ÏÏO. leis*.
EEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag* 26 November. Tweede Blad.
Anno 1912.
Officieel© Kennisgeving.
KENNISGEVING.
Onderzoek van de Verlofgangers der Landweer.'
Buitenlandseh Overzicht.
Tweeoe Hamer.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Geiien het besluit van den Commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland,
ad. 16 September 1912, (Provinciaal Blad no. 88), houdende regeling van het onder-
ioek van de verlofgangers der Landweer;
Gelet op art. 30, 2de lid der Landweerwet;
Maken bij deze bekend, dat het voorschreven onderzoek voor de in deze ge
meente gevestigde verlofgangers der landweer zal plaats hebben in de Witte-
poortknzerne alhier, op de dagen en uren, als in onderstaanden staat vermeld:
KORPS
waartoe de verlofgangers behooren.
Lichting.
Dagen.
Oren.
Voor de verlofgangers behoorende tot de
1ste Compagnie van het 28ste Bataljon
Jjandweerinfanterie, wier geslachtsnamen
beginnen met de letters A tot en met O.
Alsvoren met de letters P tot en met Z.
Alsvoren behoorende tot de 2de Com
pagnie van het 28ste Bataljon Landweer-
infaaterie, wier geslachtsnamen beginnen
met de letters A tot en met K.
Alsvoren met de letters L tot en met Z.
Alsvoren behoorende tot de 4de Com
pagnie van het 28ste Bataljon Landweer-
iafanterie, wier geslachtsnamen beginnen
met de lettere A tot en met M.
Alsvoren met de letters N tot en met Z.
Alsvoren behoorende tot de 3de Com
pagnie van het 28ste Bataljon Landweerin-
fanterie, wier geslachtsnamen beginnen met
de letters A tot en met L.
ALsvoren met de letters H tot en met Z.
Voor de verlofgangers behoorende tot
'de 1ste Compagnie van het 2Ssto Bataljon
Landweerinfanterie.
Alsvoren behoorende tot de 2de Com
pagnie van heb 28ste Bataljon Landweer-
Hirenterie.
Alsvoren behoorende tot de 3de Com
pagnie vaal het 28ste Bataljon Landweer-
infanterie.
Alsvoren behoorende tot de 4de Com
pagnie van heb 28ste Bataljon Landweer-
hnanterie.
Voor de verlofgangers behoorende tot
de 1ste Compagnie van het 28sto Bataljod
Jjandweerinfanterie.
Alsvoren behoorende tot de 2de Com
pagnie van het 28»te Bataljon Landweer-
Ihfanterie.
Alsvoren behoorende tot de 3de Com
pagnie van heb 28ste Bataljon Landweer-
ïnfanterie.
Alsvoren behoorende tot de 4de Com
pagnie van heb 28ste Bataljon Landweer-
intimterie.
Voor de verlofgangers behoorende tot
de Landweer-Vestingartillerie, Genietroe
pen, Pontonniers en Hospitaalsoldaten
Alsvoren
'Pet de verlofgangers, die verplicht zijn
aan het onderzoek deel te nemen, behoo-
ren ook de bij de Landweer geplaatste ver
lofgangers van het reserve-personeel der
landmacht, die bij dat reserve-personeel
zijn toegetreden na 7 Febr. 1910, zoome
de do verlofgangers, die bij de Landweer
dienen kraohtens verbintenis tot vrijwilli-
gen dienst.
Aan het onderzoek behoeft echter ni et te
worden deelgenomen door de verlofgangers,
die in het loopende jaar overeenkomstig
artikel 11 van voornoemde wet voor her-
herhalingsoefeningen onder de wapenen zijn
geweest, dan wel onder de wapenen zijn ge
komen vóór of op den datum, voor het over
hen te houden onderzoek vastgesteld.
Nog wordt er uitdrukkelijk op gewezen,
'dat het niet-ontvangen eener hoofdelijke
kennisgeving den verlofganger niet ont
heft van de verplichting tot deelneming aan
heb onderzoek, maar dat deze openoare
kennisgeving eenig en alleen als b e-
w ij s geldt., dat de verlofganger behoorlijk
is opgeroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de deelne
ming aan het onderzoek mochten verhinde-
ïen, zal daarvan zoodra mogelijk ter Ge-
rueente-secretarie, Afdeeling Militaire Za
ken (Kamer no. 9), moeten worden overge
legd een geneeskundige verklaring, welke
op ongezegold papier kan worden gesteld.
Voorts worden de betrokken verlofgan
gers er voor zooveel noodig aan herinnerd,
dat zij verplicht zijn om bij het onderzoek
1912
1912
1912
1912
1912
1912
1912
1912
1906, 1907
en 1908
idem
idem
idem
1909, 1910,
en 1911
idem
idem
idem
190G tot en
met 1911
Maandag
25 November 1912
idem
idem
idem
Dinsdag
26 November 1912
idem
idem
idem
Woensdag
27 November 1912
idem
idem
idem
Donderdag
28 November 1912
idem
idem
Vrijdag
29 November 1912
idem
30
Zaterdag
November 1912
v.m. 8} uur.
v.m. 10k uur.
n.m. 1 uur.
n.m. 2k uur.
v.m. 8} uur.
v.m. 10} uur.
n.m. 1 uur.
n.m. 2^" uur.
v.m. 8} uur.
v.m. 10 uur.
n.m. 1 uur.
n.m. 2} uur.
v.m. 8J uur.
v.m. 10} uur.
n.m. 1 uur.
v.m. 8J uur
n.m. 1 uur,
v.m. 8} uur.
1912
te verschijnen in uniform gekleed en voor
zien van de aan hen uitgereikte wapenen
en militaire kleeding- en uitrustingstukken
(deze laatste geborgen in den ransel, voor
zoover de lazidweerpliohtigen daarvan voor
zien zijn), alsmede van hun zakboekje met
verlofpas, terwijl voorts hun aandacht
wordt gevestigd op do bepaling van art. 21
der Landweerwet, volgens welke de verlof
gangers worden geacht onder de wapenen
te zijn, niet alleen gedurende den tijd, dien
het onderzoek duurt, maar in het alge
meen wanneer zij in uniform zijn gekleed,
zocdat zij, die ongeregeldheden plegen of
zich aan misdrijven schuldig maken bij het
gaan naar de plaats, voor het onderzoek be
stemd, gedurende het onderzoek en bij het
naar huis keeren, te dier zake zullen wor
den gestraft volgens het Crimineel Wet
boek en het Reglement van Krijgstucht voor
het krijgsvolk te land, bij gemeld art. 21
toepasselijk verklaard.
Wijders wordt den verlofgangers die den
Israélietischen godsdienst belijden en voor
wie bovenbedoeld onderzoek op een Zater
dag valt, vergund om zich den Vrijdag te
voren "ter zelfder plaatse en op hetzelfde
uur tot het ondergaan van dat onderzoek
aan te melden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR,
Burgemeester.
VAN STRIJEN,
Secretaris.
Leiden, 26 October 1912.
De moeder van den Belgi-
Bohenkoning is heden morgen
bij zessen o verled en. De gravin
van Vlaanderen leed aan influenza en gis
teren verergerde haar toestand zoo zeer,
dat heb ergste werd gevreesd.
De toestand werd a-larmeerend genoeg
geacht, om den koning te verzoeken, onver
wijld naar het palei9 van de gravin te ko
men. De koning bleef een half uur; hij
had een onderhoud met de doktoren, die
daarop het volgende bulletin uitgaven: „De
toestand blijft ernstig, zonder dat er wijzi
gingen '/rijn ingetreden. De omgeving van
de gravin van Vlaanderen is zeer ongerust.
Hedenmorgon is, zooals we in den aan
vang zeiden, de gravin ontslapen. Zij was
«ön prinses van Hohenzollern en werd te
Berlijn geboren in November 1845. Op 22-
jarigon leeftijd trad ze in het huwelijk raet
den broeder van koning Leopold II, Philips
graaf van Vlaanderen.
„La France" verklaart, dat de voorma
lige minister-president Clémenoeau
Candida at zal worden gesteld bij de
a.s. presidentsverkiezingen in
Frankrijk.
De Fransche Kamer houdt zich bezig
met de behandeling van een mo tie-Bar rès.
waarin de regeering wordb uitgenoodigd,
door maatregelen van wetgeving de i n-
stan d-h ouding te verzekeren van den
nation al en schat, die wordb ge
vormd door de kerkgebouw en.
De minister -van onderwijs en schoone
kunsten, zeide, dat de republikeinen geen
haat toedragen aan de kerken. Hij stelt
voor de motie-Barrès te verwijzen naar de
begrootingscommifisie. Hij hoopt, dat de
katholieken er toe bereid zullen zijn zich de
noodige opofferingen te getroosten en met
de gemeenten samen to werken, ten einde
het behoud van de kerkgebouwen te verze
keren.
Met 291 tegen 245 stemmen neemt de
Kamer een motie aan om over te gaan tot
de orde van den dag, waarmee bedoeld
wordt dat de wet op de scheiding van kerk
en staat dient te worden geëerbiedigd.
Er wordt weer gestreefd naar een r e-
oordbij den bouw van oorlogs-
sche p en. Het is Engeland, dat heb in
die richting stuurt. De -Eügelsohe bladen
weten te vertellen, dat de regeering twee
linieschepen besteld heeft, die duurder zul
len zijn dan die tot nog toe zijn gebouwd.
Dat zal dus naar de 30 millioen gulden het
etuk loopen. Volgen» dat bericht zullen zij
27,000 ton waterverplaatsing hebben en
turbine-machines van 60,000 P.K. de sche
pen een vaart geven van 25 knoop. Zij zul
len bewapend worden met acht vuurmon
den van 37.5 c.M.
In Hongarije gevoelt men heel weinig
voor de ruzie» met Servië. Vandaar dab de
beweging tegen den oorlog er krachtig is-
Te Boedapest werd Zondag een betoo
ging tegen den oorlog gehouden. De socia
listen, de leden der kiesrecht-liga en de
oppositie-partijen namen aan de demon
stratie deel, die niet enkel tegen den oor
log, niaar ook voor het algemeen kiesrecht
ging. De menigte, die aan de betooging
deelnam, bestond uit oa. 10,000 pereonen.
Het kwam tot een bloedige botsing met
de politie.
Do betoogers gingen zich herhaaldelijk
to buiten aan tegen do monarchie gerichte
uitroepen. Er werd telkens „leve de repu
bliek'' geroepen. Ten alette sloeg de politio
er met de blanke sabel op in; ook
sohoot zij op de menigte, die terugvuurde.
De staatgevechten duurden twee uren en
aan beide zijden vielen talrijke gewonden.
Root, die secretaris van Staat is geweest
onder Roosevelt, heeft dezer dagen een
rede gehouden voor de loden van de Kamer
van Koophandel te New-York. Hij zeide
o.m. dat, indien de Anierikaansche regee-
ring weigert een scheidsrechterlijk© uit
spraak te aanvaarden inzake het protest
van Engeland tegen d© voorkeurstarieven
voor Amerikaaneche sohepon bij de vaart
door het Panama-kanaal, de Vereenigde
Staten tegenover de heele wereld ontmas
kerd zouden staan, als een land dat
zich aan woordbreuk heeft
schuldig gemaakt.
Zitting van Maandagnamid-
d a s.
Indisoke Bag rooting.
De Minister van Koloniën zet
zijn Vrijdagmiddag afgebroken rede voort.
Hij behandelt nu de zaak van de over
plaatsing van den adviseur voor <le Ohi-
neesche zaken, den heer Borel. Handha
ving van dien ambtenaar op zijn post te
Soerabaia was een besliste onmogelijkheid
geworden, daar de verhouding tuasohen
hem en het hoofd van het gewest eenvou
dig van dien aard vwis geworden, dat van
samenwerking geen sprake meer kon zijn.
Hij zond o. a. buiten den President om
rapporten aan de Justitie.
Voorts kwam do Minister er tegenover
den heer Eugenkoltz met nadruk tegen op,
dat door den Minister reeda ten vorigen
jare aangekondigde hervormingen der po-
litie-rechtspraak het gevolg waren van
de Chmeezen-relletjes. Waar de Regee-
ring eenerzrjds voornemens ia met kracht
alle revolutionnaire uitspattingen en in
trige» tegen te gaan, daar zal zij zich an
derzijds niet door dergelijke uitingen laten
weerhouden, om noodige en nuttige hervor
mingen tot stand te brengen.
Hierna zette de Minister uitvoerig uiteen
welk standpunt d'e Regeering inneemt in
zake de rassen-politiek, welke zij in Indië
volgt', in welk verband hij uiteenzette, dat
het tijdstip gekomen is oen te breken met
een op de spits gedreven uitzonderings-
politiek en dab hinderlijke staketsels moe
ten worden opgeruimd. Dit brengt echter
niet mede algeheel© gelijkstelling van Chi-
neezen met Europeanen, aangezien er zich
onder die ChiDeezen elementen bevinden,
die op een zeer laag peil van ontwikkeling
staan. En voor dezulken ia het onredelijk
hen te brengen in een rechtstoestand, die
voor hen niet deugt, terwijl de inlander
terecht over achteratelling zou klagen.
Er zijn echter andere wegen, n.l. indi
vidueel© gelijkstelling voor allo groepen
van bevolking, en daarnaast, echter even
zeer voor alle bevolkingsgroepen, wegne
ming van alle noodelooze uitzonderingsbe
palingen.
Op dien weg nu i« de Regeering reeds
lang werkzaam, gelijk uit de toelichting
tot deze Indische begrooting blijkt, zooals
afschaffing van de politie-reehtspraak, be
perking van het politie-optreden, hervor
ming op belastinggebied, eenvormigheid
van strafstekel. enz. In die richting zal de
Regeering verder trachten het vraagstuk
op te lossen.
Hierna besprak de Minister de verhou
ding van het Gouvernement tot de Zending
en in het algemeen de Regeeringspolitiek
op onderwijsgebied.
Vooraf ontkende hij, dat de Zending in
greep in RegeeriDgss-aangelegonheden.
Men kan er toch niet ernstig over klagen,
wanneer een zendeling-predikant (de heer
Wielenga) eenvoudig een verzoek om gra
tie voor een verbannen Radja overbrengt.
De eritiek op de Regeeringspolitiek was
niet rechtvaardig, ornaat zij de Regeering
niet beoordeelden naar haar eigen daden
af woorden, maar naar couranten-artike
len, ingezonden stukken van inlanders,
half- of pseudo-inlanders. Daardoor zijn
woorden gesproken, die beter achterweg©
waren gebleven znder schade voor de be
langen van Indië.. Da Minister verklaart.
dat in de Zendings- en onderwijspolitiek
der Regeering niemand achter hem staat.
De Minister van Koloniën, zijn
rede voortzettende, betoogde, dat de actie
tegen de Zending in Indische bladen niet
van inlanders uitgaat, maar van Hollanders.
Bedenkelijk echter is het om uit politieke
overwegingen beroering te brengen in de
Indische maatschappij, ten einde daarmeo
de handelingen van de Regeering in een
slecht daglicht te stellen. Er staan tegen
over de duizenden gouvemements- en neu
trale bijzondere scholen slechts 131 scholen
der Zending, meerendeels eenvoudige des-
sascholen. Bij subsidie-verleening worden
de Zending&oholen volstrekt, niet voorge
trokken bij de andere. Als de Mohamme
danen er op gesteld zijn, dat er scholen
komen met Mohammedaansch godsdienston
derwijs, dan kunnen zij zeer goed zich
daarvoor opoffering getroosten. Zes mil
lioen gaven zij verleden jaar voor bedevaar
ten naar Mekka. Ia het subsidie te laag,
dan wil de Minister overwegen, of het ver
hoogd kan worden. Maar wordt het voor de
Mohammedaansche scholen verhoogd, clan
moet het ook voor de Christelijke scholen
worden verhoogd.
Ten aanzien van de Minahassa, heeft de
Minister verleden jaar gezegd, dat de be
volking volkomen vrij moet zijn in de keuze
tusschen gouvernementsscholen en de Zen
dingsscholen. Maar de gouvernementsscho
len bleken niet te voldoen en waren veel te
duur, terwijl de Zendiugssoholen zieh we
gens de veel te geringe subsidie niet- kon
den ontwikkelen. Dit is de reden geweest
van het plan, tot de conversie. Evenwel
wa» de bedoeling, om, wanneer er bezwa
ren zich zouden voordoen, aan den districts
scholen een goede kans te geven. Het Rob-
terdamsche Zendings-genootschap is het
daarmede volkomen eens en wenscht thans
ook de districtsckoleu te doen steunen door
de zendelingen.
Voor Timor i» een gouvernementsschool
om verschillende redenen totaal ongeschikt
o. a. omdat zij mist het vermogen van aan
passing aan de bevolkingsreden. De bevol
king in die streken smeekt letterlijk om
zendingsonder wijs. Op Timor zal het onder
wijs niet aan de Zending worden uitbe
steed. De bedoeling is alleen bij uitbreiding
van het Zendinggonderwijs een subsidiere
geling vast te stellen.
De Minister bevestigde do opheffing van
do gouvernementsschool te Soemba, maar
dit geschiedt niet, omdat de Zending het
vroeg, maar omdat de uitgaven voor die
school nutteloos gebleken rijn.
Spreker eindigt met nogmaals uiteen te
zetten, dat der Regeering alle drijven op
het gebied der Zending vreemd is, in ver
band waarmede de Minister, met een be
roep op oprichtingsoijfers van openbare
scholen, vraagt met welk recht men de Re
geering verwijt heb openba-ar onderwijs in
Indië te drukken. Op eerlijke wijze zal de
regeering in de thans gevolgde richting
voortgaan.
Hierna vingen de replieken aan.
De heer De Meester deed in zijn
repliek uitkomen, dab hot zenden van Ohi-
neesoh geld voor de Nederlandsohe verkie
zingen niet vast nokijnt te staan. Maar als
het zoo is, ziet spreker er niets geen be
zwaar in, al» do heer Gerritsen, direotour
van de Javasohe Bank, die zich aan het
hoofd heeft gesteld van de beweging in
Indië, om geld voor de verkiezingen in te
zamelen, ook geld van de Chineezen zou
aannemeo, omdat spreker niet toegeeft,
dat het Chineefich© ras in Indië tegenover
ons staat.
Spreker houdt vorder vol, dat hij iu ver
band met do Zending allerminst gespot
heefb en daarom begrijpt hij niet waarom
do heer Lobman zoo toornig optrad.
Verder handhaaft spreker nader zijn
standpunt.
Heb verder debat wordt verdaagd tot
Dinsdagmorgen en de vergadering opge
heven tot avonds 8 uren tor verder© be
handeling o. a. van de suppletoir© bngroo-
ting voor den bouw vau een nieuw Depar
tement van Binnenlandsche Zaken.
Avondvergadering van
Maandag,
Verbouwing Departement
van Binnenlandsche Zaken.
Aan de orde is de voortzetting van de
behandeling van het wetsontwerp betref
fende de verbouwing van het "gebouw van
bet Ministerie van Binenlandsche Zaken en
d'e daarbij door de heeren De Stuers c.s.
voorgestelde motie, strekkende om de Ka
mer als haar oordeel te doen uitspreken,
dat het ontwerpplan voor de verbouwing
nader aan deskundig onderzoek behoort te
worden onderworpen.
De heer De S t u e r s, den heer Rinck
tegensprekende, noemde heb overdrijving,
dat het gebouw van Binnenlandsche Zaken
zoodanig zou zijn, dab men er niet werken
kan. Van de rede van den Minister zeide
spr., dat deze vol beleedigende kwalifica
ties wa-s aan epr.'a adres zooals hier nog
nooit gehoord werd, en hij betwijfelde
voorts of hetgeen de Minister zei over de
noodzakelijkheid vau de verhuizing van het
Ministerie van Binnenlandsche Zaken wel
erg steekhoudend was. Toen 6pr. gewaagde
van „beleedigende verdachtmaking-'' door
<Ien Minister werd hij tot de orde geroe
pen.
De heer De Stuers sprak vervolgens
zijn afkeuring er over uit, dat de Minister
het rapport van de commissie voor da
grafelijke zalen achterhield. Vast staat,
dat de plannen in haar geheel niet
door de commissie zijn behandeld. De heer
Cuypers, waarop de Minister zich zoo be
riep, is voor behoud van de bestaande rooi
lijn, spr. critiseerde verder de plannen. De
Kanier heeft heb recht en dien plicht te ver
langen, dat de te berde gebrachte bezwa
ren behoorlijk worden onderzocht en gaat
onder deze omstandigheden mee met do
motie, die slechts beoogt op to komen voor
do rechten der Kamer.
De heer De J o n g h, Rotterdam, vor-<
klaarde zich een groot voorstander van
's Ministers plan en bestreed de er tegen
aangevoerde bezwaren.
De heer De V1 u g t betoogde, dat aan*
neming der motie niet meer dan twe©
maanden vertraging kan geven en dat in
trekking van het ontwerp ten gevolg© van
die aanneming in geen enkel opzicht ge*
rechtvaardigd zou zijn.
De heer Ruysde Beerenbrouok
zeide er geen oogenblik spijt van te hebben
de leiding van de beide deskundige rappor
teurs, de heeren De Stuers en De Vlugty
te hebben gevolgd; óók niet na lezing in
de „handelingen'' van him redevoeringen,
dlie zakelijk waren, iets, wat spr. niet kou
zeggen van de redevoering van den Minis
ter. Ook de heer Helsdingen oefend©
eritiek op 's Ministers plan/ maar zal niet
teg©n het ontwerp stemmen. Spr. drong er
voort» bij den Minister op aan, toe t© go-
ven aan het verlangen der commieeie van
rapporteurs (nader deskundig ndviea).
De heer De Savornin Lobman
verklaard© zich voor het ontwerp en be
toogde, dat de Minister de motie kan
acoepteeren, daar zij los van heb ontwerp
staat. De Minister verklare rich dus be
reid alsnog deskundigen te hooren en be-
slisse daarna vrij over d© zaak zonder do
Kamer daarin meer te kennen.
De Minister van Water sta at
betoogde eerst, dab de redo van den heer
De Stuers niet zoo doodonschuldig was alt
zij door den voor hem ongewoon kalm©
wijze en zaohten toon, waarop rij werd
uitgesproken, leek. Do niet kwetsend be
doelde uitdrukking „antiquiteiten-wellus
teling" nam do Minister nu terug, Wab heü
advies van dr. Cuypers omtrent do rooi
lijn betreft, blijkens mededeeling van den
heer De Stuere laat het geheugen van dien
achtenswaardigen man hem in den steek.
De Mi n i s t e r verdedigde daarop zijai
ontwerp tegen de daartegen aangevoerde
bezwaren. Bedoelt de motie inderdaad
niets anders dan do heer Lohman zeido,
dan had de minister er geen bezwaar tegen..
De Minister van Binnenland
sche Zaken constateerde, dat er dezen
avond belangrijke ontspanning ij gekomen
door de verklaring van de ledien der com
missie, dat zij niet zijn tegen het ontwerp.
Daarna verdedigde do Minister do verhui
zing van zijn departement in Augustus j.L
en trad hij in een weerlegging van de be
zwaren omtrent licht en lucht in do te
maken archief-vertrekken.
Na repliek o. a. van den heer D U
Stuers, die zich met 's Ministers opvat
ting omtrent de motie vereenigde, werden
motie en wetsontwerp zonder hoofdelijk©
stemming aangenomen, waarna de verga
dering werd gesloten.
De oorzaak van echtscheidingen.
Rechter William N. Geminill te Chicago
heeft voor een groot aantal eohtsoheidin-
gen aan de rechtbank voor de gezinsbin
trekkingen aldaar uitgesproken, do oorza
ken nagegaan. Hij komt tot de volgende
rubriceering in percenten.
Jeugd en overhaaste huwelijken 15 pCt.f
geheime ziekten 15, inmenging van sohoon-
moeders 25, inmenging van kinderen in
tweede huwelijken 25, driftig humeur 10 en
misbruik van drank en verdoovende mid
delen 10 pCb.
Deze statistiek kan o.i. niet juist zijn: er
zijn nog tal van andere redenen, dl© wel
tot echtscheiding leiden en rechter Geiu-
mill lieeft zijn 100 pCfc. reeds bijeen!
Voorts verklaarde rechter Gemmill het
volgende
„Heb is een treurige conclusie om toe Ie
komen, maar het is waar, dat de gemiddel
de man zijn gezin verlaat, en het zonder
medelijden in ellende achterlaat, zoodra
zijn huiegezin door tegenspoed wordt ge
troffen. Maar ik kan er niet te veel den
nadruk op leggen, dat het hoogelijk oleib
voor de vrouw, dat, wat er ook mog© ge
beuren, een moeder haar kinderen niet :n
<Jen steek laat."
Dokters eu Zfekeutoiidsen.
Het in de 63ste algemeen© vergadering
van de Nederlandsohe Maatschappij tob Be
vordering der Geneeskunst met algemeene
etemmen aangenomen algemeen bindend
besluit, dat de leden van de Nederlandsch©
Maatschappij tob Bevordering der Genees
kunst zich verbinden, niet deel te nemen
aan eenig nieuw op te richten ziekenfonds
of aan eenig ziekenfonds, dat volgens do
bepalingen van een in te voeren Z:ektewet
toegelaten is, tenzij in de statuten aan in
het besluit genoemde en vroeger vermelde
hoofdvoorwaarden i3 voldaan, is, naar in
het- „Ned. Tijdschrift v. Geneeek." wo^dt
medegedeeld, van kracht geworden, op
grond dat het door de hij art. 18 der sta
tuten bedoelde eindstemming met meer
dan drie vierde der uitgebracht* st°rameri
(2420 van de 2487 volgens het reglement
geldige stemmen) bevestigd is.
Best op Jnva.
Bij het Departement van Koloniën is
ontvangen het volgende telegram van den
gouverneur-generaal van Nederlandsch-
Indio, d.d. 23 dezer, betreffende pest op
Java, gedurende het veertiendaagsclie tijd
vak van 6 tot en met 19 dezer:
Afdeeling Ma lang drie en tachtig
nieuwe pestgevailen, acht en zeventig
dooden.
K e d i r i zeven en dertig doodelijke ge
vallen.
S o e r a b a i a zes, Toeloengagoeng,
Madioen en Ngawi ieder één geval."
Het is gebleken, dat in het vorig veer-
tiendaagsch rapport een seinfout was ge
slopen. In plaat© van een en twintig- doo
den in de afdeeling M a 1 a n g moest ge*
lezen worden: een en tachtig dooden.,