xvrii OPIUM. Kunstmatige verandering van planten. het feit, dat groenvoeder veel meer ijzer bevat dan graan, blijkt de groote beteeke- ms van eerstgenoemd voeder. Daar de nor male kleur der eierdooiers de meer donkere is, verdient het aanbeveling te zorgen voor eieren met donkere dooiers, ook omdat er van eieren met lichtgele dooiers minder ge legd worden, daar de lichtgele kleur wijst op verkeerde verpleging en voeding, en bij deze is het houden van hoendeTs zoo goed als altijd voordeelig. Het geven van volop groenvoeder en vleeschvoeder aan opgeslo ten kippen is dus in het belang van hun eigenaar. Dat het voeder niet zonder in vloed is op den smaak der eieren, is ge noegzaam gebleken bij proeven, waarbij men den hennen o.m. gehakte uien door het ochtendvoeder gaf. Nooit verzuime men den vastzittenden kippen wat ijzervitriool (koperrood) door het drinkwater te geven. Een voorbeeld van den invloed van het voeder op de kleur der eieren leveren ons ook de eenden. Waar deze veel eikels eten, leggen zij vaak bijna zwartschalige eieren met hoogroodè dooiers, die bij het koken, ten gevolge van het aanwezige looizuur, dik wijls diepzwart worden. Ook zou waarge nomen zijn, dat eenden, die veel verorberen welke veel bladgroen in hun ingewanden hebben eieren met groenachtigen dooier zouden leggen. Dit is evenwel niet waar schijnlijk, daar de hoenders in hun groen voeder ook veel chlorophyl opnemen en zich dit wel niet anders zal gedragen dan dat in het voedsel der meikevers. HOERENKRIJT. Eigenlijk is dit cude Friesche gebruik niet zoo omslachtig, mits men in de geheimen eir van zij ingewijd. En deze zijn in onze eeuw misschien, ondoorgrondelijk voor dezen en genen, in den goeden ouden tijd waren zij voor koo- 'en verkooper vrijwel 'liet eenige middel om elkaar zoo'n beetje te controleereD. Bij het z.g.n. „hoerenkrijt" bediende men zich van Romeinsohe cijfers. Een schipper besteedde bijv. bij een winkelier voor 2 gul den 18 stuivers 31 cent. Of „besteden" deed hij eigenlijk niets, want er werd op krediet geleverd. Dan werd op de lei of op een deur of schutting met krijt de vol gende formule geschreven.. Fokke Schipper: II O O o c Soms werden de centen achter de stuivers gevoegd, omdat deze, wijl klein geschreven, geen verwarring konden geven. Liep echter het bedrag over de honderd gulden, dan gaf de eerste rij de honderdtallen (bijv. I) weer en de volgende het aantal guldens daarbeneden; dan de stuivers en vervolgens de centen. Bij zakenmensolien kon men dikwijls de binnenzijde van een kastdeur of soms een gewone schutting aldus „bekrijt" vinden. J.P. Rinses Jeltje Jetse Schroor XVII— VIIII IIII— VIIIoooc VI— XIIoo IIIoc Vooooo VIIoc Waaruit bleek, dat J. P. (die zijn naam liever niet voluit geschreven zag, omdat de deur zoo dikwijls geopend werd,) Jeltje de vrouw van Rinse, en Jetse ('bijgenaamd Schroor of (kleermaker) te boek stonden: de eerste voor 174 stuiver, 8 stuivers, cent en 3 stuivers li ct.Jeltje voor resp. 9 stuivers, 64 stuiver en 5 stuivers 44 cent; Jetse voor 44 stuiver, 12 stuivers, 2 ct. en 7 stuivers, liet. Het hoerenkrijt veroorzaakt onder de boeren soms nogal gekrijt, omdat de koo- per meende, dat leverancier verkeerd „gekrijt" of met dubbel krijt geschreven had. In weerwil hiervan bleef echter de methode in zwang, en zelfs nu nog wordt zij wel toegepast tegenover klanten, die le zen noch schrijven kunnen. Want wie de Arabische cijferkunst machtig is, en wie is dit tegenwoordig neit? zal zich ^..'j voorkeur dadrvan bedienen. Wat evenwel niet wegneemt, dat ook nu wel sommigen een Arabische" rekening te hoog vinden en deze op tijd te voldoen een verplichting aohten, met de nakoming waarvan men het niet zoo nauw heeft te nemen. Het melksap van onrijpe doosvruchten van den maankop (papaver somniferum) levert het opium, dat een kostbaar genees middel is. Jammer echter, dat het misbruik van opium, het z. g. amfioen of opium schuiven, waardoor vooral de Oosterlingen zich het genot verschaffen, bewusteloos neer te liggen, droomende zoete, verlok kend© droomen, groote ellende veroor zaakt. Het winnen van opium kan in elk zacht klimaat geschieden, dooh het ii* Indië en Azië verbouwde is van beter kwaliteit clan dat in Europa, Australië, Algiers en Ame rika. Weinig dagen voor het afvallen der bloembladen, maakt men diepe insnijdingen in de doosvruchten van den maankoop, en het daar 's nachts uitgeloopén melksap strijkt men 's morgens met een mes af, ver zamelt het op een papaverblad en kneedt het samen tot een koek. In verschen toestand is opium eenigs* zins week, van binnen lic-htbruin en ver toont op de doorsnede kleine korreltjes; in gedroogden staat is het donker van kleur en van binnen glanzig, roodachtig bruin. Het is bedwelmend van. reuk, bitter, van smaak en lost slechts voor een klein gedeel te op in water en alcohol. Het opium is, gelijk wij reeds zeiden, een zegenrijk geneesmiddel, maar veroorzaakt tevens, als bedwelmingsmiddel, groote el lende en mateloos wée. Men verslaaft er zich lichter aan, dan aan den alcohol en het verwoest nog in heviger mate de ge zondheid, het huiselijk geluk en den lust tot werken. Het wv..-kt in kleine giften in de eerste plaats opwekkend, voorts pijnstil lend, zweetdrijvend en slaapbevorderend, cloch in grootere giften prikkelend, ver hittend, bedwelmend. In nog grootere gif ten verstoort het de werkzaamheid der zintuigen, verzwakt de zenuwen, brengt de geestvermogens in verwarring, veroorzaakt een aanhoudenden, met aangename lucht- kasteelendroomen vermengden slaap. Langzamerhand ontstaat totale opiumver giftiging, d. i. de dood. Men bezigt het opium in vele gevallen als geneesmiddel, zoowel in den gewonen vorm als in extract of tinctuur. Tevens ge bruikt men het in groote hoeveelheden tot het verkrijgen van morphine en andere al- kololden, maar grootendeels dient het tot bedwelmingsmiddel. Dit misbruik is vooral heerschend in het Oosten, bij de Turken, Grieken en Perzen, alsmede bij de Amerikanen en Engelschen. Onze Oost dienen wij hier niet te vergeten. Inzonderheid zijn de Chineezen opiumschui vers. De opiumeters zijn bij de Turken in verachting en dragen den naam van theria- kiden; men vindt hen op de opiummarkten, van waar zij hun voorraad medebreng m en als wandelende lijken met bleek gelaat, een uitgerekten hal6, wankelenden tred, doffe oogen en stamelende tong rondwaren. Zij plaatsen zich op rustbanken langs een gaanderij en verzwelgen een zeker aan tal opiumpillen met een glas koud water. Binnen een uur bevinden zij zich dan in een zalige roes, waarin zij in hun droo men al hun wensohen vervuld zier. Slechts weinige opiumeters bereiken een midde!ma tigen leeftijd. Om het opium tot rooken, tot. achuiven geschikt te maken, wordt net door koken in water opgelost, waarna men de oplossing filtreert en verdampt. Willen de schuivers rooken, dan leggen zij hun hoofd op een kussen, steken een weinig opium aaneen soort van naald, houden het in de vlam en planteen het in den kleinen kop der opium- pijp; voorts houden zij dezen bij het trek ken aan de vlam en brengen met een paar teugen den rook in de longen, hetgeen er varen rockers meermalen doen. Naar men verhaalt, zijn de opiumschui vers in den beginne vroolijk en levendig, ja dikwijls twistziek. Men ontwaart bij hen een rood, opgezet gelaat, glinsterende oogen, een versnelde ademhaling, een vlug gen bloedsomloop, een gevoel van warmte, levendigheid van gevoel en verbeelding. La ter echter komt de reactie, de afmatting volgt en den volgenden morgen prikkelt een hoogst onaangenaam gevoel den mis bruiker tot nieuw opiumgenot. Wordt hem dit dan onthouden, dan lijdt hij onbeschrij felijke ellenden, voelt zich ziek, zwaarmoe dig, verstijfd. In Noord-Amerika kwam eerst in 187G het t opiumschuiven in de aanzienlijkste steden van het Westen te Chicago, St.-Louis en New-Orleans in zwang en eenigen tijd later' ook te New-York. Thans is het opiumver bruik aldaar aanmerkelijk toegenomen. De vergunning voor den verkoop van opi um wordt met aanzienlijke sommen betaald. Het is een verblijdend feit, dat ontwikke-' ling en beschaving ook in dit misbruik veel ter verbetering hebben bijgedragen. Vermoedelijk heeft het gebruik van opi um veld gewonnen te gelijk met den Islam, daar"- de Mohammedanen aan het opium moed en doodsverachting ontleenen, twee zaken, voor den Mohammedaan het hoog*' ste goed. In Indië ontwikkelde zich de maankop- verbouw aanvankelijk in Malwa omstreeks de 13de eeuw. China leerde het opium (ken nen door de Arabieren, doch het werd er alleen als geneesmiddel gebruikt tot in de tweede helft der 17de eeuw, toen er de heilloozo gewoonte van opiumschuiven in de mode kwam. China betrok vroeger zijn opium (jaar lijks meer dan G millioen K G.) van de Britsch Oost-Indische Compagnie, die de opiumcultuur als monopolie uitoefende in Bengalen. Onze Oost echter voerde met China een levendigen handel in o-pium, dooh sedert 1853 verbouwt China zelf opium, 20cr- dat de invoer niet meer van zooveel belang geacht kan worden. Het behoeft nauwelijks gezegd, dat het opium, als bedwelmingsmiddel, enorm veel menschel ijk onheil aanricht, en het is te hopen, dat met strenge wettelijke bepalin gen de. kanker van het Oosten spoedig wor de te keer gegaan en uitgesneden. Door de klassieke onderzoekingen vaü Hugo de Vries aldus meldt de „Franj&f. Zeitung" is de mogelijkheid, om ver anderingen in de erfelijke eigenschappen van planten langs kunstmatigen weg teweeg ge- brengen, in een geheel nieuw licht ver schenen. Ook voor de natuurwetenschap in) hot algemeen is verder onderzoek naai' deze verschijnselen begrijpelijkerwijs van het' grootste belang, wijl zoodoende nieuwe ge zichtspunten over het wezen der soort eni der variabiliteit te verwachten zijn. Het is vooral op grond hiervan, dat dei botanische afdeeling van het Carnegie-ii*- stituut te "Washington onder leiding v/n prof. D. T. Mac Douglas zich speciaal 'toe legt. op zijn onderzoekingen in deze richfoing. In de „Botanische Zeitung" publiceert Dou glas thans de resultaten van zijn zesjarigen arbeid. Hij ging uit van vroegere proeven, cm op de ontwikkeling van het planten*, embryo invloed uit te oefenen, door af ge. sneden bloemstelen in verschillende chenü. sehe oplossingen te doopen. Resultaten Leb ben deze proeven tot dusver nog niet ge- had, evenmin als het aanwenden der op lossing bij de groeiende;* plant zeil'. Toen; bedacht Douglas een soort van enting: het brengen van de chemische oplossingen di-, reet in den stamper der plant, vóór bevruch ting had plaats gevonden. Voor zijn proe- ven maakte hij gebruik van twee planten,1 de welriekende Raimannia en de Taunis- bLcem, die hij tal van generaties dóór rein' had gekweekt. Als oplossing gebruikte hij oplossingen van suiker, zinksulfaat en cal- eiumnitraat in gedistilleerd water. Buiten- gewone voorzichtigheid en geduld waren hier. bij noodig, daar d-e plant op de enting door gaans reageerde met het afstooten van den stamper. Echter gelukte het toch, bij beicLe

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 21