N0.15W4,
X.E5IDSCIX BACs-BÏjA©, Smsdag 12 H©®sn£bsr.
Tw©s3® Blad,
Buitenlandseh Overzicht
In
Tweede 'Kamer.
FEUILLETON.
De liefde is sterker dan de dood.
Asm© 1911.
Engeland is een merkwaardig land;
geen beminnelijk land. Wij beschouwen het
hier alleen in zijn internationale positie,
'de sterk is. Een uitgebreid koloniaal bezit
geeft bet op schier alle deelen onzes aard-
bols vasten voet, en vandaar de gewoonte
der Engelschen om in alle kwesties ook tus-
echen andere mogendheden mee te spreken.
Men gaat gmnjnoo iets wennen. Daar is Ma
rokko, Engeland houdt achter de schermen
de draadjes; daar is Tripoli, Engeland is
'er bij, want Egypte ligt in de buurt; daar
is Perac, Engeland en Rusland deelen wel
haast het armzalige land; daar is een kwes
tie tfusschen Frankrijk en Spanje oveT Ma
rokko, de Enge'lsche gezant woont de on
derhandelingen bij. Wij zouden door kunnen
gaan, maar het is reeds genoeg. Engeland
bemoeit zich met elk wereldstandje en pro
fiteert er van.
Er is voor dit alles veel schranderheid,
Veel durf, veel koelbloedigheid noodig.
Maar beminnelijk is anders.
Beginnen wij voor heden met den E n-
gelschen Koning. Hij heeft, zooals
wij reeds meedeelden, zijn plechtigen in
tocht gehouden in Delhi. Deze week zal hij
er gekroond worden.
De Engelsche bladen staan natuurlijk vol
lange en opgewonden verhalen over den in
tocht. De vorstelijke personen begaven zich
van het station dadelijk naar het oude fort
'der Moguls. Door kanongebulder en gejuich
der menigte werd de nadering van den stoet
aangekondigd. Door een haie van met dia
manten bezaaide, in schitterende kleuren
gekleede vorsten schreden de koning en de
koningin naar den gereedstaanden troon.
Toen zij gezeten waren, werden de Indische
Vorsten voorgesteld; voorop ging de Nizam
Van Hyderabad, in zwarten rok en witten
'das, met een gelen tulband op het hoofd, en
als uitzondering, geen enkele ridderorde,
geen enkele diamant. Maar de anderen had
den er des te meer. De Begum van Bhopal,
geheel in het blauw, de Radja van Bhawal-
pur die bijna bezweek onder den last van
zijn paarlen en diamanten op zijn zijden
gewaad...
Veie vorsten legden hun zwaarden op de
(treden van den troon. Eón der vorsten,
wiens hoofd met een gouden pagode bedekt
[was, nam een wonderbaren, prachtigen
'öjaai van zijn schouders en breidde dien
Voor den troon uit, als een geschenk.
Het moet een vertooning van duizeling-
Wekkende pracht geweest zijn.
Schril hiertegen af steekt een ander be
richt omtrent m u i t e r ij aan boord van
de ,,M e d i 11 a", het schip, waarmee het
Koningspaar reist.
Dit heeft vooral opzien gewekt, daar de
bemanning uit de beste matrozen was sa
mengesteld. Doch het logies in het midden
dek was zoo slecht, dat de matronen den
'dag vóór het vertrdk verzochten om bij dag
te mogen slapen, daar zij het 's nachts in
het slecht geventileerde logies niet konden
uithouden,, waar zij bovendien als haringen
cn een ton waren opeengepakt. De stokers
hadden geen badgelegenheid, en de toe-
etanden voor het volk waren slechter dan
Op de oudste zeilschuit uit de eerste dagen
der scheepvaart.
Woensdag zal hierover aan Winston
Churchill in het Lagerhuis een vraag wor
den gedaan; met spanning wordt het ant
woord daarop te ge moet gezien.
Een zucht \an verlichting is in Engeland
Opgegaan. Het gevaar voor een staking
van postbjöambten in Engeland,
nog wel tegen Kerstmis, den druksten tijd
van het jaar, is voorloopig afgewend en
wel ten gevolge van de verzoenende hou
ding van den Eersten minister, die beloofd
heeft aan een Select Committee" in de
eerstvolgende zitting een onderzoek naar
de grieven der beambten op te dragen.
een Zondag te Birmingham gehou
den vergadering, waar 80.000 beambten
vertegenwoordigd waren, heerschte groote
Vreugde, toen medegedeeld werd, dat het
vermoedelijk niet noodig zou zijn tot uiter
ste maatregelen Over te gaan.
De spoorwegoonferentie heeft op grond
van het rapport der apoorwegoommissie een
beslissing genomen.
De voornaamste bepalingen daarvan zijn,
dat de arbeiders door de spoorwegdirecties
moeten worden ontvangen, veertien dagen,
nadat zij een desbetreffend verzoek hebben
ingediend en dat onderteeikening van dit
verzoek door 25 procent der arbeiders niet
noodig is.
Wanneer wijzigingen van loon of dienst
tijd zullen worden ingevoerd, moeten de
arbeiders minstens een maand van te voren
daarvan aanschrijving ontvangen.
Losse arbeiders worden bij het uur be
taald op den grondslag van het minimum
loon der vaste.
De verzekeringswet van IJoyd
George, waarover zoo veel te doen is ge
weest, is door het Hoogerhuis thans in
tweede lezing aangenomen.
Lord Lansdowne verklaarde, dat hij, hoe
wel het beginsel van de wet aanvaardend,
alle verantwoordelijkheid voor de afzonder
lijke bepalingen van de hand wijst.
Daareven noemden wij de onderhandelin
gen tusschen Frankrijken Spanje
over Marokko. Het schijnt er precies
mee te gaan als met de Fransch-Duitsche,
d.w.z. even geheimzinnig en even lang
dradig.
TJit Madrid wordt aan de Petit Pari-
sien" gemeld, dat de Spaansche regeering
de voorstellen van Frankrijk, zooals die
thans geformuleerd zijn, van de hand heeft
gewezen. Spanje is er Frankrijk dankbaar
voor, dat het heeft afgezien van de eischen,
die krenkend zijn voor Spanje's nationale
eer, maar acht desniettegenstaande de ver
langde schadeloosstelling overdreven.
Wij kunnen nu voorloopig de volgende
berichten verwachten.
De minister van buitenlandsche zaken
heeft den Franschen gezant het antwoord
van Spanje betreffende de door Frankrijk
voorgestelde grondslagen medegedeeld.
De minister had in liet Fransche gezant
schap om half twaalf een onderhoud met
den gezant Geoffray, die licht ongesteld is.
De Engclsche gezant was er bij tegenwoor
dig.
Men neemt een stilzwijgende houding in
acht.
Men houde ons ten goede, als wij ons
over deze onderhandelingen niet al te druk
maken.
Ten aanzien van Portugal komt
merkwaardig nieuws.
Fabra Ribas, een der medewerkers van
de „Humanité,'' begint in dat blad een
reeks onthullingen over de contra-revolutie
in Portugal. Hij verhaalt, dat de jongste
pogingen tot herstel der monarchie ge
steund werden niet alleen door de Portu-
geesche aanhangers van koning Manuel en
don Miguel, maar ook door de Fransche
royalisten, de omgeving van deq. Duitschen
Keizer misschien door den Keiz-er zelf
de Duibsche katholieke partij, koning Al
fonso en de Spaansche monarchisten. Om
trent de rol, die elk dezeT in de samenzwe
ring heeft gespeeld, zullen in volgende
artikelen, nadere mededeelingen worden
gedaan.
De schrijver brengt in herinnering, dat
koning Manuel vóór de revolutie Spanje en
Engeland om hun hulp had verzocht en,
na van Engeland een weigerend antwoord
te hebben ontvangen, Duitsehiand had ge
vraagd twee of drie slagschepen te zenden
ter verdediging der Portugeesche dynastie,
waartegen de koning den afstand van de
Portugeesche kolonie Angola aan Duitseh
iand in uitzicht had gesteld.
Rusland j-Ragt de Polen weer eens
in het harnas.
De Rijksdoeraa heeft een wetsontwerp,
betreffende het stedelijke zelfbestuur in
Polen, aangenomen, waarin alle van de
zijde der stedelijk© besturen met regcerings-
overheden te wisselen schriftelijke stukken
in de Russische taal zijn te stellen. Mon
delinge uiteenzettingen in de stadsdoema's
of in de stedelijke besturen 'kunnen in de
Russische of in de Poolsche taal geschieden.
De voorzitter van de sta-dsdoema moet de
vergadering in het Russisch leiden.
De Amerikanen beginnen, na al het
oorlogsrumoer, dat difc gausche ja-ar nu al
gehoord wordt, ook eens naar hun leger
te zien.
De minister van oorlog, Dickinson, ver
klaart in rijn verslag, dat een oorlog met
een groote mogendheid de Verecnigde Sta
ten zoo goed als onvoorbereid zou vinden.
Dit was grootendeels aan de omstandig
heid toe te schrijvenf dat het leger over de
talrijke posten in het binnenland verstrooid
was, en een gebrek aan reserves bestond.
Het verslag verklaart zich beslist voor het
toestaan van een werving ook voor korter
tijd dan drie jarei^ om zooveel mogelijk
mannen den geregelden dienst te laten door
maken en een sterk leger, van burgers op te
bouwen.
Als alle fceekenen niet bedriegen, dan "s
het einde van de revolutie in Chi-
n a in zicht, daar men aan beide zijden het
bloedvergieten moede is en bereid tot 1- t
doen van ooncessies.
In al de Chineesohe nieuwsbladen was
gisteren, naar uit Woetsjang werd gemeld,
een advertentie opgenomen, waarin o.
wordt gez?egd.Generaal Li en de vereenig-
de revolutionairen zijn ten sterkste ge
kant tegen het aanblijven van de Mandsjoe-
dynastie. Li zelf is voor een republiek,
maar de geheele partij is het er over eens,
dat een einde moet komen aan het bloed
vergieten en zal dus persoonlijke wenschen
gaarne ten offer brengen, ten einde, zoo
mogelijk, ontbinding van het groote rijk
te voorkomen. De revolutionnaire partij
zal zich schikken naar den wensch der meer
derheid, wanneer deze een constitutioneel e
monarchie wenscht en zal geen bezwaar ma-
Qoen, wanneer Joean Sji Tai of een ander
Chineesche leider, wien. zij haar vertrouwen
kan schenken, de regeering met een con
stitutioneel parlement zou willen aanvaar
den. En uit Peking wordt bericht, dat
Tang-Sjao-yi Zondag van daar naar Woets-
sjang ij vertrokken, voorzien van uitgebrei
de volmachten tot onderhandeling met de
revolutionnairen. De regeering, zoo heet
het verder, vertrouwt, dat de opstandelin
gen de instelling van een beperkte monar
chie zullen goedkeuren en is bereid tot het
doen van concessies.
Waar dus van weerszijden zooveel goede
Wil wordt betoond, zal vermoedelijk een
schikking zich niet lang meer laten wach
ten.
Vergadering van Maandagnamiddag.
W atersfcaatsbegrootiiig.
De heer Vor sierman van Oy e n
vraagt voldoende gelegenheid voor zee
schepen om te Ter-Neuzen te lossen en. po
gingen om te voorkomeu, dat Belgie de
spoorweg-tarieven verhoogt.
De Minister zegt, dat de belangen
van. Ter-Neuzen, voldoende gewaarborgd
rijn hi het exploitatie-contra-et omtrent de
Iiaven en «dat met België wordt onderhan
deld over de spoorweg-tarieven.-
Dc hoer Smeeage wen&oht overne
ming door liet Rijk run het Noord-Willems-
Kanail. De heer T r e u sluit zich hierbij
aan.
De Minister heeft geen bezwaar,
doch het is zeer duur.
De heer S ni e e a g e pleit voor verbete
ring van het Meppeïerdiep, heer D u y-
m a e r v a n Twist eveneens.
De Minister zegt, dat hij het mis
schien nog meer dan de sprekers betreurt,
dat er nog geen oplossing is gevonden.
Intusschcn komt de zaak nu spoedig in
orde. Als er een waterschap gevormd is,
zal de lJegeeriog met een wetsontwerp kun
nen Ikomen.
De heeren .Smeenge, Roessingli
en H u g c n h o 11 z dringen aan op een
brug van Rijkswege over de Beiier vaart,
waaromtrent echter de Minister geen
toezegging kan dc-u.
De heer Van Dedem wenscht o. a.
breédere wegen ter voorkoming van de ve'e
au toni «biel-ongelukken.
De lieer Ter L aan acht het'ook noo
dig, dat maatregelen genomen worden om
het automobielverkeer zoodanig te regelen,
dat meer waarborgen voor de veiligheid ge
geven worden. Hiervoor rijn drie genees
middelen mogelijk: het stellen van eischen
van bekwaamheid aan den chauffeur; in
trekking van het rijbewijs van hen, die
roekeloos rijden; aansprakelijk-stelling van
de inzittenden of van de eigenaars van
automobielen of van de lastgevers, voor de
ongelukkent die zij veroorzaken. In ver
band hiermede besprak hij het ongeluk,
dat op het Copernicusplein te 's-Graven-
hage voorviel, waarbij eea meisje werd
doodgereden. De Minister zegt wel in de
stukken, dat deze zaa'k goed onderzócht is;
ma-ar cpreker weet, dat er twee personen
niet door de politie gehoor-d zijn, die zrch
vrijwillig hebben aangeboden, om.'te getui
gen wat zij hebben gezien "van deze nood
lottige aanrijding. Het was de auto van
mevrouw Harte van Tecklenburg, en er
is aan de familie van het meisje geen scha
devergoeding aangeboden.
De Minister was het volkomen eens
met hen, die meenen, dat er in het alge
meen te snel gereden wordt door automobi
listen, zoadat de mindere sympathie jegens
de automobilisten wel eenigsrins begrijpe
lijk is. En het eigenaardigst is wel, dat zij,
die het minst haast hebben, het hardst jij
den. fnt-usschen valt daartegen te waken
door de "gemeentèn, die de bevoegdheid
hebben gekregen tot beperking der snel
heid. Eet stellen van eischen van bekwaam
heid aan chauffeurs zou geen resultaten
opleveren, want in het feit, dat een chauf
feur netjes achteruit of vooruit kan rijden
of snel stoppen e. d., ligt nog niet een
absolute- waarborg, die verband houdt met
den tact en het zenuwgestel van den chauf
feur, dat deze tot rijden bekwaam is. De
overige door den heer Ter Laan aangege
ven middelen kunnen reeds thans worden
toegepast, maar liggen meer op het terrein
van het Departement van Justitie, evenals
het gebeurde op het Copernicusplein.
De heer Dolk bepleit nogmaals af
schaffing van den tol aan het Haagsch©
Schouw, door afkoop.
De Minister verklaart, dat er op her
oogenblik geen kans bestaat den tol op
voordeelige voorwaarden door afkoop op
geheven te krijgen.
De heer De Stuer s betoogt, dat h X
niet noodig is bij aanstelling van adjunct-
Rijksbouwmeesters als vereis.chte to stellen
het bezit van het ingenieurs-diploma, waar
door verscheidene belkwame architecten
worden uitgesloten.
De Minister acht het bezit van het.
diploma der Technische Hoogeschool moe
dig, maar een wet van Perzen en Meden
is het niet.
Bij art. 125 (Gebouw van het Departe
ment van Landbouw, Nijverheid en Hancrel)
wonden tevens de besprekingen gehouden
over het wetsontwerp tot verklaring van
het algemeen nut der onteigening in de ge
meente 's-Gravenhago, noodig voor het
stichten van een gebouw voor dat Departe
ment.
De heer De V l u g'X acht de Kamer niet
het geschikte lichaam, om over deze plan
nen te oordeelen, en wil daarom een spe
ciale deskundige commissie, om dc plan
nen te onderzoeken.
De heer De S t u e r s is niet zoozeer voor
een dergelijke commissie, maar drukt deu
Minister toch op het hart, om de teekenin-
gen voor het Ministerie-gebouw aan den
Beznidenliout, waar het hiér gaat om een
kwestie van 8 ton, door deskundigen goed
te laten nazien. De Minister ga niet over
ócn nacht ijs in dene.
Voorts zou hij een algemeen plan wen
schen voor de vestiging van onze Departe-
inen tsgebouw en.
De M i n i s t e r wil het denkbeeld van
beide sprekers, neerkomende, op het hoo'ren
in elk geval van deskundigen, overwegen.
Ook wil hij toezeggen, de plannen tijdig ter
visie te leggen.
Een algemeen plan acht de Minister al
leen noodig voor -het complex op het Bin
nenhof; niet voor op zichzelf staande ge-
boawen.
Het artikel wordt goedgekeurd, evenals
het wetsontwerp, beide zonder hoofdelijke
stemming.
Des avonds te acht uren voortzetting.
De behandeling der begrooting ig jena-
derd tot de afdeeling Spoorwegen.
Avondvergadering
De behandeling van de
Waterstaatsbcgrootiag.
werd voortgezet.
Bij de afdeeling Spoorwegen werf,
op voorstel van den Voorzitter, be
sloten, het rapport van de Staatscommissie
over het spoorwegbeleid thans niet te be
spreken.
De heer Roessin gh besprak, het te
kort aan spoorwegmateriaal, vooral ten
plattelande, welk tekort sohade berokkent
aau den landbouw en de volkswelvaart en
vooral aan den export van onze landbouw»
producten. Vooral in Drente is de toestand
bij het vervoer van aardappelen n rat
Duitsehiand onhoudbaar gebleken. Trou
wens, overal hoort men klachten over ecu
tekoTt aan wagons. Spreker vroeg een on
derzoek en krachtig ingrijpen van den Mi
nister:
De heer Rink: Dat ten gevolge van het
niet voldoende rekening houden bij het
spoorwegverkeer met de eischen van bet
locaal-verkeer en het platteland de vesti
ging ten plattelande niet t°eneemt vooral
bij de vaststelling der spoorwegdienst rege
lingen, daaraan kan de Regeer;ng veel
doen. In het bijzonder in het noorden des
lands voldoet liet locaal-verkeer niet aan
minimum-eischen.
De heer Smeenge dankte voor het hi-<
leggen van de locaaltreinen Meppel, Gro
ningen, Leeuwarden. Hij betoogde voorts,-
dat de school-abonnementen te duur zijn,
bepleitte verbetering op het traject Zwolle
Groningen, het aanbrengen van meer reti
rades in de locaaltreinen naar het noorden
en vervanging van oud materiaal.
Spreker vestigde nog de aandacht op een
adres der Handelsreizigersvereeniging te
Rotterdam, ten betooge, dat door de veri
hooging der vrachtprijzen het bagagever-
voer is afgenomen. Spreker vroeg voorts
vérbetering van 't station Nijeveen en meer
spoed met de tot-stand-koming van de
Drentsch-Friesche lijnen, aanleg van de
lijnen SteenwijkBlokzijl, met oen zijlijn
naar Wanneperveen.
Eindelijk critiseerde spreker ook het ge
brek aan materiaal.
De heer J a n s e n (Maastricht) besprak"
den toestand van het spoorwegpersoneel cn
bepleitte in dit verband handhaving van do
oommissie van beheer yan het pensioenfonds
bij de S.S., waaraan het personeel is ge
hecht. Handhaving dier commissie achtte
spreker, en hij zette dit breedvoerig uiteen,
niet in strijd met het Staatsbelang. De com
missie heeft recht van medezeggiugschap,-
geen recht van zelfstandige beslissing.,
Spreker achtte loonsverhooging n nodig,
betere regeling van de standplaatstoelagen
en afschaffing van stukwerk', zoomede ver
betering van de diensttijden. Ook de positie
van het tramwegpersoneel eischt dringend
verbetering.
Tot de verkeersbel'angen komende, be
pleitte spreker de urgentie van lijneu in
Zuid-Limburg in het belang van het mijn-,
wezen, speciaal aanlog van een lijn Echt—
Weert; voorts openstelling der lijn Sini-
pelveldKerkrade, ook voor het personen
vervoer, en doortrekking van de kolcnlijn
Heerlen naar de staatsmijnen.
De heer Snoeck II e n k o m a n a
wensch te, dat de groepsvertegenwoordiging
zoo de directiën haar verzoeken afwijzen,
kon worden gehoord door den Minister.
Voor het scheidsgerecht wensohte hij een
permanente voorzitter en secretaris, ter
wijl de gestrafte de bevoegdheid moet heb
ben, zijn scheidsrechter te kiezen uit. hot
geheele personeel. De commissie van be-,
lieer voor het pensioenfond!* moet gehand
haafd worden als oommissie van advies.
De heer Teenstra sprakden wensch'
uit, dat de Minister in geen geval de lijn
DrachtenGroningen na de lijn Drachten
Leeuwarden in exploitatie zal doen ne
men, doch die lijn zal laten exploitecren,
zoódra zij berijdbaar is. Na een oritiek op
de spoorweg toestanden in het Nocvden
sloot spr. zich aan bij den heer Rocsaingh
i)
„Neen, ik biyf er b|J, bier most een of
andere geheimzinnige macht verbolgen z|jn.
Het most hier «pokon. Q(j kant mij dat niet
uit het hoofd praten."
Z(J, die zoe eprak, waa een jong meieje,
bloeiend als een Meiroos, en terwijl 'U sprak,
sclireod xjj met lucbligen tred heen en weer
door het boege woonvertrek, dat er met het
behaaglijk knetterende haardvuur in tagenatel-
ling van den eneeuwetorm buiten heelemaal
niet geheimzinnig of spookachtig uitlag.
„En waarom zeu het juist hier moeten
spoken?" vroeg de jonge vrouw, die bij het
haardvuur zat, terwijl de oude hoer met g,y-
zenden baard en groen jachtkieed, die tua-
echeri zijn atevige, vorbruinde vuisten een
dagbiad hield, eventjes In zj|n zetel onrustig
heen en weer echikte en eer, paar onver
staanbare klanken in zyn langen baard mtm-
palde.
„"Waarom juist hier?" herhaalde het jange
meisje verbaasd. „Dat is toch duidelyk. Spe
ken en geheimzinnigheden zyn immers privi
leges van alle eude kaeteelen. Geen enkel
(asosnlyk oud kateel, of het heeft zijn epoek.
Waarom zeu dit slot dan een uitzondering
op dien bekenden regel maken?"
„Zoo? Uinl", bromde de oude heer, in
een gemengde stemming van luim en beet
heid. „Dat heb ik mijn heele leven lang neg
nooit geheord.
„Och kom, niet mogelijk", zei het jonge
meisje, ongeleevig glimlachend. „Zie au een»
ik maak formeel jacht op spoken en geesten.
Wanneer ik by vrienden en kennissen ga
logeeren, kiea ik opzettelyk de belooverde
kemers, waar het epoken moor. Men voor
spelt my dan gewooniyk de varschrjkkeiyk-
ste dingen en er gebeurt nooit lelt. Ia dat
niet onbeliooriyk van de syd* der spoken?
Ia dat niet een allerteuriget pech? En nu
ben ik hier gekomen en gij vraagt mil, Sophie,
waarom liet hier zou moeten spoken. Hoe
kunt gy zoo'n vrasg doeD? Begrijpt ge dat
dan niet? Een stokoud kaetool, zooaie dit,
dat kaizer Karei de Groote bezocht heeft,
naar men zogt
„Niet „naar men zegt," Ruth! Dat keizer
Karei de Groote bezocht heeft, in gezelechap
zelfs van zyn eebtgeneote."
„Nu, kyk eens aan! Ean atokoud kasteel
due, waarin Karei de Groote nog heelt gelo
geerd oen kasteel dut, dat op ean ryk his
torisch valladen mag terugzian, dat vol eudt
kerkerruimtan zit, waar man In do Middel
eeuwen volgons de tesn geldende begrippen
de gevangenen den hongerdoed deed sterven;
een kae'.esi, wair de ridders byeenkwamtn,
wie weet, om welks samenzweringen op teuw
te zetten, misschien om den Keizer, den
Hertog ef den Markgraaf te varmoardaneen
kasteel, waarin ean kaataalvrouwe daer een
gewetenleozsn kasteelheer werd vermoord,
waarin een ontvluchte hertegsdochter moord
en doedsiag en oorlog en brandstichting ver
oorzaakte, e, gy ziet wel, ik heb de hietorie
van dit slot reeds goad in uityn hoofd ge
prent en in zulk een kasteel sou het niet
speken? Zulk een kaateel zeu geen geest
bezitten, die ep bepaalde uren en bepaalde
plaatsen varaebgat en licktgeleevigen doeda-
Ijjken schrik inbeazsast? Neen, dat zou on
mogelijk zyn. Belachelijk, Het zou eenvoudig
een onvergeeflijk affront zijn, dat de spoken
ons aandeden, indien zy dit geschledrjke slot
links lieten liggon
Terwijl het jonge meisje aldus praatte, wis
selden de oude lieer aan do taf ->1 on do jonge
vrouw aan den haard een blik van vorstand-
bonding. Hy was do lieor van dit oude, feudale
kasteel en van de uitgestrekte aanhoorige lan
derijen en bosschon, tevens „Erb Oberjager-
meister" van den vorst des lande; graat von
Wottorau was zyn naam, een natm, die aan
goedon klank had onder da vele arietooratiacbe
famiiios van het land. Zyn dochter, gehuwd
met ritmeester von Bergen, was naar huis
gakomen, om er de Kerstdagen door te brengen,
en zy had de zuster van haar echtgenoot
medegebracht, Ruth von Bergen, dis zooevtn
zoe oneerbiedig en laatdunkend ever de
•pekenwereld in 't algemeen en ever de gees
ten van kasteel Wetterau in 't byzonder had
gesproken.
Toen Ruth ophield te spreken, kuchte graaf
von Wetterau aven. Hy wierp zUa dochter eau
vaalzeggtndan blik toe en hiald enmiddeliyk
da courant wear veer zyn gelaat, waarmede
hy duidelijk te kennen gaf, dat zyn dochtar
nu naar het woerd moest veeren.
Mevrouw von Bergen begreep, wat haar
vader wilde zeggen.
„Rutb," zeide zy, „kon eenz nazet my
zitten."
En toen het jonge meieje met ten vragen-
den klik aan die ultneodiginc gehoor gaf,
ging voort:
„Gij meet ep de hoogte gebraoht werden
van een donkere bladzijde in ons famttiege-
tchledboek, waarover w|j niet gaarne ipreken."
„0, dan spreken w(j er niet ever," antwoord
de Ruth vlug.
„Toch, lieve Rntbl M<jn Tader en ik ajja
overeengekomen, dat wy je op de hoogte
daarvan moeten brengen, om daardoor even-
tuoele onaangenaamheden te voerkomen."
Ruth trok vragend de wenkbrauwen om
hoog.
„Dat klinkt plechtig," zeide zy, eenlgszine
verwonderd. „Gy vreest van niy toch gaan
enaangenaamheden
„Natuurlijk niet. En nochtans moeten wy
er voor zorgen.dat zy niet voorkomen. Dsar-
om zal ik jo nu eenige zaken gaan msdsdeelen.
Vooreerst, gy weot vermoedotyk reedt, dat
myu broeder met de Kerstdagen wordt ver
wacht."
„Neen, dat wiet ik nog niet," antwoordde
Ruth rustig.
„Maar gy wist toch, dat ik nog aen broidar
had, nietwaar?"
„Natuuriyk, dat had Frits my readi lang
gezegd. Frita kent ja brear, heewel deze, in
dien ik my niet vergis, tan tyda van uw bai-
der verloving en huwelyk niet thuis waa,
maar ergens ep dan aardbol rondreisde."
„En watt ge ook, waarom hy op reis waa
gegaan?"
„VsrmosdtlUk om tygara ta schieten of em
«en andera, misschien wetenschappelyke, ra
den. Frita heelt er my zao iets van gezegd,
■aar sla men iemand heelemaal niet kent,
dan atslt men eek nooit overmatig veel belang
in hem, zelfs als hst de eenige broer van
m|jn dierbare schoonzuster is."
„laderdaad, Rutb," zeide mevrouw von
Bergen toestemmend. „Maar de reden, waar
om mijn broer die groote reis om de wereld
kbbft gemaakt, ia toch ten aadera. Tyf jaar
geledea had hjj zich verloofd met een meiaje
altnu, naam en plaste deea er niet toe.
Teen leefde mjn moeder neg. De verloofde
na mijn breek kwam al heel spoedig na het
verlovingsfeest met haar ouders nasr kasteel
Wetterau, om zich aan haar toekomstig»
schoonouders voor te stellen en Kerstmis 011
Nieuwjtsr hior te vieren.
Nu bestast cr echter op kasteel Wolterau
ten... een legende, de verband houdt met
den Oudejaarsnacht. Dasrover werd in dia
dagen terloops gesproken en de aanstaands
vrouw vau i»yn broer, die zich op dal punt
even spottend en ongeloovig toonde als gy,
wenschle vurig, in den Oudejaarsnacht dat
orakel van Wettarau eens te raadplegen. Wy
raadden het haar ten eterkste af. Pap» ver
bood het haar zelfs. Maar dat heaft haar blijkbaar
slechts nog meer aangezet om haar plan uit
te voeren.
Het Ie nooit uitgekomen, hoe zy daarin
geslaagd i», wy weten heden nog niet, wl»
haar dan toeging tot die voltrekken, walk*
altijd afgesloton zyn, hooit geopend. Kortom,
zy la in dia kamara doorgedrongen in den
Oudejaarsnacht. Torwyl wy allen rond de tafel
in deze kamer zalen, bleok plotseling, dat
zy zich verwyderd had; wjj dachten nog aan
niets kwaads, toen plotseling een dooi dringen
de angstkreet gehoord word. Wy heikendon
haar item, het geluid kwam van uit hot ge-
dra te van het slet, dat a'tjjd afgesloten is:
wy wisten genoeg. Wy sneldon or heen,
veilden de deuren open en zsgen haar op
den grond liggen, bewusteloos, doodsbleek, la
hetzelfde uur nog was zj ern lyk
„Myn hemel, Sophie, hoe verschrikkelijk 1"
riep Ruth ontzet uit.
(Wordt vervolgd.)