VGDR DE JEUGD
lÊIDSCH DAGBLAD V
0
Sfo. 16923,
Woensdag 24 Januari,
Anno 1912.
9
Waar lacifers al goed voor zijn!
n.
Allerlei
Jll|I^rïn K-unstjes.
Het lorgnet van den geleerde.
.Verleden week hebben we geleerd hoe met
lucifers verschillende teekeningen, zelfs onze
binnenkamer te maken is; we veronderstel
len dat dit jullie genoegen heeft verschaft
•n nemen dus de lucifers nogmaals te bant,
om jelui ermee te onderhouden.
[We zullen thans hiervan met behulp van
erwten verschillende voorwerpen leeren ma
ken. De erwten moeten hiervoor eerst twaalf
nur in het water worden geweekt en daar
na een uur worden gedroogd. In plaats van
erwten kunnen ook stukjes kurk of was ge
bruikt worden.
{We beginnen eerst heel eenvoudig, bij voor
beeld. met een driehoek, zooals Afb. 1 aan
geeft. Hiertoe staken wij aan het eerst©
stokje twee andere schuin in de erwten
en verbinden wij ze zelf ook door een erwt.
Hierna maakt men twee rechte hoeken en
verbindt de einden daarvan, dan krijgt men
een kwadraat, dat een ruit (Afb. 2), kan voor
stellen. Nu is het ook niet moeilijk een
jenster m$t ruiten (Afb. 3) te maken. Hierbij
Worden fte stokjes zoo door een erwt
heengestoken, dat dit in het midden zit,
»n het kruis er aan vastgemaakt kan worden.
Als vierde vlakke figuur maken wij het
metalen kruis (Afb. 4). Dit ziet er uit alsof
vier driehoeken als Afb. 1 aan d* punt
verbonden waren. Dit is e-cHter niet Het
geval, want wij nemen vier lucifers, die
elkaar kruisen en in bet midden door een
kprk herbonden zijn. Hiervoor js het noo-
dig, dat wij eerst een zuiver rechthoekig
kruid maken, zoodat tuaschen de stokjes
nog eens twee andere lucifers rechthoekig
ingeschoven kunnen worden.
Dan doen wij aan de einden weer erwten,
omdat er, om het Kruis af te
maken, slechts nog één staafje behoeft in
gestoken te worden. Die erwten kunnen zwart
gekleurd worden, en als ze hard geworden
zijn, kan de kleine kunstenaar het aan een
lint om den hals hangen.
"Wat moeilijker is de laatste vlakke Af-
beeldingj namelijk de Bidderorde. De gronde
vorm Wordt juist gemaakt ak bij het me
talen kruis, alleen moeten de driehoeken
hier tweemaal zoo lang zijn. Als men Afb.
5 goed bekijkt, behoeft er weinig van te
worden gezegd.
Nadat we ons gedurende deze week in het
maken van deze en e^wlexe vlakke figuren
geoefend hebben, zullen we een volgende
maal eenig® eenvoudige voorwerpen leeren
maken.
De jonge goochelaar.
No. 3. Het dansende Speelgoed.
Dit goochelkunstje heeft ais het goed
wordt uitgevoerd een verrassende uitwer
king.
Op dezelfde kleine tafel, waarop we de
vorige maal onze kunsten vertoonden en die
op eenigen afstand van de toeschouwers -moet
staan, liggen allerlei kleine voorwerpen of
speelgoed. Bij voorbeeld: een bal, een elas
tiek poppetje, blokjes uit een bouwdoos, een
rammelaar, enz. op elkander gestapeld.
Nu zegt ge dat die voorwerpen vanzelf
omhoog kunnen springen, dat zelfs de ram
melaar gaat rammelen en het poppetje pie
pen, als gij ze dat beveelt.
Ge neemt daartoe een flinken, grooten zak
doek, waaraan aan één der vier zijden een
stuk soutien is vastgenaaid. Behalve dit heb
ben we van te voren van een ouden katoe
nen handschoen den wijs- en den midden
vinger afgeknipt, daarna opgevuld met
Zaagsel .of watten en op een klein stukje
karton geplakt. Ala we nu aan den aAte*
kant van dit karton een paar haakje* vaat»
naaien (s$ Afb. Ijl, zijn we kla$r om op£& tgpr
Afb. 1.
te beginnen. De beide vingers worden door
middel van de haakjes aan het soutien van
den zokdoekrand gehecht. Ze moeten aan
den rechterbovenhoek zitten.
Nu pakt men den zakdoek met de beidt
Handen beet, terwijl de rechterhand de beide
katoenen vingers bedekt. Men keert den
doek om en om, klapt hem door de lucht
en laat duidelijk zien, dat er niets in den
doek zit. Yervolgens gaat men naar de tafeJ
met speelgoed en houdt den doek er recht
voor.
Maar nu begint de moeilijkheid 1 Terwijl
men druk praat, heeft men met de rechter
hand den doek losgelaten. Dit moet ong*
merkt gebeuren! De doek. wordt dus alleen
vastgehouden door de linkerhand, maar blijft
toch recht hangen door de stevige reep
soutien. De toeschouwers missen onze rech
terhand niet, doordat de twee katoenen vin
gers hen foppen. (De plaats waar de kato^
nen vingers zijn vastgehaakt, is met A op Afb,
2 $ongegeven). Het kopt nu den goochelaar
niet de minste moeite om met de vrije rech
terhand achter den zakdoek de verschillend#
voorwerpen omhoog te werpen, met den ram
melaar te rammelen enz.
Men vergete vooral niet de katoenen vin
gers rose te kleuren, opdat ze zooveel mqgtk
lijk op onze vingers gelijken.
NHLH HEINEMAN,
Waar is mijn lorgnet toch, vroeg de leel
aar die brand'ie van verlangen, om den
brief te lezen, dien <Je post ran rijven hem
gebracht had.
„U suit het vergeten hebben volgens uw.
gewoonte", bromde de orde huishoudster
en daar de leeraar wel tienmaal per dag