fto* 16GS6. liEÏDSOET DAGB&AD, Woensdag* 31 Juli. Tweede Blad. Anno 1912. Buitenlandseh Overzicht. PERSOVERZICHT. Finaneieele Causerie. Academienieuws. Nog altijd Turkije 1 In dezen komkom mertijd hebben we geen behoefte aan de zeeslang, want uit het lijk van den sultan stroomt de nieuws bron zoo overvloedig dat we dergelijke absurditeiten met rust kunnen laten. Over den gang van zaken in Albanië (Verneemt de „Berl. Lok. Anz." uit Kon- etanitinopelDe te Prisjtina met de Al- ba-nee zen onderhandelende regeeringscom- missie heeft de toezegging verkregen, dat de opstandelingen geen eischen zullen stellen, die de eenheid van het Turksche rijk aantasten. Aan hun verlangen tob on middellijke ontbinding van de Kamer zal .Worden voldaan. In regeeringskringen is men met deze nieuwe wending in de Alba- neesche quaestie zeer tevreden. Omtrent de wijze, waarop de ontbinding "der Kamer zal plaats hebben, word't het .volgende medegedeeld: „Het kabinet tal aan de moeilijkheid van de ont binding -op dëze manier tegemoet komen, dat het van de Kamer een erkenning van 'de fictie ei9cht volgens welke het thans bestaande parlement slechts een voort- rotting is van het vroegere, dat dus vroe ger geen ontbinding heeft plaats gehad. Is de Kamer het hiermede eens, dan kan tij dadelijk ontbonden worden. Verzet zdj rich hiertegen, dan is daardoor een con flict met 'net ministerie in het leven geroe pen, dat eveneens kan leiden tot ontbin ding. Maar de toestand b 1 ij f t er n- S ti g en men schijnt er nog niet algemeen van doordrongen dat de belofte tot staking der vijandelijkheden ook moet worden na gekomen. Zoo zijn volgens, een telegram uit Skoetari© 150.000 Albaneezen bij 'Ach- töjeojissar verzameld!. Zij eischen de ont binding van de Kamer en dreigen zich bij de opstandelingen bij Kossovo te zullen aansluiten. Volgens de „Skoam" staan te Kranja 16000 Albaneezen en eisohen de ontbinding Van de Kamer. In een gevecht tusschen een bende ian tien Bulgaren en een detachement gendar men bij het dorp Orahovica in het district Radowitej werden acht Bulgaren en twee gendarmen gedood, terwijl één gendarm gekwetst werd. Er werden een aantal bommen, een helsohe machine en belang rijke documenten in beslag genomen. Drie huizen zijn in brand gestoken. Bij monde van den grootvizier heeft het nieuwe kabinet in de Kamer doen weten, welke de plannen voor de naaste toekomst »jn. Met uitzondering van Kiamil pasja, Mo= radounghi&n en Djemel ed Din waren alle ministers aanwezig. In haar verklaring ziegt de regeering, dat haar streven zal zijn denvredeteher- tellen. Zij verzoekt den steun van het parlement en de medewerking der-pers, ten einde de eendracht onder het volk terug te doen kee- ren. De regeering constateert, dat bij de ver kiezingen onregelmatigheden zijn gebeurd fen zij Verklaart het noodig te achten dat militairen en burgerlijke ambtenaren zich buiten de politiek houden. Verder zegt de verklaring, dat de regee- ring er op uit zal zijn goede betrekkingen tui-t allo mogendheden te handhaven. Na hulde te hebben gebracht aan de sol daten in Tripolis, vervolgt de verklaring: >>W ij tullen voortgaan het vad er 1 and krachtigte v er d e- 'dig en, tot een vrede in over eenstemming van de waar digheid van Tu rkije zal kun nen worden gesloten en wij zullen de buitenlandseh e staatkunde van de laatB t e ja ren blijven volge n". Nadat de voorlezing geëindigd was, stel den eenige afgevaardigden voor de beraad slagingen verder te verdagen tot morgen, opdat zij de verklaring zouden kunnen be- ■tudeeren. Uit naam der regeering verklaarde toen Hilmi pasja, dat de beraadslagingen be slist binnen eenige uren moesten eindigen, hetzij met een votum van vertrouwen of n:et een votum van wantrouwen. Dó zitting werd daarop geschorst, ten einde de leden in staat te stellen de gehou den rede nog eens te kunnen nagaan. Zij zal ten spoedigste hervat worden. De .Partij van Eenheid en Vooruitgong heeft l>esloten te stemmen voor e e n m o- tie van wantrouwen in de regee-i ring. Na hervatting van de zitting nam de Ka mer het voorstel der regeerinsr tot sluiting der beraadslagingen aan. De jong-Turken dienden daarop een voorwaardelijke motie van vertrouwen in. Hilmi pasja verklaarde echter uit naam van de regeering, dat deze de motie niet kon aanvaarden. ,,Wij komen aan de regee ring", zoo zeide hij, onder ernstige om standigheden, wij nemen de geheele verant woordelijkheid op ons en zullen slechts een motie van absoluut a ,rtrouwen aanvaar den. Met 113 tegen 45 stemmen werd daarop een motie, waarin absoluutyertron- w e n in de regeering te kennen wc 1 p/ge- ven, aangenomen. Wat den oorlog betreft kan men voorloo- pig rust verwachten. Geen der hoogwaar- digheidsbekleeders is te Home. Ook de ko ning vertoeft thans in het Alpengebied. In Londen herstelt zich de rust ïn liet havenbedrijf. Dat het aantal lieden, die het werk hervatten zooveel grooter is gewor den, bewijst dat vele havenarbeiders den raad van het stakingscomité, om ten spoedigste het werk te hervatten, ten slotte toch hebben opgevolgd.: Orb el 1 heeft in een onderhoud met een journalist verklaard, dat de patroons de tussohentijds aangenomen arbeiders in. grooten getale weer wegzenden, om ze door hun eigen mannen van voor de staking te vervangen Als dit zoo voort blijft gaan, zeide hij, zal spoedig weer vrede in de ha ven heerschen. Veel lichterschïppers zijn weer op de Theems verschenen; alleen dë bootwerkers weigeren nog aan het werk te gaan, omdat de patroons hen in de haven willen aan monsteren, wat de bootwerkers beslist &f- wijizen. De Japansohe oud-minister-president Kateoera. die naar Europa gekomen, was om met de regeeringen der groote mogend heden te confereeren, is, toen de berichten uit Japan het spoedig overlijden van den keizer deden verwachten, weder naar zijn vaderland vertrokken. Omtrent het eigenlijke doel van zijn reis weet de „Echo de Paris" het vol gende mede te deelenKatsoera zou naar Europa zijn gekomen om de regeeringen te polsen over hetgeen zij zullen d'oen bij even- tueele verergering van den toestand in China. De Janansche regeering moet n.l- van meening zijn, dat China op het oogen- blik een zeer gevaarlijke crisis doorleeft en dat het plioht van de andere mogendhe den is nauwlettend toe te zien op hetgeen in het Hemelsche Rijk gebeurt. Katsoera heefC echter te St.-Petersburg geenszins een voorstel gedaan om eventueel over te gaan tot een gewapend optreden, daar zijn regeering daartoe geenszins plan heeft en bovendien moet hij er op hebben aangedrongen dat niets zou worden onder nomen, dat aan Engeland onaangenaam zou kunnen zijn. De Marokkanen schijnen het op Duit- sobers voorzien te hebben. Of dleze zich op zoo aangename wijze gedragen tegenover de Marokkanen, dan wel of dezen weten dat ze daarmee Frankrijk in hooge mate onaangenaam zijn, is niet duidelijk, maar "wanneer er een Europeaan wordt ver moord, is het meestal een Duitscher. Nu is weer iemand vermoord, die, trots de waarschuwingen van den consul, Maro- kesj verlaten had. Hij was in betrekking bij een Duitsche maatschappij. Een der Duitsche bladen weet reeds te vertellen .dat de regeering besloten is, de Marokkaan- sche overheid ten volle verantwoordelijk te stellen voor bet vermoorden van dezen Duitscher, die Opiz beet, en een strengo bestraffing van de schuldigen en een scha deloosstelling te eischen. De onderhande lingen met Frankrijk zouden reeds zijn geopend. Sprekende over da k u s t v e r d e d i- g i n g s v o o r s.t 11 e n, kan „H et Va derland" ïiiet zeggen, dat de mie tam or- ph'ose, wélke het kustverdedigïngs-antwcrp bij de indiening van de Memorie va.n Ant woord heeft ondergaan, een hoogen dunk 'gééft van den ernst, waarmede do Rogce- ring deze zaak behandelt. Nadat in 1910 de behandeling van het toen ingediende ontwerp als zeer dringend werd voorgesteld, verschijnt thans een jaar na het voorloopig verslag en twee jaar na het indienen van het wetsontwerp een antwoord, waarbij de geheele zaak tot op ongeveer een vierde van het oorspron kelijk voorgestelde wordt teruggebracht I Losgelaten is de urgentie der over brenging van de bezetting der zee fronten van de ku9tversterkingen naar de zeemacht; losgelaten de onverwijlde aanvulling van het materieel der zeemacht met 8 zee gaande torpedobooten, 14 pantsérbcotan en 2 onderzeebootenlosgelaten de bouw van een fort bij Hellevoetsluis, ter verde diging van den ingang van het Goereesche zeegatlosgelaten do bouw van een tweede fort ter verdediging van dit vaar water, hetzijbij de haven van Dirksland, hetzij ergen9 elders op Goeroe of Overflak- kee; ongeveer gehalveerd de kosten voor verbetering van de versterkingen aan do Texolsche zeegatencn tot 1/9 a Va teruggebracht die van de verbetering der forten te IJmuiden en aan den Hoek- van-Holland. Bovendien wordt toch inderdaad de non chalance tegenover de Staten-Generaal en de publieke opinie wat al te ver gedreven, door dat ternauwernood een poging wordt noo dig geacht, om van deze volle face een ook maar ©enigszins voldoende verklaring te geven. Slechts ten opzichte van de bezetting der kust forten wordt hot beproefd, en wel met een beroep op het inmiddels aangevangen onderzoek betreffende de defensie van Indië, waarvan de resultaten van invloed kunnen zijn op het personeel vraagstuk. Waarom' niet liever rondweg gezegd, wat immers toch vooir den verstandigen lezer tus schen de regels te lezen is, namelijk dat de nieuwe minister van oorlog, tevens mi nister van marine ad interim, geheel anders over de kustverdediging denkt, dan zijn voorgangers, die de memorie van toelichting van het wetsontwerp onderteekenden Dat dit zoo is blijkt uit twee passages in de memorie van antwoord. Vooreerst uit de mededeoling op blz. 1, waar het beter wordt geoordeeld thans ten aanzien van het bczettingsvraagstuk nog geen beslissing te nemen, omdat tegen be zetting door de zeeniaoht, zulke ernstige be zwaren zijn in het midden gebracht, dat nadere overweging noodig voorkomt. En nog duidelijker uit een passus op blz. 2, waarin wordt te kennen gegeven, dat bij den tweeden ondergeteekende (d. i. de heer Colijn) zioh sedert zijn optreden méeT en meer de overtuiging heeft gevestigd, dat tot een in financieel opzicht gunstiger tijdstip móe ten worden uitgesteld die Verbeteringen, welke geacht moeten worden in belangrijk heid bij de dringende behoefte der levende strijdkrachten achter te staan. Ziedaar de zaak, waaïop het aankomt. Immens de minister van oorlog, en ad interim van marine, sohaart zioh hier aan de zijde van hen, die, niet ons en met de defensie-paragraaf van het program' der Li« berale Unie, van gevoelen zijn, dat het zwaar. tepunt onzer defensie, óók aan de kust, niet moet gelegd worden in de doode, maar in do levende strijdkrachten. Het is nu ook duidelijk, waarom' deze nie- ïnorio van antwoord zoo lang op zioh heeft laten waohten. Zoolang de heer Wentholt nog in hot ministerie zitting had, wa9 het on- mogelijk haar in te dienen. De heer Colijn kon niet onder beek enen, wat de lieer Went holt had ingediend, en de heer Wentholt kon zijn hand niet zetten onder de memorie, waarin do heer Ooliju het stelsel prijs gaf, dat 3e handbeekening van den lieer Went holt droog. De oontdnuïtedt van lijn is lüer werke lijk spoorloos zoek. In „Do Fakkel" constateert de redac teur, dat het gerucht, dat de v r ij z i n- n i g-d emocratische part ij naar bui ten weet te 'maken, hoegenaamd niet in over eenstemming is met haar invloed in de maatschappij en bij het kiezerscorps; dat die invloed, voor zoover zij nog bestaat, mede door hot parlementaire karakter der Ne- dcrlandsche sociaal-democratie, danig aan het tanen is, en dat daartegenover de Bond van Vrije Liberal en ils staatkundige partij niet alleetn schier 'dagelijks in orga nisatorische kracht toeneemt, maar ook in het land een bijzonder sterken aanhang blijkt te hebben, welke slechts een gelegenheid noodig heeft om zich te demonstreeren. Ten bewijze haalt hij vier feiten aan van recenten datum, n.m. de uitslagen van twee verkiezingen voor den Gemeenteraad te VGravenliage en van twee Statenverkiezin gen, onderscheidenlijk te 's-Gravenhage en te Amsterdam: Het slot van het artikel luidt: Aan geen politicus zal .de beteekenïs van deze feiten ontgaan. Er blijkt, o.ni. uit hoezeer de opriohting van de Vrij-Libera.le partij daad geweest is van goed politiek inzicht en wijs beleid. Er blijkt ook uit-, hoezeer haar machtsvorming zaak is van liberaal belang on hoe door samenwerking met haar de vrijzinnigheid gediend wordt, en voorkomen, dat steeds grooter deel van haar vertegenwoordiging in lioliamen van wetgeving en bestuur via de vrijzinnig- democratie teloor gaat. Wij moeten dank baar erkennen, dab zij het dan ook niet te vroeg de Liberale Unie den laatsten tijd duidelijk blijken gaf ook tot dit in zicht te zijn gekomen en dit verheugt ons te meer, omdat o. i. zóó alleen de kerke lijke coalitie in haar machtsontwikkeling gestuit en zuiverder part ij formatie bevor derd kan worden. In oen driestar Vootuitzioht zegt „Het Centrum": De Haagsche kouter der „Prov. Gr on. Courant" verklaart met het oog op de a.3. zitting der Kamer, dat hij zich „geen illusies" maakt en in ^et komende jaar „ernstige botsingen" verwacht. „Men bedenke wel, dat bet" zoogenaamde algemeeno politieke debat dit jaar niet be perkt kan worden. De verkiezingen van 1913 zijn in zicht.; er moet dus met het Kabinet worden afgerekend en, zij liet voorzichtig, moeten politieke- en verkiezingsprogramma's worden ontvouwd." Er moet met het Kabinet „woirden afge rekend". En daarom kam heb algemeen politiek de bat dit .iaar „niet beperkt" worden. Ilefc is een fraai vooruitzicht! Do S.-D. A.-P. beroemt zich op de ob structie, verleden jaar in de Kamer ver toond. En hier komt een liberaal correspondent een „afrekening" met het Kabinet annon- ceercn. Zoo wórdt bij voorbaat op den nationalen tijd, welken men zoo hoog noodig heeft voor practischen arbeid, beslag gelegd voor min waardig partijgedoe. Loyale oppositie 1 In eon arfcikei over tekort aan over leg wijst ,,De Standaard" op de bijna volstrekte ontstentenis van overleg tusschen het Kabinet en de drio gecoaliseetrde groe pen. In de jaren 19011905 ging heb, volgens „De Standaard" goed. Toen werd bijna over alle belangrijke ja an gelegenheden voe ling gehouden, maar thans is zulk overleg schier ten ©enenmale uitgebleven. „De Standaard" klaagt: Deze victr-enjeen.half jaar (is) van een ©enigszins doorgezet overleg tussohen do leden van het Kabinet en de leiders detr rechtsche Kamörgroopen zoo goed als geen sprake geweest. In 1908 was er even een begin van te bespeuren, maar op ver van gelukkige wijze, en sinds wisten de leden der rechtsche groepen juist evenveel, wat de mannen in het Kabinet beoogden, als de oppositie. Een enkelen keer kon men met groote mooite zoo halverwege iets uit- hooren, maan van wat men noemt eigener be weging en nit eigen behoefte open kaart spelen, was schijn noch schaduw aanwezig. Dit nu moest zich, gelijk vanzelf spreekt, bij de behandeling der wetsontwerpen wre ken Daardoor toch verstond mén elkander vaak niet, liep elkander voorbij en ontbrak te zeer het zoo hoog noodige ©nthusiasnie. En dit te meer, toen bleek, dat men zioh voor de aldus verspeelde overeenstemming zonder zweem van bedenking schadeloos stelde door te speculeeren op de sympathie van een deel der oppositie, dat straks toch weer het Kabinet in den Is teek liet. Daar nu deze klacht niet zoozeer de R.-K. luinisters, maar vooral en met name de anti-revolutionaire ministers betrof, kon het wel niet anders, of men moest in wederzijdsche goede ver standhouding achteruitgaan en het onder ling vertrouwen doen verzwakken. Men weet uit Afgeperst, hoever dit op koloniaal terrein zet§3 ging. En wel is sinds het op treden van minister Colijn in het Kabinet, de verhouding aanmerkelijk gebeterd, maar worden wat 't zijn móest, kon het in zoo korten tijd friet opeena. Dit tekort aan overleg acht „De Stan daard" minder te duchten, wanneer op den voorgrond treedt een punt, waarover allen rechts het kraohtens lang verleden eens Zijn. Bijv. inzake de Onderwijskwestie. Maar bedenkelijk zelfs kan de toestand worden, zoo men, zioh in hoofdzaak bijv. op sociaal gebied bewegend, te doen krijgt met de ineer oonservatieve of meer democratische neigingen, die in elke politieke groep, zelfs in de sociaal-democratische, aan het woord kómen. „De Standaard" besluit: Alles wèl overwogen, mogen wió dan ook van gelul* spreken, dat het bijna volstrekt gemis aan overleg nog niet zóóveel kwaad heeft gedaan, of de eenheid, die ons saam- bindt, primeert nog, en in hooge mate ver blijdend was het, dat deze eenheid, nog kort eer het zomerreces naderde, bijv. in den bijna komdschen nacht van 24 op 25 Juni, tót zoo verrassende uiting kwaoi. Er is dan ook geen sprake van, dat we don moed reeds zouden moeten opgeven. In dit geval hadden we gezwegen. Juist echter omdat de banden, die ons saamhinden, zeer wel, eer het te laat is, nog kunnen worden aangetrokken, was 't noodzakelijk op do oor zaak te wijzen, die verslappen deed wat streng moest aangebonden zijn. Komt men in het Kabinet door kordaat overleg tot meer dan formeel© eenheid; herstelt zioh het noodzakelijk overleg tusschen Kabinet en Coalitie; en sluit dn de Coalitie elke groep zioh aan do twee overige in goed en oprecht vertrouwen aandan zal mem zien wat wondere vruoht een overleg, zoo als het onder staatslieden betaamt, ons zelfs nu nog brengen kan. Naar aanleiding van dit „S t a n d a a r d"- artikel merk „Het Huisgezin" o^a. op „Do St/an d aard" daagt hét ministerie voor haar gericht. Dat het Kabinet-Kuypèr voortreff dijker was dan heb ministerie-Heemskerk, wisten we en weten we, en wordt ten overvloede nog eens bescheidenlijk aangestipt'. Maar dat liet zittende ministerie „zoo rus tig", „op zijn gemak" alsof de tijd niet op kon, zonder overleg, zoo in het honderd weg en op goed geluk af gewerkt heeft, wisten we niet. Eén ding verwondert onsdat een ,,D o Standaard" zeer na-staand cn invloedrijk staatsman het ministerie bijna vieir-enjcen-half jaar er op heeft laten „toeleven" zonder vriendschappelijk te waarschuwen. Of dat, indien bedoelde staatsman, uit te loven overwegingen van kiescJiheid, liever zelf niet waarschuwde, hij de leiders der andere partijen van do rechterzijde niet tot een welgemeend vermaan aan het adres van het ministerie over haal do. Voor zóó koppig en zóó onontvankelijk voor goeden raad zien wij do ministers niet aan, dat zij voor een goeden raad moedwil lig de ooren zouden hebben gesloten- Indien wij willen aannemen, dat „Do Standaard" in de zaak vólkomen gelijk heeft, dan sohijnt ons toch toe, dat liaar afstraffing te laat komt cn om tactische redenen afkeuring verdient. De Fondsenmark ten zijn zóó buitengewoon lusteloos in de omzetten zóó weinig belang rijk, dat heb waarlijk niet de moeite waard is de een of andere rubriek aan een bespre king te onderwerpen. Wij vonden echter in buitenlandsche bladen een en ander, waarin onze lezers ongetwijfeld belang zullen stel len. Zoo schrijft het ,,Wall Street Jour nal" omtrent de maïs-cultuur het volgende: ,,De staat North Carolina produceert nieï voldoende maïs, om in eigen gebruik te kunnen voorzien. Kort geleden is het energieke Landbouw-Departement van dien staat de oprichting gaan bemoedigen van z.g. ,,maï8-clubs voor jonge mannen", die voorschrijven, dat hun leden zich verbin den om 1 acre land met maïs te bebouwen onder wetenschappelijke voorlichting. Dit Departement heeft thans bekend gemaakt dat verleden jaar 264 jonge mannen in 65 buurtschappen van dien staat gemiddeld 67.69 bushels maïs per acre oogstten, waar bij de productiekosten minder bedroegen dan 30 cents per bushel, terwijl één hunner 196.5 bushels maïs verkreeg op één acre land. Het gemiddelde oijfer per hoofd der landbouwende bevolking in denzelfden Staat was volgens 't officieele verslag van het Landbouw-Departement der Vereenig- de Staten verleden jaar 18.4 bushels, terwijl 't gemiddelde over de laatste 10 jaar zelfs lager is. Indien dus de boeren hun bedrijf op we tenschappelijke wijze hadden uitgeoefend, zooals de leden der clubs, en dezelfde resul taten hadden bereikt als dezen, zou, bij de tegenwoordige bebouwde oppervlakte, de meerdere waarde van den maïs-oogst 100 millioen dollar hebben bedragen in dien Staat alleen. En indien hetzelfde geschied was in alle andere Staten der Unie, zou de opbrengst van den ma'isoogst 7319 millioen bushels geweest zijn, i. p. v. 2811 millioen bushels, de werkelijke opbrengst in 1911. Aangezien maïs weer als voer wordt ge bruikt voor de Varkens, zouden de prijzen van voedingsmiddelen bijna 1/3 kunnen zijn van wat ze nu gelden. Men weet, dat dit onderwerp, de weten schappelijke uitoefening van den landbouw, een stokpaardje is van den spoorwegmag naat James H. Hill. Bovenstaande cijfers toonen duidelijk aan, van hoe groot belang deze quaestie is voor Amerika." Aan het Verslag van de „Commissie voor onderwerpen betrekking hebbende op spoorweg-exploitatie" een commissie, die is benoemd door de vereenigde directies der spoorwegen in de Unie tot bestudeering van vraagstukken omtrent spoorwegver voer, ontleenen wij een vergelijkende opgave van de loonen, die aan spoorwegbeambten worden betaald en de kosten van levenson derhoud in de groote landen der wereld, de "Vereenigde Staten inbegrepen. Het resul-. taat van het door deze Commissie ingestelde onderzoek is, dat de spoorwegbeambten in de Staten er veel beter aan toe zijn dan hun confraters in andere landen. De. loo nen der machinisten, stokers, wegarbeiders etc., zijn nauwkeurig opgenomen en daar-, uit blijkt, dat de Yankees twee tot drie malen hooger loon ontvangen dan hun Ita- liaa.nsche broeders. De slechtst betaalde spoorwegbeambte in do Staten, nl. de wegarbeider, ontvangt meer clan de hooger© spoorwegbeambte ia Frankrijk, zelfs degenen, die een verant woordelijke positie bekleeden. Machinisten en stokers in de Staten krijgen voor spe ciale trajecten 2, 3, ja, 4 maal meer loon dan de Engelsche beambten. De salarissen in de Unio betaald aan machinisten bedra gen van 1100 dollars per jaar voor rem mers tot 2800 dollars per jaar voor machi nisten op passagierstremen. Deze salaris sen bedragen in Duitschland 646 doll. Oostenrijk 870 doll. Frankrijk 505 doll, tot 906 doll. Italië 581 doll, tot 812 doll. De kosten van levensonderhoud voor de typische werk mans familie bedragen in de Vereenigdo Staten 17 pCt. meer dan in Frankrijk en Duitsch- land. 35 pCt. meer dan in België. 38 pCt. meer dan in Engeland. Daaruit blijkt dus, dat liet leven ïn de Staten minder dan dubbel zoo duur kost dan in andere landen, tcrwijl de loonen er meer dan tweemaal zoo hoog zijn." Er schijnt dus ook in dc richting van verlaging der loonen nog wel wat gedaan te kunnen worden. Elders zien wij ccn beschouwing over de 41/* pCt. Convertible-obligation van den Chi cago Milwaukee and St.-Paul Spoorweg. Wel is 't belang van ons land bij de aandeden dezer Maatschappij, tegenwoordig minimaal, maar hot is volstrekt niet onmogelijk, dat, nu zij omstreeks pari notedrcii, als de Ameri- kaanscho markt weer moor leven begint te vertoonen, ons publiek or zich opnieuw voor gaat in ter esse eren. Milwaukces waren hier vroeger zeeir geliefd, doch zijn, toen ze voor Holland to hoog werden, bijna alle aan Broeder Jonathan terugverkccht. Ook dc con- verlible-obligatiën zijn hier niet genotoord, wat in tusschen geen reden bohoeft te zijn zo voor belegging te koopen. Er zijn uitstaande 34,893,500 doll, van deze obligation, welke losbaar zijn op 1 Januari 1932 a pari, terwijl ze kunnen wor den omgewisseld tegen gewone aandeolen der Maatschappij tusschen 1 Juni 1917 en 1 Juni 1922. Voor oen Maatschappij van haar omvang heeft do Milwaukee een uiterst geringe obli gatieschuld, zoodat do convertible-bonds, zoo wel voor rent© als vooir hoofdsom, uitne mend verzekerd mogen geacht worden. Voordat lot den aanleg van don Puget Sound word overgegaan \v s de Milwaukee een zoor goed ontwikkel Ie sp.oqcrweg met voldoende traffiok,dóch' hij was" aati allo kanten omringd door concurrenten Vermeer-! dering van vervoer echter kon alleen wor den vorkregen door don aanlog ©ener ver binding met do kust aan den Grooten Oceaan cn vandaar dat tot het bouwon van dio lijn werd besloten. De raming vcor de bouw kosten daarvan bedroeg 100 millioen dol lar, doch deze word aanzienlijk overschreden en bedroeg ten slotte 175 millioen dollar, wat voor de Moedor-Maatschappij een leelijko tegenvaller was. Do nieuw© lijn werd geopend op 1 Juli 1909 en bracht de oude Maatschappij ©en groot volumen vervoer. De bruto's stegen van 59,897,463 doll, in 1909 tot 64,846,894 doll, in 1910 en tot 64,975,995 doll, in 1911, echter liepen zij in de eerste 9 maanden; 19111912 aanzienlijk terug, evenals de spoorwegontvangsten van alle Maatschap pijen in de Vereenigde Staten. Bovendien betaalde de Puget Sound een dividend van 2,3 pCt. in 1911, waardoor do Milwaukee een bate ontving van 2,300,000 doll. Een spoorweg, die reeds het tweeds jaar nadat hij in exploitatie wordt geno men, dividend kan betalen op de gewemt aandeelen, geeft de beste verwachtingen voo" de toekomst. De Milwaukee was echter niet in staat om zijn voordeel te doen met deze ver me"' dering in vervoer. Het wagen perk was o. voldoend©, ook in andere opzichten schoot zij t-e kort. Resultaat: de bedrijfskosten ste gen van 68,72 pCt. in 1909, tot 72,97 pCt. in 1910 en tot 76,51 pCt. in 1911. En waar schijnlijk zullen deze in 1912 nog hooger zijn. Als gevolg van deze toename in b© drijfskosten moest het dividend in Januari j.l. op do gewone aandeden worden gere duceerd van 7 tot 5 pCt. Doch tegen den tijd, dat de obligation verwisselbaar zullen zijn in aandeden, dus in 1917, is de waarschijnlijkheid groot, dat do Milwaukee zijn positie zeer zal hebben verbeterd; het bestuur heeft reeds bericht, dat een bedrag van 20 tot 25 millioen doll, zal worden ten koste gelegd aan nieuw ma teriaal, aan het effenen van 't wegbed en, aan het leggen van dubbelspoor. Dc Puget Sound hoeft zijn bestaansrecht! bewezen. Hij loopt door een zeer rijk en zich snel ontwikkelend gebied. Zcodra de Milwaukee weer zijn ouden roem als beleg gerspapier terugkrijgt, en dat zal niet zoo lang moer duren, en als de aandeden weer teruggaan naar hun ouden koers van 165 pCt. den hoogstbereikten prijs in 1910 dan zullen de obligatiën, gekocht op oen kcorg van 102103 pCt. een zeer voordeclige be legging blijken te zijn. ^V- Leiden. Bij beschikking van den MiniSi ter van Binnenlandsche Zaken is de aan dr. J. Bruining, alhier, verleende toelating als privaat docent aan de Rijksuniversiteit, on* onderwijs te geven in de diagnostiek der ia-* wondige eiekten, op zijn verzoek, ingetrolff keO:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1912 | | pagina 5