Uit de Rechtzaal.
De oorlog in den Balkan.
Ideale Behandeling.
Kunst, letteren, enz.
Ingezonden.
©in (ie oude "boom-en. van. aï den heer
Wolff tót den heer G. Vreeburg te doen
uitrooien en deze le doen 'vervangen
door een regel jonge boomen. Voorts
werd besloten om deze jonge boomen
belangrijk dichter bij de huizen te doen
planten, waardoor men dan een groei
tere ruimte verkrijgt voor hei publiek
verkeer en ook om cle ruimte tusschen
do alsdan te planten boomen en de hui
zen niet meer toegankelijk te stellen voor
rijtuigen en karren; maar speciaal te
bestemmen voor trottoir.
De heer Van Zanten bracht in ver
band hiermede in het midden, dat hij niet
alleen deze oude boomen wilde rooien,
maar alle boomen in het Vierkant, en
daarvoor jonge boomen in do plaats stél
len, en tevens, om het Vierkant zelf
voor zoover het niet voor het verkeer
noodig is, te herschapen in een soort
park.
De Raaa kon zich zeer goed met dit
denkbeeld vereenigen, maar wilde met
een definitief besluit liever nog wat
wachten.
Ten slotte werd op voorstel van den
heer Pijnacker besloten om het kohier
Hondenbelasting in het vervolg ook te
doen vaststellen door den Raad.
Ilaagtche Rechtbank.
De Rechtbank veroordeelde:
Jacoba van R., huisvrouw van G. van
E., en Lina v. Zw., huisvrouw van J. van
R., beiden tc Leiden, wegens mishandeling
van een buurvrouw, tot f 3 of 3 dagen hech
tenis.
Eisch tegen ieder f5 of 10 dagen.
Joh. v. T., te Leiden, wegens mishande
ling van een stadswerkman tot f 10 of 10
Hagen hechtenis.
Eisch reven dagen.
Jac. P., te Boskoop, wegens vernieling
van een schutting, tot f 3 of 3 dagen hech
tenis.
Eisch f 5 of 10 dagen.
A. v. N., te Boskoop, wegens huis
vredebreuk en wederspannigheid aldaar,
tot f 10 of 10 dagen hechtenis.
Eisch een maand.
Herman D., te Woubrugge, wegens het
niet op de eerste vordering van een politie
beambte afstijgen van een rijwiel tot f 3
pf 3 dagen hechtenis.
Eisch zeven dagen.
A. H. van H., fo Leiden, wegens mis
handeling van een. politiebeambte, tot drie
Weken gevangenisstraf.
Eisch drie weken.
Joh. Ant. v. B. ©n H., te Leiden wegens
beleediging van een politieagent, tot f 3
(Df 3 dagen hechtenis.
Eisch vijf dagen.
M. J. P., to Leiden, wegens beleediging
tier politie aldaar, tot acht dagen hech-i
tcnis.
Eisch acht dagen.
Diefstal van touw tc Leiden.
Jacob van L'., 23 jaar, koetsier te Lei
den, had op 30 en 31 Juni twee streng
bindlijn ontvreemd ten nadeele van zijn
patroon, den expediteur A. v. d. Bijl,
aldaar. Een partijtje van dit touw ver
kocht hij voor 27 cents bij den opkoo-
per W. van Weercn, een ander par
tijtje bij W. Kooreman voor 30 cents.
Beklaagde had dit geld hoofdzakelijk
gebruikt voor tabak en bier.
Van der Bijl, als getuige gehoord, zei
lde meer touw te hebben vermist, maar
beklaagde beweerde nooit eer te heb
ben gestolen. De opkoopers zeiden ook
iiiet eer touw van hem te hebben ge
tocht.
De officier eischle veertien dagen.
Beklaagde wilde met het oog op vrouw
jen kind, gaarne een geldboete.'
De président zeide, dat de rechtbank
dat eens zou overwegen, doch vroeg
©t hij nu van den borrel at was.
Hij hoopte het wel, zei hij.
Beleediging te Leiden.
Daarvoor moest terechtstaan C. M. C.
D., huisvrouw van B. te Leiden. Voor
llat men tot de eigenlijke kwestie over
ging, pleitte mr. Kokker, van Leiden,
ine vrouw verdedigend, niet-ontvankelijk
verklaring van het O. M. op grond, dal
Be klacht is ontvangen door een hoofd
inspecteur van politie, door den burge
meester lijdelijk aangesteld tot vervan
ging van den Commissaris van Politie.
Art. 17 spreekt van „den gezegden
dienst" waarnemen.
In verband met de plaats, waar dit
artikel de tweede afdefeling van Ti
tel 1 Strafvordering voorkomt, kan al
leen gedacht worden aan den dienst van
•nasporings-ambtenaar". Analoog beslis-
Je de rechtbank té Roermond van 19
februari 1899, waar de vraag of de bur
gemeester als hulp-officier kan optre
den, als hij „den gezegden dienst" zelf
[waarneemt, ontkennend werd beant-
jvoord.
De aandacht valle er voorts op, dat
art. 39 Sv. zegt, dat hulp-officieren zijn
Ï;cnoemde ambténaren, waartoe niet de
loofd-inspecteurs behooren, wel de Com
missarissen van Polilie.
In de tweede plaats bepleit mr. Fok
ker nict-oiitvankelijkheid, doordat de
klacht niet op schrift is gesteld door
Ben ambtenaar, die haar heeft ontvan
gen, wat volgens art. 13 en 14 Sv., naar
spr. meent wordt verlangd, in wel kon
geest ook door de rechtbank te Tiel werd
beslist. Pleiter merkte op, dat de klacht
Boor een klerk met een schrijfmachine
js geschreven.
Den officier deed het genoegen, dat
)6en pleiter dit verweer heeft geponeerd.
Hij voelt er veel voor. Onder „gezegden
Biènst" meent ook hij, dat verstaan moet
Worden diensten, de politie betreffend,
gn geen justitieelen arbeid.
Voor de tweede stelling voelt hij ech
ter minder.
Het doet er, volgens hem, niet loe
©I de klacht persoonlijk door den amb
tenaar op schrift wordt gesteld, indien
Zwaar geschat van de Balgaarsche artillerie.
deze haar later met zijn naam sanction-
neert.
De heer Fokker, weer het woord in dit
incident verkrijgend, bleet echter ook
zijn laatste bezwaar handhaven.
De klerk kan slecht hehben verstaan,
wat later de ambtenaar in kwestie niet
meer kan controlecren.
De rechtbank ging nu in raadkamer
om hierover te beslissen.
Nadat de rechtbank, na ongeveer 20
minuten in raadkamer te hehben ver
toefd, teruggekeerd was, overwoog zij,
dat de ambtenaar, die den Commissaris
van Politie vervangt, ook het recht heeft
de justitieele zaken yoor hem waar te
nemen. En voorts. Bat de ambtenaar,
die als hulpofficier van justitie op-,
treedt en een klacht opneemt, deze niet
bepaald zelf behoeft op te nemen.
De rechtbank verklaarde de klacht dus
wel ontvankelijk.
Zoo kwam de zaak zelf aan de orde.
Beklaagde zou tot een buurvrouw, mej.
Volkert, gezegd hebben, dat zij geheel
rwas. Beklaagde zeide, dat zij de
vrouw had vergeleken bij een rat, ot
zooals zij het woord rat uitspreekt en
gezegd, nat zij „een rot" is.
Mej. V., als getuige gehoord, vertel
de het heel a'nders. Zij had veel last
van de' vrouw.
Beklaagde trok nu Weer van leer en
deed op haar beurt een boekje open
over buurvrouw en haar man, waarop
deze allerlei interrupties deed hooren
en het hoofd 'schudde over zooveel hoos
heid.
Een andere buurvrouw, mej. Lena J.,
had echter de beleedigende woorden ge
hoord, waarna de officier fö ot 10 da
gen eischte.
Sir. Fokker refereerde zich ten aanzien
van de straf aan het oordeel der recht
bank, want het is niet onmogelijk, dat
de vrouw geen beleediging heeft bedoeld.
Beklaagde hielq_ zelf bok nog een uit
voerig pleidooi.
Anisterdamscho Reclitbank.
Civiel-reohtcrijijke bie6 His
sing omtrent een. automobiel-
ongeval.
Te Hilversum wandelde op een Zondag
middag in Januari 2909, bij helder weder
en bij daglicht, een werkman op den Laar-
derweg, iu de riokting naar Hilversum.
Hij liep niet op den straatweg, maar er
naast, op de heide, ter zijde van 'den
straatweg. Een uit Hilversum komende
auto, die hem te gemoet reed. zwenkte
ongeveer in zijn nabijheid gekomen, plot
seling naar links, bij die manoeuvre den
straat- eD rijweg verlatende en de heide
inrijdende. De bestuurder van de auto
deed' zulks, uit vrees anders een op den
straatweg voor de auto uitrijdende fiets
rijder te zullen overrijden. Ter plaatse,
voormeld werd de werkman door de auto
gegrepen, overreden en daardoor onmid-
delijk gedood.
De weduwe van dien werkman daagde
den eigenaar en exploitant eener autorao-
bielz3ak, bij wien de chauffeur, die deze
auto, krachtens diens opdracht bestuurde,
in dienst was, voor de rechtbank te Am
sterdam, ter bekoming van schadevergoe
ding voor haar en haar kind.
De gedaagde, die voor ongevallen als
het onderhavige bij een ongevallen-ver-
zekering-maatschappij verzekerd was, ver
weerde zioli, op verlangen dier verzeke
ringsmaatschappij, tege vi de ingestelde
^vordering, aanvoerende:
lo. dat zijn chauffeur tijdens dit ongeval
niet in ziin dienst was, maar in dienst
van den eigenaar van de auto. Immers
ó'eze laatste hield geen eigen chauffeur,
d'och liet ziin auto besturen door een der
chauffeurs van den gedaagde; 2o. dat de
chauffeur geen schuld had aan het onge
val.
Dto eerste verwering werd bij vonnis
d. d. 26 Mei 1911 verworpen op grond,
dat voor de toepasselijkheid van art. 1403
3de lid B. IV. (regelende de wettelijke
aansprakelijkheid der meesters voor hun
dienstboden en ondergc rikten) het niet
noodzakelijk is, dat (Je ondergeschikte
vrerbaam is onder leiding en 'toeizieht
van ziin meester, doch dat het voldoende
is, dat de ondergeschikte op het oogenblik
van ds schade toebrengende handeling
of nalatigheid, werkzaam is krachtens op
dracht-van zijn meester.
Bij ditzefde vonnis werd eischeres tevens
toegelaten, de door haar gestelde feiten,
waaruit de schuld van oen chauffeur volgt,
door getuigen te bewijzen, terwijl de be
slissing omtrent de gevorderde seliade-
vergoeding zelve werd aangehouden.
Jn. deze zaak werd door de rechtbank
het eindvonnis gewezen en daarbij beslist
dat door do verklaringen der gehoorde ge
tuigen niet is bewezen, dat het ongeval
te wiiten is aan roekeloosheid' en onvoor
zichtigheid van -den chauffeur.
RECLAMES,
h 40 cents per regel.
5700 9
Maagkwalen doen vele personen ondraaglijk
Ifjden en bederven het bumeur en den IJver.
Deze kwalen x(Jn echter niet bestand tegen
bet gebruik van Hnnyadi Janos: des
morgens een wijnglas voor het ontbijt gedu
rende enkele dagen, ia voldoende; ls dat geen
ideale behandeling?
f.712 S0
'sRijks Ethnographisch
Museum.
'a Rijks Ethnographisch Museum heeft
van dr. J. P. Kleiweg „e Zwaan, privaat
docent aan de universiteit te Amsterdam,
Tesselschadestraat 13, de volgende voor
werpen ten geschenke ontvangenHout
spaanders, waarvan de Ghineesohe vrou
wen liaarolie make een stut Je hout, waar
van een weinig i ordt gekrabd' en, met
heet water vermengd, gedronken door de
Chinec-icilif, visschers, als zij maagpijn heb
ben, en een Chineesehen staart, alles af
komstig van Began Api-Api aan Sumatra's
Oostkust.
Geïnventariseerd als serie 1S29.
Voorts drie afgietsels van Niassers.
N. V. „Tooneelvereenjgin g."
Aan het gezelschap van de N. V. Too-
neelvereomgiru;zijn nc® verbonden o
heeren C. Hissink en Johan Schmidt.
Do N o b e 1 p r ij s.
Als candidaten voor den Nobelprijs
voor literatuur worden genoemd Anatole
France en Gustav Frenssen.
„He t N aard er mee r."-
De bijzonder mooie en leerzame recla
me van de firma Verkade en Comp. te
Zaandam, is bekend. De albums, die ze
reeds vijf in getal had uitgegeven, zijn
nu met één vermeerderd, leder heeft
ze wel eens gezien, die keurig uitge
voerde albums met hun prettieen, onder
houdenden tekst van de hand van Jac.
P. Thysse. En dan nog het aardige,
liet aangename van het verzamelen der
keurige, in natuurgetrouwe kleuren uit-
fevoerde plaatjes, die bij de diverse Ver-
ade's artikelen worden gegeven. Dit is
meer dan reclame, dit is een prachtig©
leerstof, 't is een goede poging om het
kind en ook den oudere eenige of meer
dere kennis bij te brengen van het vele
dat de natuur biedt, dat onbekend is of
slechts zoo bekend, dat men liet, B|u'
ja, wel eens gezien heeft, maar toch
niet weet welker plant, welke bloem,
welken vogel men voor zich ziet.
Het nieuwe album is aan het Naar-,
dermeer gewijd, dat wondermooie plokje
in het sclioonc Gooiland. Natuurlijk zorg
de Thysse ook ditmaal weer voor de
samenstelling en dan weet men alreeds,
dat 't goed is. De plaatjes zijn gemaakt
naar teekeningen van Wenckebach, Van
Oort en Voerman. Wenckebach heeft bo
vendien nog een aantal heel goed ge
slaagde teekeningen tusschen den tekst
gelevérd.
Onze jeugd zal weer pleizier hebben
in diti. album.
Het 'M a n n h e i m e s t e 1 s e 1.
Met veel genoegen hebben we kennis
gemaakt met het „Rapport over de mo
gelijkheid en wenschelijkheid der invoe
ring van 't Mannheimer-stelset in Neder
land." Dit ïapport is uitgebracht door
de commissie, (li.: benoemd is door de
hoofdbesturen van de „Vereeniging voor
vereenvoudiging van examens én verbe
tering van het onderwijs" en van het
„Nederl. Onderwijzers-Genootschap."
In dit hoogst belangrijke werkje wordt
het stelsel verdedigd ook voor hier te
lande. Met cijfers wordt aangetoond het
onvoldoende van de tegenwoordige
volksscholen en er op gewezen, hoe in
verschillende steden in het buitenland
met succes het kwaad wordt ondervan
gen.
Allen, die tot het onderwijs in betrek
king staan, ook de Leidsche Gemeente
raadsleden, kunneij we lezing van dit
rapport aanraden, te meer daar hier bin--
nen korter of langer tijd het onderwijs
aan zwakzinnigen weer aan de orde zal
komen.
Uitgave: Nijgh en Van Ditmar's Uit-
gevers-Mrj., te Rotterdam.
Haarlemsch Muzie k k o r p
De heor C. P. W. Kriens, directeur van
het Haarl. Muziekkorps heeft den Raad
aldaar verzocht in verband met de ougun-
Btige exploitatie van het Muziekkorps over
1912 en in het vooruitzicht, dat dit ook zoo
zijn zal in 1913, het subsidie der gemeente
te willen verhoogen van f 10,000 op f 15,000.
B. en Ws. stellen den Raad voor over 1913
een extra-subsidie te geven van f 5000, in
termijnen uit te betalen.
Geachte Redacteur!
In uw blad van 1 November j. 1. schreef
de heer E R. éen antwoord of liever ge
zegd zijn meening omtrent dat inzenden
van ondeugdelijk vleesoh. I k noemde den
eenigen uitweg een Rijkskeuring. De heer
E!. R. wil daarvoor in de plaats een
vleesehhal1
Is U, mijnheer E. R. misschien van ge
dacbte dat 1/10 van de slagers hier in
Leiden het met U eens zijn Zoo ja, dan
moet ik u zeggen, dat U 't mis heeft. U
verlangt niets minder dan dat alle ela-
gera hun zaken aan kant zouden doen, om
dan een af deeling te koop en of te pachten
aan een vleeschhal.
In de eerste plaats zou er een groot be
zwaar ontstaan, en wel dit: Er zijn hier te
Leiden heel veel slagers, die hun eigen
huis hebben zoodoende zouden zij ver- j
plicht zijn die huizen te verkoopen of te
verhuren. Zou U nu denken, dat, wanneer
alle slagerswinkels op moeten krassen,
die mensehen hun zaken maar direct aan
een andere nering konden overdoen? Of 1
is U misschien van plan die schade aan de j
Slagers te vergoeden U zoekt een uitweg
ten koste van de burgers, terwijl 't Rijks- j
plicht is, om toestanden als deze te yer- 1
hinderen.
Maar, waarde heer, een Rijkskeuring
zal geld kosten, en daar zit juist de
knoop_U begrijpt, dat, wanneer er een
Rijkskeuring komt, het Rijk ook schadc-
vergoedingen moet uitkeeren. Ik geloof,
dat U dat heeft begrepen, en nu acht U
het beter de burgers te laten bloeden
dan het Rijk? U betaalt toch zeker ook
belasting 1 En is het dan niet treurig, dat
men niet eens zeker is van hetgeen men
voor d u u r geld koopt, nog de mensohen
te vergiftigen?
Wagens en allerlei voertuigen worden
er iederen dag ingevoerd van uit Zoeter-
woudé en /Leiderdorp. Dez© feiten weten
wel vele burgers; waarom geen
politie? Dit is toch dunkt mij, geen
handel om oogluikend toe te staan! Wan
neer ik a-ls burger dergelijke dingen te
weten kom en mij één dag daarna al heb
overtuigd, is het dan zoo moeilijk voor po
litie; om hier paal en perk te stellen, of
moeten burgers ook al voor agentje spe
len? U, geachte Redacteur, mijn dank voor
de plaatsing,
Hoogachtend.
F. >S.,
Breestraat, Leiden.
Leiden, 2 November 1912.
Geachte Redactie!
Beleefd verzoekt ondergeteekende plaat
sing van het navolgende:
AYilt ge iets heel vermakelijks zien,
ga dan naar den Maresingel, daar, waar
de nieuwe spoorlijn voor de Gasfabriek
Waarde lezer, denk u een
modderpoel (ge zoudt zeggen hoe is dat
mogelijk, een verkeersweg in de twintig
ste eeuw, een modderpoel, maar het is
niet overdreven, sinds maanden is het
alzool, de modderlaag ongeveer 5 c.M.,
op sommige plaatsen zelfs meer; daar
doorheen een weg gemaakt van straat
klinkers op zijn plat op een onderlingen
afstand van een halve el en verder men-
schen, die daarover trachten te gaan,
als eenden achter elkaar, bala<nceerend
met parapluie, het onmisbare meubel
thans; moeders met onder eiken arm
een kind; fietsrijders, de machine op
den schouder dragende, enz., enz. Pas
seert toevallig ©en wagen, modderspatten
vliegen overal en bevuilen de ongeluk
kige" straatsteendansere op «een ongena
dige manier.
Wie hebben die klinkers daar zoo keu
rig neergelegd? (het is een waar jje-
luk, dat die er ten minste nog zijn, an
ders zou men van af de Marepoort on
mogelijk de Koningstraat of één der an
dere straten kunnen bereiken). Zijn het
kinderen, die medelijden hadden met het
publiek, dat daar door moest, of zijn het
bewoners van de zich daar bevindende
huurt, die de handen uit de mouwen ge
stoken hebben Een woora van dank aan
dc vrijwillige wegwerkers.
Met holle uitdrukkingen, alswe zijn
ook mcnschen en betalen toch evengoed
belasting als bewoners van Breestraat
ot Rapenburg, vil ik niet aankomen,
maar zou men van stadswege niet kun
nen zorgen voor wat behoorlijker, meor
twinligste-eeuwschen verkeersweg? Qf
houdt men vast 'aan: Door duisternis
naar 1 Tc lit en zullen we gedoemd zijn den
lijdenskelk tot dén.bodem toe te ledigen?
Met de plaatsing van het bovenstaande
zult u niet alleen mij, maar ook meer
dere arme sinds maanden, door modder
en slijk ploeterende menschen verplich
ten. U vriendelijk dankzeggend.
Leiden, 3 Nov. 1912. M.S.
Een groot belang voor een goede
ziekenverpleging.
Geachte Redactie, zoudt ge zoo vriende
lijk willen zijn het onderstaand j in Uw
blad op te nemen:
De Amsterdamsche Gemeenteraad heeft
kort geleden een besluit ge mien, waarbij
het inwonend verplegend personeel der
gasthuizen gedurende de vacantie een toe
lage van f 1 per dag wordt toegestaan.
Sedert dien heeft „Nosocomos", de vak-
vereeniging van het verplegend personeel,
verschillenden gemeentebesturen en gast-*
huis-directies verzocht denzelfden maatrege]
te willen invoeren. Yoorloopig hebben dezo
verzoeken nog maar een weinig gunstig oor
kunnen vinden. Toch is deze vergoeding al
leszins billijk te noemen. Het salaris van
het inwonend verplegend personeel bestaat
immers niet alleen in geld doch ook in vrije
woning en voeding.
Meer en meer ziet men in, dat het goed ie,
personeel vacantie te geven met behoud van
6alaiis; ook voor het verplegend personeel
der gasthuizen en krankzinnigengestichten
geldt dit als regel, maar nu spreekt het
toch vanzelf, dat wanneer men eenmaal den
moreelen plicht heeft erkend, dat bij vacan-
ties van inwonend personeel het salaris
moet doorgaan, men er met de eenvoudige
uitkeering van het loon in geld niet af is,
doeh men ook een vergoeding behoort te ge
ven van het gemis aan vrije voeding; dit is
een eisch van recht en billijkheid.
Nu hebben verschillende directies en be
sturen de bepaling gemaakt, dat de zustere
en broeders ook gedurende hun vacantie in
het ziekenhuis mogen komen eten en sla
pen en op die gronden wordt het verzoek
om vergoeding van f 1 'b daags afgewezen.
Zij, die echter meenen, dat hiermede het
verplegend personeel is geholpen, hebben
het mijns inziens mis en gevoelen niet wat
het gebruik maken van deze „vrijgevige0 be
paling voor bet personeel beteekent. In de
allereerste plaats beteekent dit voor hen,
die er van gebruik maken, de erkentenis te-i
genover de rest van het personeel, dat zij
te arm zijn om op eenigszina redelijke wijze
hun vacantie buiten het gesticht door te
brengenmaar bovendien beteekent het, dat
voor dit deel van het verplegend personeel
de vacantie geen tijd van ontspanning en
verfrissching van geest wordt
Om dit te begrijpen, moet men op dè
hoogte zijn van de ziekenhuis-toestanden
en de sfeer, waarin de verpleegsters dage
lijks verlceeren.
De huisvesting is, hoewel tegenwoordig
verbeterende, niet zóó, dat de verpleegsters
haar ganschen dag in het gasthuis zoek kun
nen brengen. Haar slaapvertrekje is ge
woonlijk het eenige plekje, waar zij zich
rustig en alleen weetdoch het is voor dag
verblijf volkomen onvoldoende. Maar ook
al zien wij van dit bezwaar af, moet er de
nadruk op worden gelegd, dat het niet ge-
wenseht is, dat het verplegend personeel
gedurende de vacantie in het ziekenhuis
verblijft.
Het goed verplegen van zieken vereischt
een groote mate van zelfopoffering, het
eischt veel van het lichaam, doch ook van
den geest en nu is het hoog noodig, dat het
personeel eens per jaar komt uit de sfeer
van misère en ellende, noodig voor het per-i
soneel, doch ook voor de verpleegden, voor
wie het van het grootste gewicht is, dat
het personeel blijft frisch van lichaam,
doch ook frisch van geest.
En nu is het voor iederen ingewijde dui
delijk, dat de vacantie geen behoorlijke ver
frissching geeft, wanneer de zusters of de
broeders genoodzaakt zijn, hun maaltijden
in het gesticht te komen nuttigen, hetgeen
zeggen wil, dat zij op gezette tijden in het'
gesticht aanwezig moeten zijn om aan de
gemeenschappelijke maaltijden deel te ne
men.
Behalve aye andere bezwaren, weet ieder
ingewijde, dat zoowel door de omgeving, als
door de gesprekken, die aan tafel worden
getoerd, en die natuurlijk hun ho'öfdinhoud
aan de gebeurtenissen in het zieke-nhms
ontleenen, het onmogelijk wordt voor de va
cantie „genietende" behoorlijk geestelijk
tot ontspanning te komen; voor haar o£
hem, die genoodzaakt is op deze wijze va-
cantie te houden, kan deze waarlijk niet
meer op den naam van genieting aanspraak
maken.
Laat ons dus hopen, dat de besturen van
ziekenhuizen, hun moreelen plicht in dez»
begrijpend, en kennend het groote belang,
dat de aan hun zorgen toevertrouwde zie
ken hebben, bij een naar lichaam en ziel ge
zond korps verplegenden, alsnog zullen
overgaan tot Het vervullen fan den besehen
den eisch van het personeel.
Zij zullen daarmede een goecl werk, dat
geen groote financieele offers vraagt', ver
richten.
Met vriendelijken dank voor de opneming^
E. J. ABRAHAMS,
Amsterdam. Arts.
Lederzaken.
Hetblij'vendgedeelte.
,,De Avp." deelt mede, dat de Minister
van Oorlog den commandeerenden officie*
ren heeft doen weteA, dat voor de lich«
tang 1912 slechts nummerverruiling inge
volge de bepalingen der oude militiewet,
geoorloofd ie.
Wordt deze aanschrijving schrijft het
blad letterlijk opgevolgd, dan zullen
thans weder reeds toegestane „vervangin
gen volgens de nieuwe wet" oDgedaan wor
den gemaakt.