15855 Vrijdag 27 October. A°. 1911. $eze (Courant wordt dagelijks, met aitzondering van (Zon- en feestdagen, aitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieieele Kennisgeving. Onder onze Vroede Vaderen. FEUILLETON. Wepgjjiffesiiis aan allen. LEIDSCH DAGBLAD I'HIJS DER ADVERTENTIEN: Van I6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17$. Grootere letten naar plaatsruimte. - KleiDe advertentiën van 30 woorden 40 Gents contant elï tiental noorden meer 10 Gents.-Voor het inoasseeren wordt/0.05 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Lelden per week 8 Gents; per 3 cnaandeo f L10. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sijn f 1.30. Franco per post 1.65. BBAhKWET. Burgemeester ©thouders van Leiden; Gelet op de art 12 en 37 der Drankwet; Brengen ter algtmeene kennis, dat door D. BROMET, borstelmaker, wonende te Leiden,een verzoekschrift is ingediend, om verlof voor den verkoop van alcoholhouden den, anderen dan sterken drank, voor ge bruik ter plaatse van verkoop, in het bene denlokaal van het perceel N. Beesten markt No. 18. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 27 October 1911. 't Dagteekende uit a'e tijden van Olim dat de Leidsche gemeenteraden in een zit ting van een paar uur de geheele gemeen- tebegTooting behandelde. In de laatste ja ren was men aardig op weg de confraters te Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en elders waar zo vergadering na vergadering yolpratén in de verte na te volgen. En roo hadden we ons dan ook gisteren klaar ge houden voor een lange, drukke middagzit- ting vol van zwaarwichtige algemeen© be schouwingen plus een avondzitting voor vluchtige artikelsgewijze behandeling met 'n glaasje wijn en een pittige sigaar aan 't eind. 't Mocht zoo niet zijn. 't Schijnt dat Olim's dagen terugkeeren of zou het anders gegaan zijn als niet enkele leden hadden ontbroken 1 Zeker, de heeren zijn te één uur begonnen, maar 't eerste uur werd zoek gebracht met de voorlezing van ingekomen stukken, 't onderzoek van de geloofsbrieven van een paar nieuwe leden en met wat stemmingen. Over al die zaken zullen we nu niet spreken waar onze aan dacht geheel wordt ingenomen door de ontwerp-begïooting van de inkomsten en uitgaven voor deze gemeente over 1912. De voorzitter gaf natuurlijk allereerst ge legenheid voor algemeene beschouwingen. Een jaar of wat terug vlogen de wijs vingers der vroede vaderen om strijd in de hoogte, zooals die der leerlingen in de klas als ieder liefst het eeret liet somme tje wil oplossen of het versje opzeggen. En nu alleen twee buren, de heer Sijtsma en Reimeringer, vroegen na eenig aarzelen, het woord. Maar de echte alge meene beschouwingen, waarbij men over alles en nog wat oreert, liefst principieel behalve over de eenvoudige zaken uit de begrooting, waren hët niet. De eerste becri- tisëerde het antwoord van B. en Ws. op de vraag in de secties gedaan over de win sten van de Gasfabriek en kwam ten slotte met een motie, waarbij Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Ga.' en Electrici- teit werden uitgenoodigd et. voorstel te doen om den prijs van het muntgas te ver lagen. Men zou dat en passant even kun nen doen als men met het voorstel kwam om aan groot© gasverbrüikers reductie te geven. Zooals dit ook bij de levering van electriscben stroom gaat. B. cn Ws. zagen het evenwel niet zoo onschuldig in. Zie je, zoo redeneerden allereerst bij monde van de_i wethouder Korevaar, die weer tame lijk goed in de zaken zat, het gaat bij een commercieele inrichting niet.rm een deel der verbruikers te bevoordeelen. En bo vendien, de winsten zijn niet z-o groot als bet wel lijkt voor 1912 24 pCt. van de geheele opbrengst had de voorsteller be rekend. De gemeente geeft zoo maar den grond voor het leggen der gas.cEzea ca deau. Daar kon zij recognitie v< r vragen, en dat kwam dan natuurlijk wel even goed in de gemeentekas, maar gasverbrüikers kregen zoo niet den indruk, dat zij te za- men het zoet winstje van f 139,000 bijeen brengen. Sprak niet de heer SijEma van een soort indirecte belasting en dat ia het beelemaal niet, volgens den heer Bosch. Een belasting moet je dragen of je wilt of niet en hier (kan je geheel vrij van komen. Je kunt ook elektriciteit nemen of petro leum of vroeg naar bed ra^n eneen duisfcerling worden, vulde de heer S. aan. De voorzitter zei ook, d. t het met de winst meer leek dan het was. Als de ge meente, die goedkoop geld kan krijger1, het niet voor dezelfde rente aan de Gasfrbriek overdeed, zou de winst niet zoo groot zijn. Enfin, er werd nog heel wat over gepraat. De politieke medestander van den voorstel ler mr. Van der Eist- was er ook tegen tegen verlaging van den prijs van het munt gas nl. evenals de heer Pera. En de motie kelderde als een baksteen. Maar drie wilden den werkman goedkooper gas toe denken. De heer Van Tol stemde er zelfs tegen. De heer Reimeringer wilde thans al weer beginnen met de plannen voor de uitbrei ding van het elect risch. tramnet, bijv. naar den breeden boulevard die er nog niet is zooals <le heer Korevaar leuk opmerkte. Maar a en Ws. waren diligent, zei de hij. Nu, daarmede was de heer R. al in zijn schik en in gedachte gleed hij heerlijk over de breede ceintuurbaan, die zeer mis schien weggelegd is voor onze kindskinde ren. Toen gaf de voorzitter, die altijd op esn leuke, onverstoorbare kalme manier de zaken behandelt den heer Sytema een lesje in de elementaire kennis van het koopmans schap. Men was het er over eens dat sa menwerking met naburige gameenten op het gebied van den keuringsdienst voor de zaak en yocr de buitengemeenten zoowel als voor Leiden voordeelig zal zijn. En nu wilde de heer S.. dat de directeur van den dienst de onderhandeling met de Dag. Be sturen zou openen. Dat moeten wij als een goed koopman niet doen repliceerde Ee voorzitter, de menschen moeten bij ons komen, dan bedingen we licht betere voor waarden. En daar zal het nu wel op wach ten, want de directeur van den dienst daciht er ook zoo over hoorden we.. Laten de be sturen der buitengemeenten het zie" vo-" gezegd houden. Samenwerking is vooral in het belang van hunne gemeenten want hoe strenger het toezicht op de levensmiddelen in de centrums, hoe meer minderwaardige artikelen den boer opgaan. Nu kon men aan de afzonderlijke posten beginnen, en men heeft zich door 224 arti kelen die de begrooting telt, vlug heenge slagen. De burgemeester hamerde dat het een lust was, en de heéren bladerden in het lijvig boekdeel in folio. Het was een toer om den voortvarenden voorzitter bij te hou den. Voor wie vast besloten waren in stilte op alles ja en amen te zeggen hinderde dat niet-, doch anderen ging het wel eens wat al te hard. De heer Roem klaagde er een enkele maal over Zoo had men den door herhaalde afstem ming befaamd geworden derden sproeiwa gen al reeds aangenomen voor men het wist, en de heer Korevaar glimlachte al genoeg lijk, voor de heer Roem er op terugkwam, ditmaal niet om een poging te doen den der den wagen nogmaals van de begrooting te weren, maar om te verzekeren dat het toch niets geven zal. Wil men de straten en sin gels stofvrij houden, dan mag men wel acht sproeiwagens aanschaffen, meent hij. Wij krijgen nu eindelijk den derden, mis schien komt er later wel eentje bij, en zoo doorgaande hebben we over 40 jaar den achtsten. Over de verhooging van den gemeente ontvanger en den Commissaris van Politie ieder met f 200, waren de heeren Sijtsma en Van der Eist in verband met de tijdsom standigheden slecht te spreken, hdeveel achting ze ook vooiy de personen mochten hebben. Als straks door de duurte der levensmiddelen de menschen met. kleine weekloonen of jaargelden aankloppen, moet men ze waarschijnlijk met leege handen wegsturen. De VoorzitteT zag dit verband niet in en blijkbaar de meeste leden ook niet, althans de voorgestelde verhoogingen gingen er met overgroot© meerderheid door. Wat die van den Commissaris van Politie aangaat, was de stemming merk waardig. Toen dezelfde verhooging verle den jaar door B. en Ws. was voorgesteld ging er uit den Raad een krachtig verzet tegen en werd het voorstel met 17 tegen 11 stemmen verworpen. Dje heer Roem, die het nu voorstelde, zeide met enkele raadsleden zich te hebben verstaan en vertrouwen te hebben dat het nu zou worden aangenomen, en zoo was het ook. ,,'t Kan verkeerenl" zei Breeroö reeds. Meerdere veranderingen werden tijdens de behandeling niet aangebracht. De heer Sijtsma deed nog wel een zwakke poging om geschrapt te krijgen een post van f 200 voor liet aanbieden van verve.rschingen aan den Militieraad, als deze hier vergader(i, een beleefdheid van de gemeente, zooals B. en Ws .in hun antwoord op het gevraagde in de sectiën liet noemden. Ook elders ge schiedt. dit, echter volgens den Voorzitter en het. zou bij de militaire autoriteiten, die we ook wel eens noodig hebben, geen prot- tigen indruk kuïinen maken, meende hij. Tot een voorstel kwam het niet en de post bleef gehandhaafd. De toeleg van den heer van der Eist om dc subsidie van f 100 aan het Bureau voor Sociale Adviezen, die B. en Ws. van de hogrooting hadden geschrapt, weder geplaatst te krijgen, mislukte- Van een bedrag van f 50, dat de heer Sijtsma ten slotte voorstelde, wilde de meerderheid ook niet weten. Als we ïn rijk Oost-Indië leefden, was het wat anders, zeide de Voor zitter en dat de heer Van der Eist en andere particulieren, die er veel voor voelen, daar voor i ets geven, vond hij best, maar het ligt niet op den weg der gemeente zoo iets te doen. De heer Sijtsma merkte op, dat B. en Ws. en de geheele Raad er in 1903 anders over had gedacht. De lieer Pera stelde ouder gewoonte voor om over den post subsidie aan den Schouw burg, grootf 1500 te stemmen. Men riep hem toe: „Laat het nu maar; 't is toch voor 't laatst," doch daarvan wilde hij niet weten. Hij wenschte te getuigen. Het ging weer rechts tegen links, met uitzondering van de. twee Chr.-Historischen, die ook voor stemden. Bij de volgende begrooting komt deze kwestie in een nieuw stadium. Verder bepaalden de debatten zich tot het geven en het uitspreken van wenschen en liet .maken van opmerkingen. Wel had dc heer Van der Eist nog een voorstel gereed om B. en Ws. uit te noodigeu weer hoo rnen te planten aan den walkant der Viscli- niarkt, wat de heer Reimeringer uit schoon hei dsoverwegingen krachtig steunde, maar men kwam na lang heen en weer praten tot de slotsom, dat allereerst de Markt* commissie er over gehoord moest worden. Wij hebben dus een rapport van de Markt- oommissie aan B. en Ws. te wachten, die dit op eenigerlei wijze wel tor kennis van den Raad zullen brengen en de Raadsleden kunnen, als het niet in hun geest is, altijd nog met voorstellen komen. We verwach ten dat men er wel weer boomen terug zal krijgen en we zouden dit toejuichen ook. Al zal het tegenwoordige geslacht er niet veel meer van genieten, in de toekomst zullen deze boomen tot verfraaiing van dit mooie stadsdeel zeer medewerken. De heer Botermans heeft het even ge had over het gebrekkig politietoezicht in sommige nieuwe stadswijken. Met name in do straten westelijk van de Heerenstraab wordt haast nooit gesurveilleerd, volgens hem. Daarom zou hij meer rijwielen bij de politie willen aanschaffen. Maar wat geven nu rijwielen als ik er de mannetjes niet voor heb? zuchtte de Voorzitter in zijn kwa liteit van hoofd der politie- Dc lieer Boter- mans moest hem de straatnamen eens op een briefje geven, dan zou hij het wel ondeaz-oe- kén. Zonder meer. mannen en moer rijwie len, zullen die nieuwe, straten 'ook nog wel een bèurt kunnen krijgen, dachten anderen. Over het instituut schoolartsen gaapt in onzen Raad een groot principieel verschil, dat gisteren ook nog even uitkwam. Zoolang deze artsen alléén hebben toe te zien op besmettelijke ziekten, ziekten dus die ge- vaar opleveren voor de gezondheid der mede leerlingen, heeft niemand daartegen bezwaar. Als zij wenken willen geven ten opzichte van andere kwalen aan de ouders, dat kan ook nog, zoo redeneeren sommigen, maai' verder mogen zij niet gaan. Zij zouden dan komen op een terrein, dat des ouders is en dat mag niet volgens den heer Briet en het leek ons tioe, dat onze burgemecöteu.1 er ook zoo over denkt. Dc heer Van dei' Eist en wie met hem gelijk denken, zouden in het belang van het volkskind echter verder willen gaan. De schoolarts constateert natuurlijk bij on derzoek der leerlingen veel meer als waar over hij nu zich heeft uit te spreken, zoo als bijv. de verwaarloózing van het gebit, en verkrommingen van den ruggegraat en wat niet al meer. "VVaar het noodig bleek, zou Jiij zulke kinderen naar een kliniek moeten zenden, moenen ze, als de ouders zulke kwalen laten verwaarloozen. De lieer Roem wilde dien weg ook wel op en hem zou het wel lijken, dat do gemeente, nu ze een stel goede leeraren en leeraressen in do gymnastiek heeft, heilgymnastiek ver strekte. Het bleef echter bij het uitspre ken van wenschen. De Voorzitter zeide dat er van B. en Ws. geen voorstel te wachten is in den geest van den lieer Van deil Eist. Wil men dien weg op, dan zal het initatief derhalve van de Raadsleden zei ven moeten uitgaan. Er is van rijpheid van den Raad gesproken gisteren, en wij go- looven dat de meerderheid van dit College voor de denkbeelden van den lieer Van dor Eist op dit gebied zeker nog niet rijp is.. Het vraagstuk der gemeentelijke armen verzorging is door enkele vragen van prof. Heeres ook even om den hoek komen kijken. NieuWo gezichtspunten zijn er echter niet over geopend. Dat de gemeente in dit op zicht meer pn anders moet doen dan tot dusverre gelooven wij ook, en dat men daar mede kan wachten totdat de Regeering met haar Armenwet gereed is, betwijfelen wij met prof. Heeres. Deze heeft ten slotte ook nog de puzzle: was het Luna-park een kermis of niet? ter sprake gebracht. Nieuw licht is ook daar niet over ontsloken en na alles wat etr ook in de kolommen van ons blad over gezegd is, zullen we er nu het zwijgen maar toe doen. Het Lunapark behoort tot liet verleden© cn het zal wel heel lang duren voor wc het weer op het Schuttersveld zien verrij zen. Men kan echter moeilijk den burge meester en evenmin den Raad de schuld ot de eer van zijn verrijzenis geven- Eindelijk hoorden we als antwoord op een opmerking van den lieer Vergouwen nog van den heer Van Gruting, dat de Markt- commissie eerstdaags zal komen met een. voorstel tot verhooging der heffingen bij de groentenveilingen, zoodat liet tekort, dat het vcilingslokaal thans nog voor de gea meent© oplevert, niet langer blijft bestaan- En pa dit nuchtere slot viel de hamer met dubbele kracht, ten toeken, dat de bc- grooting was vastgesteld, zooals we Pog hoorden in ontvangst en uitgaaf op een bedrag van f 1.744.848 of f 767 minder dan voorloopig daarvoor was uitgetrokken. De post plaatselijke directe belasting werd ver meerderd met f S60 en dus gebracht op f 392,576, terwijl voor dc post „onvoorziens uitgaven" bleef uitgetrokken f 12,000- Het was ongeveer half vijf toen do lieerer uiteengingen, i Leiden, 27 October. Aan den stadstuinman J. P. Hemerik is door B. en Ws. den persoonlijken titel van plantsoenopzichter" verleend. Deze onderscheiding schijnt te danken aan het feit, dat bij den jongsten storm gebleken is, met hoeveel degelijke zorg en toewijding deze ambtenaar jarenlang de bem toever trouwde plantsoenen heeft behandeld. Wan neer er ooit van „bewezen" diensten sprake mag zijn, dan is het dus wel in dit geval. Voor het examen in de vrije- en orde oefeningen der gymnastiek is te Amsterdam geslaagd mej. S. W. Westrik, te Leiden. De 1ste luit. H. Zeeman, van het 4de reg. inf. te Leiden, wordt 1 Nov. ontheven van zijn detacheering onder de bevelen van den chef van den generalen staf te 's-Gra- venhage. Men schrijft aan ,,De Standaard uit Leiden „Ook hier wordt er ernstig over gedacht 56) „Ik heb een taal gehoord, die ik niet kon vei staan. Maar ik wilde het u toch zeggen. Yader Narcisse lachte flauwtjes. „Ik bogryp uf" zei hy. „U is een goede vriendin, mademoiselle. A propos, ala myn-, heer Ossory hier komt, wordt de zaak veel eenvoudiger en zal er veel tyd worden uit gehaald." „Waarom?" „Het zal beter zfjn, om datgene, wat er gezegd moet worden, te zeggen in tegenwoor digheid van hem en juffrouw Lane beiden. Veel beter." Maiy vertelde bem nu, dat Téphany een Blaapmiddeltje had ingenomen en in slaap was. En zy eindigde op dien haar teekenen den, ietwat uitdagenden toon, die haar vrien den amuseerde en de menschen, die haar niet kenden, boos maakte: „De dokter heelt me gezegd, dat ik haar niet wakker mocht maken, maar ik -doe het toch." Yader Narcisse boog en ging in den tuin, waar Mary hem, zijn gebedenboek lezende, heen en weer zag loopen. Vrouw Pouldour legde den doode af en nog steeds lag Tóphany in diepe rust en tuurde Mary naar de poort, in de hoop, dat Michael zou komen. Toen zy hem eindelijk op de kromming van den weg zag verschijnen, barstte zij in tranen uit. Vader Narcisse ging hem te gemoet en Mary snelde naar boven, om Téphany voor te bereiden. Gelukkig behoefde zij niet in strijd met het uitdrukkelijk berel van den dokter te handelen, want Tóphany was reeds wakker. Had de tegenwoordigheid van Michael haar doen ontwaken? Uit haar oogen sprak een vraag, over haar lippen kwam slechts één woord „Furie?" Mary knielde neer. Zij wist, dat Tóphany tranen in haar oogen zag. „Spreek niet," smeekte zij. „Furie is dood en Michael is hier. Vader Narcisse zal jou en hem de geheele waarheid'vertellen." „Waarom is Michaelgekomen?" „Ssstl... Ik heb hem laten halen." „Zou hy denken, dat ik om hem heb ge zonden?" „HU denkt, dat ik om hem heb gezonden." Ik hoor hem ai boven komen." ZU stond op, om de dour open te maken. Het eerst kwam do pastoor binnen. TerwUl hy den drempel overschreed, prevelde hy de gewone gebeden. Want was niet Téphany ziek, naar ziel en naar lichaam? Achter hem volgde Michael, bleek en ontroerd. Mary was op het punt, om het vertrek te verlaten, maar Téphany weükte haar te bij ven. „Ik kom hier niet vrywillig," zei Michael. Mary merkte op, dat bU Tóphany aanzag, die niet opkeek en zich niet verroerde. „Ik ben verantwoordelUk," zei de gees- telüke. Michael trad naar hot venster, vader Narcisse ging op den stoel dicht bU de canapé zitten. Mary stond midden in de kamer. „Vóór Furie stierf," zei de pastoor, „nam ik mU voor, u met wat hU mU heeft beleden, in kennis te stellen." De geestelUke keek eerst naar Michael en toen naar Tóphany. Beiden bleven zwjjgen. „'t Was ook zUn eigen wensch." Toen vervolgde hU langzaam: „Furie was oen vroegere aanbidder van Elize Morvézen." „Wat?" riep Michael uit. De priester hief zUn krachtige hand op, en vervolgde: HU was juist in militairen dienst, toen u in Port Navalo kwam om sr te schilderen." En zyn diensuyd was om, toen gU reeds weg waart. Ge moet tooh wel begrepen hebben, dat een mei6je als Elize aanbidders had?" Michael knikte. „Nu scheen het, dat Furie degeen was, dien zU vóór uw komst altyd het meest had aangemoedigd. Toen heeft zU hem ongetwij feld vergeten. Maar toen hy terugkwam, wist zy hem over te halen haar naar ParUs te brengen. ZU gaf hem geen reden op, maar kreeg liet toch van bem gedaan. Zy zwoer hem, dat zy nooit een woord meer tot hem zou zeggen, ala hy weigerde. Toen gaf hy toe. Samen reisden zy naar Auteuil en orernacht- ten daar in een klein logemontje, dat Furie kende. Den volgenden dag ging zy alleen naar Parys." Hy wachtte pven en zag Michael aan, alaof hy verwachtte, dat hy de leemte in het ver haal wel zou aanvullen. „Zy kwam by my," zei Michael. „Wat er tusschen u is voorgevallen, is m\j uitvoerig verteld. Het arme kind had u lief, u gaf niets om haar en toen „Heeft zy zich verdronken in de rivier," besloot Michael. „Neen, gy vergist u." „Wat bedoelt u?" „Zy werd vermoord door Furie," zei de priester. Hy ging voort met praten met indruk wekkend eentonige stem, alsof hy werktui gelijk den levenden een boodschap overbracht van den doode. „Toen zy uw atelier verliet, raynheer Otsory, ging zy naar Furie terug en vroeg hem haar wear naar Port-Navalo te brengen. Toen hoorde hy natuuriyk niet dan met groote moeite haar net zoo lang uit, tot zy höm de heele waarheid by stukjes en beetjes had verteld. Zy zei, dat zy geposeerd had en er trotsch op was. Zij had het niet gedaan voor geld, maar uit liefde. Furie luis terde; en de woede en de jaloezie maakten hem byna krankzinnig. En toen hjj haar bittere verwijten dood, tartte en sarde zy hem, en bekende hem, dat zy hem om den tuin had geleld, dat zy hem alleen had gebruikt als middel om hier te komen, on dat hy min der voor haar was dan het stof aan haar voeten. Zelf was zy zoo wreed gefolterd, hoe kon men van haar verwachten, dat zy een ander zou sparen? Zy waren nu aan den straatweg, maar dicht by een punt, waar aan den eenen kant een steenen muur loodrecht naar den oever van de Seine afdaalde. Er volgde oen worste ling; Furie duwde haar, misschien met opzet, misschien by ongeluk, in de diepte. Zy kwam met het achterhoofd op de steenen terecht. Furie zegt, dat zy dood was, toen hy by haar kwam; zy was dood, maar haar lippen glim lachten. Hy deed al wat hy kon om haar by te brengen. Toen wierp hy, doodeiyk ontsteld over zyn eigen daad, het l(Jk in de Seine." Michael zag Tóphany strak aan, maar zei niets. Hy had een gevoel alsof al zyn krachten hem gingen begeven. Mary.Machm zag hem bleek worden en schoof hem een stoel toe, waarop hy neerzonk. „En toen,".... zei Téphany hoesch. „Furie ontsnapte en liet zich te Paimpol in8chryven voor de kabeljauwvangst in IJs land. Maar hy zei, dat de geest va i Elize Morvézen hem is blyvon vei volgen, en ik, die allee heb gedaan om hot Bretonsche by geloof van m'y af te schudden, ik zou niet durven zeggen, dat zy hem niet vervolgde, omdat hy, niet tevreden met hetgeon hy reeds had ge daan, nog zwoer zich te wreken op u." Hy wendde zich tot Michael. „Waarom nlot?" vroeg Michael. „Wat weer- hield hem or van?" „Hy wist uw naam, en hot schynt, dat hy eens uw portret heeft gezien, geschilderd door een uwer kunstbroeders in Port-Navalo. Overal heeft hy u gezocht en eenigen tyd geleden vond hy u. Den volgenden dag bood hy zich by u aan als inolel. Toen maakte hy een pelgrimstocht naar Saint Yves-de-la-Vóritó. Hy bezat een munstuk, dat, volgens een overoud volksgeloof, den persoon, die hot opraapte, den dood zou aanbrengen, als hij don dood verdiende. Zoo niot, dan zou hy, die zich wilde wreken, zelf sterven." „Dat is gebeurd," fluisterde Mary Machin. „U hebt het muntstuk opgeraapt," vorvolg- de vader Narcisse. „Ja," zei Téphany. „Furie dacht nu, dat de heilige hem een wraak wilde ingeven, nog meor verfijnd dan die, welke hy eens had willen nemen. Hy geloofde, dat hy door Ossory's schuld, de vrouw, die hy liefhad, had verloren. Het zou dus niet meer dan rechtvaardig zyn, dat, door Furic's toedoen, Ossory de vrouw, die hy liefhad, verloor." Tóphany begon weer te beven. (Slot volgtï

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1