15737
Maandag 13 JTuni.
A°. 1911.
<Qeze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste Blad.
Offieieele Kennisgeving.
Uit de „Staatscourant".
FEUILLETON,
öe liefde overwon.
LEIDSCI
PRIJS DEE ADVERTENTIENt
Van 10 regels 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Qrootere letters naar
plaatsruimte. - Kleine advertentiën ran 30 woerden 40 Dentseontantielk
tiental woorden meer 10 Cents.- Voor het Incasseeren wordt/'O.OB berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per week 9 Cents i per 3 maanden f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sijn 1.30.
France per post1.65.
Verfladenng van den üerneenteraad van Leiden,
op Donderdag 15 Juni 1911, do namiddags
te twee uren.
Te behandelen onderwerpen:
L Yerzoek van H. H. Breuning om eer
vol ontslag als leeraar in de Hoogduitsche
taal aan het Gymnasium. (142).
2. Benoeming van een leeraax in de
Boogduiteché taal aan het Gypinasium.
(143).
3. Benoeming van een derden geneesheer
aan het krankzinnigengesticht „Ende
geest," in het bijzonder belast met de zorg
over de aldeeling voor jeugdige idioten
(131).
4. Benoeming van een onderwijzer aan
de school 3de klasse No. 2. (153).
5. Benoeming van een onderwijzeres aan
de school der 3de klasse No. 4. (164).
0. Benoeming van een 2de onderwijzeres
in de handwerken aan de school der 3de
klasse No. 3. (155).
7. Verzoek van J. A. Schreuder om be-
-Btendiging in de betrekking van Stadsge
neesheer. (156).
6. Verzoek van M. J. PriemB.om eervol
ontslag ais onderwijzer met verplichte
hoofdakte aan de school der 3de klasse
No. 8. (146).
9. Verzoek van H. Middendorp om eer-
irol ontslag als onderwijzer aan de school
der 3de klasse No. 1. (144).
10. Verzoek van mej. M. J. Theyssen om
eervol ontslag als 2de onderwijzeres in de
handwerken aan de school der 3de klasse
Ho. 4. (146).
77. Verzoek van 8. Douma.om eervol
fcatslag als keuringsveearts, tevens adjunct-
directeur van...het Openbaar Slachthuis.
<1*1).
12- Suppletoirs staat van begrooting,
dienst 1910, van de Stedelijke Werkinrich
ting. (139).
13. Staat van af- en overschrijving op do
beg rooting, dienst 1910, van de Stedelijke
Werkinrichting. (139).
14. Voorstel tot verhooging van eenige
posten der begrooting, dienst 1910, waar
van de raming te laag is gebleken. (150).
15. Verzoek van de Leidsche Duinwater-
mnatschapptf om goedkeuring dat de te
maken ontijzeringsvoorfiltcr zal bestaan
uit 4 in plaats van uit 3 grindvoorfilters
(148).
16. Verzoek van A. Backer, pachter van
Be Graanbeure, om restitutie van reeds be
taalde of vermindering van nog verschul
digde pachtpenningen. (149).
17. Voorstel:
a. tot vaststelling van een overeenkomst
betreffende de leveling van gas in de ge
meente Oegstgeest,
b. tot vaststelling van een overeenkomst
betreffende de levering van electricdfceit
in die gemeente. (151).
18. Voorstel tot beschikbaarstelling van
gelden voor de verbouwing van het kas
teel „Endegeest" en den bouw van een
nieuwe Directeurswoning. (133 en 138).
19. Voorstel in zake de reiniging der
gemeente, na afloop van het thans gelden
de pachtcontract. (140).
20. Verordening, houdende wijziging van
de verordening op de Straatpolitie van den
lsten April 1897 (Gem.blad No. 6), laatste
lijk gewijzigd bij verordening van 27 Oc
tober 1910 (Gem.blad No. 23). (147 en 152).
21. Verordening, regelende de heffing
van een belasting op tooneelvertooningen
en andere openbare vermakelijkheden in de
gemeente Leiden. (94 en 125).
22. Verordening, regelende de invordering,
van de belasting op tooneelvertooningen en
andere openbare vermakelijkheden in de
gemeente Leiden (94 en 126).
Ingchr^Tlng van leerlingen voorde
•penbare scholen der le en 2e klasse.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
gelet op artikel 6 der Verordening van 25
Januari 1894, regelende de inwendige inrich
ting der scholen, de toelating en het ont
slag der leerlingen (Gemeenteblad No. 5
van dat jaar);
brengen ter algemeene kennis:
jLlo. dat tot het doen inschrijven van leer-
Ij&gen voor de openbare scholen der lste en
24e klasse nog gelegenheid zal gegeven
worden tot en met den 17den Juni e. k.,
dagelijks van des voor middags halfnegen
tot negen uren, en op Dinsdag, Donderdag
en Vrijdag bovendien van halftwee tot twee
uren des namiddags en wel:
voor de Jongensschool 1st© klasse, in het
schoolgebouw aan de Aalmarkt;
voor de Meisjesschool lste klasse, in het
schoolgebouw aan de Boommarkt;
voor de Jongensschool 2de klasse, in het
schoolgebouw aan de Pieterskerkstraat;
voor de Meisjesschool 2de klasse, in het
schoolgebouw aan de Breestraat;
voor de scholen 2de klasse voor Jongens en
Meisjes, in de schoolgebouwen aan de Oude
Vest en aan de Heerenstraat;
2o. dat bij de inschrijving het bewijs van
geboorte-inschrijving moet worden vertoond.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
mN. O. DE GIJSELAAR, Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 12 Juni 1911.
Nationale Militie.
Den milicien-verlofganger van de liohting
van 1906 JAN VAN DER STEL, ingelijfd
voor de gemeente Sassenheim en behooren-
de tot het r eg. gr en. en jagers, wordt ver
zocht zioh onverwijld te vervoegen
op het militie-bureau ten Raadhuize (ka
mer No. 9), alhier.
De Burgemeester van Leiden,
N O. DE GIJSELAAR.
Leiden, 12 Juni 1911.
Leiden, 12 Juni.
B. en Ws. geven in overweging den
heer J. A. Schreuder, arts, op zijn verzoen,
wederom voor den tijd van drie jaren in
zijn betrekking van Stadsgeneesheer te be
stendigen.
De jaarlijksche algemeene vergadering
der Nederlandsohe Chemische Vereeniging
met daaraan verbonden exoursie wordt die
jaar op Vrijdag 21 Juli te Leiden gehou
den. Een tweetal voordrachten zullen wor
den gehouden.
De heer EL H. Post van der Burg,
volontair teT gemeénte-seoretarie te Lei-
muiden, is benoemd tot gemeente-ontvan
ger te 's-Gravenmoer.
Ds. A. J. van Rootselaar, te Noorden,
is beroepen als pred. bij de Ned.-Herv.
Kerk te Polsbroek en Vijst.
Tot hoofd der openbare school te
Waarder, is benoemd de heer T. J. Na-
wijn, te Spijkenissen, nummer één der
voordracht.
Praeadviseerend op een adres betref
fende verliohting van de straatwegen
in het Haagsche Bosch, deelen B. en Ws.
van Den Haag mede, dat het verkeer op die
wegen hoofdzakelijk intercommunaal is.
Daarom hebben zij het adres onder do'
aandacht gebracht van den minister van
waterstaat als beheerder van den straatweg
door het Haagsche Bosch, Zij hebben van
den minister de mededeeling ontvangen,
dat 't niet op den weg van het rijk ligt, om
op het betrokken gedeelte rijksweg in het
Haagsche Bosch een verlichting te doen
aanbrengen, die zou voldoen aan de bijzon
dere eischen, welke kunnen worden ge
steld in het belang van het verkeer in het
stadskwartier, waarin die weg is gelegen,
doch dat zal yrorden onderzocht, of eenige
verbetering in de bestaande verliohting ia
te brengen, die ook in het belang van het
doorgaand verkeer, weneohelijk kan worden
geacht.
Htt 48ste Christelijk Nationaal Zendings-
feest zal Woensdag den 6den Juli a s. gehou
den worden op het schoone landgoed „Noord-
Routeringen" bfi de Bilt, daartoe welwillend
afgestaan door den heer H. J. de Jong Schou
wenburg uit Amsterdam.
De heer J. R. van Wulfften Palthe te
Almeloo, die zioh te 's-Gravenhage gaat
vestigen, heeft aan de vereeniging „Het
Ziekenhuis" f 10,000 gulden geschonken
voor een nader te bepalen doeL
Te Arnhem was het tot nog toe ver
boden honden als trekdieren te gebruiken.
De Trekhondenwet 1910, welke 1 Sept. a.
s. in werking treedt, doet op dien datum
de gemeenteverordening vanzelf vervallen.
Met het oog op de belangen van het ver
keer, stellen nu B. en Ws. voor te bepalen,
dat het verboden zal zijn met een honden
kar in de kom der gemeente te rijden van
April tot en met September tusschen 8 uur
*8 morgens en 10 uur 's avonds en van
October tot en met Maart tusschen 7 uur
's morgens en 10 uur 's avonds. Bovendien
moet elke hondenkar voorzien zijn van een
kraortig erom, waardoor de kar elk oogen-
blik tot staan kan worden gebracht.
Naar de „N. It. O." verneemt, zal de
generaal-majoor A. E. Roest van Limburg,-
inspecteur der infanterie, eerlang worden
belast met het bevel over een divisie.
De gewone audiëntie van den minister
van Landbouw, Nijverheid en Handel zal
op Woensdag 14 Juni a. s. niet plaats
hebben.
OUDSHOORN. De Raad is bijeengeroe
pen tegen a. s. Woensdag, des morgens te
elf uren.
Bij Kon. besluit is met 1 Aug. 1911 de in
specteur van den arbeid 2de kl. J. J» van
Male te Breda bevorderd tot inspecteur
van den arbeid lste kL;
benoemd tot- rijksveearts belast met de
bestrijding der tuberculose ouder het rund
vee, K. de Vink, plaatsvervangend distriot-
veearts, te Zoetermeer,.
Belgische Onderscheidingen.
Ds Belgische Regeering heeft naar aan
leiding der Tentoonstelling te Brussel in 1910
o. a. toegekend de volgende onderscheidingen
Grootkruis Kroonorde: Minister De Waal
M&têfijt.
Groot Officier In de orde van Leopold II:
mr. Versteeg, Sec.-Gen. van het Dep. van
Landbouw, Nijverheid en Handel.
Commandeur der KroonordeMr. Tydeman,
3de Kamerlid; Mr Everwfin, Referendaris b|J
het Dep. *an Landbouw; Mr. Van Deventer,
2de. Kamerlid; Mr. G. Vieeering, Pres. Dir.
der Javasche Bank; Baron Van Wassenaar
van Rosande, lste KamerlidMr. Dresselhuys,
administrateur btf 't Departement van Justitie.
Commandeur in de orde Leopold II: De
Monchy, Voonltter der Kamer van Koop
handel te Rotterdam; D. W. Stork te Hengeloo;
Mr. Van Veen, 2de Kamerlid; Jhr. Ruys de
Beerenbrouck, 2de KamerlidR. J. H. Pat^n,
2de Kamerlid; Löhnis, directeur van Land
bouw; H. J. de Groot te's-Gravenhage, Insp.
Midd. Onderwas.
Ridder in de Kroonorde: Mouton, directeur
der Koninklijke Taptjtfabriek te Deventer.
Officier der Kroonorde: J. G. Rueb, direc
teur der Machinefabriek te Breda.
Positieverbetering der officieren.
De „Aas. O." meldt het volgende om
trent de plannen van minister Colijn ten
opzichte vaji de positieverbetering der
officieren. Deze wensoht slechts aan enke
le categorieën van officieren een trakte
men ts verhooging toe te kennen, doch tevens
een betere en vluggere bevordering hier
aan te verbinden, welke dus indirect aan
allen ten goede zal komen
Voor traktement8verh0oging zullen dan
ook alleen in aanmerking komen luitenants
met een zeker aantal dienstjaren in dien
rang (4 of 6), kapiteins en hoofdofficieren
beneden den rang van kolonel.
De snellere promotie zal vermoedelijk
worden verkregen door een wijziging in de
bestaande organisatie.
Een regiment infanterie, thans 4 batal
jons tellende, zal in het thans ingediende
ontwerp bestaan uit 6 bataljons, welke
reeds in vredestijd worden opgericht.
De benaming „regiment" komt te verval
len en wordt vervangen door „brigade."
Elke brigade zal, evenals thans het regi
ment, worden gecommandeerd door een ko
lonel, doch worden verdeeld in 2 „afdeelin-
gen", elk bestaande uit 3 bataljons, terwijl
elk bataljon in vredestijd zal bestaan uit
3 compagnieën, wordende bij mobilisatie
per bataljon een vierde compagnie opge
richt.
Aan het hoofd eener „afdeeling" komt
te staan een luitenant-kolon I, terwijl een
bataljon zal worden gecommandeerd door
een majoor.
Uit bovenstaande onderverdeeling der
brigade thans regiment blijkt dus
dat per infanterie-regiment het aantal
hoofd-offici eren (luitenants-kolonels en
majoors), thans vijf bedragende, wordt ge
bracht op acht.
Het aantal kapiteins, thans bestaande
uit 16 compagnies-commandanten, 5 kapi
teins voor speciale diensten en 1 kapitein
adjudant, zal worden gebracht op 18 com
pagnies-commandanten, 6 kapiteins voot
speciale diensten en 3 kapiteii adjudanten
(hieronder 2 adjudanten der l""tenanLkolo-
nels-aJdeelingsoommand a n ten)
Alzoo een vermeerdering van 6 kapiteins.
Een vluggere en betere promotie zal
voorzeker bij aanneming van dit voorstel
worden verkregen, doch of deze regeling
ook aan het jongere deel van het officders-
korps bevrediging zal brengen zal de toe
komst ons moeten leeren.
Rijksinkomsten belasting.
Naar „De Tijd uit goede bron verneemt,
is het wetsontwerp tot heffing van won al
gemeene RijkB InkomstenbelastiLg naar
den Raad van State verzonden.
Parknanleg Rozenberg.
Dootr B. en Ws. van Rotterdam ds thans
bij den gemeenteraad van Rotterdam een na
der uitgewerkt plan ingediend betreffende
den pairkaanleg Rozenburg, waarbij tevens het
treeulta&t verkregen is dat de thans voor
gestelde aanleg f 83,500 voordeeliger taj
uitkomen dan het ingediende plan U en nie.
minder dan. 7 104,500 dan plan I. De
toegestane ctredieten van f 628,779.91 voor
aankoop der terreinen van de Maatsehapr^l
Vredenhof tusschen den Oudendijk en del
Kralingsohen plas en straataanleg enz. vp
die terreinen en van f 40,800 voor koshlj
van straataanleg op en nabij de Kortikade,
zullen dus respectievelijk met f 12,000 erj
f 6000 verminderd kunnen worden en wor
den teruggebracht op f 616,779.91 en f 84,80C«
Vervroegd Benrsnnr.
Naar verluidt zou er bij B. en Ws. van
Amsterdam bezwaar bestaan om de bvure
vroeger dan 1 uur open te stellsn, terwijlv
ook bij de Posterijen, TelegT. en Telepho
nie tegenkanting bestaat om vroeger dan
op tot heden daarvoor vastgesteld en ti'.l
in den dienst te voorzien.
Als te dezen opzichte geen regeling go
troffen wordt, zal dus het besluit der Vtj-
eeniging voor den Effectenhandel cm do
Zaterdagen van Juni en September de'
beurs om halftvaalf te dóen beginnen,
ten uitvoer kunnen worden gelegd.
(D. B.)
Het totalisfktor-verbod.
„De N. Ct." meldt, dat een bekend
sportman op wedstrijd-gebied, oeelot en
heeft, na den 16den Juni den totolifi'&tof
te blijven exploiteeren, teneinde oen rechl
terlijke beslissing uit te lokken. Man
dat het Kamerlid, de heer Thomson, een
dergelijk advies dezer dagen gegeven heeft.;
5)
Iedere zoon zou zooala zU gevoeld hebben,
wist ze; en Bis hy geen lafaard was,
'du hy ook gebundeld hebben zooals zy. Want
het ware een lalaard, dia het zou toelaten,
dat do nagedachtenis van zyn vader door zoo'n
Individu onteord werd.
Haar vader, haar edele, ridderlijke'vader,
hoe heider on duidelijk zag Edela zyn voorname
verschuiling daar voor zich staan. Hoe goed
kon zjj zich nog allee vooretellen van hem en
de trekken van zijn gelaat, en toch was zij
nog maar een kind, toen hy onverwachte, op
botiekkelyk zeer jeugdigen leeft(Jd, was ga
ltonen. Hoe lief moest haar moeder hem ge
had hebben, dacht Edela, dat zy nog altijd
niet met kalmte kon spreken over zyndoodl
En daar wae die Christiaan Haveetrand ge
komen en had het gewaagd haar ten huwelijk
•e vragen I
Edela hield haar gebalde vuist voor haar
'ogen en draaide zich om, van hot licht at.
«aar Hot gelukte haar niet die gedachte van
vicli af te zetten; Bleeds weer zag z(J haar
nice er en Christiaan Haveetrand, den ruwen
teidman, tegenover haar gedistingeerde moeder.
En Edela durfde niet doen wat zjj zoo graag
gewild had, n.l. binnenstormen in de kamer
Ven tiaar moeder, om haar te vragen wat zy
J'n lomperd geantwoord had, hoe z(J hem
ed terecht gewezen en gestraft voor zjjn
totaliteit. Edela wilde niet, dat haar mbeder
;°e weten, dat zy wist wat Haveetrand hier
gevraagd en wat z|j gedaan <-■ l in zyn
in Rotheneok-
Zy wilde zvrygen en alles, wat gebaurd wsb,
verbergen.
Voorloopig werd haar het zwygen gemakke-
lyk gemaakt. Mevrouw Van der Elchen bleaf
den gehealen dag op haar kamer en niemand
durfde haar storen. Ban volgenden morgen
verscheen zl) vroeger dan gewoonlyk aan hot
ontbyt, kuete haar dochter vluchtig, dronk
haastig haar thee en gaf bevel, dat de paarden
ingespannen moesten wordeD.
„Waar gaat u heen, moeder?" vroeg Edela,
tei wyi een angetige beklemming haar aangreep.
Haar moeder keek haar droevig aan.
„Naar Rotheneek. kind, voor zaken."
Wat waren dat voor zaken Edela's onrust
nam toe hoe langer zy keek naar het droevig-
vertoornde gelaat VBn haar moeder. En plot
seling vloog haar deze gedachte door het
hoofdGeld zoekt zy I Zy wilde den Bchuld-
eischer, die zich zoo lomp tegenover baar ge
dragen had, zich zoo apoedig mogelyk van den
hala schuiven. En dat wae het eentg goede,
wat zy op het oogenblik kon doen, meende
Edela. Zeker, al kostte het ook nog zoo zware
offers, die gehate Haveetrand moest zyn geld
hebben; dan zou hy hun verder niet meer
kunnen treffen, dan hadden zy niets meer
uit te etaan met dien woekeraar.
Edela omhelsde haar moeder teeder.
„Veel geluk op uw tocht, beate moeder 1"
De barones knikte ernstig en streek haar
dochter zacht over wangon en haar.
„Wy willen er het beate maar van hopen,
Edela. Maar jymaak jy je maar niet be
zorgd, hoor, kind."
Lang nadat haar moeder vertrokken wae,
klonken die woorden nog in Edela ds. Zy
was er byzonder door geroerd. Zorgen kende
Edela niet; zy had er tot nog toe nooit onder
geleden. En tooh waren er zorgen geweest op
„Elchenkamp." Maar zy waren Edela gespaard
door liefderyke hand. Sinds gisteren echter
voelde Edela zich ouder, ryper gewordenIn
de toekomst zou z(] ook de schaduwen zien,
waar zy tot haar twintigste jaar niets dan
zonnelicht bad gekend.
Kalmer, rustiger dan gewoonlyk was haar
•tap, toen zy door het park wandelde en naar
het bouwvallige tuinhuisje ging, dat daar atond.
En toch wat haar gemoed nog geenazlus
tot rust gekomen.
Bedelvolk! Adellyk bedelvolkI Klonk het
steeds gillend in haar ooren. Dat waren de
woorden, die haar den vorigen dag geplaagd
hadden en die nu weer kwamen om haar te
•arren. Onwillekeurig zag zy schuw om zich
heen, als om zich te overtuigen, dat er niemand
wae, die haar gadesloeg. Maar atllte hoerechte
overal. Op de velden ginds werkten enkele
knechtsde dienstmeisjes het waren er maar
een paar, want alle overvloed werd vermeden
waren bezig achter het huis. Nergens was leti,
dat de rust verstoorde.
Edela zag naar het huls en alles in het
rond. Welvarend was het niet; sober zag alles
er uit. Van jaar tot jaar waren zy armer ge
worden; de oogsten waren mislukt en tegen-
slag had zich op tegenslag gestapeld. „Elchen
kamp," dat eens esn zoo echoon en ryk land
goed was geweest, was thans in een toestand
van algemeen verval. Niets was er over van
zyn heerlyk bosch en treurig was de aanblik
der velden en weiden.
Maar dat alles was nieta. Hoevelsn van huna
gelyken wae het evenzoo gegaan 1 Arm waren
zy geworden, goed; maar hun adel bleef. Deze
kon hun door niemand ontnomen worden.
Hun wapensohiid bleef hun trots: een goed,
dat met geen geld ooit was te koopen. Hun
adel kon niemand hun ontnemen; welnu,
waarom had zy zich die woorden van dien
Haveetrand van gisteren dan zoo aangetrokken?
Wat deed dat af aan haar, freule Van der
Elchen, en wat maakte het elgeniyk uit, dat
nog een ander die beschimping bad gehoord?
Edela stapte sneller voort. Waarheen? Zy
wist het niet. Zy zocht iets om ds gedachten
te Terzetten. Zy zou iets willen doen, maar zy
wiet niet wkt. Arbeid had zy niet geleerd Zy
had haar dagen drooraend, lezend en in ledig-
heid doorgebracht, in volkomen vryheid om
te doen en te latsn wat zy wilde, vergood
door haar moeder, bewonderd door kennissen
en ondergeschikten. Zy had geen trouwen
vriend of vriendin gehad; vertrouweiyk durfde
niemand tegen haar zyn. Zoo was zy veel
alleen geweest en haar eenlg waariyk trouwe
metgezel waa baar hond geweest, Lord.
Waar was Lord? Edela zocht hem ln den
tuin en zag hem ten slotte voor het huls
liggen slapen, zich koeaterende ln het Maart-
sche zonnetje. Edela ging naast hem zitten
op een bank.
„Goede, oude kerel," zei ze, hem over den
kop ztreelende Zoo bleef zy langen tyd zitten,
terwyi haar gedachten afdwaalden naar het
verleden en naar de dingen, die haar missohien
le de naaste toekomst wachtten. Zy keek naar
de groots, oudsrwetsche voordeur "met any-
werk, waarboven het wapen der familie was
aangebracht Het wapen bestond uit een
etkeboom met breede bladerkroon, waaronder
de woorden stonden: „Breken, nooit bulgen 1"
Dat was de trotsche lyfspreuk van de familie
Van der Eichen. Edela kleurde, toeu zy die
lyfspreuk nogmaals las.
Plotseling sprong Lord op en begon te
brommen, zyn meesteres greep hem by den
halsband en keek de lange eikenlaan in, om
te sien wie de rust bier kwam verstoren.
Schreden klonken. Een heer kwam in vluggen
stap van den kant van de straat de laan
door. Het was een krachtige figuur en voor
naam on waardig was zyn houding.
Edela sprong op van de bank. /.ij werd
doodsbleek. Zoo bleef zy staan, wachtend tot
hy vlak by was gekomen: Bernard Haveetrand.
Ook hy had haar gezien en herkend. Een
oogenblik acheen bet alsof hy aarzelde door
te loopen; toen echter trad hy vastberaden
op baar toe en boog diep en beleefd voor haar.
„Freule Van der Eichen, wilt u wol zoo
goed zyn mevrouw uw moeder te zoggen,
dat lk haar gaarne even zou willen spreken?"
Vyandig zag zy hem aan.
„Wat hebt gy myu moeder te zeggen
mynheer?"
„Dat zal geen geheim voor u blyven, wan
neer ge my toestaat
„Myn moeder is niet thuis," zei ze kortaf.
Hy bleef kalm ea zei op even kouden toon
als zy:
„Dan moet ik u dringend vragen of 'ik
met u mag bespreken, wat ik mevrouw uw
moeder had willen zeggen. Dat ik hier kom,
geldt zoowel u als uw moeder."
Edela sloeg een oogenblik haar oogen neer.
Opnieuw kwam de schaamte haar plagen en
dreef het bloed naar haar wangen. Maar neen,
zy wilde bem niet laten bemerken, dat zyn
tegenwoordigheid haar verlegen maakte. En
due eloeg zy haar oogen weor op en, hem
recht aanziende, zei ze:
„fk zou niet weten wat uw vader ons door
u te zeggen sou hebben."
„Myn vader misschien nlete, maar zyn zoon
wsnscht u te spreken, Ireule Van der Elchen."
(Wordt vervolgd.)'