ünekdoten.
Nieuwe Raadsels.
oplossingen der Raadsels.
boörte oplossingen omvangen van:
Correspondentie.
te werd' weer overal gezien, meelijdend en
vertroostend, waar geleden werd en opbeu
rend en opvroolijkend, waar haar onderda
nen door teleurstelling en rampen ge
troffen waren.
Ingez. door Freek Eey.
Rust.
Moeder tot haar zoontje.
Jan, waarom studeer je niet, je hebt het
laatste halve uur de piano niet aangeraakt.
Ik heb toch wel gestudeerd Moe.
Er zijn maten rust in mijn 6tukje en c1 ,ar-
in oefen ik me, tot ik ze alle. goed ken."
Ingez. door Tennis v. d. Kwast.
Waarom huil je toch zoo ventje?
Jongen: ,,Ach, mijnheer, ik heb zoo even
aan pa mijn schoolrapport moeten laten
lien, en dSat deed me nog zoo'n pijn."
Kleine Nel: „Mg,ma zou er in deze co-
cosnoot melk zitten?" ,,Ja liefje ik denk
het wel."
„Maar hoe zou ze dan gemolken worden."
Ingez. door „Leeuw van Modderspruit."
Kindermond.
Tante. }1Foei Harry, je mag maar niet
tegen ieder jij en jouw zeggen. Dat is erg
ondeugend1."
Harry: „Maar tante, waarom zegt u dan
niet tegen de vischvrouw ,,Hoe duur kost
dien kabeljuw in plaats van kabeljouw?"
Ingez. door Corrie van Delden.
Uit de school.
Jan, wat zijn mummiën?
Ingemaakte menschen, meester.-'
Verschil.
A.Waar ga je naar toe de volgende
maand naar Europa?
B.Neen* naar Holland.
Ingez. door „Rosa Fluweeltje."
Grootpapal
Jantje: „Hè, grootpapa^ u mist twee
vingers aan de linkerhand, Hoe komt dat?
Grootpapa: „Die zijn er in den oorlog af
geschoten. Ik heb een schot door mijn hand
gehad."
Jantje: „Dan heeft u zeker ook een
schot- door uw haar gehad."
Ingezonden door „Dagbloem".
l [S3
Ik heb vijf letters in mijn naam,
Voegt men er 4, 2, 5 van sa&m,
Dan treft gij het bij een rijtuig aan.
1, 3, 5 doet vaak vrees ontstaan,
Maar is toch een zeer nuttig dier.
Op het veld vindt gij mijn 2, 3, 4
En zijt ge nog al vlug- ter been,
Dan noemt men u wi$ 4, 2, 1.
2, 3, 4, 5 heeft mensch. en beest,
Doch blijft niet steeds wat het is geweest.
Ingez. door „Leeuw van Modderspruit."
a
Mijn geheel is in Leiden en bestaat uit 6
letters.
Een 6, 4, 3 treft men dikwijls op een wei
land aan.
1, 2, 3 gebruikt men voor een brief.
Een 6, 7, 2, 5 is 's morgens vroeg in de
weer.
3, 2, 8, 3 gebruikt de me'tselaax.
1. 2, 3, 4, 5 is een stof.
Ingezonden door „blondje".
LIL i
Ik word door iedereen Vnet bewondering
aanschouwd.
G, 7, 7, 11 is een hemellichaam.
2, 10, '12, 5,-4, 11 is een groot gebrek.
Men eet pudding met 1, 2, 7,
4, 3 is een voedingsmiddel.
7, 8, 9 is een uitroep.
6, 7, 11 is geen vrou^."
Beginletter is V.
L
Drie October.
U.
HeJenaveen.
11
Feuilleton,
„Sneeuwwitje," Ina Cornet, P. W. de la
Court, „Juliaantje," „Columbus," Dirk
van Zanten, Francina en Theresia Veeren,
Dora en Mane Barendse, J. J. van Rijns-
wou, Marie Oostveen, Tonio Ballego, „Pop-
penrrouwtje," „De kleine Zeelbods," D.
de Bruyn, Francina Crania,- Mathilda Lee
ning, „Piet Hein," Henri Straatsburg,
Cornelia Stafleu, C. L. Janssen, Jo Kra
nenburg, „Vleugeltje Groen," „Vleugeltje
Blauw," Maurits Lehman, „Jan Ongeduld,"
Truus van Kleef, „Saartje en Annie," Dirk
Houthoff, „Hermanus," „Boterbloempje,"
Anna Optendrees, „Meibloempje," Marga-
retha Bomli, „Kleine Winkelier," „Juliana-
bloem," „Kleine Meubelmaker," „Onrust,"
Betsy Christiaanse, „Kleine Huishoud
ster," Maria Boter, Jan Rothert, Abramina
Bomli, E. J. Bomli, „Wilhelminalinde,"
Freek en Zus Bey, „Violenkransje," Maar-
tje Zitman, „De twee J.'s," SaaTtje Ouds
hoorn, J. J.Werner, „Klaproosje," Berthus
Koren, Cornelia Slinger, „De kleine Zee-
offcier," Bertha Kolkman, Nico en .Corne
lia van Eek, „Leeuw van Modderspruit,"
„Heliotrope," Goudvinkje," „Storm-
vrouwtje," Andries Bizot, Maria Kelder
man, Arie Gille, „Blonde Eliza," Manetje
Libot, Corrie Pommee, „Vondel," S. en H.
Florisson, „Roodkapje," „Rosa Flu
weeltje," „Raadsh'eertje," „Varentje," N.
Groen, C. Vallentgoed, „Goudstaartje,"
„De Amsterdammer/ Aplonia Mechelse,
Jan Hageman, Corrie v. d. Klein, „Post
duif," te Leiden.
B e t s y v. d. Meer, te Oegstgeest.
„Hyacint en Tulp", „Meitakje,", te
R ij n s b u r g.
Cornelis Honig, te Voorschoten.
Trijntje Kriege, K. G. van Ammers, A.
van Santen, te Wassenaar.
„Koba en Mina," te W armond.
Johanna van Tilburg, Johanna en Aartje
PaTlevliet, te Zoeterwoude.
Prijzen vielen ten deel aan: P. W. de la
Court en Saartje Oudshoorn, te Leiden,
en K. G- van Ammers, te Wassenaar.
K. G. van Ammers. Natuurlijk mag
je met ons meedoen, heel gaarne zelfs;
want hoe meer onze kring zich uitbreidt,
hoe liever 't naij is. Vertel me de Yolgendo
week maar eens het een e-n ander over je
persoontje; als: hoe oud je bent, waar je
school gaat, in welke klas je zit enz.
Trijntje Kriege te Wassenaar,
dank ik voor haar mooie prentbriefkaart.
Hyacint en Tulp te Rijnsburg. Je
briefkaart was mij niet recht duidelijk.
Jullie hebt toch nog geen prijs gewonnen,
is 't wel? In ieder geval moet je er steeds
aan deuken, je brieven zoowel met je wa
ren naam als met je schuilnaam te onder
teekenen.
Corrie v. d. Klein. Je versje vind
ik niet onaardig. Wat prettig voor je
ouders, dat broer zoo z'n best doet op
school en een mooi maandboekje thuis
bracht. Als vlijt en gedrag maar in orde
zijn, komt de rest van zelf wel.
,,R Jodkapje," heet ik hartelijk wel
kom in onzen kring en raad haar aan, voor
zichtig te zijn met- wolven. Altijd maar
recht door naar huis gaan, is het veiLgst,
meisje
M a r e t j e Libot. Als je nog maar
acht jaar bent, wil ik je potloodbriefjes
nog wel voor lief nemen, maar ze zien er
zoo netjes uit, dat je het al best met inkt
zoudt kunnen, deen.
„Blonde 1 i z a.Ja meisje, ziek
zijn is waarlijk niet alles I Gelukkig, dAt
het bij jou niet lang geduurd heeft en je
nu weer an je gewone bezigheden bent.
„Stormvrouwtj e". Nu jij hebt- je
waarlijk niet te beklagen over. jé verjaar
dag, want je hebt bijzonder mooie cadeaux
gekregen I
„H 1 i o t r o p e". Tegen je schuilnaam
heb ik geeai bezwaar, want die bloempje»,
mag ik wel. Hoe komt het, dat je indertijd
hebt opgehouden aan onze rubriek mede
te werken
,,L eeuw van Moddersprüi t''.
Ik ben het volkomen met je eens, dat er
gedurende de wintermaanden gee aardig
heid aan is om fietstochtjes - ondernemen.
De wegen zijn dan dikwijls zoo vettig en
men heeft alle kans te slippen, hetgeen na
tuurlijk minder aangenaam is. Als j© dus
het bosch wilt zien, dan zal je den trein
moeten nemen. Vooral op Zondagen komen
©r yerbazend ved menschen het jsch be
zichtigen, alhoewel er reeds heel wat ge
ruimd is.
Nico en Cornelia van Eek. Er
komen zich elke week zooveel nieuwe vriend
jes en vriendinnetjes aanmelden, dat 't mij
soms aan plaatsruimte ontbreekt, om hen
allen afzonderlijk welkom te heeten. Ik heb
bovendien reeds meermalen geschreven, dat
alle kinderen van abonné's zonder uit
zondering met ons mee mogen doen.
Bertha Kolkman. Jn. meisje, voor-
loopig mag dat nog wel, maar als we een
paar maandjes verder zijn, dan moet je
het toch heusoh eens met pen en inkt pro
be eren.
„K 1 e i n e Ze e-0 f f i c i e r." Ik neem
het niemand van jullie kwalijk, als hij e;r
mede eindigt aan ons blaadje mede te w©r
ken want kleine kinderen word'en groot en
Daar mate wij grooter en ouder worden
krijgen wij grooter verplichtingen, moeten
we meer leeren enz. en dan schiet er voor
liefhebberijtjes geen tijd meer over. Nu je
echter zelf het verlangen te kennen geeft,
weer met ons mee te willen dien, vind ik
dat heel prettig.
,,B oterbloempje s." Jullie verlan-
gen zal ik gaarne inwilligen.
„Piet Hein.". Ja vriend, je schuilnaam
\ind ik best en je medewerking zal mij aan-
genaam zijn..
„Dierenvrien d." Als jij zoo'n lief
hebber van schaatsenrijden bent, verwon
dert het me niet* dat je naar een st engen
winter verlangt die trouwens voorspeld
is maar je raadselvriendin, is een echte
koudkleum en zij hoopt, dat er van al die
voorspellingen niets zal uitkomen.
„P oppenmoedertj e". A.m vrouw-
ke, heb jij al zoo'n last van hoofdpijn? Nu,
dan beklaag ik je uit des grond van mijn
hart; want het is een nare, hinderlijke
kwaal.
J. v. R ij n s w o u. Ik heb er volstrekt
geen bezwaar tegen, dat je je zusjes plaatg
bij mij komt innemen,
Marie O o s t v e en. Wat naar voor
jullie, dat jeonoè geen bericht ontving van
je familie. Zou het kunnen, 'dat ze verzuim
den te schrijven, of is er ook van het schip
niets bekend. In de couranten kan men dat
toch nagaan I
Ina Cornet. Je schuilnaam vond ik
minder aardig. Wil je dus een anderen be-'
denken
Goud vinkje en Jo en A. Peiger,
dank ik voor hun mooie prentkaarten.
MARIE VAN AMSTEL,