jïo. 15723
LüïIBBÖH ©AO-BLAB, Woensdag' 24 Mai. Vierde Blad,
Asmo 1911.
Buitenlandseh Overzicht
FEUILLETON.
Do v 1 i e g r a m p b ij P a r ij a be-
beerscht thans de geheele Fransche poli
tiek. Ofschoon er weinig nieuwe bijzonder
heden over het ongeluk meer bekend wor
den, geven wij hier nog een interview met
(JJcois Jr.
„Het was ontzettend'', vertelde de jongo
man, ,,en zoo onverwacht... We waren daar
nog met ons twintigen ongeveer de heer
Jean Dupuy, directeur van de Pêtit Pa-
nsien", had ons juist verlaten, en op het
bericht van het vertrek van Train dachten
.jyij er juist over naar de tribunes terug te
gaan om het veld vrij te laten voor de avia-
teurs, toen plotseling, nadat de ruiters, die
het terrein voor ons verborgen, zich ver
plaatst hadden, de kreet „Sauvez-vous
zich verhief. Ik had maar juist tijd de vlieg
machine op ons te zien toekomen. Den heer
Berteaux heb ik niet zien vallen, maar ik
hoorde een smartkreet op het oogenblik,
.waarop ik mij bukte en mijn vader met ge
weld tegen den grond duwde, om hem een
fcans op behoud te geven. Helaas, het was
üiet voldoende om te voorkomen, dat hij
zoo verschrikkelijk gekwetst werd. Men
hielp ons snel op. Mijn vader, met bloed
bedekt, maar zonder iets van zijn kalmoe
yerloren te hebben, zei tegen mij: „Hit is
fciets, maar we moeten ons dadelijk laten
terugbrengen naar het ministerie."
Wat nu de politieke gevolgen van het
'ongeval moeten zijn, daarover den*t men
niet eender.
De groote meerderheid van radicalen en
radicaal-socialisten vindt het niet noodig
nu een minister-crisis te beginne en zegt dat
het best «kan met den minister van
justitie als leider en plaatsvervanger. Maar
de uiterst-linkschen en de gematigden zijn
van oordeel dat men, vooral onder deze
omstandigheden, met een zieken minister
president niet regeeren kan. Marokko en
de bcgrooting, de quaestie der arbeiders
pensioenen en de begrenzing van Cham
pagne, het weder in-dienst-stellen van de
ontslagen spoorwegbeambten en de hervor
ming van het kiesstelsel zijn enkele van de
problemen, die de Kamer op te lossen krijgt
nu ze, na een maand vacantie, weer bijeen
komt.
Een toestand als thans met een minister
president, die eenige maanden afwezig zal
rijn en een vacature aan het departement
van oorlog, is nog nooit voorgekomen.
Begrijpelijk is het derhalve, dat vele
politici van oordeel zijn, dat ten spoedigste
Sn clezen onhondbaTen boe-stand dient te
borden voorzien en wel door de vorming
Van een nieuw kabinet. In deze meening
echter deelt niet het meerendeel der minis
ters Althans de onderstaatssecretaris Con
stant veklaarde in een interview met de
Figaro"
;»De minister-president is in staat de
Iitaatsstukken te onderteekenen; de betrok-
'ken ministers kunnen antwoorden op even-
tueele interpellaties; en daar de behande
ling der kiesrechthervorming in de eerste
'drie weken niet kan worden aangevangen,
in welk tijdsverloop de heer Monis voldoen
de hersteld zal zijn, is er geen reden aan
wezig voor een kabinetswijziging.
De ministerraad heeft dan ook besloten
tan het bewind te blijven.
Minister Cruppi is belast met de waar
neming van het departement van oorlog,
totdat de opvolger van den overleden mi
nister is aangewezen.
Rechtens blijft de minister-president het
voorzitterschap bekleeden, daar hij in staat
tó zijn handteekening te zetten.
Bij gedwongen afwezigheid von den pre
mier, neemt volgens de traditie de minister
fran justitie diens plaats ïn, bij zittingen
7an het Parlement. De onderstaatssecreta
ris Constant heeft de tijdelijke 'leiding van
het departement van binnenlandsohe zaken.
Aldus is voor het oogenblik de toestand.
De berichten over Monis' gezondheid zijn
goed. Men heeft hem den dood van Ber
teaux medegedeeld. De minister-president
is de hevige ontroering, die deze tijding
veroorzaakte, goed te boven gekomen. Hij
barstte in tranen uit en vond eenige diep
bewogen woorden om den overledene te
prijzen. Overigens is zijn toestand bovca
verwachting gunstig. Gistermiddag heeft
hij bouillon met een ei gebruikt en heeft
Cruppi en Delcassc ontvangen, met wie hij
over Marokko heeft gesproken.
Gisteren heeft in de Fransche Kamer de
voorzitter Brisson de nagedachtenis vai
Berteaux gehuldigd, wiens heengaan een
verlies is voor de Republiek, het leger en
het vaderland en die getroffen is bij de
uitoefening van zijn beroep en terwijl bij
zedelijken steun bracht aan de vliegkum-t,
waarvan hij een machtig èn te duchten
wapen'wilde maken, Brisson sprak verdir
zijn beste wenschen uit voor het spoedig
herstel van Monis/
Daarna stond de Kamer de kredieten
voor de begrafenis op staatskosten van Ber
teaux toe.
Deelden wij gisteren mede, dat liet Sn-
gelsche Hoogerhuis de voorspel
len van Lord Lansdowne in tweede lezing
had behandeld, vandaag komen de berich
ten dat ook de. veto wet in tweede Jezmg
door Lord Morley bij de Peers is. ingediend.
Morley verklaarde, dat de wet m haar
tegenwoordigen vorm niet noodzakelijker
wijs definitief is, omdat het de regeering,
wanneer de wét eenmaal is afgekondigd,
vrijstaat niet alleen hervorming van het'
Hoogerhuis in beraad te nemen, maar ook
om te overwegen, of niet overlegd kan
worden over een gemakkelijker en mi ader
omslachtige wijze om geschillen tusschen
Hooger- en Lagerhuis te regelen. Lord M r-
ley wees met nadruk op de noodzakelijk
heid, om de wet aan te nemen en sprak de
hoop uit, dat het Hoogerhuis een wijze van
'handelen zou vermijden, die het land in een
groote moeilijkheid en misschien voor een
ernstige verwarring zou plaatsen.
Lord Midleton zeide, dat de union sten
tegen tweede lezing van de wet geen be
zwaar zouden maken, maar dat in een ver
der stadium der beraadslagingen natuurlijk
belangrijke amendementen voorgesteld
moeten worden.
Het zal nog wel gaan spannen, dunkt ons,
en de Lords zullen zich maar zoo niet neer
leggen bij een kortwieking hunner rechten.
Eindelijk is dan aan de lijdensge
schiedenis van de Grondwet van
E1 zas-Lotharingen een voorloopig
einde gekomen. Zooals men weet,- had een
speciale Rijksdagcommissie de wet ten
slotte aangenomen na tal van concessies.
De eenige partij die nog tegen de wet
bleef, waren de conservatieven. Zij hebben
al huq best gedaan om den Keizer in het
debat te brengen en hem tegen de regee
ring uit te spelen. Zij wezen er op dat het
toch niet aangaat een wet aan te nemen, die
feitelijk aan de medewerking der socialis
ten is te danken en die den Keizer onvol
doende bevoegdheden in het Rijksland
geeft.
Maar hun oppositie mocht niet baten.
Gisteren is de tweede lezing in den vollen
Rijksdag aan de orde gekomen. De Rijks
kanselier, van Bcttmann Hollweg lichtte
het voorstel toe. Hij zeide dat het feit dat
het Rijksland onder de tegenwoordige om
standigheden niet evenals de overige bonds-
staten mee mag spreken over 's Rijks be
langen,- door de inwoners v^ordt gevoeld;
(als een achterstelling.
Laten wij, vervolgde hij, dit euvel doen
verdwijnen, laten wij hun, die zich verzet
ten tegen samensmelting van het Rijks
land met het Rijk dit wapen uit de handi
nemen. Had ik het ontwerp op de stemmen
in den Bondsraad laten vallen, dan zou ik
op kleinzielige wijze hebben gehandeld en
afgeweken zijn van de nationale Duitsche
politiek van Pruisen. Niettegenstaande alle
aanvallen blijf ik bij de opvatting, dat de
hervorming van de grondwet voor Elzas-
Lotharingen een noodzakelijkheid is, of ge
looft men soms, dat de stemmen in den,
Bondsraad het verband met het Rijk losser,
zullen maken? Integendeel,- zte zullen hech
ter worden.
Ik kan, zeide de Kanselier, alle wijzigin
gen, die de commissie heeft aangebracht,
niet als verbeteringen beschouwen. Had de
conservatieve fractie niet geheel passief
ter zijde gestaan, dan was het misschien
gelukt aan verschillende bepalingen een
anderen vorm te geven,- of den oorspron-
kelijken te behouden. Wij hebben er alten
evenveel belang bij, dat Elzas-Lotharingen
zijn krachten in politiek en oeconomisch op
zicht ontwikkelt, dat zal het krachtigste
middel zijn, om het innerlijk steeds meer
met het Rijk te vereenzelvigen en slechts
in dit vertrouwen zullen wij thans vooruit
komen.
De rede van von Bethmann had, behalve
bij de conservatieven, een uitbundig suc
ces.
Onder levendige toejuichingen verklaarde
de Rijkskanselier later- nog dat men de
bondsregeeringen niet het verwijt kon ma
ken, "dat zij in het ontwerp de rechten des
Keizers niet in het oog hebben gehouden.
Die rechten zijn ongeschonden, gebleven.
Nadat alle amendementen van de conserva
tieven waren verworpen,, werd de Grond
wet "ten slotte aangenomen in den vorm
dien de Rijksdagcommissie er aan gegeven
had.
Vandaag zou de kieswet voor Elzas-
Lotharingen in behandeling komen.
De schoolwetstrijd in Belgic
duurt nog steeds voort. Zondag is te Gent
weer een rcuzenbetooging gehouden tegen
het ontwerp van het Kabinet. Een optocht
van 30,000 leden van libérale en socialisti
sche vereenigingen trok door de stad met
muziek en met vaandels, die opschriften
droegen, waarin fel geprotesteerd werd
tegen de wet.
Nadat de stoet ontbonden was, werd een
vergadering gehouden, waar de liberale
senator Delbaat en cle socialist Vander-
velde het woord voerden.
De. eerste hield een betoog ten gunste
van het algemeen kiesrecht, dat, volgens
den spreker, een nog nauwere aansluiting
tusschen beide partijen van de linkerzijde
zou doen ontstaan.
Uit M a r o k k o komt het heuglijk be
richt, dat de kolonne-Moinier zonder slag
of stoot Fez is binnengetrokken. Alle Euro
peanen in de stad waren behouden.
Als dit feit nu maar een gunstige uitwer
king heeft op de oproerige stammen.
In den toestand in Turkije is
nog steeds weinig licht te bespeuren. Wel
schijnt zeker, dat er een ernstige scheuring
is ontstaan in de jong-Turksche partij.
W?lke gevolgen dit hebben zal moeten we
afwachten.
Kenschetsend voor den toestand is dat
de minister van oorlog in een rondschrijven
aan de officieren verboden heeft zich met
politiek te bemoeien.
De poging van de oppositie om een ver
lenging van de Kamerzitting te bewerken,
bleef vruchteloos. Met 110 tegen 96 stem
men werd hun motie verworpen.
Ten slotte nog iets over de E n ge 1 s c h-
Amerikaansche arbitrage-
verdragen.
Minister Grey heeft daar gisteren weer
eens over gesproken. Aan het feestmaal
van eerste ministers uit de koloniën, bracht
hij het bekende verdrag op bet tapijt en
verklaarde hij zich te verheugen, dat het
hem misschien gegeven zou zijn iets tot
stand te brengen, dat een mijlpaal zou zijn
in de geschiedenis der menschheid.
De nieuwe overeenkomst zal niet alleen
cle oude bevestigen, maar tevens een voor
beeld zijn, dat elk land, dat er naar streeft
om het ontstaan van een oorlog te bemoei
lijken, zal kunnen volgen.
j>Wij hebben ons nooit exclusief be
toond," zeide de minister, „en zullen ons
daarom verheugen, wanneer het initiatief
van president Taft ook voor andere landen
zegenrijke gevolgen mocht hebben."
En in het Lagerhuis verklaarde hij later
naar aanleiding van verschillende vragen,
die tot hem waren gericht over den inhoud
van het Engelsch-Amerikaarisch arbitrage-
verdrag: „Ik heb den tekst van het ver
drag nog niet ontvangen; uit hetgeen ik
echter omtrent den aard der voorstellen
heb vernamen maak ik op, dat er gegronde
hoop bestaat, dat zij ons een flinken stap
vooruit zullen brengen in de richting van
een practische oplossing van geschillen,
zonder dat wij onze toevlucht tot een oor
log zullen behoeven te nemen."
De Fransche minister van oorlog Ber
teaux, die bij het vliegongeluk te Issy-les-
Moulineaux omkwam.
De Fransche minister-president Monis,
die bij dat ongeluk zwaar gekwetst werd.
Afdeeling Leiden en Omstreken der
Z.-1B. Vereeniging „liet Groene
Kruis."
Gisteravond hield de af deeling Leidén
en Omstreken van de Zuid-Holl. Vereeni-
ging ï.Het Groene Kruis" haar jaarlijksche
vergadering in een der lokalen van 7,In
den Vergulden Turk."
De voorzitter, de heer J. A. Schrcuder,
arts, die de voorafgaande bestuurs verga de-:
ring had bijgewoond, moest daarna door
beroepswerkzaamheden gedrongen de voor-,
zittershamer overdragen aan mr. J. H.
Goudsmit, die nu de vergadering opende.
Na lezing der notulen van de vorige
vergadering bracht de secretaris, dr. II.
J. Taverne, het jaarverslag uit, loopende;
van 1 Mei 1910 tot 30 April 1911. Kon
hij in het eerste verslag verklaren dat de
afdeë'ing toonde levensvatbaarheid te be
zitten, in het tweede jaarverslag kon hij
getuigen van krachtigen arbeid en een
wassend ledental. Met de Vereeniging tot
bestrijding der Tuberculose, had de afdee-
ling samengewerkt voor de tentoonstelling
van het Tuberculose-Museum in de Stads-
zaal, welke tentoonstelling in menig opzicht
een succes is geweest. Niet minder dan
7500 personen bezochten het Museum en
dit had wellicht er toe bijgedragen dat het'
ledental in dit jaar steeg van 373 tot 676.
Met het stijgend aantal leden hield het'
vermeerderd gebruik van de verplegings-
artikelen gelijken tred: 212 artikelen wer
den 226-maal uitgeleend. Het vorig jaar
waren deze cijfers 124 en 148.
De bergplaats voor deze artikelen werd
van een kamer achter de Leeszaal 7,Reu-
vens" verplaatst naar een perceel aan de
Pieterskerkgracht door mevrouw de wed.
Kneppelhout afgestaan waardoor een be
langrijke verbetering tot stand kwam.
Naar aanleiding van hetgeen in de vo
rige vergadering dr. Boonacker had in
het midden gebracht over de wens duel ij k-
heid om wijkverpleging te verbinden aan
de overige werkzaamheden van de af doe
ling, werd daartoje door het bestuur be
sloten. De leden die boven hun gewone»
contributie f0.50 storten, kunnen van
do diensten, van een wijkverpleegster prop
fiteeren bij ziekte en ongevallen295 lcdest'
hebben zich daartpe verbonden, die nu dooi]
Zuster Hartjens worden geholpen, wclkë
zuster dit door het bestuur is opgedragen.;
Tot zijn leedwezen kon In t bestuur tot Uus*
verre nog geen R.-K. verpleegster krijgen.;
Voorbereid wordt een cursus in verband*
leer. en eerste hulp bij ongelukken, waar*
voor. een subsidie aan het Rijk zal worden,
gevraagd,- waarvoor echter de Statuten en
het huishoude'ijk reglement nog zu'lcn moe*
ten worden herzien.
Nadat-de voorzitter voor dit uiterst nauw*
keurig en uitgebreid verslag den secretaris
den dank. .der vergadering had gebracht?
deed de penningmeester de heer J. Graf?
rekening en verantwoording. Daaruit bleek
dat de ontvangsten hebben bedragen
f 835:247»; waarvan f 593 aan contributies,
en de uitgaven f 621.89, zoodal er een ba-,
tig saldo was van f213.357». Het saldo
van 1909 was f 232.
De voorzitter bracht zijn bijzondere hulde
aan den penningmeester, aan wiens arbeid,
en toewijding het vooral te danken is dat
het aantal donateurs en leden zich zooveel
heeft uitgebreid.
In de plaats van dr. Weebers, die liadj
bedankt, werd tot bestuurslid benoemd mr^
II. M. A. Coebergh.
Door den waarn. voorzitter werd nu voor*
gelezen het zeer uitvoerig en belangrijk
verslag door den heer J. A. Schreuder
als afgevaardigde naar de algemeene ver*
gadering 28 October 1.1. gehouden, uitge*
bracht.
Hierna werd overgegaan tot herziening
van het reglement en de Statuten om 'daar*
op de Kon. goedkeuring te kunnen aanvra*
gen,-.waarna de vergadering werd gesloten^
Mond- en klauwzeer.
De minister van landbouw, nijverheid,
en handel heeft:
met ingang van 24 dezer ingetrokken;
zijne beschikking van 10 April, waarbij ver*
boden werd het houden van markten, openn
bare verkoopingen, tentoonstellingen en
andere vereenigingen van varkens in de ge*
meenten Leiden en .Woerden, alsmede in;
het overige deel van de provincie Zuid-,
Holland, dat gelegen is ten Noorden van,
den Ouden Rijn.
met ingang van 24 dezer ingetrokken
zijn beschikking van 25 April, waarbij vlet;*
boden werd het vervoeren of doen ver*
voeren van herkauwende dieren en var*
kens uit, naar of binnen een kring in de
gemeente Haarlemmermeer.
Stoomschepen.
Vertrokken.
B o s o e k i, thuisreis, 23 Mei v. Padang;
Rotterdam, 23 Mei v. New-York n.
Rotterd. F r i s i a, uitreis, 22 Mei v. Lis
sabon; Samland, 23 Mei v. Antwerpen
n. Quebec en Montreal; Rbenania uit
reis, 21 Mei v. DelagoabaaiPrinses
Juliana, uitreis, 22 Mei v. Algiers;
Vondel, thuisreis, 22 Mei v. Sabangi;
Koning W illem I, thuisreis, 23 Mef
v. Port-Said.
Gepasseerd.
Osnabrüok, v. Javan. Amst., 23 Mei
Bevezier; Kommodore, uitreis, 21 Mei
Las Palmae; K 1 e i s t, v. Penang n. Amst.,
22 Mei Gibraltar; Wilis, thuisreis, 23
Mei Poniche.
Gearriveerd.
R ij n d a m, 23 Mei v. Rotterd. te New-
York; Linden, 21 Mei v. Australië te
Batavia; Ambon, 23 Mei v. Amst. to
Batavia0 e 1 e b e s, thuisreis, 22 Mei té
SuezBandoeng, uitreis, 22 Mei te
Port-SaidTambora, uitreis, 22 Mei te
Port-SaidPrins der Nederlan
den, v. West-Indië n. Amst., 23 Mei te
H&vre; Iserlohn, v. Java n. Amst, 22
Mei te Colombo; König^ thuisreis, 21
Mei te NapelsWindhulk, uitreis, 22
Mei te Napels; Amsteldijk, 23 Mei v.-
Newport News te Rotterd.Duisburg,;
van Java naar Amsterdam, 23 Mei te Suez.,
Ooor eigen schuBsi.
7)
'Be dam was af en toe niet betrouwbaar,
.vooral wanneer het lang achtereen had ge
regend. En dat was juist het geval geweest.
'Het was echter de kortste weg. En hoe
langer zij bij die gedachten vertoefde, des
te grooter werd haar verlangen, het toch
te wagen; juist als toen zij een klein
meisje was en op den schommel door de
tucht vloog, waarbij zij zich slechts met één
band vasthield en altijd dacht nu val ikl
*&t haar iets prikkelends, een rilling van
heerlijk gevaar had gegeven.
Maar Johan was lastig; die kon haar
Verraden. Ik zend hem over Langensande
uaar huis, beredeneerde zij bij zdchzelve.
Eu Johan was met die schikking zeer te
vreden, Bertha Karstens had een nicht, die
kamermeisje was in kurhaus van Langen-
tonde, en Johan moest haar reeds lang de
oomplimenten overbrengen. Mastro moest
ftjok draven, opdat zijn berijder voldoenden
tijd vond voor een praatje aan het tuin
hek van het kurhaus.
Hella was op Daohauer grondgebied be-
.d en sloeg den weg naar den „Luoh"
Velden met lupinen golfden als een
ffele zeo aan beide kanten van het veldpad,
twelk rij insloeg, nadat rij het bosch had
verlaten. Uit de verte klonk het snorren
sen doTSchmachine en voor haar uit
Wa&gelde een hoog beladen hooiwagen
den weg. Boerinnetjes met witte
fddoeken zaten er boven op en keken
vol verbazing naar de rijdster. Ginds
werd (koren gemaaid. Men hoorde het
suizen dor zeisen, maar de arbeiders
stonden diep in de halmen; men zag ze
niet.
Eindelijk werd het weer stil en eenzaam.
De bodem daalde, werd weeker. Weelderige
grasvelden wisselden met elzestruiken af,
welke hier en daar in 't lage moerassige land
stonden en ook om een geheel met groen
kroos bedekten waterpoel, waarin wilde
eenden snaterden.
Ten laatste begon de smalle dam, welke
over het moeras leidde. Onhoorbaar stil
lag het huiveringwekkende donkere veen
voor haar. Geen mensch, zoover het oog
reikte. De zonnestralen vielen schuin uit
een donkere wolk, welke onweer aankon
digde. Slechts af en toe het geschreeuw
van een vogel en het ritselen van den wind
in riet van een manslengte. Een paar gra
zende reeën hieven aan de overzij bij den
zoom van het bosch nun koppen omhoog en
toen zij de eenzame rijdster zagen aanko
men, snelden rij verschrikt van de sappige
weide naar het beschermende kreupelhout.
Hella klopte den dralenden V03 op den
hals. ,,Snel3 Isabella, snel, in tien minuten
zijn wij goed en wel aan den anderen kant."
Bij de eerste schreden stapte het paard
fermhet gras was vast en nergens zonken
de hoeven in. Maar onverwacht snel werd
de grond drassig en het dier Weef aarzelend
staan. Nu dreef een flinke zweepslag het
onverbiddelijk voorwaarts. Een paar malen,
toen het met de voorpooten grondeloos
wegzonk, trok het meisje het omhoog, docht
het water borrelde» en plaste onder de hoe
ven, spatte onheilspellend aan beide kanten
omhoog.
„Terug Hella, geen stap verder I" bul
derde een stem achter haar, welke haar als
met zweepslagen onbesuisd slechts nog ver
der dreef.
„Hella 1" Een suizende windvlaag verdoof
de den kreet. Het onweer kwam -dreigend
nader. Zoo dikwijls de vos wegzonk, daalde
de zweep neer en steeds weer kwam hij om
hoog. Nog één sprong! Ginds waar de brem
struiken stonden, was vaste grond en daar
achter strekte zich de heide lila-rood uit
tot aan de pijnboomen, welke haar begrens
den.
Nu was hij bereikt, de vaste grond, en
Hella liet het bevende dier omkeeren, ten
einde naar den persoon, die haar had ge
waarschuwd, om te zien.
Een woeste vreugde deed haar polsen
kloppen; hij had het kunststukje mede
aanschouwd en stond nu ginds angstig
wachtend... Neen, daar was hij reeds op
het midden van den dam en joeg haar na.
De angst, welken rij in haar doldrieste
roekeloosheid nauwelijks een seconde voor
zichzelve had gevoeld, welde plotseling
tp T kracht in haar op, toen zij zijn paard
tot over de knieën zag wegzinken. Met
wijd opengesperde, starende oogen volgde
zij elke beweging, eiken sprong van het
hijgende, snuivende dier, dat den grond
rondom met witte plekken schuim bedekte.
Nog een laatste, wanhopige sprong en
de dieren stonden naast elkaar.
Rudigers verontwaardiging over haar
onbezonnenheid en willekeur verstikt© elk
ander gevoeL Het wilde hem niet eens
gelukken, haar handelwijze met kinder-
.aclitige eigenzinnigheid te verontschuldi
gen. Neen, zij had een bewust misdadig
spel gespeeld met haar en zijn leven, uit
ijdelheid of uit een ander laag motief.
Helia's mat begroetingslachje verdween,
toen zij in rijn bleek gelaat, zijn dreigende
oogen zag. Zij moest haar blik neerslaan en
de schertsende woorden, welke zij wilde
zeggen, bleven haar in de keel steken.
„Ik ben geen dom kind en weet, wat ik
doe," voer zij uit, doch haar onzekerheid
verliet haar niet.
„Zoo gij een kind waart, zou dat je eeni
ge, je eenige verontschuldiging zijn,
hoort gel" Hij had haar bij den arm ge
grepen en boog zijn gelaat dicht naar het
hare: „Anders zou ik je handelwijze moeten
verachtenstiet hij ten hoogste ver
toornd uit.
Hella rukte zioh los en zette haar paard
in draf. Juist vielen de eerste, groote drup
pels als zware tranen. De geur der heide
steeg bedwelmend omhoog; een zoele stilte
belette een onbelemmerd ademhalen. Vlin
ders en bijen zochten angstig beschutting
onder bladeren; hert vogelenkoor was ge
heel verstomd.
Een gefluit en gesis ging over de pijn
boomen heen, en plotseling barstte het on-
weetr in al zijn kracht los.
„Snel, snel. Gij hebt geen andere keuze.
Wij moeten hier inslaan, want tot aan
Wusterode is het nog goed anderhalf uur,"
zeide Rudiger.
Hella gevoelde slechte groote behoefte
aan rust, willoos volgde zij. Na een woeste
galoppade van tien minuten, waarbij zij
toch nog doornat was gewonden, hielden zij
voor de met wilden wingerd begroeide
veranda van Hohen-Dachau stil.
Juffrouw Wondelo, de huishoudster, nam
het uitgeputte, van koude nllende meisje
onder haar hoede. Zij haalde allerlei klee-
dingstukken aan, zelfs een zwart fluweelen
mantel van Rudigers overleden tante*
zoodat Hella zich geheel kon verkleeden.
Als Hulda mij zoo eens kon zien, dacht zij,
terwijl zij zich weer behaaglijk voelde in
de droge, verwarmende kleeren, en toen
Rudigers kamerdienaar meldde, dat de
thee klaar stond en de heer des huizes de
gravin verwachtte, begaf zij zich goeds
moeds naar beneden, naar de woonvertrek-;
ken.
Wat was Hohen-Dachau toch verrukke
lijk, met al die oude kasten, die houten
lambrizeeringen langs de muren en die
zware, knarsende eikenhouten trapIn het
voorhuis hing een krokodil, welke Rudiger
van rijn reis naar Afrika had meegebracht.
Huiveringwekkend zag het dier er uit;
men zou bepaald bang kunnen worden.
En toen zij de groene hoekkamer binnen
trad, welke, voor zoover zij op den eersten
blik zag, weinig was veranderd, overviel
haar ook werkelijk een gevoel van vrees,;
doch niet voor (bet een of ander zeemonster,
maar voor den slanken man, die nu op haar
toetrad, ten einde haar naar de theetafel
te geleiden.
(Wordt vervoflgA>