totaal
bedrag van 50 millioen dollar, waarvan be
reids bijna. 35 millioen dollar uit staan. Zij
noteeren te New.York 104 106 pCt. Zij
kunnen a pari worden verwisseld tegen ge.
wone aandeelen na 1 Juni 1917 tot en met
31 Mei 1922 en zijn a pari aflosbaar op
1 Juni 1932, met bevoegdheid van de Maat.
schappij ze 105 pOt. ,af te lossen na 1
Juni 1922, na 90 dagen aankondiging. Zij,
die een goedverzekei'de obligatie wenschen,
met een goede kans om na verloop van tijd
een mooie koerswinst te maken, mogen deze
obligatiën gerust nemen. De Milwaukee is
een oud gevestigde onderneming, die een
spoorwegnet exploiteert ter lengte van bijna
8000 Engelsche mijlen, dat Chicago verbindt
met den Puget Sound, het midden der Ver.
eenigde Staten met plaatsen als Tacoma,
Seattle, die in den staat "Washington )iggen.
De Puget Sound Railway is een grootsche
onderneming, waaraan belangrijke bedragen
zijn ten koste gelegd en die op den duur
ongetwijfeld rijke vruchten zal afwerpen.
Zij begint echter than3 eerst tc rendeeren,
doch heeft, vóórdat de exploitatie aanving,
ten gevolge gehad, dat de Milwaukee 't di
vidend op haar gewone aandeelen, dat sedert
1902 geregeld 7 pCt. per jaar bedroeg, moest
reduceeren tot 5 pCt. per jaar sedert Maart
1912. Dientengevolge noteeren de gewone aan
deelen thans oiroa 111 pCt. (exclusief 21/*
pCt. kalfjaarlijksch dividend, gisteren be
taald) nadat zij in 1906 een koers van bijna
200 pCt. bereikten. De spanning tusschen de
zen en den huidigen koers is dus belang
rijk indien de Maatschappij den beteren
weg, dien zij heeft ingeslagen, blijft be
wandelen, kan 't oonversicreoht dus zeer
waardevol worden.
Het kapitaal der Maatschappij bedraagt
ruim 232 millioen dollar, nagenoeg gelij
kelijk verdeeld in 7 pCt. preferente niet cu-
ïnulaticve en gewone aandeelen. Nadat de
gewone aandeelen 7 pCt. hebben ontvangen,
deelen beide soorten gelijkelijk op. In 1911
hield de Maatschappij na betaling van alle
vaste lasten en 7 pCt. dividend op beide
soorten aandeelen een surplus over van
127,000 doll. In 1912 betaalde zij 3l/s pCt.
en 2l/2 pCt. 6 pCt. op de gewone aandee
len, dooh er bleef een deficit van ruim 5
millioen dollar.
De eonvertible-obligatiën komen in rang
vóór de -preferente! en gewone aandeelen. In
1912 bedroegen de netto'S 27,335,031 doll.,
terwijl de obligatie-rente en do huur op
rollend materieel 10,976,717 doll, vereisch-
ten. Er bleef dus f 16,358,314 over doll, over,
terwijl de rente op do 50 millioen 4^2 pCt.
convertibles 27.1 millioen dollar vereischt. In
dat jaar stonden er echter bijna 35 millioen
dollar dezer obligaties nit, in wier dienst
reeds was voorzien, zoodat de rente der thans
aangeboden 15 millioen dollar slechts onge
veer 640,000 doll, vereischt. M. a. w. vcor
den dienst der convertibles was beschikbaar
17,958,000 doll., tegen een vereischt bedrag
van 27.1 millioen doll., zoodat in 't slechte
jaar 1912 de rente bijna 8 malen word ver
diend.
Het conversiereoht vangt eerst aan in 1917
dat is wel een bezwaar, indien de aandeelen
vóór dien tijd monteeren; doch dat zal dan
ongetwijfeld den prijs der convertibles gun
stig beïnvloeden, wijl een rijzing in den
"prijs der aandeelen beteekent, dat 'tcrediet
der Maatschappij hooger staat; naarmate 't
tijdstip der bevoegdheid tot verwisseling na.
dert, zal dan trouwens de koers der obliga
tiën a.pprecieereii
De ondervinding met andere eonvertible-
obligatiën opgedaan, is in den regel zeer
gunstig geweest. Vooral met de Union Paci
fies en de Atohisons. Het risico is beperkt,
terwijl de houder toch profiteert van de ups
en downs der markt.
W.
Het oaooater-jproces der anto-
bandicten.
Het verhoor van Croz at
de Fleury heiwat.
De voornaamste beklaagden zijn thans
verhoerd, en thans blijven nog slechts hand
langere van den derden grond over. Over
het verhandelde op dezen vijfden dag wordt
aan de „Tel." geseind:
Crozat de Fleury, de verhandelaar der
effecten en der kostbare beelden, die door
Carouy gestolen waren, De Boó ,Bélonie en
Rodriguez, de verhandelaars der in de Rue
Ordener gestolen effecten Renard en
Poyer, de helers der in de Rue Lafayette
en op den Boulevard Hausmann gestolen
wapens, en ten slotte Reinert en Jourdan,
de helers van het door Garnier en Callemin
gestolen goed de verhooren van al deze
lieden leveren al zeer weinig aantrekkelijks
op voor het publiek, dat weinig talrijk op
deze zitting is verschenen.
Bij het openen van de zitting verklaarz
de president met betrekking tot de giste
ren door Gauzy gestelde conclusie (n.l. om
in loco door rechters en gezworenen een on
derzoek in zijn huis te gaan instellen), dat
het Hof geen uitspraak zal doen dan na de
getuigenverklaringen in verband met den
moord op Joiiin te hebben gehoord, waar
op het verhoor van Crozat de Fleury, dat
gisteren was afgebroken, hervat wordt.
President: ,,Gij hebt beweerd, dat een
zekere Michelet u last heeft gegeven, de of
fecten die te Thiais gestolen waren, te ver
koopen."
Beklaagde: „Juist.
President: „Hoe kende die Michelet ui"
Beklaagde: „Ik was bekend in de finan
eieele kringen. Ik heb nog al veel van mij
doen spreken. M. Michelet heeft mij ver
schillende zaken toevertrouwd, cn ten slot
te heeft hij mij belast met het verkoopen
der bewuste effecten."
President: „Het is zonderling, dat de
heer Michelet uit Rouaan zich juist tot
heeft gewend. Er zijn toch wel wisselagen
ten te Rouaan
Beklaagde: „Hij heeft zich tot mij ge
wend, zooals hij het tot een anderen agent
zou hebben gedaan P
President: „In ieder geval bestaat die
mijnheer Michelet niet. Op het adres dat
hij heet te hebben opgegeven, is een hotel,
waar hij onbekend is."
Beklaagde: „Dat weet ik niet, maar het
is zeker, dat ik hem 27,840 francs heb over
handigd, afkomstig van den verkoop dezer
effecten."
Vervolgens wordt de beklaagde verhoord
aangaande de heling van de ivoren Japan-
sohe beeldjes, die te Saint Genuain door
Carouy zijn gestolen. Crozat de Fleury be
weert, dat hij onschuldig is, cn legt uit,
dat de beeldjes hem door Carouy ter hand
waren gesteld bij wijze van pand voor een
leening van 500 francs.
Op dit oogenblik bemerkt de president
een fotograaf, die juist zijn toestel naar de
bank der beklaagden richt. Vijf dagen lang
worden er aldus opnamen in de zittingzaal
gemaakt en alle bladen publiceeren talloo-
ze plaatjes. Tot nu toe heeft de president
daar niets van gezegd, maar vandaag maakt
hij zich kwaad.
Hij maakt van het voorval gebruik om
mede te deelen, dat hij ee»n aanvrage heeft
ontvangen van een bioscoop-ondernemer
om opnamen te mogen doen. Wel verre van
dit toe te staan, zoo vervolgt de president,
heeft hij last gegeven om dien operateur
te beletten, opnamen te doen, en als deze
ondernemer soms mocht trachten zijn waak
zaamheid te verschalken, dan zal hij niet
aarzelen, aan den prefect van politie te
verzoeken, de opvoering van deze film te
verbieden.
„Wij zijn hier niet op een tooneelvoor-
stelling", roept de president uit, „maar
wij zijn hier met ernstige dingen bezig."
Als het incident gesloten is, betuigt Crozat
de Fleury opnieuw zijn goede trouw, en
verzekert hij, dat hij geen zijner medebo-
klaagden kende.''
Het v er h oorvan De Boé.
Vervolgens wordt De Boé verhoord. Hij is
zetter, en werd in 1889 te Anderlecht gebo
ren. In hoofdzaak wordt hij beschuldigd
van het verhandelen van de in de Rue
Ordener gestolen titels.
President: „Gij waart in voortdurende
relaties met de meeste beklaagden en met
hen kwaamt gij ook op de redactie van
„L'Anarchie". Gij waart de vriend van Ki-
baltchiche en gij hebt te Brussel medege
werkt aan het blad „La Révolte". Op het
redactiebureau van ,.L'Anarchie" hebt gij
kennis gemaakt met Garnier en Dieudon-
né."
Bekl.„Neen, ik heb Dieudonné in 1910
leeren kennen, op den avondoursus van het
Lyceum Condorcet."
Na de zwerftochten van De Boó in Zwit
serland en Beligë te hebben nagegaan, wijst
de president er den beklaagde op, dat hij
wordt beschuldigd van heling der aan den
kaslooper Caby in Rue Ordener gestolen
effecten.
President: „Gij zijt toen met Callemin
naar Amsterdam gegaan. Om wat te doen?"
Bekl.„Wij hielden ons bezig met smok
kelen."
President: „Callemin wist dat gij. Van
den Bergh en hij de in de Rue Ordener ge
stolen effecten wel zoudt weten te verhan
delen. Daarom zijt gij beiden naar Amster
dam gegaan."
Bekl.„Neen, dat was om andere rede
nen."
President: „Van den Bergh heeft het
tegendeel verklaard. Gij hebt liem de ef
fecten getoond, en hij heeft geantwoord,
dat de zaak te veel ruchtbaarheid had ge
kregen, en dat de effecten onverkoopbaar
waren."
Bekl.„Wij zullen wel zien wat hij hier
voor de rechtbank zal verklaren."
Een inoident met den
advocaat van Callemin.
President: „Intussclien heeft Van den
Bergh de effecten bewaard tot Maart, zon
der ze te kunnen verkoopen."
Advocaat Boucher on„Callemin is nooit
in die onderhandelingen betrokken ge
weest."
President: „Het staat aan Callemin oni
dat te zeggen.''
Adv. Boucheron: „Gij geeft de lezing
der beschuldiging, dan mag ik de lezing der
verdediging wel geven."
President: „Daartoe hebt gij voorloopig
het recht niet."
Adv. Boucheron: „Welnu, dan neem ik
het
President: „O, permiteer....
Adv. Boucheron: „Ik vraag alleen maar
aan De Boé, om zijn verklaringen even te
herhalen."
De Boé willigt het -verlangen van den ad
vocaat in.
President: „Callemin, wat hebt gij nu
te zeggen?"
Callemin, die van het begin der zitting
af in de lectuur van een handschrift is ver
diept, staat op en zegt eenvoudig: „Ik be
vestig hetgeen De Boé zooeven gezegd
heeft."
President (tot De Boé): „Dat wil zeggen,
dat Callemin door u in kennis i6 gebracht
met Van den Bergh. Gij hebt dus deel
genomen aan de verhandelingen der gesto
len effecten.
De Boé: „Dat ontken ik zoo beslist moge
lijk." De Boé ontkent eveneens, dat hij
iete uitstaande heeft gehad 11 er. -de zaak
van den diefstal van den auto te Béziars.
De president herinnert hem er aan, dat hij
op het oogenblik zijner arrestatie tw^.e ge
laden revolvers bij zich had, benevens vijf
patroonmagazij nen.
Bekl.„Ik had dat alles eren vroeger
van een kameraad gekocht, die in geldver
legenheid zat."
President: „Ten slotte wordt gij beschul
digd van te bchooren tot een vereeniging
van misdadigers.'5
Bekl.„Onder die misdadigers zijn drie
mijner vrienden, wier schuld niet is aange
toond. Maar men kan aan de anarchie niet
verwijten, dat zij bandieten heeft ge
kweekt, evenmin als aan de eerste repu
bliek, dat niet dadelijk alles op rolletjes
liep bij het republikeinsche bewind."
Hierop werd de zitting opgeheven.
Het verhoor van Bélonie.
Na de hervatting wordt het eerst Bélo
nie gehoord. Bclonie is 28 jaar, klerk op
een handelskantoor en uit Zwitserland ge
zet wegens zijn anarchistische beginselen.
Hij begaf zich daarop naar België, waar
hij veroordeeld werd, en vervolgens uit
het land werd gezet. Aan de Fransche
grens werd hij gevat wegens het zioh ont
trekken aan den militairen dienst. Hij
kwam nu onder dienst, en ging, toen zijn
groot verlof was aangebroken, naar Lij on,