RECEPT.
ALJLKÏLLEX.
In Memoriam.
Als een jonge godin,.
Haar zege gewis,
Koos de heerlijke stoomboot zee,
Een triomf in de annalen der weten
schap 1
Der duizenden wel en wee
Werd haar laohende, zorgeloos toever
trouwd.
Was zij niet een wonder van kraohtl
Een droom van schoonheid?
Een drijvende stad?
Met millioenen achats bevracht.
In haar woningen
Zou het steeds vreugde zijn,
Blijspel, lach, muziek en dans,
Bij tafelgenot,
In toovergaard,
Overstraald van electrischen glans.-
Breed kliefde de fiere
Het golvend blauw.
Gejuich over schalde 't geloei
Tan den Noordenwind.....
Geen sterfling dacht tosn
Aan poolijs of reddingsboei.
Tier dagen een Bpeelvaart....
Plotseling ijlt door de lucht
Marooni's geluidlooze kreet.
„Snel; Te hulpl Wij zinken....
Wij stieten op ijs 1"
Borgen seinen ooit radeloozer leed)
Geen booten genoeg....
O, dier bonderden dood....,
Tusschen poolijs, dat wanhoop sgesch rei.
't Orkest overstemmend,
De doodsmelodie
^D nadar, mijn God, naderbij I"
Maar een eeireealuut
Voor d» speellui aas boord!
Tot V laatst op bun post bleven zij.
Êlise 9oer.
Opera-subsidies.
Da Hofopera te M&nnheim ia thans de
Hoogst gesubsidieerde opera in Duitschland.
Zij ontvangt van de stad per jaar 541,(XX)
Mark. Dan volgt de Opera te Dusseldorp,
welke 464,000 Mark ontvangt. De schouw
brug te Straatsburg krijgt 393,000 Mark;
dia to Chemnitz 332,000 Mark. Opera en
schouwburg ta Leipzig krijgen 329,000 Mark.
Ksulen geeft 325,000 Mark, Freiburg 318,000,
Frankfort a/M. 272,500 Mark en Dortmund
100,000 Mark.
Tan de kleinere plaatsen noemen wij Bar
men en Helle, die respectievelijk 125,000 en
106,000 Mark per jaar aan hun opera ten
kast leggen.
Duitaohe kousen.
Duitaohe kousen zijn een wereldartikel.
Kr is bijna geen land op aarde, waai men
niet op Duiteche kouBen loopt. Dat bewijst
de handelsstatistiek. In 1910 voerde Duitsoh-
land aan katoenen kousen en sokken 171,503
oentenaars uit, waarvan ie waarde 66 mil
lioen mark bedroeg. Op de lijst der afne
mers staan de Yereenigde Staten van
Noord-Amerika bovenaan; zij hebben voor
20,653,000 M. aan Duiteche kousen betrok
ken. Tooh loopt de uitvoer naar Amerika
sterk terug, want 3 jaren geleden bedroeg
die ruim het dubbele, namelijk 44 millioen
Mark.
Ook in Engeland is dit product der Duit
aohe industrie zeer gewild, daar werd voor
6,651,000 M. er van verkooht, en voor onge
veer batzelfde bedrag ging den Oceaan over
naar Argentinië. Even belangrijk waa de
•itvoer naar Europeesch en Aziatisch Kus-
land. Groote afnemers zijn verder Chili met
9,408,000 M. en Canada met 2,312,000 M.
Italië en Frankrijk gebruiken elk voor
1,600,000 M. Voor omstreeks 2 millioen Mark
nam Australië af, voor 2,800,000 M. Turkije
en zelfs China betrok voor 1,192,000 M. aan
Duitaohe kousen. Naar het antiek land der
Pharao's verkocht Duitsoh'and voor 1,250,000
M. aan kousen en naar Brazilië voor 1,774,000
M.
Verdere belangrijke afzetgebieden zijn
Ouba, Mexico, Peru, Britsch-Indië en Uru
guay.
STOPGOUD.
Geen woord zoozeer ale feilen breeckt
Als doet het leven van wie sipreeckt.
Cats.
fcJpreek geen kwaad van iemand, wan
neer gij het niet zeker weet, en wanneer
gij het zeker weet, vraag dan uzelf af:
VYaarom vertel ik het?
Lsvater.
De liefde wondt niet, of zijzelf lijdt mee.
A. S. C. W a 11 i s.
Jonge Spinazie.
Z K. G. spinazie, 40 gram broodkruim,
6 gram zout, 50 gram boter, 8 eieren of
reepjes gefruit brood.
Bereiding: De spinazie uitzoeken, eeni-
ge malen wasachen, tot het afdruipende
water geheel helder is, en haar dan opzet
ten met het aanhangende water en het
zout. Haar zonder deksel zoo vlug mogelijk
laten koken en af en toe omroeren, om te
voorkomen, dat zij aanbrandt.
Zoodra zij gaar ia op een vergiet zoo
droog mogelijk laten uitdruipen en daarna
zeer fijn hakken.
Het broodkruim in de pan fijnwrijven
met een weinig van het spinazie vocht,
daarbij de fijngehakte spinazie en de bo
ter voegen en haar op een hoekje van de
kachel nog ongeveer tien minuten laten
stoven.
Het broodkruim wordt er bijgevoegd om
het al te sterke slinken van de spinazie te
voorkomen. Men kan het er dus ook uit
weglaten.
Op het schaaltje wordt ue spinazie ge
garneerd met reepjes gefruit brood of
met vierdepartjea hard gekookt ei.
Maar één vrouw.
Een Amerikaansche zendelingsvrouw
dronk thee met de aoht vrouwen van den
mandarijn Dee.
De Chineesche vrouwen betastten de
kleeding, het haar, de handen van de
vreemdelinge, maar waren uiterst ver
baasd over haar groote voeten.
,,Maar je moet kunnen loopen en gaan
als een man," meenden de Ohineesch©
vrouwen.
„Natuurlijk 1" verzekerde de Amerikaan^
ache.
„Dan kan je ook zeker rijden en zwem
men V'
„Zeker 1"
,,Dan moet je ook wel zoo sterk zijn als
een man en zul je je niet door een man en
zeker niet door je eigen man laten slaan."
„Neen," verklaarde de zendelingsvrouw
„ik heb mij nog nooit door iemand laten
elaan."
De aoht mandarii jnevrou wen keken el
kaar aan en eindelijk zeide de oudste: „Nu
begrijp ik, waarom die vreemde altijd
maar één vrouw heeft: hij is er bang voor
er méér te hebben..."
Nuchter.
Een schilder was bezig een ondergaan
de zon weer te geven.
Een oude boer was niet ver van hem
gaan zitten, en overpeinsde de winsten
van ö'en dag. Dte schilder meende echter,
dat de ander zijn werk bewonderde, en
vroeg hem:
,,U ondervindt ook de geweldige uitwer
king van dit buitengewoon schoen schouw
spel
De boer antwoordde niet.
„Evenals ik", ging de schilder voort,
„volgt ge met de oogen de prachtige licht
stralen, welke het westen versieren. Gij
ziet de aarde verheffen en zich tot stralen
de hemellichamen begeven. Gij ziet dat si
tes, nietwaar 1
En de boer antwoordde: „Neen, ik heb
vandaag niets gedronken 1"
Een troost!
Artiest: „Ja mijn goeie moeder heeft
me heel wat ontraden, kunstenaar te wor
den."
Zijn vriend: „Zit daar niet over in, ke
rel. Je werdt 't niet"
Z ij n snor..
„Dag, juffrouw Beb.. hm», km.» Ziet
u niets aan me?"
„Neen, mijnheer Willem, heuwh niet",
„Ik., ik heb mijn snor laten staan'"
„Och, dat 's jammer, en kgné U je njst'
herinneren waar!"
l e kliiil;
Een boerenzoon had hot ongwhdk pp fcrta
meisjes te gelijk verliefd te worden. Dé
eene was een forsche, breede deern, dl
andere was klein en smal. In deze ometen-'
digheden vroeg hij raad van zijn vader.
„Wel," zei zijn vader wijs, „er worde^
tegenwoordig zooveel machines gebruikt
in de boerderij, dat je aan een sterke^
groote vrouw niet veel hebt; neem de kleé-
ne, die eet in elk geval minder."
Yorken.
„Wat zijn dat, papa?"
„Dat zijn hooivorken, jongen."
„Hooivorken? Maar de paarden eten het
hooi toch zonder vorken 1"
Poëzie en P r o a a.
Zij (in de bergen): „Hè, die zuivere,
krachtige lucht hier is toch iets heerlijks.
Vindt je ook niet?"
Hij„Ja. We konden hier eigenlijk onze
luchtkussens wel opnieuw vullen."
Het glazen oog.
„Denk er nou aan, Kees, dat is een
pracht van een glazen oog, dat je nou
hebt gekregen. Neem het er nou altijd uit
en steek het in je zak als je tooh nergens'
naar kijkt I"
Voor ha 1 f g e 1 <L
Betsy was met haar ma in de stad. Zij
kwamen langs een bioaooop, waar een bord
vermeldde: Kinderen half geld.
„O, maatje", zei Betsy, „laten we naai;
binnen gaan en een broertje koop en, nou
ze zoo goedkoop zijn 1"
Scherp.
Patroon: „De jas, die u daar aan hebt,
j' begint erg antiek t© worden."
Bediende: „Geen wonder, meneer. Ik
heb ze bij mijn laatste traktementaverhoor
ging aangeschaft."
Aanbieding.
Dagelijks verkrijgbaar prima versohe
eieren, 7 cents per stuk, en van vasthou
dende kippen 9 oente."
In de etalage.
„Verkoop van gewone en geabonneerde
jongensbroeken.
Liefdesuiting.
Joost: „Dat zeg ik je, Griet, als je op
de kermis met een ander danst, sla ik je
bont en blauw, want ik boud onmenachelijk
veel van jel"
Inden fruitwinkel.
Palestina-appels, zeer fijn, 10 cents per
stuk, uitmunt-end voor zieken zonder pit
ten."- -