H Q Technische Werken, Gemeenteraad van Leiden. Vergadering van hedenmiddag tc halftwco. Voorzitter: de Burgemeester. 1 1 Aanwezig bij aanvang "26 leden. De Voorzitter opent, de vergadering. Afwezig is met kennisgeving de lieer Timp wegens verhindering. De notulen der vorige vergadering worden goedgekeurd. De Voorzitter doet mededeeliug van de volgende ingekomen stukken: Dankbetuiging van F- G. Rosier, hoofd- commies ter GemeenLe.secretarie, voor de hem toegekende p ar son eel e toelage; van de Ver. eeniging van Brugwachters „Verbetering zij ons Streven" voor het besluit tot toekenning van een toeslag op de weekloonen; van de Vereeniging „Recbt en Plicht" en „St-Anto- nius van Padua" voor het besluit tot toe kenning van een toeslag op de weekloonen. [Worden aangenomen voor kennisgeving. Overgelegd worden een aanbeveling van het bestuur der Gemeentelijke Arbeidsbeurs ter benoeming van leden en plaatsvervangende leden van dat bestuur (zal worden opgenomen in de Ingck. Stukken). Nader schrijven van den arrond..schoolop ziener in zake de voorgestelde regeling der salarissen van het onderwijzend personeel. Te behandelen bij punt 5. De Voorzitter deelt mede, dat aan het einde dezer vergadering een geheime zit ting zal worden gehouden, waarin een me. üedeeling aan de Raadsleden zal worden ge daan. Aan de orde ia thans: 1. Benoeming van vier leden der Plaatse lijke Schoolcommissie. (298)." Benoemd worden 'de heeren Dr. v. Kerck- heff, Mr. Carpentier Alting, Brouwer en Pera. 2. Benoeming van een onderwijzeres aan de school der 3de klasse No. (301). Benoemd wordt Moj. Bruintjes. 3. Voorstel tot bestendiging van T. van Lohuizen in de betrekking van tijdelijk Ieeraar in de Natuurkunde aan het Gym nasium. (299). Be heer T. van Lohuizen wordt met alge- meene stemmen bestendigd 4. Verzoek van mej. H. M. Ittmann om eervol ontslag als onderwijzeres aan de school der 2de klasse voor Jongens en Meisjes aan de Heerenstraat. (300). Wordt eervol verleend. 6. Voorstel: a. tot wijziging der verordening van 12 Maart 1908 (Gem.Bl. No. 11), bepalende bet getal der scholen voor openbaar lager onderwijs te Leiden, den omvang van het onderwijs op elke school, den bijstand aan de hoofden der scholen te verleenen en de bezoldiging van het onderwijzend personeel, gelijk deze laatstelijk gewijzigd is bij ver ordening van 9 Maart 1911 (Gem. BL No. 7); b. tot opnieuw vaststellen der gewijzigde verordening. (283). De lieer Zwiers pryst de diiigentie, die In deze door B. en Ws. en do Commissies is .betracht. Spr. brengt ook hulde aan den schoolopziener, den beer Kielstra. In diens schrijven vindt spr. veel van het pro en contra terug, dat hijzelf voelt in de thans aanhangige voorstellen. Spr. ziet in de voordracht slechts een hal ven maatregel en meent dat de trek naar elders er niet voldoende zal worden door voorkomen. Met name had spr. de gelijkstelling verwacht van mannelijke en vrouwelijke leerkrachten. Dat dit niet is geschied, heeft ernstige ontstemming gewekt. Op dritörlei wijze hebben B. en Ws. go- tracht aan de bezwaren te gemoet te komen door Verbetering der salarissen, door verhooging van de vergoeding voor taalakten en door verbetering van de positie dor hoofden. Dit laatste is allerminst noodig. Wat hieraan be steed wordt, kan veel beter besteed worden aan do beide andere punten. De heer Van der Eist treedt in his torische bijzonderheden en haalt het debat op van 3£ jaar geleden. De ondervinding heeft geleerd, dat de toen getroffen regeling onvol doende was. Het optimisme van den wet houder van onderwijs van toen was onge motiveerd. Het is anders uitgekomen. Spr, is geen onderwas-specialiteit, maar heeft dit toch even willen zeggen. De heer Vergouwen gaat niet mee met den heer Van der Eist in zijn ontstem ming over de adviezen van den wethouder van onderwas in 1908. De heer Van Hamel is ook geen profeet. Toen was de regeling voldoende, maar daarna zijn andere gemeenten nan het herzien der salarissen gegaan. Nu moet onze gemeente weer zorgen „tyj" te zijn. Nu B. en Ws. zich voor een noodtoe stand zagen geplaatst door het vele vertrek naar elders, hebben zij zich op een opportu nistisch standpunt gesteld om aan de behoefte van het oogenblik te voldoen. De thans gedane voorstellen moeten we ook weer als voor de naaste toekomst te gelden beschouwen. Spr. stelt editer deze vraag: achten B. en Ws. de thans gedane herziening Afdoende en voor hoe lang? De heer S ij t s m a erkent met vreugde dat zijn profetie van drie jaar geleden is uit- gekomoD. Dit mogen de heeren aanleiding zijn om wat meer naar de adviezen en profetiëen ivati spr. te luisteren. Spr. brengt ópeciaal hulde aan de Plaatselijke Schoolcommissie en in haar advies vindt 6pr. veel van zijn op vattingen terug. Ook spr. wenscht gelijkstel ling van onderwijzers en onderwijzeressen. Dezelfde» arbeid moet gelijkelijk betaald wor den. Spr. kan niet inzien, waarom Burg. en Weth. nog niet op het standpunt dor School commissie staao. Spr. verdedigt nader de gelijkstelling en hoopt dat het desbetreffende Amendement zal worden aangenomen. Ook de regeling van het handworksonder- wi)e echt spr. gelukkiger opgelost door de Schoolcommissie dan door B. en Ws. Alléén wat betreft de bijzondere taaiakte, gaat spr. niet mee met de commissie. Waarom voor deze akten zulk een bijzondoren toeslag te geven? Wy moeten volstaan met do alge- meene salarisregeling te verbeteren, meer is niet noodig en allerminst wil spr. het bezit van die akten heloonen ook als er geen les in wórdt gegeven. Dat is totaal overbodig. En wii men die bijzondere akte bsloonon, dan komen de akte leekenea en zingen veel meer in aanmerking. Het voorstel om den hoofden wat meer te geven, acht spr. evdnöens ongewenscht. Dat is ook in verband met de Gemeente- financiéu totaal onnoodig. De salarissen der hoofden zijn hier inderdaad voldoende, wat ■pr. door veigeiyking met andere steden aan toont. Om alle discussie hierover af te snijden s'elt spr. een motie voor om de vergoeding voor bijakten en die der hoefden uit deze regeling te lichten. De Voorzitter meent dat dit wat kras is tegenover de heeren, die juist over deze punten het woord hebben gevraagd. De heer Sytsma meent dat alle onder- wijsspecialiteiten al reeds het woord gevoerd hebben (Gelach). Maar „spr. zal de motie dan maar weer intrekken. De lieer Carpentier Alting wsnscsht e-ven de aandacht er op te vesti gen, dat het vertrekken dtr onderwijzers naar elders niet het hoofdmotief is. Dat heeft de Schoolcommissie ook geenszins a-ls zoodanig bedoeld. Het motief moet na tuurlijk zijn, dat de onderwijzers een be zoldiging krijgen, die zij verdienen. En be zien wij de- zaak zóó, dan krijgen wij een heel anderen kijk er op. Daarop wil spr. even wijzen. De .eer Pera deelt geenszins de op vatting van den heer Alting. Wij doen het inderdaad noodgedwongen. Dit punt is voor spr. een moeilijk punt. Wij hebben 15 openbare en 12 bijzondere scholen. De ge meente besteedt jaarlijks uit den zak der burgerij duizenden aan het Openbaar On derwijs, en waar blijft het Bijzonder Onder wijs? Spr. betreurt het, dat hier geen rege ling kan worden getroffen vóór alle on derwijzers. Niemand za.1 aan spr. een vijan dige gezindheid tegen de onderwijizers kun nen toeschrijven; maar het is sleohls nood gedwongen, dat spr. deze voordracht van B. en Ws. zal volgen. Alleen de toeslag aan de hoofden acht spr. niet noodig. Ook betwist spr. de gelijkstelling van manne lijke en vrouwelijke leerkrachten. Hierin volgt hij gelieel het praeadvies. De heer F o k k e r maakt eenigo opmer kingen over de vaststelling der verordening in haar geheel en andere technisciie pun ten. De Voorzitter merkt op, dat dit niet aan de orde is en dat het beter is voet bij stuk te houden. Dan gaat het wat gauwer. An ders kan de verordening niét op 1 Januari gelden. De h'eer F o k b e r zal er dan maar niet op doorgaan. De heer Korf f brengt hulde aan den schoolopziener, den heer Kielstra. Wel zijn diens adviezen ongevraagd, maar voortaan hoopt spr., dat men ook zijn advies zal in winnen. Had men eer het eerste schrijven van den heer Kielstra gekend, dan hadden de voorstellen van B. en Ws. er ook wellicht anders uitgezien. De heer Van Hamel meent, dat hij in een moeihjk parket is. Vooral ;b requisitoir van den heer Van der Eist heefst spr. bijna stil gemaakt. Maar de heer Van der Eist meent het zoo kwaad niet. Spr. trekt zich dan ook niets aan van wat de gevolgen mo gen zijn geweest van de salarisregeling in 1SOS. Inderdaad is de naaste aanleiding thans de trek naar elders, vooral merkbaar aan de school van den lieer Hibma* En juist door de vergoeding voor bijakten wil men dit voorkomen. Zal deze verbetering nu afdoende zijn? Dat hangt er van nf. In de eerste jaren zullen wij er wel weer af zijn. Thans wordt voor dit oogenblik. aan de wenschen te ge- moet gekomen. Wat de gelijkstelling van dames en hee ren betreft, die bestijdt spr. Nergens, bij geen enkelen tak van onder wijs, bestaat deze gelijkstelling. Overal is er verschil en spr. ziet niet in, waarom heb nu hier wel zon moeten. Het is geen gobrek aan courtoisie, maar het is om de feitelijke omstandigheden. De mannen heb ben in den regel een gezin te onderhou den. Hef is om economische redenen dus en niet om redenen van minderwaardig heid. De heer S ij t s m a vindt het jammer, dat hij en de zijden-het altijd gedaan heb ben bij den wethouder. Sp~. verdedigt na der de amendementen ten aanzien van bij akten en verhooging van do salarissen der hoofden. Ook toont spr. aan dat. het onderscheid ma-kentusschen mannen en vrouwen niet opgaat De heer Van der E 1 e t komt nader terug op hefc standpunt van den wethouder van onderwijs in 1908. Deze handelde toen niet uit onderwijs-motieven, maar uit fi- nancieele motieven. Dat blijkt zich thans te hebben gewroken. Spr. pleit ook voor de gelijkstelling van mannen en vrouwen. Ook vrouwen hebben soms onderhoudsplichten. Maar in alle op zichten staan zij als onderwijzers geheel gelijk. De lieer Zwiers neemt akte van de verklaring, dat het niet om redenen van minderwaardigheid is, dat er onderscheid wordt gemaakt tusschen onderwijzers en onderwijzeressen. "Spr. gaat na de motieven van den trek naar elders en vindt maar één geval waar de salarisregeling haar invloed deed gel den. Overigens blijft spr. bij zijn standpunt. Bij de artikelen zal spr. nader op een en ander terugkomen. De heer Vergouwen wijst er op, dat de heer Van Hamel niet geantwoord heeft op de vraag van den heer Korff. Daarom, zou spr. gaarne nog hooren wat B. en Ws. denken van bet om advies vragen aan den heer Kielstra. Alleen merkt spr. op, dat de adviezen van den heer Kielstra zoo laat zijn gekomen. Waarom komt dat niet eer? Dan hadden wij hen beter kunnen bestu- deeren. De heer Fokker komt op tegen d# be schuldiging van den wethouder, dat spr. en do heer Sijtsma ontevredenheid zoudon zaaien. De hoer Van Hamel heeft bedoeld* dat men ontevredenheid wökt door er altijd op te wijzen, dat de autoriteiten en met narnö de wethouder van ondorwys, niet de salaris- regeling wiüon en geen hart voor hot onder wijs hebben. Verder verdedigt spr. nader de voordrachten en treedt in bijzonderheden omtrent de salarissen en de sollicitaties. Het geringe aantal sollicitanten is ook wol eens te wijten aan het feit, dat de Raa f de Leidsche sollici tanten nogal eens voortrekt. De algemeene beschouwingen worden ge sloten. Att. 1. Hierop zijn twee amendementen in gekomen, een van de heeren Van der Eist c. s. en een van de beeien Carpentier Alting en Fischer. De h=er Van der E1 st verdedigt het amendement. De maxima zyn hier te laag, wat spr. met de cijfers aantoont, ook door vergelijking met elders. Daarom is het biliyk om na 20 jaar dienst een traktement van f 1100 te geven. De heer Carpentier Alting zegt "dat ook hy en de heer Fischer meonen, dat het maximum te laag is. Ook meent spr., dat het niet aangaat om scheiding te maken tusschen mannen en vrouwen. Gelijke arbeid vraagt gelijke be zoldiging. Toch hoopt opr., dat als dit prin cipe mocht- worden v3rworpen, zijn amen dement, dat een tusschenweg bedoelt, een meerderheid in den Raad zal vinden. De heer Vergouwen vindt in de voorgestelde regeling een Llaat. Het salaris wordt geleidelijk verhoogd met f 50, ma-ar waarom dan iïiet in die lijn gebleven? Want nu gaat na een bepaald aantal jaren de sprong met f 100 en niet meer met twee jaren tegelijk, Spr. wijst er op, dat elke regeling willekeurig is en daarom is een geleidelijkheid gewensch't. Elke twee jaar f50. De Voorzitter wijst er op, dat het amendement van den heel* Alting aan de gemeente ruim f 4000 kost- De heer Vergouwen komt thans terug op de gelijkstelling. Waarom worden de on. derwijzeressen achtergesteld Daar is geen reden voor. Spr. vercenigt zich met de ten dezen aanzien aangevoerde bewijsgronden. De heer II e e r e s is ook overtuigd, dat do traktementen beter moeten worden geregeld en ook, dat onderwijzers en onderwijzeressen gelijkelijk moeten worden gesalarieerd. Spr. zal vóór do amendementen stemmen- Spr. bestrijdt de argumenten, die door B. en Ws. worden aangevoerd tegen de gelijk, stelling. Vooral het argument, aan de erva ring ontleend, begrijpt spr. niet. Daarover zou hij nog gaarne iets hooren. De heer Pera komt nog even op de ge lijkstelling. Wel degelijk mag men bij de safari eering rekening houden met de behoef ten. De gepresteerde prbeid mag niet 4© eenigo grond zijn. Spr. wijst op de grootere verantwoordelijkheid der onderwijzers en op hun meerdere bijdrage in het pensioen-' Daarom vindt spr. het 2eer billijk, als de onderwijzer iets meer krijgt. Wat het omslaan van de Schoolcommissie betreft, spr. wijst er op, dat daar thans ook dames in zitten en dan denkt men wel eens wat anders, dan als men onder heeren is. Spr. heeft in do ComLinisisie wel tegen de gelijkstelling gesput. terd, maar dat bekwam hem slecht. (G e. lach). De heer Zwiers pleit vóór de gelijk stelling. Allo ambtenaren, moeten gelijk behandeld worden. Naar maatschappelijke omstandigheden en naar- kinderental mag de gemeente niet kijken. Spr. zal stemmen vóór het voorstel van den heer Carpentier Alting e. s. Anders blijft men aan het wijzigen. Spr. komt nog even op het bezoldigen van het bezit der hoofdakte. Waarom ib te dien aanzien geen wijziging voorgesteld? De Voorzitter meent, dat de spr. Ruiten de orde is. En bovendien: Het bo- zit der hoofdakte wordt hier voldoende bezoldigd. De heer Zwiers dankt voor deze mede- deeling. De heer Fokker verdedigt nader het amendemenot-Van der Eist c.s. De heer v an Hamel geeft nadere in lichtingen omtrent de positie van onderwij-, zers en onderwijzeressen, en deelt cijfers mede omtrent de salarissen in het buiten land en bet verschil, dat daar wordt ge maakt tusschen mannen en vrouwen. Ook hier te lande bij het M. O. en het gymnas tiekonderwijs, Gaan wij nu in het L. O. ge lijk stellen, dan moeten wij dit ook bij he« M. O. doen later. Dat zal de consequentie zijn. De heer H e e r e s vraagt opnieuw ant woord, wat het ervaringsargument leert om- trent het verschil tusschen mannelijke en vrouwelijke leerkrachten. Het antwoord daarop zal spr.'s stem bepalen over de amendementen. De heer Van Hamel kan daarop niet in den breed© ingaan. Spr. verwijst naar het debat in 1908. Ook citeert spr. wat in den Rotterdamsohen Gemeenteraad is gezegd daar. omtrent. Een onderwijzeres wordt meer ge spaard; zij is meer ziek; zij zijn soms niet bestand tegen den schoolarbeid; onderwijzeres sen krijgen veel meer verlof, enz. Dit zegt een schoolhoofd in Rotterdam'. Een feit blijft, dat zij niet gelijk te stellen, zijn. De heer .Vergouwen kan zich niet begrijpen waarom. B. en [Ws. dan gedurende de eetrste 16 jaar wel hen gelijkstellen en dat dan eerst de ongelijkheid komt. Die opinie uit Rotterdam staat tegenover andere» tegen, overgestelde. De heer Pera verdedigt de aanvanke lijke gelijkstelling gedurende de eerste 16 jaar. De discussie wordt gesloten. In stemming gebracht, komt het amende ment-Van der Eist c. s. Het wordt verworpen met 23 tegen 7 stemmen. Vóór de heeren Botermans, Van der Eist, Fokker, Heeres, Kruimel, Sijtsma en Vergouwen. Het amendement Carpentier Al- tin g o. s. wordt aangenomen met 17 tegen 13 stemmen. Vóór de heeren De Boe:', Botermans, Car- pen tie r_ Alting^ Van der Elst^ Fisokeiy Fok ker, Van Grntïng, Van Hamel, Heeres, Hc-agenboom, Korff, Kruimel. Reimerin.- ~ger, Roem, Sijtsma, Vergouwen en Zwiers. Het geamendeerde art. 1 komt in stem ming en wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Art. 2 komt daarna aaï de orde. Hierbij komt in behandeling het amende ment-C ar pen tier Alting c.s. enBoscli c. s. De heer Carpentier Alting meent, (lat het nocdig is liet bezit van bijakten hoogerte salarieeren dan geschiedt. Wij moe ten de onderwijzers bezoldigen naar verdienste en ijver. Een onderwijzer, die dóór studeert, toont een grootere belangstelling. Zijn meer dere ontwikkeling zal aan het onderwijs ten goede komen. Ook voor onverplichte akten had spr. gaarne een toelage gegeven, maar spr. ziet in, dat dit te veel kosten zou. De heer Van Hamel deelt mee, dat B. en Ws. he-t amendement overnemen, onder voorbehoud, dat, indien mocht blijken, dat de sollicitaties er niet genoeg door worden bevorderd, spr. te zijner tijd met een par ti eele herziening zal komen. De heer S ij t s m a- meent, dat men op den verkeerden weg is. Bijna nergens wordt meer dan f 100 gegeven voor bijak ten. Spr. meent, dat er geen aanleiding be staat, om deze toelage te verkoogen. En doet men het, waarom dan uit te schake len de akte voor gymnastiek, zingen en an dere De heer Fokker vraagt of, nu B. en Ws. het amendement hebben overgenomen, dit treedt in de plaats van het voorstel. Spr. zal intusschen tegenstemmen evenals de heer Sijtsma. De heer Van Hamel merkt op, dat deze toelage voor bijakten juist het hoofd motief was voor deze salarisherziening. Heb amendement-Carpentier Alting c. s. ten aanzien der verhooging voor handwer ken komt in behandeling. De heer Fischer verdedigt deze ver hooging. Voor handwerken is meer tijd en meer voorbereiding noodig. Vandaar een betere bezoldiging. De heer Van Hamel meent, dat d© exameneischen voor handwerken niet ver hoogd zijn in den laatste n tijd. Daarom is er geen aanleiding hier een verhooging te geven. Bovendien, de kosten zouden te hoog zijn- Do heer Fischer komt op tegen een en ander en rekent, dat do meerdere koeten slechts f 600 bedragen. D© heer Van Hamel voelt niets voor dezo verhooging; eerder voor verlaging. De heer Carpentier Alting verde digt de verhooging. Do heer Vergouwen voelt niete voor de vefrhooging. Het amendcment.Calrpeniier Alting o- s. ten aanzien van het handwerk.onderwijs komt jn stemming. Het wordt verworpen met 23 tegen 7 stemmen. Thans komt in stemming het amende ment Bosch c.s. ten aanzien van taal-- akten, die niet verplicht zijn. Dit amende ment kost f 4000. De heer Vergouwen merkt- op, dat de strekking van dit amendement ook is om onderwijzers te houden en te trekken., Men moet wetenschappelijke ontwikkeling apprecieeren. De heer Bosch zal nu c'.jot een amen dement de salarissen nog verbeterd zijn*, zich Diet meer voor dit beijveren. Spr. ont trekt daarom zijn stem er aan. De lieer Sijtsma rekent uit de gegeven; cijfers uit, dat er geen aanleiding i9 omJ de bijakten apart te verhoogen- De heer P. J. Mulder moet, nu de kosten f 4000 blijken te zijn, zijn steun aan het amendement onttrekken. De heer Van Hamel ontraadt het amen dement. De lieer Vergouwen trekt thans het; amendement in. Het geamendeerde ark 2 komt Thans in stemming en wordt aangenomen met $3 tegen 7 stemmen. Tegen stemden de heeren Botermans, Briët, Van der Eist-, Fokker A. Mulder* Roem en Sijtsma. Art. 3 wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Art. 4 wordt eveneens aldus aangenometf0 Art. 5 evenzoo. Art. 6 (bijzondere toelage aan de hoof den). De heer S ij t s m a verklaart zich tegen deze verhooging aLs zijnde önnoodig en bo vendien kost zij te veel. Art. 6 betreffende de verhooging den schoolhoofden is aangenomen. (De vergadering duurt voort.)*, Naar wij vernemen is de controleur der! belastingen, de heer Vliegenthart, onder Zoeterwoude opgehaald. De rechtbank te Maastricht lieeft giste ren Ch. J. S., 26 jaar, brikkenbakker te Elsloo, thans gedetineerd, terzake van' mishandeling, den dood ter^.volg© hebben de van M. G. Diesen, huisvrouw H., tot 3 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Voor de arrondissements-rechtbank te Maastricht is gisteren xegen J. W. B., 42 jaar, brikkenhatkker te Vaals, thans gede tineerd, ter zake van zware mishandeling 5 jaar gevangenisstraf geëischt. Voor de rechtbank te Maast icht beeft voorts terechtgestaan W. M., 39 jaar, ven-, ter, gedetineerd, ter zake, dat hij te Voe-. j rendaal aan J. Jongen met een mes een le vensgevaarlij ken? het linkerdijbeen door* klievenden steek heeft toegebracht. Tegen beklaagde werd 3 jaair gevan-i genisstraf geëischt. uitgegeven bij A. W. SIJTHOFF's UITG-.-Mij. te Leiden. A. A. BOON, C.-I. Gewapend Beton. Een Handleiding voor de studie van Materialen, Constructie en Statisctie berekening. Met 207 afb. 2.40. 2.75 S3. A. ROMETiV, De nedendaagsche Jleloreu voor Gas- Reiizlne, Petroleum en Spiritus. Elementair Leerboek. Met 57 flg., uital. platen ƒ1.30, geb1.60 G. J.A. STEES, Gas-, Petroleum- eu Sleiizliie-Motoreu. Een Gids voor Fabrikanten en Machinisten. Met 150 gravures, 2de druk, gob. 3.90 J. O. GRAVE, Practlack Rekenboek eu Handleiding voor het Onderwijs ln de Stoomwerktuigkunde. 5de Druk, herzien en vermeerderd met 216 grav. Ing. 4.50, geb4.90 E. F. SCHOEI,, De Gids voor Hachiulsten bi) Poldergemalen op Fabrieken Locomotieven en Stoombooten. Tevens ingericht tot leiddraad voor Fabrikanten, Ingenieurs en Studeerenden door N. C. H. VERDAM, met 557 gravures. Zevende druk. Geb7.40 H. UAEDER. De gebreken der S4oommacbtne en het ver helpen van bedrijfsstoringen. Practisch Handboek voor bedrijf en behandeling der Stoommachine doer N. G. H. VERDAM, met vele honderden afbeel dingen, ing. ƒ4.50, gebƒ5.— H. Y. GATSOXIDES en P. EABRIJN, De Gids voor Loco motief-Machinisten en Stokers. Een Handleiding voor Machinisten en Stokers by Spoor- en Tramwegen. 16 afl. met 1154 gravures X 0.60 per aflevering. Compleet geb. ƒ8.10. JThr. 91. RAPPARD, Ontwerp voor een Machtuc.complex van 2000 I. P. K. Met 5 platen1.90 A. VOSMAEB, Electrotechniek. Leerboek voor don Machinist- Electricien. Met 283 llluetratiên, 2de geheel bUgew. en vorm. druk 2.90, gebonden3.25 P. VAN CAPPEEEE, De Electricllelt, hare voortbrenging en hare toepassing in de Industrie en het maatschappelijk verkeer. Zesde druk, herzien door den Werktuigkundig Eleotrotechnlsch-Ingenieur J. M. G. 8CHEFFER, met 1085 grav., compleet geb6.80 CH. DFEAUNAY, Practlscbe en Theoretische Mechanica, geheel opnieuw bowerkt door C. KREDIET, 5de druk, 2 din. .ƒ8.— II. O. GROSJEAN, De Technologie vau het IJzcr, Hand boek voor Iedereen, die hot ijzer in zyn bedryi gebruikt of zich met de bewerking er van bezighoudt. Met 1200 gravures en 6 groote platen, ing. f 4.95, gebonden. 5.60 E. VAN HEUSDEN's Handleiding tot de ïluigeiHjko i Bouwkunde, door F. Lz. BERGHUIS herzien door G. A. SCHOL TEN, Architect en Leoraar aan de H. B, 3. te Tie!, 10de druk met 225 figuren1.90 Onze Betimmeringen. 4'. formaat met 75 groote pi. en 401 gravures. 8de Druk, gebonden 7,60 Kappen, Daken en verdere Timmerwerken. Constructie en Decoratie, ook in aansluiting aan „Onze Betimmeringen". Met 112 groote pl. en 326 grav. 2de druk, gebondenƒ8.— P. VAN DER BURG, Handboek voor den Schilder. De bout- en marmernabootsing. Met een atlas van 36 platen, 6de druk ƒ12.50 De Decoratieschilder. Keur van voorbeelden voor Kerk-, Wand en PlafondbeeehUdering, met een voorwoord van J. VISSER Jr. Complee- in portefeuilleƒ16.— J. W. H. BERDEN. Handboek der Ornamentiek. Syste matisch gerangschikt ten gebruike van teekenaars, architecten, werkplaatsen, teokenscholen en voor algemeen gebruik. Met 3000 illustration, verdeeld over 300 platen. Gebf 6.60 C. HOOGENDOOBN, De Coupenr. Practisohe Snjjmethode voor Zelfonderricht. Handboek voor Coupeurs en Kleermakers. Met 112 groote gravures. Gecart. ƒ7.80 Alle Boekhandelaars nemen bestellingen aan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 7