JuRGETlS JuRfiEHSFijnste Melange Natuurboter even fioed Smakelijk em Voedzaam a 45 ct per pond a 55 ct per pond VRAAGT UW DIT GARANTIESCHILD WAARBORG VOOR ALS ECHTHEID No. 15865. IiBlDSOH DAGBLAD, Woensdag* 8 November. Derde Blad. Anno 1911. PERSO VEEZICHT. In „De Middenstandsbond" .eindigt de heer J. S. Meuwsen een artikel, gewijd aan de d u u r t e d e r levens middelen en de p r ij s s t ij g i n g van [verschillende artikelen, met de volgende .waarschuwing Het wil mij voorkomen van het hoogste belang te zijn, dat men hier te lande voor zicht igzijn moet met het treffen van maat regelen zij het ook van tijdelijken aard alvorens op uitgebreide wijze weten schappelijk is vastgesteld, welke de oorza ken der stijging zijn en hoe voor de naaste toekomst ue verwachting is. Bij al hetgeen over de voortdurende stij ging" der prijeen van levensmiddelen, de stijging der huurprijzen, kortom over het stijgen van den levensstandaard geschreven wordt, lijkt mij afgescheidenvan de ab normale prijzen van vele groenten en enke le zuivelproducten een zekere veronacht zaming der andere oorzaken, welke tot deze stijging hebben bijgedragen te bestaan. Want, niet evenredig aan de stijging der levensmiddelen, doch deze aanzienlijk over treffend, is de loonstandaard in de laatste twintig jaren gestegen. Het verband tus- schen deze beide stijgingen dient men wel goed in het oog te houden bij het doen van voorstelllen tot leniging van den nood, als hij bestaat, In verband met die duurte v a n l e vensmiddelen maalkt „De Beu', k e 1 a a r" een vergelijking tusschen den Duitsoken Rijkskanselier von Bethmann Hollvt ir- en minister Heemskerk. Bij de Rijksdag-debatten over de huidige 'duurte wierp de spreker der Nationaal-Li- beralen den Rijkskanselier voor de voeten, dat bij den heerschenden nood in zijn rede 'een zekere warmte van toon gemist werd. En dit verwijt ikwam dan van de zijde der Duitsoho Conservatief-Liberalen. En wie rïu de debatten in ons parlement óver 5e motie-Helsdingen in zake den finan- tdeelen nood der ambtenaren herleest, komt tot hetzelfde besluit. Vóór alles werd bij minister Meemskerk gemist de warme toon, die bij den huidigen toestand kon verwacht' De heeirén Heemskerk en von Bethmann Hollweg hebben beiden getracht de huidige öuurte als van niet zoo groote beteekenis, Yan niet zoo groeten omvang voor te stel len. Over eenige onrust over den nood van bet volk, aan hun regeeringst&ak toever trouwd, viel weinig, schier niets te beluis- jfceren; bij den heer Heemskerk nog wel het tninst. De klank der deernis ontbrak. Én dit grieft ten slotte het Duitsche en ook het Nederlandsche volk. Het is nog niet in de eerste plaats de vraag, of er van Regeeringswege bijzondere maatregelen, kun nen en moeten worden genomen. Vóór al les heeft een volk, waarvan zeer velen bij toch reeds zoo moeizaam leven hun zorgen nog vergroot .ziet, het recht te eischen, dat men aan de Regeeringstafel voor deze ver hoogde levenszorgen een open oog, een warm hart bezit, dat men, zoo er dan niets kan gedaan," dit als met droefheid den volke veilkondt. Von Bethmann Hollweg heeft met allen nadruk verklaard pal te staan tegenover ieder streven, dat vermindering van prijzen zou zien te erlangen door eenige wijziging der handelspolitiek, eenige wijziging van Duibschlandsprotectionisme. De heer Heemskerk gaat nog wat verder. Met alle kracht wordt door hem aangestuurd op een wijziging onzer handelspolitiek, die zonder twijfel dit wordt van Regeeringswege zelf erkend eenige prijsstijging zal ver oorzaken. Een prijsstijging, die ook juist de Rijks ambtenaren zal drukken. .Vanfc al wil men nu aanvoeren,wat beslist onjuist is, dat deze prijsstijging door verhoogi van in voerrecht, d? nopdzakelijkstï levensbehoef ten niet zal betreffen, dan kan toch moei lijk ontkend, dat deze Rijksambtenaren meer dan die noodzakelijkste levensbehoef ten noodig hebben. Zij hebben immers een zekeren levensstandaard. Toch wil men met dat al de Tarief wet straks in behandeling brengen. De heer von Bethmann Hollweg speelt hoog ^pel, de heer Heemskerk niet minder. Voor den Rijkskan selier komt de afrekening met' het Duitsche volk reeds over enkele maanden, het minis- terie-Heemskerk heeft wellicht tot 1913 den tijd. Maar dan zal ook aan ons volk ver- antwoording moeten afgelegd van een wet geving ter prijsstijging bij drukkende duur te. De politieke belangstelling is in Neder land vaak niet zoo groot als wel moest, maar buiten alle politiek om wordt ge vreesd voor tariefsherziening, wijl men be ducht is voor iedere prijsverhooging, hoe gering dan ook. Waar het reeds nijpt, wordt ook de geringste vermeerdering van druk gevoeld en met schrik te gemoet gezien. Tariefsverhooging is in dezen tijd in ieder geval een onding. Dit gaat ons volk gevoelen. Zoo blijve de T a r i e f w e t nog onbehandeld; ons land zal er thans en later wèl bij varen. Des heeren Heemskerks Staatsbeleid staat in het teeken van -het financieel conserva tisme, zooals ook' de politiek vr v het Duit sche Regeeringsblok. De nederlaag van den Duitschen Rijkskanselier, die zeer waar schijnlijk is, zal ons land ten voorteeken zijn. De m a r s c h v a a r d i g h e i d - der i n- f ante r i e bij de laatste mi. Toeuvres ia hier en daar in afkeurenden zin besproken. In „D e Maasbode" heeft thans een „man van het vak", een mfanterie-ikapi- tein, die met zijn compagnie aan de ma noeuvres heeft deelgenomen, zijn oordeel gepubliceerd. Hij looft liet werk door de in fanterie geleverd; ,,Een dagtaak, met alles, wat daaraan vastzat, zal u dit duidelijk bewijzen, 's Mor gens om 4 uren opstaan twee .manöeuvre- dagen was het om 2 uren reveille te zes uren op marsch in de richting van den vij and, .pLm. 25 K.M. vechtende en strijdende afgelegd dwars door het polderterrein, waarbij ruw geteld 150 -droge en natte sloo- ten zijn overgetrokken, waarbij de com pagnie zich door heggen en prikkeldraad versperringen heeft moeten heenwerken, waarbij nu en dan de vijand stormender hand moest worden teruggedreven, en dat dit alles - in volledig oorlogstenue zonder eenige ontmoediging volgehouden is tot 's morgens 3 uren, terwijl de vrij hooge temperatuur de veldflessoh-en tot den bo dem had doen ledigen, dan passen op die prestatie, waarbij niemand achterbleef, zon der voorbehoud de kwalificaties kranig, flink, uitstekend en buitengewoon marsch- vaardig. Vervolgens 2 uren rust en dan weer 1uur maroheeren naar de te betrekken kwartieren, waar de manschappen een war men maaltijd moesten derven, omdat deze, gereedgemaakt medegevoerd in de hooükis- tenkar, was bedorven, en zich daarom moes ten behelpen met het noodration een bus. je koud vleesch en vier besohuiten, ter wijl de gastvrijheid van de kwartiergevers, de goeden niet te na gesproken, zich be paalde tot het. gratis verstrekken van een dronk water en een. strooleger in den stal, waar het vee gewoonlijk zijn bedje gespreid vindt, en wanneer dan in den kouden na jaarsnacht om 2 uren na 4 uren slapens, de schetterende reveilletonen door de kleine schuurraampjes binnendringen, en de man nen roepen voor eenzelfde, wellicht nog meer vermoeiende dagtaak, dan-.... dan hoorde men de compagnie, geordend in rij en gelid, opgewekt haar vroolijk lied naar den schitterenden sterrenhemel zenden. En rytlimende met den zang der jonge man nen, zong in mijn ooren het oordeel van den Raad van Defensie; ,,Onzo soldaten zijn goed materieeL" Dé marschraardigheiden de möreele eigenschappen der infanterie in de gehou den legermanoeuvre-s behoeft geen woord van afkeuring te dulden, en was de artille rie vlot in beweging en uitvoering, ons hoofdwapen verdient denzelfden lof ten volle." Waar het onze infanterie, volgens dézen schrijver, aaii ontbreekt is - uur-discipline daarin schoot de geoefendheid tên eenenma- le te kort. Vandaar een warm pleidooi van dezen „vakman" voor oen voldoenden oefentijd. Mag een keurend arts den verze. keringscan did aa t mededee. l.i n g doen omtrent diens toestand? vraagt het ,,T ij d s c h r i f t voor Ge- neesk'und e". En het laat op deze vraag volgen; Meestal wordt aan de keurende artsen verboden, den oa-ndidaat den uitslag der keuring mee te deelen. Toch wordt dit ver bod niet altijd geëerbiedigd. Sommigen mee- nen, dat de onderzoeker in de eerste plaats geneesheer is en dus den candidaat be hoort in te lichten, als hij een ziekte ont dekt. Maar daartegenover staat, dat de can didaat, als hij wordt afgekeurd, vanzelf wel zal bemerken, dat hem iets scheelt, en het dan zijn zaak is, zijn dokter te -aadplegsn. Ook kan de beslissing der Maatschappij om trent het al of niet aannemen van den can didaat in strijd zijn met de verwachting jvan den keurenden arts, zoodat deze voor zichzelf wel het veiligst handelt met te zwij gen. Reeds in 1894 en 1895 is op de „Aerzte- tage" in Duitschland deze gedragslijn na uitvoerige gedaohtenwiaseling aanbevolen, met deze uitzondering, dat men aan eren geneesheer van den candidaat een collegia le inlichting ikan verstrekken omtrent ver schijnselen, die wellicht aan de aandacht van den huisdokter waren ontsnapt. (Blat ter f. Vertra u ensarzt e.") Jammers is -het, dat zulke inlichtingen niet altijd welwillend worden opgenomen door dm huisdokter. Ook kan het geval zich voordoen, dat de candidaat zich van de Maatschappij een veel te zwarte voor stelling zou maken, die ook voor een ge ruststellende verzekering van den huisdok ter niet zou wijken, omdat vele patiënten zich verbeelden, dat de huisdokter tot roe ping heeft, den patiënt nooit anders dan een gunstige voorstelling te geven omtrent zijn toestand. Zou het in dit geval een doodzonde zijn, de mogelijkheid eener afwij zing te doen doorschemeren, de beteekenis daarvan zooveel mogelijk te verzachten en een wenk te geven om den huisdokter o©os om raad te vragen t Opgave van personen, die alch te Leiden hebben gevestigd. A. J. Plolthuizcn, Oude Rijn 11 A.; A. Stuurman, Pieterskerkhof 34. J. Visser, Steenschuur 5. J. G. O. baron van Lijnden, RaV-m burg 89. PI. Vijn, Oude Singel 16, student. J. H. Buys en gezin, Pr. FrederikstraaC 7 A, Smid Rijksopvoedingsgesticht. P. Taffijn en gezin, Rijndijkstraat 72 sigarenmaker. M. A. Morpurgo, Ploogcwoerd 49 A. S. C: Geldtelder, Gerrit-Doustraat 5; student. W. E. Monod de Froideville, Bree* straat 151. F. A. Davidson, Rapenburg, 54. A. van Doorninck, Breestraat 147. iW. A. Lastdrager, Langebrug 101, klerk, J. van der Kraan, Uiterstegracht 70, P. de Maret Tak, Breestraat 154. \V, J. van Heel, Rapenburg 109. D. Bijdendijk, Breestraat 156 A. J. Buysen, Raamsteeg 21. L, J. R. Kuhn, Rapenburg 75. J. Nolen, Nieuwe Rijn 51. D. Visser en gezin, Havcrzaklaati 8, reiziger. ,W. C. Dijt, Haven 11, sigarenmaker. Jhr. G. C. J. van Reenen, Stille Rijn 11. Jhr. L. Ch. van Loon, Breestraat 41< E. Tas, N. Beestenmarkt 18, venter. A. M. C. van Wijk, Morschstraat 33.: S. K. Oudshoorn en gezin, Vliet 50j D. Visser, Noordeinde 42. J. Leliveld en gezin, Stationsweg 53 A. G. van Duyl, Oude Singel 64, student. C. Blankevoort, Breestraat 137. M. J. PI. Schulinck, Hooge Rijndijk 25* H. A. Schadee, Papengracht 26. S. Janse en gezin, Zpidsingcl lA,- ar* beider. W. J. Hatersel, Acad. Ziekenhuis, ver* pleegster. R. C. van Ree, Oude Vest 215, monteur* V. dè Serière, Noordeinde 57. H. Smits, Rapenburg 51, student. A. Sluis, Acad. Ziekenhuis, verpleegster* H. J. Jansen, Kloksteeg 19, student* H. J. Smidt, Vischmarkt 5. iW. L. C. jDrossaers, Rapenburg 55. i\V. Hoekstra, Aloëlaan 15, onderwijzer. A. C. Diederiks, Steenschuur 18. A. Moet, Acad. Ziekenhuis. iW. M. E. van Rossen, Hoogewoerd 80* C.; Slingerland en gezin, Raamsteeg 69* J. B. Akkerman, Breestraat 151, G; A. Th. Dasbach,- Hooigracht 51,-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 9