Vlekziekte bij den mensoh, RECEPT. Mantejoerijsche zijde heeft zeer weinig glans, doch in zeer elastisch. In de pro vinciën Tsjili, Sjeasi, Sjansi en Kwangsi is de teelt Nan zeer geringe beteekenis. In Sjantoeng oude 1 scheidt de zjjde zich som-, tijds door haar prachtige witte kleur. In het westen van deze provincie, in Pingtoe en Teiigtsjou, worden ook gele cocons ge produceerd, welke van zeer goede kwali teit zijn. Een groot gedeelte daarvan wordt in het land zelf verbruikt. Midden-Ghina 13 voor de zijdeteelt het belangrijkst. De provincie, welke het meest produceert en voor den uitvoer het eerst ïn aanmerking komt, is Tsjekiang. Deze provincie voorziet de zcdemarkt van •Shanghai. Ook in de provincie Kiangsoe wordt de zijdeteelt gedreven langs het Kjeizerkanaal. Het grootste gedeelte der in Kiangsoe geproduceerde zijde wordt over Shanghai naar Europa verladen. Tn de bergachtige provincie Szetsjwan wordt de zijdeteelt in de noord- en zuid oostelijke deelcn uitgeoefend. Het verbruik van zijde (witte en gele) is in Szctsjwan leer groot, doch een gedeelte wordt ook over Shanghai geëxporteerd. In de provincie Honan heeft de zijde teelt haar zetel in de oostelijke districten, terwijl ook in Hoepeh deze teel van betee kenis is. Van Zuid-China is alleen de provincie 'Kw-angtoeng yoor de zijdeteelt van belang. De productie daarvan vormt een belang rijk gedeelte van den uitvoer over Kanton. Over de uitgestrektheid der Ohineesche zijdeteelt kan men slechts approximatieve cijfers geven. Afgezien van onbeduidende schommelingen, ie de productie reeds se dert jaren op dezelfde hoogte gebleven. Dat is daaraan toe te schrijven, dat de Chinees taai aan de methoden van zijn 'voorvaderen vasthoudt en van nieuwighe den, bijv. van een rationeel droogproc^iié, niets weten wil. Hij teelt slechts "ooveel cocons, als hij in ongedroogden to est air i, cLi. binnen ongeveer twee weken, zelf ver werken kan. De oogst hangt dus af \an het aantal haöpel-apparaten. Ongetwijfeld zal echter langzaamerhand, vooral met de in voering van het Europee&che droogpro- cédé, de productie in China aanmerkelijk opgevoerd kunnen worden. Volgeps Henri Silbermanns statistiek worden geprodu ceerd in Tsjekiang 60, Kwangtoeng 43, Szetsjwan 20, Honan 9, Hoepeh 6, Shan- toeng 3 en in de overige provinciën 6 mil- lioen K.G. zijde, totaal c.a 170 mil- tioen K.G. Belangrijke hoeveelheden zijde "worden uit China uitgevoerd, n.l. c.a. 60,000 balen witte zijde, 15,000 balen gele zijde en 30 0CO halen „wilde" zijde per jaar. Wilde" rijde wordt zeer veel door Amerika go- kocht. De uitvoefhavens zijn Kanton, Shanghai, T sing tan en Tsjifoe. Dat vlekziekte een onder de varkens Veelvuldig voorkomende ziekte, waartegen tegenwoordig met succes wordt ingeënt ook den menscli kan aantasten, blijkt weer ,eens uit een mededeeling van den veearts Hagena, te Peroesum (Oost-Friesland), in •de Bremer Naohrichten Het „Ned. Landb.-Wbl." vertelt or hot volgende over: Op den 14den September 1912 had Ha gen a zich bij het verrichten van een cas tratie een woud toegebracht i.an den mid- 'delsten vinger van de linkerhand. De wond 'genas zeer langzaam. Inmiddels deed hij Jdagelijks inentingen tegen de vlekziekte en waarschijnlijk waren hierbij vlekziekte- bacterieèn uit de gebruikte cultures in de wond gekomen, niettegenstaande hij een Jiecht-pleister op de wond geplakt en na ;de inenting steeds zijn handen gewasschen had. (Een infectie ten gevolge van het on derzoek van de met vlekziekte besmette «lieren acht hij beslist uitgesloten). 24 Sep tember werd de linker-onderarm dik en de huid roodj, in de roede huid _kon men kléi ne, blauwe pieken onderscheiden. De al ge- me ene gezondheidstoestand was in den loop van den dag niet onverdeeld gunstig, 's Nachts verergerde de toestand en reeds den 25sten September was de toestand ern stig. Die roode kleur was-over het geheele lichaam en de beenen verspreid, maar .in zonderheid over het onderste gedeelte van de borst zeer duidelijk waarneembaar: 'Op de diibeenen, inzonderheid op hét linker dijbeen, waren vierkante' roode' vlekken met een blauwzwarte kern. Zoodra hij een paar minuten het bed uit was, werden lichaam en beenen blauwrood. Den 26sten Sept. was de toestand zoo ernstig geworden, dat groote vermindering van krachten werd geconstateerd. 'Dien zelfden middag deed op zijn dringend ver zoek de dokter een inspuiting van 15 gram heilserum. Hierop volgde een zeer slechte nacht; den volgenden morgen volgde een 20-grams-inspuiting. Eeret in den loop yan dien middag trad beterschap in, die van dien t«;«i af aanhield. De lichaamszwakte duurde echter nog verscheidene dagen, terwijl pijn in de armen, schouders en handgewrichten, vooral in de spieren van den rechterduim, nog zeer lang werd ge voeld. De zieke deelen van de huid, zelfs die van de handen, schilferden langzamer hand geheel af. Het Japansche „Geluksklokje". Een der curiositeiten vaii een Japansch huis is een klein kooitje van bamboe, dat 011 geveer 5 e.M. lang en 4 c.M. breed is en dat huisvesting geelt aan een paar „zin gende kakkerlakken, die do Japanner? heel cliihterlijk foekoe moertje, dat is geluks- klrkje noemen. Alleen het mannelijk exem plaar „zingt'"; dit geluid heelt'echter niet veel van gezang, het lijkt meer op eèn me taalklank. Een Europeaan, die oor het eerJt het geluid hoort, meent een aantal electrische schellen van verschillende octaaf hoogten te h&oren. Om dit gezang te doen hoorett, klemt her insect zich met zijn zes pooten aan eën soort estrade, die in zijn kooi is aangebracht; hij ontplooit zijn vleugels en wrijft ze snel te gen elkaar. Het rhythme der beweging is varieerend bij de versohillende individuen en daardoor is er ook eenige variatie in het gezang. De Japanners kweeken- deze insecten se dert onheuglijke tijden en uien heeft er zeer veel soorten in, die alle weer anders „zin- gen". Men beweert, dat de export van deie i dieren hingen tijd op strenge straffen v'er- boden was en dat éën soort speciaal aan de keizerlijke familie behoort, die alleen i het recht heeft daarvan exemplaren te be zitten. De onlangs overleden keizer was een vurig verzamelaar van ibekoe moetsje, hii kon heele concerten organiseeren door de. diertjes naar hun rhythme en intonatie uit te zoeken. De insecten zingen van den morgen tot den avond, als men er slechts voor zorgt huil voedsel, een slablad, steeds te ververschen verder eten zij komkommer en tomaten, al les rauw. Het kleinste korreltje zout doodt hen. P u n c h-b o w 1. 2 Sinaasappelen, 4 citroenen, 100 gr. kk-nt jessuiker, 6 a 8 eieren, A flesch punch, flesch Rijnwijn, 1 flesch roode wijn, 100 gr fijne witte suiker. Bereiding: De sina-asappelen en ei troenen met een doek stevig afwrijven, zoo dat ze schoon zijn. Met de klontjes suiker de schillen afschrappen, bij deze suiker het sap voegen van de sinaasappelen en citroenen. De eierdooiers met de fijne suiker fUnk kloppen en bij de vruchten voegen en dit au-bain-Marie roerende laten binden; daarna van het vuur nemen, de punch en den wijn er bij gieten en in de boyrl doen. Als het mengsel te zoet is, lengt m^nhet met een scheutje wijn Een slim boertje. Er is een koffiehuis, dat de proef néémt' om op marktdagen Voor zijn boe ren-klan ten hooge re prijzen te vragen. „Waarom is dat?" vraagt een boertje, dat zijn rekening te hoog vindt. „U moet hier niet alleen betalen voor uw cadetjes en koffie maar ook voor &e lo cal iteit, de schilderijen tegen den muur, enz., enz.," antwoordt de kellner. Dëii volgenden marktdag komt het boer tje terug, maar als de kellner bij hem komt afrekenen, betaalt hij het onvèfhoogde ta rief, onder protest van den kellner. )VHoe je toch stil, man!" lacht het boer tje, „ik hoef immers voor dezelfde aehilde- rijén van de vorige week niet weer extra te betalen?" Na de operatie. Boerin (pa een gelukte oogoperatie): „O, wat ben ik gelukkig, meneer de professor. Vroeger kon ik den grootsten os niet zien en nu zie ik u heel duidelijk." Herroepen. Door den rechter werd iemand veioorr deeld om zijn beleedigende uiting: „De Helft van de gemeenteraadsleden zijn ezels!", te herroepen. Hij deed dit door openlijk bekend te maken: „De helft van de gemeenteraadsle den zijn geen ezels Een gescalpeerde. Kees heeft met ingespannen aandacht zitten lezen in een boëk vol spannende In dianenverhalen. „Moeder," vraagt hij dan, na een poosje te hebben nagedacht, „is vader wel-eens bij de Indianen geweest?" „Weineen, jongen, nooit!" jjNiét? Maar wie heeft hem dan gescal peerd?" P. P. C. Zop'n doordraaier als die jongen van Mars heb je nog nooit gezien," zei juffr. 0 »r. en zij liet de krant vallen. Daar kan dé ouwe van Mars nog' pieizier. .-van hebben." „liuezoo?" vroeg haar zuster Mien. ..Daar is hij nog geen week weg. of; hij viaagt in de krant al wéér om geld," „Och kom 1" „Nou, lees aan.zelf ais je me niet gelooft-' En zus las de volgende advertentie: Mr. H. J. v. Mare, a b. s.s. „Rotterdam". p. p. c. „Ik zie nog van geen geld." „F.n daar dan: p. p. c. „Wat zou dat dan?" „Wel, -dat beteekent immers pa,, pa, eer tvn!" O zoo! Een heel mooie leeuw entemster, vlug gc kleed, wenkt een leeuw. De koning der die 1 ren komt en neemt een klontje uit baa mond. ,,Nik6 aan", zegt een meneer voor d-. kooi. „Wat-'" zegt de bekoorlijke temster *ei ontwaardigd. „.Niks aan. Dat kan ik eü dat wil ik ga i- ne dadelijk doen, precies als de leeuw." Ëen accoord. Mevrouw (tegen dienstmeisje): „Rik" I ik wil niet hebben, dat je vrijer hiér all Donderdag- en Vrijdagavonden bij Je in et j keuken zit." Rika: „Heel best, mevrouw; hij is toef alle avonden vrij. Vihdt u goed, dat ik dar j zeg, dat hij 's Maandags en 's Woensdag. komt?" Hooge verzekering. Agent: „Hoe hoog wil je je huis laten ver zekeren?" Boer: „Nou, tot den schoorsteen^ sou ik /Og -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 22