N«. 15754-
Zatei'dag TL .Juli.
A°. 1911.
(Beze [Courant wordt - dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Officieels Kennisgeving.
Uit de „Staatscourant".
FEUILLETON.
De IféfSe overwon.
LEIDSCÏÏ
DAGBLAD
PEUS DE& ADYERTENTIEN:
Van 10 regels f LO6. Ieder® regel meer ƒ0.17}. Grootere letters naar
plaatsruimte. Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 Oents contant j elk
tiental woorden meer 10 Oents.—Voor het incasseeren wordt f 0.05 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Toor Leiden per week 9 Oentei per 2 maanden I 1 f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd aijn 1.30.
Franco per poet 1.65.
Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden,
op Donderdag 6 Juli 1911, d«i namiddags
ta twee uren.
Te behandelen onderwerpen:
1 J. Benoeming van een ondefrwijze'r met
fvfirplichte hoofdakte aam do school der 4de
klasse No. 1. (159)
2. Benoeming van een onderwijzer met
[verplichte hoofdakte aan de school der 4de
klasse No. 2. (159)
3. Benoeming van een onderwijzer met
^verplichte hoofdakte aan de school der 3de
klasse No. 3. (159)
4. Benoeming van vier leden van het Be-
fcffcuur van het Gemeentelijk Wcrkloozenfonds.
{112)
5. Verzoek van mej. I. A. Thomése om eer-
}vcl ontslag als leerares aan de ïïoogere Bur-
igerschool voor Meisjes en als tijdelijk leera-
tres aan dé Hoogero Burgerschool voor Jon
gens. (171)
-6. Bekening, dienst 1910, van het kramk-
fcinnigengesticht Endegeest" en het sanato-
(rium „Bhyngeest." (158)
7. Voorstel tot bestendiging van de huur
■van de bovenwoning van het perceel Nieuw-
lïteeg No. 10a. (170)
8. Voorstel tot bestendiging van de huur
[van het pakhuis in de Dolhuissteeg No. 18.
(170)
9. Verzoek van de Naamlooze Vennoot-
gchap „Alg. Ned. Slachtvee-Vcrzekeringmaat-
i&chappij" om vergunning tot het plaatsen
[van een verplaatsbaar houten gebouwtje op
$.en terrein nabij de veemarkt. (161).
10. Verzoek van de afdeeling Leiden van
Hen Volksbond tegen Drankmisbruik om het
[gebruik van een der lokalen van het Caeci-,
lia.-Gasthuis. (169)
11. Voorstel tot uitbreiding van het aantal
lesUren in het Hebreeuwsoh ia de 6de klasse
[van het Gymnasium. (173)
12. Verzoek van P. Kooreman om opheffing
Van de onbewoonverklaring van de perceelen
'Paradijssteeg 22 en 22a. (1G3)
13. Verzoek von M. de Tombe om' wijzi
ging van de bij het uitbreidingsplan vastge
stelde rooilijn van de ten zuiden van de
Sta ds-Molemsloot geprojecteerde straat. (162)
14. Voorstel om aan \V. J. Dieben vergun
ning to verleenen tot het dempen van een
gedeelte sloot langs den Zoeterwoudschen Sin
gel, kad. hekend Sectie M No. 564 en om
jeen bijdrage te verleenen in de kosten dier
elootdemping. (165)
15. Verzoek van de Vereeniging tot be
vordering van de opleiding tot instrument
maker om verhooging van hot haar toegekend
(Subsidie. (164)
16. Verordening, houdende wijziging der
verordening van 5 December 1907 (Gem.blad
•No. 27), regelende den rang en do bezoldi-
[ging van do ambtenaren en bedienden ter
gemeente-secretarie en op het kantoor van
$.en gemeente-ontvanger. (168)
17. Praeadvies op het verzoek: van de brug-
[wachtersvereeniging „Verbetering zij ons
Streven", om wijziging te brengen in de
salaris- en pensioensregeling der brugwach
ters. (167)
18. Verordening, regelende de heffing van
Schoolgelden aan het Gymnasium, de Hoo
gero Burgerschool voor Jongens en de Hoo
gero Burgerschool voor Meisjes te Leiden.
(160)
19. Verordening betreffende de aansluiting
van partioulieren aan het net voor electri-
sche uurwerken door de Stedelijke Pabrieken
van Gas en Electrioiteit. (166)
20. Verordening, regelende de heffing van
een belasting op tooneeluitvoeringen en an
dere openbare vermakelijkheden in de ge
meente Leiden. (94 en 125)
21. Verordening, regelende de invordering
van de belasting op tooneolvertoon'ingen en
andere openbare vermakelijkheden in de ge
meente Leiden. (94 en 125).
22. Bezwaarschriften tegen aanslagen in
de plaatselijke directe belasting, dienst 1911.
(174)
Nieuwe salitriaregeling der
brugwachters, enz.
Zooals bekend is, werd de salarisrogeling
der brugwachters na in den loop der jaren
herhaaldelijk te zijn herzien, laatstelijk hij
raadsbesluit van 6 Juni 1907 als volgt vast
gesteld
voor de brugwachters 2de klasse: aan-
vangswedde f "525, met 2 verhoogingen, tel
kens na 5 jaren dienst als zoodanig, van
f 25, tot een maximum van f 575, benevens
het genot van vrije kleeding en schoeisel,
gesohat op f 65;
voor de brugwachters 1ste klasse: aan-
vangswedde f 600, met 2 verhoogingen, tel
kens na 5 jaren dienst als zoodanig, van
f 25 tot een maximum van f 650, benevens
het genot van vrije kleeding en schoeisel,
gesohat op f 65.
Thans vraagt de brugwachters-vereenigïng
„Verbetering zij ons Steeven" in een tot
den Baad g.ericht adres andermaal om loons-
verhooging en wel in dien zin, dat zoowel
aan de brugwachters 2de klasse, als aan
de brugwachters 1ste klasse nog een derde
periodieke verliooging in uitzicht wordt ge
steld en dat de periodieke verhoogingen in
plaats van zooals nu om de 5 jaar, om de
3 jaar worden toegekend.
Bovendien drukt zq den wensch uit, dat
evenals de agenten van politie, ook de-brug
wachters reeds na, 30 in plaats van na 40
jaar dienst een pensioen ten bedrage van
2/s van den pensioengrondslag deelachtig kun
nen worden.
Inwilliging van d'it laatste verzoek mee-
nen B. en "VVs. beslist te moeten ontraden.
De dienst der brugwachters toch is h. i.
eenvoudig niet te vergelijken met dien der
politiebeambten en der gasstokers, die reeds
na 30-jarigen dienst hun aanspraken op pen
sioen ten bedrage van -/■$ van den pensioens
grondslag kunnen doen gelden. Ook behoeft
men er geen oogenblik aan te twij
felen dat hij het toegeven aan den
wensch der brugwachters weldra verschil
lende ambtenaren, in andera takken van dienst
werkzaam, hetzelfde zullen komen vragen,-
welke ambtenaren mén dan misschien moei
lijk zal kunnen weigeren, hetgeen men den
brugwachters heeft toegestaan. En welke fi
nancieels gevolgen dit voor de gemeente
zou hebben, behoeven wij zeggen B. en
~Ws. wel niet te zeggen.
Eenigsvdns anders staan zij tegenover het
verzoek om salarisvarhooging.
Na rijpe overweging komt het hun voor,
dat er, ook al zal betrekkelijk spoedig tot'
een algeheele reorganisatie van den dienst
worden overgegaan, met het oog op de om
legging van het BijnSohiekanaal, inder
daad wel termen aanwezig zijn om het salaris
der brugwachters een kleine verhooging te
doen ondergaan.
Het valt toch niet te ontkennen, dat de
aanvangswedde der brugwachters 2de klas
se, ten bedrage van f 525, in verband met
de salaiisssen in andere gemeenten, niet te
hoog is te noemen.
Tegen de door adressante voorgestelde
regeling hebben B. en Ws. echter bezwaar.
Yan de invoering daarvan zou namelijk het
gevolg zijn, dat het maximum-salaris van
de brugwachters 2de klasse zou worden
f 600.dat is 'tzelfde salaris, dat de brug
wachters 1ste kl. ook bij de door de brug-
wachtersvereeniging gewenschte regeling
als aanvangswedde zouden ontvangen. Veel
rationeeler en voor de brugwachters in
vele opzichten ook voordeeliger komt .het
B. en Ws. daarom voor zoowel het mini
mum-salaris der brugwachters 2de klasse,
als dat der brugwachters 1ste klasse met
f 25.te verhoogen en mitsdien te bren
gen resp. op f 550.en f 625Evenwel
zal dan, gelijk vanzelf spreekt, de toeken
ning der verhoogingen om de 5 jaar moe
ten blijven geschieden en het aantal dier
verhoogingen op 2 moeten blijven bepaald.
Immers, bij inwilliging van het verzoek
van adressante zouden de brugwachters
2de klasse, afgezien van het genot van
vrije kleeding en schoeisel, als aanvangs
wedde f 525.na 3 jaar f 550.na 6 jaar
f 575.— en na 9 jaar f 600.— ontvangen,
terwijl volgens de door B. èn Ws. voorge
stelde regeling hun salaris direct f 550.
na 5 jaar f 575.en na 10 jaar f 600.zal
bedragen.
Hetzelfde geldt ten opzichte van de
brugwachters 1ste klasse- Ook liier het ge
not van vrije kleeding en schoeisel buiten
rekening gelaten, zouden zij volgens den
wensch van adressante als beginsalaris f 600
na 3 jaar f 625, na 6 jaar f 650 en na 9 jaar
f 675 ontvangen, terwijl de regeling van
B. en Ws. hun direct een salaris van f 625,
na 5 jaar van f 650 en na 10 jaar van f 67o
in uitzicht stelt.
Het is dus duidelijk, dat door de door
B. en Ws. voorgestelde regeling niet alleen
het bezwaar ondervangen wordt, hetgeen
tegen het toekennen van een zelfde bedrag
als maximum-salaris voor de 2de klasse en
als minimumsalaris voor de 1ste klasse be
staat, doch ook, dat die regeling voor de
brugwachters zeiven in vele opzichten voor
deeliger is en bovendien tot gevolg heeft,
dat de laagst-bezoldigden, ook bij eerste
aanstelling, direct een salaris, dat f 25
hooge'r is, deelachtig worden. Eindelijk
zullen bij aanneming van het voorstel van
B. en Ws. alle brugwachters dadelijk bij de
in /erkingtreding der nieuwe regeling 25
meer salaris ontvangen.
Indien echter het maximum-salaris der
brugwachters 1ste klasse tot f 675 wordt
verhoogd, zal ook de jaarwedde van de ha-
venrecheroheurs een verandering moeten
ondergaan.
Hun salaris werd in 1907 aldus vastge
steld: aanvangswedde f 675 met 2 verhoo
gingen, telkens na 5 jaren dienst als zoo
danig, van 25, tot een maximum van
'f 725, benevens het genot van vrije klee
ding en schoeisel, geschat op f 100. Dit
salaris zal nu noodwendig eenigszins moe
ten worden verhoogd, aangezien er anders
nagenoeg geen verschil meer zou zijn tus-
soKen het traktement van den hoogst-
bezoldigden brugwachter en dat van den
boven hem geplaatsten rechercheur. B. en
Ws. stellen daarom voor de aanvangswedde
van de havenreoheroheurs van f 675 te bren
gen op f 700. Bij behoud der tegenwoordige
verhoogingen wordt dan hun salarisrege
ling: aanvangswedde f 700, met 2 verhoo
gingen, telkens na 5 jaar dienst als zooda
nig, van f 25, tot een maximum van f 750,
benevens het gehot van vrije kleeding en
schoeisel, geschat op f 100.
Eveneens zal nu naar het inzien van B.
en Ws. het traktement van den adjunct-
markt- en havenmeester een kleine wijzi
ging moeten ondergaan. Thans bedraagt dit
f 800, met 2 verhoogingen, telkens na 3 jaar
dienst, van f 100, tot maximum van f 1000.
De tegenwoordige titularis, die 15 Janu
ari 1905 als zoodanig in functie trad, heeft
dus eerst weinige maanden geleden zijn
laatste verhooging ontvangen en er is dus
naar het oordeel van B. en Ws geen enike-
lo reden, om hem reeds nu weder verhoo
ging deelachtig te doen worden. Wel zou
den zij in de toekomst nog de toekenning
van een kleine verhooging mogelijk willen
maken.
Zij geven daarom in overweging zijn sa
laris nader aldus te regelen, dat wel het
.begin- en Qiet eindsalaris met f 50 wor
den verhoogd, doch daartegen de beide ver
hoogingen eerst 5 en 10 jaar na de in
functietreding zullen worden genoten. De
regeling wordt danaanvangsweddef 850,
met 2 verhoogingen, telkens na 5 jaren
dienst als zoodanig, van f 100, tot een maxi
mum van 1050, onder bepaling, dat de te
genwoordige titularis totdat hij 10 jaar in
functie is, in het genot blijft van zijn te
genwoordig salaris ad f 1000.
Ten slotte het traktement van. den alge-
meenen markt- en havenmeester. Het komt
B. en Ws. billijk voor, dat, wanneer zoowel
het traktement van de brugwachters, als dat
van de haven-rechercheurs en den adjunct-
markt- en havenmeester wordt verhoogd,
oo-k het traktement van hun chef een klein©
verhooging ondergaat.
Op het oogenblik bedraagt dit f 2100, be
nevens een toelage van f 100 voor de admi
nistratie van het kleedingfonds der haven-
rechercteeurs en brugwachters. Een billijke
regeling zou volgens B. en Ws. zijn:
aanvangswedde f 1900 met drie ver
hoogingen, telkens na 5 jaar dienst ais zoo
danig, van f 100, tot maximum van f 2200,
benevens de bestaande toelage ad f 100.
Indien zich de Baad met 't voorstel van B.
en WTs. in deze kan vereenigen, alsook met 'fc
denkbeeld, om de nieuwe regelir op 1 Jan.
1912 in werking te doen treden, dan zal voor
1912 een hoogere uitgaaf van f 900 vereisoht
worden, een. niet te hoog bedrag zeggen
zij als men in aanmerking neemt, dat
hiervan meer dan 30 ambtenaren zullen pro
fiteeren.
Onderwijs Elebreenwsch
Gyinnasinm.
Curatoren van het Gymnasium brengen
het volgende onder de aandacht van den
gemeenteraad
Op het leerplan van het Gymnasium wa-s
tot nu toe voor het onder ijs in het He-
breeuwsch in de 6de klasse slechts l uur uit
getrokken. Naar hun meening is dit voor de
jongelieden die bedoeld onderwijs genieten
te weinig om met vrucht de lessen aan de
Universiteit te kunnen volgen. De meeste
Gymnasia hebben ook 2 uur voor het on
derwijs in het Hebreeuws^ in de 6de kl.
uitgetrokken, slechts op een paar Gymna
sia, n.m. Gouda, Assen, Winschoten en
Amersfoort, is de toestand zooals hier.
Daarom stellen curatoren voor om, be
ginnen met den rooster 19111912 hen te
machtigen hot aantal lesuren in het Ho-
breeuwsch in de 6de klasse te doen vaststel
len op 2.
Bednnr Gemeentelijk Werk-
loozenfonds.
Overeenkomstig het bepaalde in de veror
dening regelende den door de gemeente te
verleenen steun ter bevordering van de ver-
zeikering tegen de geldelijke gevolgen van
werkloosheid, bieden B. en Ws. den Baad
de volgende vo. .drachten aan ter benoe
ming van 4 leden van het bestuur van het
Gemeentelijk Werkloozenfonds, ter vervui
ling van de vacatures, ontstaan door de pe
riodieke aftreding va de lieert A. J. van
Achterberg, J. Bots, C. H. Kouw en C.,
Laterveer
I. lo. A. J. van Achterberg, 2o. W. C.;
Mulder.
II. lo. J. Bote, 2o. W. de la Bivière.
III. lo. C. H. Kouw, 2o. A. P. Houps.
IY. lo. C. Laterveer, 2o. A. Koppier.
Zniri-ISoII. Wnterscliapgbond.
Het dagelijksch bestuur van den Zuid-
Hollandschen Waterschapsbond, vereeniging
tot behartiging van wa ter scha p sb el angenis
thans samengesteld uit de volgende heeren
voorzitter: W. H. van Bilderbeek, dijkgraaf
van verschillende waterschappen, te Dor
drecht, leden: mr. A. v.d. Hoeven, dijkgraaf
van den Prins Alexanderpolder, hoofdinge
land van Schieland enz., te Botterdam, en
P. J. A. de Bruine, dijkgraaf van de
Zwijndrechtsche Waard te Zwijndreohfc,
secretaris: mr. G. J. C. Schilthuis, advo
caat en procureur te Botterdam.
Bij Kon. Besluit is benoemd tot griffier
bij het kantongerecht te Heusden, mr. H.
Schouten, advocaat en procureur te Dor
drecht, tevens waarnemend griffier en be-
eedigd klerk ter griffie van de arr. recht
bank aldaar
aan K. Bodenburg op zi.in verzoek eer
vol ontslag verleend als burgemeester der
gemeente Schermerhorn;
aan A. Endres, directeur van het huis
van bewaring te Heerenveen, op zijn verzoelc
eervol ontslag verleend uit die betrekking.
met 1 September 1911 aan den directeur
van het post- en telegraafkantoor te Zwijn-
drecht K. S. de Wijn op zij verzoek, ala
zoodanig eervol ontslag verleend;
benoemd tot secretaris der commissie
van advies voor de Bijkslandbouwproef-
stations, J. Kamphuis Suermondt te 's-Gra-
venhage.
29)
„Zoo voedzaam was gisteren het avondeten
Diet, dat gy het tot vanmiddag uithouden kunt."
Boo kon hy nu weten, dat zü nog niets
had gebruikt dacht Edola, en zag naar het
broodje, dat zy van de schaal genomen had,
die hy haar toereikte. En weer was het haar
alsof zy het brood ver van zicli weg moest
•linger en.
Bat zal nu een andor voor je betalen.
Doch Tauern nam het broodje uit haar
hand, sneed bet open, smeer ie er boter op,
belegde het met koud vleescti en schoof het
toen weer naar haar los.
„Uw doortastendheid laat wel eens wat te
wenscben over. Daarom moet men u af en
toe maar wat te hulp komen."
Zij begon te eten en bemerkte nu, dat zij
honger bad. Het broodje smaakte haar goed
en zij at en dronk met plotselinge haast.
Zooals de graaf gistorarond het gesprek
gaande had gehouden, ging bet ook nu. Hij
•prak maar door en het verontrustte haar
Dist, dat Lij haar met zyn schitterende, koude
oogen zoo zeldzaam uitvorscliend aanzag, als
zocht hy naar den samenhang van haar ver
ward wezen.
Aan bet einde van het ontbijt liet Tauern
twee glazen sherry brengen. Gedachtenloos
Dam zU een glas, dat hy haar toereikte.
Toen was het haar, als kloDker een hoonend
•potlachen van alle kanten tot haar door.
„Prositl Nu, prosit 1"
Een schervengerinkel klonk en op het
tuinpad lag het gebroken glas.
Als was het nists dan een ongelukje, dat
gosu woord waard was, nam de graaf zyn
vol glaa en zette dat voor Edsla neer.
„Nu moeten we deelen en zullen we doen
zooals de oude ridders vroeger by het tour-
nooispel deden, die bun dames een dronk
aanboden."
Er kwam geen antwoord. Edola verroerde
zich niet..
Toen sloeg hy met de hand op de tafel.
„Ben ik u niet ridderiyk genoeg freule
Van der Eichen, of weet u niet, hoe het by
het kampspel toentertyd de gewoonte was?"
„Men moest eon overwinnaar zyn," gaf zy
bitter terug.
„Als men overwinnaar was? Zegevierend
schyn lk u alzoo niet?"
Wat kon hy er hateiyk uitzien 1 Bepaald
om bang voor te zyn, hateiyk zy sidderde
even, toen zy zag hoe zyn oogen vreemd
fonkelden wild zag hy er zoo uit. Het
was slechts één oogenblik; toen was zyn ge
zicht wser gewoon.
„U heeft geiyk," zei hy kalm. „Men moest
eeist toonen, dat men wat kon."
Toen schoof hy zyn stoel achteruit.
„Wy moeten nu aan uw terugkeer denken,
freule."
Edela stond reeds op. Zou zy hem bsleedigd
hebben, dat hy zoo plotseling het teeken tot
opstaan had gegeven? vroeg zy zich af.
„Met een paar schreden was zy by de
tuindeur sn Tauern kwam langzaam achter
haar aan.
Het ongeledigde glas bleef op tafel staan.
Voor de deur hielden ryiulgen stil. Op een
daarvan trad Tauern toe en gaf den koetsier
zyn bevelen. Hy bood Edela de hand by het
instygen, weder met een beslistheid, als had
zy zich naar hom te schikken.
Edela zei hem dank. Zy was zoo vermoeid,
zoo afgemat, dat zy dacht, dat haar voeten
haar niet meer dragen konden, als zy nog
verder moest loopen.
„U is wel vriendolyk, meneer," zei zy zacht
en nam plaats in het rytuig.
Hy stond met den hoed in de hand. „Wél
thuis. En ik herhaal nog eens, wat ik u heb
gezegd: Als ik ergens mee helpsn kan..."
Nog eenmaal stelde by zich dus te haror
beschikking. Dat hy, de hoogmoodige; hy de
koude egoïst, haar daarmee een eer" aandeed,
was zy zich wel bewust, doch hsar lippen
zeiden geen woord van dank. Zyn oogen zagen
naar haar handen en zy beefde. Het rytuig zette
zich in beweging en reed snel hoen. Een
gansch eind was zü al weg, toen zy zich om-
draalde en zag, dat Tauern daar nog steeds
op dezelfde plek etond, blootshoofds. Doch hy
zag hsar niet na. Waaraan zou hy denken?
vroeg Edela. En wat zou hy van haar willon,
dat hy dezen morgen haar gezelschap had
gezocht?
Wilds by zich slechts te harer beschikking
stellen? Hoe kwam by daar toe? En wie zou
hem van haar verteld hebban? Juffrouw Vogel
kon het wel eens gedaan hebben. En het was
ook door hsar gekomen, dat dat toonsel zich
gisteravond had afgespeeld. Dat werd Edela
opeens met beslistheid helder.
Nu ruoest zy Vogeltje ook vertollen, dat zy
graaf Tauern ontmoet had, dacht zy, toen zy
weer terug was.
Zy deed hot echter niet.
Al zag het ,er wat geheimzinnig uit, wis
vroeg daarnaar 1
Wat vroeg zy nu nog naar anderen Slechts
één ding vond zy belangryk en dat was te
weten: hos het antwoord zou zyn, dat de zoon
van Christiaan Havestrand haar zou geven.
XIII.
By ieder gebel, dat in de gang klonk, koek
Edola met een gevoel van angst naar de deur
van haar kamer. Dat kon het zyn, dacht
ze dan daar kon het gekomen zyn
Zy was nog niet weer uit huis geweest en
toch was het haar zeer benauwd op haar
kamer. Zoodra zij wist, dat er iemand in het
gemeenschappelyk salon was, ging zy daar
heen, omdat zy zich daar wat vryer kon be
wegen, daar die kamer veel grooter was dan
de hare. Dan stond zy daar voor het venster
en keek naar buiten. Hier keek men uit op
het kanaal en op eonigo oude, prachtige water-
wilgen, die daar stonden. Die wilgen had zy
altijd graag gezien, maar nu was het of het
gezicht van dis boomen haar zenuwachtig
maakte.
Het was immers ook by oude wilgen ge
weest, dat zy gestaan had, toen zy Lord dood
schoot en toen Bernard Hav.strand gekomen
was met zyn medeiyden. Zg wist nog al te
goed, wat hy toen gezegd had, en terwyi zy
naar de wilgen keek, hoorde zy die woorden
wesr:
Arm arm kind!
Haar onrust en zenuwachtige spanning
namen allengs toe. Zy had ook niet gehoord,
dat de salondeur opeil ging en dat Elsbeth
Wientrug binnen kwam.
Elsbeths zachte stem deed haar wakker
schrikken
„Staat gy daar zoo in gepeins? Er Is een
brief voor u gekomenik hoop met goede
tydmg."
Zy had verscheiden brieven in de hand en
zocht daar nu een uit, dien zy aan Edela gaf.
Dadeiyk daarop verlist zj) da kamer, doende
alsof zy er biets van gemerkt had, dat Edela
zeer bleok was geworden. Vriondelyk knikte
zy haar eerst nog toe. Toen viel de deur
achter haar dicht.
Nu zou het komen. Ja of ne9n, zy zou
het nu dadelyk weten.
Met bevende handen maakte Edola lang
zaam den brief open. Het was eon carte de
correspondance, waarop slechts weinig woorden
waren geschreven. En de ondeiteekening
wasAdriaan Tauern.
De brief was dus niet van Bernard Have
strand.
Zy liet haar arm slap vallen. "Wat ging het
baar op dit oogenblik asn wat graat Tauern
baar bad te zeggen I
Masr ten slotte las zy toch, wat daar met
vasto hand op de kaart geschreven was:
„Barones Edela 1"
Indien u dat wilt toestaan, zal ik vanmiddag
zelf het antwooid op myn vraag komen halen.
Ik wil u persoonlijk vragen of gy er In toe
wilt stemmen uw naam mot den mynon te
verwisselen en myn gemalin te worden.
Uw dw.
Adriaan Tauern."
Zy wilde lachen, luid lachen, als betrof het
een grapje, dat men haar geschreven had.
Doch toen schudde zy ongeloovig het hoofd,
Zy werd daar toch zeker niet meo bedoeld;
weineon, dat was niet mogelyk. Maar het
adres was aan baar gericht, daaromtrent kon
geen twyfol bestaan: duideiyk stond daar
haar naam en daarnaast het adeliyk wapen
van Tauern.
(Wordt vervolgd.)