Een stad op stelten. RECEPT, iLLItBRiLEI. het langst© stand, maar men vindt geen gezonde exemplaren van meer dan 420 jaar; gewone eiken beginnen met 315 a 320 jaar reeds sporen van bederf te too- nen. Onder' de roode beuken is er geen ouder dan 2-15 jaar. Over het algemeen kan men als ouder- domsgrens in gezonden staat aanuemen. ivoor: essohen 170, Silezische olmen 130, berken van 160 tot 200, espen 219, roode Einsche els 145 en Beiersche beyahorn *221 jaar. Linden worden weinig tusschen an der hout geplant; onder deze soort vindt men de meeste historische boomen. D© be roemdste is die t© Neustadt a. d. Kocher, in Wurtemberg, welker takken reeas in 144S door 67 palen gestut werden. Zij heeft ongeveer 13 voet middellijn en ver deelt zich op 5 tot 7 voet hoogte boven den grond in 7 horizontale takken, die thans door 94 steenen en 18 houten pijlers worden gesteund. Haar ouderdom wordt op 730 jaar geschat; van binnen is zij ge heel hol en wordt ook daar door metsel werk gestut. J. Serrurier schrijft in „De Ingenieur" oï er het omhoogbrengen van de stad "Wil mington (in Californië) Het vroegere oude stadje Wilmington, eerst kort geleden bij Los Angelos gean nexeerd, en bestemd om in de toekomst de havenwijk van het groote Los Angelos te worden, lag slechts een enkelen voet boven de hoogwaterlijn, en daardoor wer den niet alleen moeilijkheden ondervonden voor goede draineering in regentijd, maar ook zou voor de rioleering gepomt moeten worden, tenzij het niveau verhoogd werd. Onder leiding van City Engineer Ho mer Hamlin, van Los Angelos, werd het plan ontwikkeld, om, tot overkoming van deze moeilijkheden, het niveau van het stadje op te hoogen in verband met de nieuwe havenwerken, waarvoor een groo- tere hoeveelheid uit te graven grond an ders naar zee afgevoerd zou moeten wor den. De wijze, waarop, dit enorme, omvang rijke technisch probleem is aangepakt, is door den schrijver geschetst en met foto's toegelicht. De ^aak komt hierop neer, dat de a'ïizen worden opgelicht en er nudder onder wordt geperst. Het op te vullen gedeelte b©3t<>iïd uit on geveer *280 perceelen, grootendeels a.m- verschillende eigenaars toebehoo^znder waren 12 baksteenen gebouwen en 60 groote en kleine houten gebouwen, waaronder een kerk en een groot logement, ook een groot gebouw, uit zoogenaamde adobe (dat is in de zon gedroogde klei) vervaardigd, met aanren van 2 voet dikte. Het was inderdaad gèen kleine taak, om tot overeenstemming te geraken met een schaar van grondeigenaars, waaronder na tuurlijk verschillende de kans schoon dach ten om bovenmatige schadeloosstellingen te krijgen door hun toestemming te weigeren. .lleeds verscheidene maanden vóór bet werk werd uitbesteed, waren eenige nieu we winkelhuizen gebouwd op hooge beton- fundeeringen, met den winkelvloer 7 voet boven den beganen grond. De meesten, die oude huizen moesten laten oplichten, wachtten echter tot het opvullingswerk was uitbesteed, hoewel het pompen binnen 30 dagen daarna zou moeten aanvangen, leder ging daarbij volgens zijn of haar eigen opvattingen te werk, zoodat bet stadje thans een allereigenaardigst aspect vertoont. Verreweg de meeste gebouwen zijn opgelicht geworden en staan thans op stelten en er is door de straten een planken brug gemaakt met vertakkingen naar de huizen en daaronder is alle mod der. Een compleet rioolstelsel is gelegd in alle straten, ook waar nog geen huizen staan (dit moest zooals gewoonlijk betaald worden door de belanghebbende grondeige naars)immers, door dit vóór de opvulling te doen spaarde men de kosten van dicp- graven uit, en de gemetselde mangaten, zeven voet hoog, vertoonen zich overal m het landschap als reusachtige suikerbroo- den. Verscheidene oude vervallen gebouw tjes worden langzamerhand opgevuld door de modder, daar ze door de eigenaars het opheffen niet waard werden geacht. Een twintigtal woonhuizen zijn uit deze buurt, die bestemd is om geheel winkelbuurt te worden, weggevoerd en op anderen grond, buiten het op te vullen gedeelte, gelegen, ne©rg-ezet. Een eigenaardig geval doet zich voor met het Adobe-gebouw,. dat een groote kroeg met biljarten is. De eigenaar daar van heeft een muur van beton er om heen laten bouwen en zet zijn zaak ongestoord voort in de diepte. Later zal hij op dien muur als fundeering een groot nieuw ge bouw laten zetten, waaronder hij dan een reusachtigen kelder zal hebben. Een van de grootste werken was het oplichten en een weinig verplaatsen van het Bankge bouw, van baksteen gebouwd en twee ver diepingen hoog, hetgeen, naar men mij ver telt, ongeveer 2500 dollars heeft gekost. Het ligt in het plan van den gemeente ingenieur van Los Angelos, om ook de ove rige, thans nog weinig bebouwde gedeelten van Wilmington, die lager dan gewenscht liggen, op te vullen, wanneer verdere ge deelten van het uitgebreide havenplan in uitvoering komen. Wanneer dit geheele plan voltooid is, zal Los Angelos een wa terfront hebben van 136,746 voeten of 25.9 mijlen lang. Er zal daarbij echter ook. nog heel wat grond naar zee afgevoerd moeten worden. De thans aan het werk zdjnde electrische zuigbaggermolen „Oakland", die een capa citeit heeft van 8000 kubieke yards per dag van 24 uur, zal, behoudens onvoorziene om standigheden, het werk op tijd kunnen vol voeren, en mooht de noodzakelijkheid zich voordoen, dan bezit de „Standard Ameri can Dredging Co.", die het werk uitvoert, nog 12 andere dergelijke zuigbaggermolens van gemiddeld dezelfde grootte als deze. De „Oakland" kan de modder tot op een afstand van 250 voet wegpersen bij een op heffing van 10 of 12 voet boven wateT. Wan neer verder moet worden geperst, wordt een electrisch gedreven centrifugaalpomp in de buisleiding ingeschakeld, een zooge naamde Boosting Plant. Op dit werk zal niet meer dan één extra-pomp noodig zijn. In Galveston (Texas) heeft dezelfde Maatschappij indertijd modder tot op een afstand van 27,000 voet vervoerd door mid del van drie dergelijke extra<entrifugaal- pompen. De modder, die in dit geval ge pompt wordt, bestaat uit ongeveer 12 pCt. grond, grootendeels zand en een weinig klei. STOFGOTJD. Er zijn drie dingen, waartoe de mensch geboren is: arbeid, vreugde en smart. John Ruskin. Als ieder in zijn eigen hof Op 't wieden wel wou passen, Dan zou het onkruid niet zoo grof In veler hoven wassen. Cats. Limbur gsche vl a. Men neemt een half pond bloem, maaVt er een kuiltje in en plaatst daarin een stukje gist van 50 gram. Men doet er twee groote lepels suiker, 4 lepels boter, wat zout en een theekopje melk bij. Kneed het flink dooreen, en rol het deeg dan uit. Met een gedeelte vim het deeg (2/3) bedekt men den bodem van een blikken taartvorm en zet het op een warme plaats te rijzen. Na een uur vult men den vorm met een of andere soort ge- stoofde, of geconfijte vruchten, snijdt het overige deeg in reepen en schikt ze kruise lings of met ruiten over de yruchten. Men bestrijkt die met geklopt eiwit en laat alles in den oven gaar bakken. De rollen omgekeerd. Mevrouw was rijk, meneer arm: Mevrouw liet nooit na te spreken over m ij n zilver, m ij n meubels, m ij n porselein, m ij n geld, enz. Meneer ergerde zich en zweeg. Onlangs wordt mevrouw 's nachts wak ker en hoort inbrekers beneden. Zij poTt haar man. „Jan, ga eens kijken, er zijn inbrekers 1" Gebrom. „Jan, hoor dan toch! Er zijn inbrekers beneden „Kan mij 't schelen! 't Is j ouw zilver, jouw meubelen, jouw geld, ...jouw porseiein Jan draait zich om en slaapt weer in. Gelukkig. „Acht dagen was ik gevangen bi' de me isolieneters." „En hoe kwam het, dat ze u niet hebben opgegeten?" „Om de waarheid te zeggen, de vrouw van het opperhoofd kon haar kookboek niet vinden." Oprecht. A.„U bent zeer gelukkig met uw vro> ,w. nietwaar, dokter?" Dokter: „Op 't oogenblik wel. Ze a op reis." In een restaurant. Kellner: „Voorzichtig, mevrouw! De soep is erg warm; ik heb er daar net al ni'n beide duimen aan verbrand." Beginselvast. V^etariër (die in een bosob aan den oever van een beekje ligt te rusten): „Ik zou thans den hemel op aarde hebben, als mij niet altijd de gedachte kwelde, dat ik zelfvan vleeech en bloed ben." In 't ha&r. „Is 't waar dat jij en je vrouw elkaar steeds in 't haar zitten?" „Overdreven! Ik heb immers geen baar meer!" O Zoo! Woedende heer: „Mijnheer de redacteur, in uw blad moet gestaan hebben, dat ik een oude gauwdief en een oplichter benl Is dat waar?" Redacteur: „Dat is onmogelijk, waarde heer, mijn blad neemt alleen nieuws op." In ij vr. Professor (bij het onderwijs in de natuur kunde): „Jansen, wil je me eens zeggen, wat wij met onze oogen kunnen waarne men V' „Alles wat licht is." Professor: „Juist, maar mij zie je ook en ik ben toch geen licht!" Een snuggere zet. Een onervaren secretaris van een ver- eeniging moet een vergadering uitschrij ven. Het is hem wat veel moeite, om al de convocaties uit te schrijven; daarom schrijft hij er één en zet op al de andere# „idem, idem'\

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 22