N*. 15903
Vrijdag JJ3 Oecember.
A°. 1911.
i§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste Blad.
De Nienwjaarswensclien.
'Üffleieele Kennisgeving.
Onder onze Vroede Vaderen.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
"Van 16 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17Grootere letters naar
plaatsruimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Cents contant; elk
tiental wcorden meer 10 Cents. Voor het incasseeren wordt 0,05 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lolden per week 9 Cents; per-3 maanden 2 f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn 1.30.
Pranco per post 1.05.
KERSTMIS.
'Aanstaanden M a a n d a g- en 1) in s d ag-
avond verschijnt het „LeidscÏÏ Dagblad"
niet.
Advertentiën voor het nummer van mor
gen Zaterdag-avond v. p. vóór
twaalf uren inzenden.
■welke worden opgenomen In liet „Leidsch
Dagblad" van Zaterdag; SO December,
kosten 35 ets. per advertentie, indien z\j
worden aangeboden tot en me' Donderdag;
38 December.
Sla dien tijd kosten dezeadvertentièn
50 Cents.
Bulten Leiden wonenden kunnen postwisse
renden en de advertentie op het stropje
■chrUven.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
Gelet op de artt. 12 ea 37 der Drankwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat door
A. N. BEIJERSBERGEN, caféhouder, v/o
nende te Leiden, een verzoekschrift is in
gediend, om verlof voor den verkoop van
alaohólhoudenden, anderen dan sterken
dxanOr, voor gebruik ter plaatse van ver
koop, in het benedenvoor- en acliterlokaal
tram het perceel B reestraat No. 53.
burgemeester en Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELA AR.
r - i Burgemeester.
- J. H. W. VERZIJL.
Loco-Secre taris
Leiden, 22 December 1911.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, 1ste alinea, der Hinderwet;
Brengen bij deze ter algemeene kennis dat
door hen op heden vergunning is verleend
aan J. RIETHOVEN, en rechtverkrijgen
den tot 't oprichten van een rookerij, zou-
terij en vetsmelterij in het perceel Narm-
Êtraait no. 14, Sectie B. no. 172.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
N C. DE GIJSELAAR, burgemeester.
J. H. W. VER ZIJL, Loco-Secretaris.
Leiden, 21 December 1911.
Ofschoon de Raad in den laatsten tijd
week aan week vergadert, komen er toch
altijd weer allerlei adressen en verzoeken
ter tafel, een bewijs van het- voortdurend
contact, dat er bestaat tusschen de burgerij
en het gemeentebestuur. We zullen als ge
woonlijk op de gisteren ingekomen stukken
nu niet ingaan. We krijgen er later-prae-
adviës over van B. en Ws., en dan wordt
onze aandacht er. onwillekeurig weder op
gevestigd. Maar we willen toch met een
enkel woord onze bevreemding uitdrukken
over het feit dat de heer Roem het adres
,van de afd. Leiden van den Ned. Stee-n-
houwersbond zoo maar ineens in den doof
pot wilde stoppen. Daarin lei bevoorrech
ting, zei hij. Maar als wij- onze eigen ingeze
tenen-steenhouwers, werklieden en pa
troons, nu eens konden bevoorrechten boven
bijv. de Belgische fabrikanten, die thans
het steenhouwerswerk meestal leveren,
zor^r noemenswaardig nadeel voor de ge
in eeute, waarom zouden we dit dan niet
mogen doen? En dat moeten B. en Ws.
eerst e^ns onderzoeken. Wij behoeven tooh
geen anworotectionisten door dik en dun
te zijn 1
Voordat aan de agenda begonnen wer.d,^
kreeg de Raad nog even een spoedeiScljende
zaak te behandelen. De gemeente komt aan
het einde van het jaar geld te kort. Zoo
zullep. er meer zijn. Allerlei uitgaven zijn
of moeten nog worden gedaan, en wat de
gemeente te vorderen heeftj komt niet
altijd even vlot binnen, en-daarom stelden
B. en Ws. voor het sluiten van een
tijdelijke geldleening van zoo maar even...
een half millioen. De twee aanwezige leden
van de Commissie van Financiën knikten
toestemmend, en de Raad, die niet voor
niet deze wachters bij de gemeentelijke
schatkist heeft aangesteld, kon ook mee
gaan. De Voorzitter lachte tevreden, hij
behoefde de heeren nu niet in het begin van
Jt nieuwe jaar lastig te vallen, zei hij. Me
nig Leidsch burger zou wellicht 't oude jaar
pleiziriger uitzitten als hij slechts een hon
derdste, of was het maar een' duziendste ge
deelte, zoo gemakkelijk kon leenen. Er zit
achter deze leening niets geen kwaad, maar
we begrijpen toch niet hoe die behoefte tot
het leenen van zulk een groot bedrag, zoo
uit de lucht kwam vallen. Wisten B. en
Ws. daar nog niets van toen de agenda in
zee ging?
Nu volgden ér nog een paar benoemin
gen" en dan kon men mét het groóte punt
van den dag beginnen. Er stond zoo dood
onschuldig op de agenda: Benoeming van
een lid van het Algemeen Bestuur der Ver-
eenjging Openbare Leeszaal en we hoorden
sommige leden al óverleggen wie daarvoor
de uitverkorene moest zijn, tóen mr. Briët
leukweg voorstelde niet tot deze benoeming
over te gaan, omdat zij zou zijn..., in strijd
met de waardigheid vgn den Raad. Het Pe
stuur der Leeszaal toch had bij dë uitnor-
diging om uit den Raad een lid a-an te wij
zen, die in het Algemeen Bestuur zitting
zou hebben, de clausule gevoegd: tot we-
deropzeggens toe". Dus, zoo redeneerde
mr. Briët, als zoo'n lid het den heeren wat
lastig maakt, dan wordt hij weer buiten
de deur gezet. ,,Waar ziet u dan, toch het
bestuur dezer insteHingvQor aan?" repli
ceerde prof. Ileeres. De heer Sijtsma vond
een zeer verklaarbare reden voor deze, uit
drukking. Zoolang de gemeente .een subsi
die geeft, is een Raadslid-bestuurder er op
zijn plaats. Snijdt de gemeente .onverhoopt
den financieelen band tusschen haar en de
Leeszaal door, dan zou er ook geen reden
meer zijn waarom een Raadslid bestuurslid
zou blijven. De heer Van der Lip en de
Voorzitter dachten er ook zoo over. Het
kreeg den schün, dat de heer Briët zich
van den aanval zou terugtrekken, toen
hij steun kreeg van mr. Aaiberse en hoewel
minder krachtig van de heeren Vergouwen
en Bosoh. De uitdrukking tot wederopzeg-
gens toe was dan toch niet zoo -onschuldig
xooeven aan den pen van den. secretaris ont
slipt, meende, mr. Aaiberse. Zij stond met
zoovele woorden in de statuten, welke hij
er op ra gezien had. Daardoor bekeerde
de heer Fokker, die eerst aan de aange
vochten uitdrukking niet veel"aandacht had
geschonken, ook. Inderdaad, de waardig
heid was er mee gemoeid en met 14 tegen
13 stemmen werd besloten geen lid aan te
wijzen, die in het bestuur der Leeizaal zit
ting zal nemen.
De Leeszaal zal dtts het cachet,,
dat een Raadslid, Daar mr. Aaiberse op
merkte, aan zhlk een instelling zóu kunnen
geven, moeten missen, Meri zal er het. be
stuur heel beleefd ikennis van" geven, zejde,
de Voorzitter.
Na deze door velen niet verwachte dis
cussie, die nogal wat tijd had gevorderd,
kwam men tot het voorstel van B. en Ws.
inzake de leiding van den op 1 Januari
1914 in te voeren gemeentelijken reinigings-.
dienst. Onze lezers kennen het voorstel. B.c
en Ws. willen den eigenlijken ophaaldienst
scheiden van de verbranding. Het eerste
moet ressorteeren onder den directeur van
gemeentewerken; de verbranding van het
vuil behoort ondergebracht te worden bij
de Gas- en Electriciteitsfabriek. Behalve
de heer Vergouwen was blijkbaar de ge-
heele Raad het met deze splitsing, dit o\*k
logisch uit den aard van het bedrijf volgt,
eens.
Maar dan kwam het verschil. Hier w^ren
er, zooals de heer Fokker met eenige over
drijving opmerkte, zooveel zinnen als hoof
den en juist daardoor stond de heer IIo re-
vaar sterk tegenover een verdeelde op po
sitie.
De heer Roem wiilde in overeenstemming
met de oorspronkelijke opvatting van de
Commissie van Fabricage ook den ophaal
dienst, den dienst in de stad, geheel los ma
ken van Gemeentewerken. Daarover heeft
hij met den heer Korevaar nogal heftig ge-
polimiseerd. En toch gelooven wij® dat in"
de praptijk het verschil tusschen hetgeen
de heer Roem wilde en wat door B. en Ws.
werd voorgesteld, zeer gering is. De groote
mate van zelfstandigheid, die aan den
adjunct-directeur zal worden gegeven,
maakt het oppertoezicht van den Directeur
en de Ingenieur van Gemeentewerken vrij
wel illusoir, tenzij wat wij in het belang
.-jam den dienst allerminst hopen, hun op-
•"■f^ttirfgen met elkaar in botsing mochten
In de practijk zal men dan toch een
afzonderlijken dienst krijgen. Bedriegen
wij ons niet, dan was dit ook de reden
waarom een andere groep zich tegen de
aanstelling van een adjunct-directeur van
gemeentereiniging verzette. Een verschil
van f 1000, waarmede de adjunct-directeur
boven een opzichter moet worden bezoldigd,
beteekent niet veel. Maar de tegenstan
ders vreezen met ons dat de dienst
nu veel meer samengesteld zal worden en
daatrdoor kostbaar. De heeren Van Grufcing,
Fokker, Sijtsma en Pera hebben dit in ver
schillende toonaarden gedemonstreerd. De
heer Pera deed het wel, heel kras en Het
zioh zelfs verleiden tot do al te practisohe
uitspraak, dat men van de grootste heeren
het slechtste werk kreeg, waartegenover de
he^r Aaiberse de om haar algemeenheid ook
weinig zeggende uitspraak plaatste, dat
goedkoop duurkoop is.
Drie der voorstanders" om nj et aan te stel
len *.en adjunchdirecteur, :maar te volstaan
met een eersten of hoofdopzichter, belichaam
den hun denkbeeld in eón' voorstel, waarvan
ten slotte twee overbleven: het voorstel-
Van Gfuting om eon eersten opzichter te
benoemen op een bezoldiging van f 1100
tot f 1400 e.n dat van mr. Fojkkër om een
hoofdopzichter te benoemen op gelijk salaris
als de hoofdopzichters in-andere takken van
gemeentedienst f 1700—f 2000. Daarbij
kwam nog het voorstel-Roem om den dienst
in de. stad geheel los' te maken van Ge
meentewerken en den te benoemen ambtenaar
den titel van directeur te geven. Of de
heer-Roem dien directeur ook het zeggen
schap over het verbrandingswerk wilde ge
ven, boven de Directie der Lichtfabrieken,
waardoor hij in het vaarwater yap den heer
Vergouwen zou zijn gekomen,' werd ons niet
duidelijk.
De heer Korevaar heeft het yoorstel van
B. en Ws. zeer warm en mpt groote zaak-
keDiiis verdedigd. Jammer, dat hij niet best
tegen bestrijding kan en-zich daartegen wat
al te prikkelbaar betoont? Een.en andermaal
in de rede gevallen,dreigde hij eens zelfs
van verdere verdediging te zullen afzien.
Zijn betoog kwam hier op-neer, dat de heeren
Sijtsma, Van Gruting, Fokken .en Pera zich
den dienst in de stad 'veel- té eenvoudig
voorstellen. We hebben daarbij bekwame lei
ding noodig, vooral wat Voor de practijk daar
noch do directeur, noch de ingenieur prac-
tische bedrijfsleiders -kunnen zijn. De heer
Fokker begreep dan niet hoe het met de
afdeeliDg Fabricage dan goed ging, omdat
deze z. i. éen. bij uitstekpractische afdeeding
is. Men moet zich den dienst niet zoo eenvou
dig voorstellen, zei de heer Korevaarer
zal bij te pas komen behalve het ophalen
van hek vuil -en hetr schoonhouden der stra
ten, het leegen van kolken' en riolen, het
uitdiepen van grachten, het sneeuwoprui men,
het Lieraurstelsel. de desinifectiedienst enz.
En als dé heer Sijtsma er op wees dat het
bagger werk nu wel zou worden aanbesteed,
dan merkte hij daar tegen op.dat ook daar
over liet gemeentelijk toezicht zal -móeten
gaan. Een zeer gewichtig punt, waarom B.
en Ws. tot een deskundig-leider komen is ook
de kwestie, van menging van het vuil, waar
door. het meer geschiktwordt voor1 vérbran-
ding, wat cloor denheer Sijtsma ccü zaak
van ondervinding wprd geacht. Men krijgt
toch geen man, .die, dit uit ervaring weet,
tenzij mén naar het buitenland gaat, meen
de hij.
Het komt. volgens den heer Korevaar ook
vooral op organiseer.end talent aan en dat
kan men niet. verwachten van een opzichter,
zooals wij er hier een hebben; wións capa
citeiten hij overigens ..zeer waardeerde. De
heer Korevaar ging zoover dat hij liever de
geheele nieuwe regeling introk, dan het zon
der den door B. en Ws. begeerden adjunct-
directeur te moeten stellen.
Een krachtigen bondgenoot kreeg hij ten
slctte in mr. Aaiberse, die de kwestie trou
wens zeer in 't algemeen behandelde. Do
heer Korevaar heeft de geheele voorberei
ding meegemaakt en wij moeten derhalve op
hem afgaan en bij de organisatie van dezen
dienst niet al t.e karig zijn. Particnlicren
verbinden aan hunne bedrijven in den regel
ook goed onderlegde en ruim betaalde be
drijfsleiders. En de gemeente mag niet an
ders deen. -Hij vond h,et salaris nog eer te
laag dan te hoog, en hij. zou zich niet ver
antwoord achten tegen het voorstel van B.
en Ws, in te gaan. Met deze uitspraak ste
gen de kansen van het voorstel van B. on Ws.
aanmerkelijk. De heer Aaiberse heeft ge
woonlijk eenige léden achter zich en dit
bleek ook nu het geval te zijn.
Do heer Vergouwen, die door den Wet
houder van Fabricage met talent was bestre
den, ten opzichte van het denkbeeld om de
geheele zaak in één hand te brengen, liet dit
nu varen en bleek met de aanstelHng van
een adjunchdirecteur ook verzoend, wiens
positie hij eenigszins vergeleek met die van
den algemeenen markt- en havenmeester.
De bestrijders bleken echter noch door den
wethouder, noch door mr. Aaiberse overtuigd.
De heer Roem meende zelfs, dat hij in het
geheel niet door den wethouder beantwoord
was. De heer Korevaar zei de dat zij
zcoals we boven ook al reeds opmerkten
het eigenlijk vrij wel eens zijn.
Ten slotte, toen de meesten tweemaal en
enkelen zelfs voor de derde maal het woord
hadden gevoerd, waardoor het debat vrijwel
uitgeput raakte kwam de voorzitter nog
het voorstel van B. en Ws. met een gemoe
delijk en toch frisch speechje verdedigen.
De heer Van Gruting, hoewel' nog niet
van ongelijk overtuigd, trok zijn voorstel
eindelijk in en zoo bleven alleen over de
voorstellen Fokker en Roem.
Het eerste werd verworpen met 19 tegen
8 stemmen, die van de heeren Botermans,
Van der Eist, Fokker, Van Gruting, Pera,
Roem, Sijtsma en Zwiers. Dat van den heer
Roem kreeg nog twee voorstemmers minder,
nl. de heeren Van der Eist en Sijtsma.
Het voorstel van B. en Ws., splitsing van
het bedrijf, en aanstelling van een adjunct-
directeur. op een jaarwedde van f1800
f 2400, werd nu zonder hoofdelijke stemming
aapgenomen, en het voorstel te beslui ten
den nieuw tc benoemen adjunct-directeur
vanaf een nader door B. cn Ws. te bepalen
datum tot zijn definitieve indiensttreding als
adviseur in dienst der gemeente aan tc stel
ten, tegen een bezoldiging, gelijkstaande met
de helft van zijn aanvangssalaris, werd
ten slotte aangenomen mot 20 tegen 7 stem
men.
Het succes van B. en Ws. was dus verder
volkomen, evenals verleden week met het
voorstel omtrent de plaatsing van de Hoo-
gere Burgerschool. Den lieer Korevaar, die
beide voorstellen voornamelijk heeft moeten
verdedigen, komt daarvan de grootste eer
toe. - Meer "nog'dan de verdediging zelf, heeft
hij deze -overwinningen te danken aan het
vertrouwen dat de Raad in dezen wethouder
stélt, en dit maakt voor hen het suoces nog
grooter.
Hét voorstel tot intrekking der verordening
regelende het van gemeentewege doen weg
ruimen van sneeuw en-ijs- van den openbaren
weg, voor pi\ langs particuliere peroeolen,
die zich nimmer in de bijzondercr - gunst
van do burgerij heeft mogen "verheugen en
do gemeente heel wat kosten en rompslomp
heeft veroorzaakt, werd vervolgens aange
nomen De Commissie van Financiën, die in
deze verordening voor de burgerij een groot
belang zag, wilde het nog eens beproeven,
waarom de heer Fokker haar steunde. Deze
wilde propaganda voor de verordening maken
en, sommige raadsleden wenschten hem daar
voor tot propagandist aan te stellen om er le
zingen voor te houden. De heer Corts vond
het ouderwetsch, nog passend voor een plat
telandsgemeente, dat de particulieren zelf
voor sneeuwopruiming pioeten zorgen. Zoo
iets moet zonder kosten voor de particuHeren
van gemeentewege geschieden.
Het denkbeeld is heel mooi, zeide de
Voorzitter, maar liet zou de gemeente veel
kunnen kosten en de inmiddels gedunde
Raad had ondanks de wetenschap dat er
subiet f 500,000 zou wordeu geleend, een be
vlieging van zuinigheid, zoodat zij met 15
tegen 9 stemmen tot opheffing der veror
dening besloot, zonder meer.
Misschien komt het denkbeeld van den
heer Corte straks bh de organisatie; van den
nieuwen reinigingsdienstnog wel tot zijn-
recht.
Het zou ons het best toelijken. Als de ge
meente in het midden van de straat aan
het opruimen gaat is het toch' niet zooveel
meer moeite dat ook de stoepen en trottoirs
voor particuliere woningen schoongemaakt
worden. De aanzegging der politie uit
naapg van den burgemeester om sneeuw op
te ruimen of zand of asch te- strooien is
toch waarbjk wel een beetje uit den ouden
tijd.
Het voorstel tot intrekking der verorde
ning houdende 'voorschriften in gevolge art.
37 der pandkuiswet en vaststelling van een
andere verordening, dat om te gemoet te
komen aan de door Ged. Staten geopperde
bezwaren, ging er vlot door. Dit leek niet
het geval te zullen zijn met een andere ver
ordening, die na invoering der zedelijk-
heidswetten overbodig schijnt te zijn ge
worden, volgens B. en Ws. De heer Briët
vroeg er het woord over, en kon zich niet
tot een enkele opmerking bepalen. De Voor
zitter achtte het daarom maar beter dit
punt uit te stellen tot een volgende verga-
dieringj waartegen geen bezwaar kon be
staan.
,,Als u de vergadering dan maar niet op
a. s. Donderdag uitschrijft," riep de heer
Rcem, „want wij hebben nu waarlijk in
deze maand al. genoeg vergaderd.'' De
Voorzitter was dit ook niet van plan.
Reeds hadden de heeren Kun portefeuil
les al gepakt, boen bij de rondvraag de
tongen van enkele leden nog los kwamen.
De heer Aaiberse vond het nu met al het
tramverkeer bij het station wel heel groob-
stee»dsohi maar vooral des avonds als men
zioh vanaf het station stadwaarts begaf
niet zonder gevaar. Men is dan geneigd den
kortsten weg te kiezen en loopt gevaar mét
een der vele trams in aanraking te komeoa.
Hij- wilde nu niet het verkeer belemme
ren, maar een voetpad aanleggen met in
het oogloopende steenen, waarlangs de
voetgangers zioh zullen kunnen bewegen
zonder groot gevaar te loopen -onder de
Noordwijlksche, de Katwijksohe of Leidsche
bram te geraken. Of het veel zal helpen,
weten wij niet, in ieder geval zal het dan
zaak zijn, dat de menschen, die met de
faatste treinen uit het Haagje kbmenl net
pad recht weten te houden.
De hoeren Zwiers en Fokker vertolkten
nog eens de af en toe geopperde klachten
over het ongeregeld rijden van de tram en
de heer Vergouwen stelde heel gewichtig
B. en Ws. in kennis met hetgeen de Mi
nister van Binnenlandsohe Zaken had ge
zegd in de Tweede Kamer ter opzichte van
het Ethnographisch Museum, ni. dat hij
gaarne aanbiedingen ook uit andere ste
den zou ontvangen voor plaatsing van dit
Museum. B. en Ws. zouden natuurlijk al
de gemaakte opmerkingen ernstig overwe
gen. Zouden we nu bij de twee monumen
tale gebouwen op het Raamland nog een
derde krijgen? Wie weetl
De Voorzitter wensokte den heeren pret
tige Kerstdagen en een gelukkig uiteinde
en de heeren deden het hem wederkeerig en
zoo ging men heen. Eind goed al goed.
Leiden, 22 December.
Mejuffrouw Suze de Wekker is ge
slaagd voor Solo-zang M, v. T. te Leiden.
B. en Ws. van Rotterdam stellen den
Raad voor om in verband met de vacature
bij het gymnastiekonderwijs aan de H. B.-S.
voor meisjes, aldaar, met de tijdelijke waar
neming van de lessen in gemeld vak tijdelijk
te belasten mej. C. K._Kók, ie Leiden,
Tot lid van den raad der gemeente
Woerden is gisteren gekozen de heer D.
Engel met 387 stemmen tegen 334 op den
heer A. J. van Wijngaarden.
Beroepen is bij de N-d.-Herv. Gem.
te Hurwenen ds. C. Fontein, te Rilland-
Batk.
Mej. G. H. Punt, te Haarlemmermeer,
staat nuöimer één op een voordracht voor
onderwijzeres aan een openb. lag. sohoof
te Haarlem.
De voordracht voor hoofd der openbare
lagere school te Rijswijk, Zuid-Holland,,
luidt als volgt: J. Baak, hoofd eener school
te Hillcgersberg2. C. W. Hubregtsen
hoofd eener school te Vreeswijk3. W. H.
Visser, onderwijzer te Delft.
Er is door meer dan 100 personen uit
verschillende deelen des lands naar deze be.
trekking gedongen.
De Koningin-Moeder zal bij de over
brenging van het stoffelijk overschot vaa
den vice-president van den Raad van State
jhr. mr. Van Swinderen, vertegenwoordigd
worden door Hr. Ms. kamerheer mr. S. B.,
W. graaf van Limburg Stirum.
H. M. heeft gisteren een grafkrans aan
het sterfhuis laten brengen.
Het stoffelijk overschot zal Zaterdag
ochtend ongeveer halftien van het sterfhuis
in het Lange Voorhout in Den Haag naar
het Staatsspoorstation wordèn gebracht,
ten einde naar het familiegraf te Noord-*
laren, bij.-Groningen, te worden vervoerd!.
Aan de overbrenging van het stoffelijk
.overschot naar het station zal morgenoch
tend ten huize van den overledene vooraf
gaan een eenvoudige lijkdienst, welke o. a.
zal worden bijgewoond door den Prins en
den vertegenwoordiger van de Koningin-
Moeder, die beiden in rijtuigen den begra
fenisstoet naar het station zullen volgen.
De stoet zal door Lange- en Korte Voor
hout, langs de Princessegraeht, liet Bezui-
donhout en door de Rijnstraat den weg
naar het station nemen.
De 1ste klasse wachtzaal zal gereserveerd
worden om daar de autoriteiten,'- die den
overledene als laatste eerbewijs uitgeleide
wensohen te doen, te vereenigen.
Door deze wachtkamer zal de lijkbaar
over het perron naar den trein worden ge
dragen.
De trein vertrekt te 10 u. 5 min. van
's-Gravenhage, terwijl de aankomst aan
het station te De Punt is bepaald op 2 u.
19 m. Van laatstgemeld station heeft dan
verder de overbrenging plaats naar Noord-
Laren.
De Koningin-Moeder heeft gistema-
nuddag in audiëntie' ontvangen den minis
ter van buitenlandsche zaken en den minis-i
ter van justitie-
Men maakt er ,,De N. C." opmerk
zaam op, dat de gift, die de Koningin bij
gelegenheid van het 300-jarig bestaan der
Ev.-Lu-th. Gemeente van Den Haag aan
den kerkeraad deed toekomen, geheel over
eenkomstig het verlangen van H. M., uit
sluitend ten goede is gekomen aan de
extrar-uitdeeling ten behoeve der armen,
weezen en oudelieden dier Gemeente. De
mededeeling, dat een gedeelte van oe vors-
telijike gift ter bestrijding van de restaura
tiekosten van de kerk is aangewend, was
dus onjuist.
Voor de benoeming tot secretaris van:
de gemeente Zwolle bevelen B- en Ws. aan:
1. mr. dr. G. van Leyden, secretaris van
Zu-tfen, en 2. mr. dr. G. A. W. ter Pelk-
wijk, commies-redacteur ter secretarie
van Arnhem.
Blijkens telegraphisch bericht is de
kapitein der infanterie van h'et Ned.-Indi
sche leger I. E. Collard bevorderd tot ma
joor.
Te Nieuwediep is aangekomen het
pantserdekschip Gelderland" gekomen uit
de Middellandsche Zee.
De Asser Ct." noemt als de onder
officieren, aan wie binnenkort vergunning
zal verleend worden om zich buiten dienst
in burgerkleeding in het openbaar te ver-
toonen, adjudanten-onder officieren en daar
mede gelijkgestelden en onderofficieren
van hoogeren rang. De overige onderoffi
cieren op Zon- en feestdagen en gedurende
den tijd dat zij met verlof afwezig zijn vaa
de korpsen.