flo. 15711
Woensdag ÏO 3JTei.
A0. 1911.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
DRIE Bladen.
Eerste Blad.
Offieieele Kennisgeving.
Uit de „Staatscourant".
Kunst, letteren, enz.
LEIDSCH
DAGBLAD
PBKS DEB ADVERTENTIES:
Van 18 regel» /"1.05. Iedere regel meer ƒ0.17}. Grootere letter» nati
plaatsruimte. Kleine adrertentiën ran 30 woorden 40 Oentecontant; elk
tiental woorden meer 10 Oenta—Voor hot inoaaeeeren wordt 0.05 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per week 9 Oenta; per 3 maanden T 1 i i f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd aijn J 1.30.
Franco per post 1 1.65.
i
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien het adres van G. F. BARTELS-
IMAN, om vergunning tot oprichting van
ten Kalkblusscherij in het perceel Caeciliar
ftraat No. 21, Sectie H No. 333;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet;
geven bij deze kennis aan het publiek, dat>
genoemd verzoek, met de bijlagen, op de
Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd
is; alsmede dat op Woensdag 24 Mei
iAnst. dea voormiddags te elf uren, op het
Raadhuis gelegenheid ral worden gegeven
ippi bezwaren tesen dit verzoek in té
brengen, terwijl zij er de aandacht op vesti-
rdat niet tot beroep gerechtigd zijn zij,
niet overeenkomstig art. 7 der Hinder
wet voor 't gemeentebestuur of een zijner le-
ëen zijn verschenen ten einde bun bezwaren
mondeling toe te lichten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR, burgemeester..
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 10 Mei 191 Li
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, 1ste alinea, der Hinderwet;
Brengen bij deze ter algemeene kennis,
dat door hen op heden vergunning is ver
leend aan P. J. VAN" DER WAALS, en
rechtverkrijgenden tot het uitbreiden van
Üe timmerfabriek in het perceel UtrecKt-
6che Veer No. 27, Sectie D No. 847.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Seoretaris.
Leidén, 8 Mei 1911.
Directe Belastingen.
De Burgemeester van Leiden brengt ter
hlgemeene kennis, dat nan den Ontvanger
der Directe belastingen alhier is tea* hand
gesteld het kohier der Belasting op be-
drijfs- en andere inkomsten No. 18 van den
'dienst 19101911, executoir verklaard den
8sten Mei j.l. en herinnert den belangheb
benden aan hun verplichtingen om den
aanslag op den bij de Wet bepaalden voet
te voldoen.
De Burgemeester voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR.
Leiden, 10 Mei 1911.
Loffelijk beleid.
Dezer dagen konden wij meedeelen dat
het mooie monumentale hek van de oude
buitenplaats „Rhynstroom", aan den Hoo-
gen Rijndijk, door aankoop eigendom van
de gemeente was geworden, en voorloopig
in de Lakenhal zou worden bijgezet.
In het „Bouwkundig Weekblad" juicht
Üe hoor Willem C. Brouwer, van Leider
dorp, dezen aankoop toe. Maar na dozen
juichtoon vervolgt hij aldus:
„Voorloopig zal het op de voorplaats van
het museum worden opgesteld, om la ter
?ils een geschikte gelegenheid
zich voordoet een definitieve
plaatsing te verkrijgen.
Ik spatieerde een gedeelte, en wel om
deze reden, dat ik vernam, (zij het dan ook
mean pelende, en zeer onzeker) dat er plannen
bestaan, om de nieuwe H. B. S. die ver
rijzen moet, met dit hek te sieren en hot
zoodoende zoer zeker ten doode te doen op
schrijven. Wij weten allemaal wel, dat de
jongens van do H. B.-S. nog niet voldoende
respect kunnen hebben, voor wat wij zoo
gaarne zoer precieus zouden willen bewaren.
Opdat dit nooit plaats hebbe, spa
tieerde ik."
Tot zoover de lieer Brouwer.
Wij wilden even zeggen, dat wij het noch
met deze profetie noch met het- aangevoerde
argument oens zijn.
Ons lijkt het plan van B. cn Ws-, om
het hek voor de nieuwe H. B.-S. te zetten
altijd, als dit plan mocht bestaan, want de
nieuwe H. B. S. is er ook nog niet; wij
loepen dus wol wat vooruit een uiting
van loffelijk beleid.
Wij dwepen niet met het bijeengaren
van al ons stedelijk moois in een museum,
Waar de ingezetenen zelden of eens in hun
leven komen en dat eigenlijk vooral voor
.Vreemdelingen van belang is.
Dot opeenhoopen van zooveel schoonheid in
•tol kort bestek maakt beu. Maar bovendien
toen verarmt er de stad door. Dit hek moet
tui ten blijven, in liet volle leven onzer stad,
een vreugde voor eiken dag.
Ons gemeentebestuur toont met dit plan
altijd, als het mocht bestaan dat er
het uitschrijven van een gevel Wedstrijd
Jog andere middelen zijn ter verfraaiing
jtet sta4. Heit ligt geheel in de Lijn.
Meen en wij dus dat de opvatting van den
heer Brouwer een ongewensehte is, even
sterk moet het motief, dat door hem wordt
aangevoerd, worden gewraakt. Het is weer
het oude, langzamerhand eentonig wordende
liedje van de balddadige jeugd. Afgezien
neg van de onmogelijkheid om ijzer met
handen te breken, lijkt ons het motief ook
zoo eng gevoeld. Zeker, de jeugd trekt bel
letje, gooit emmers water om, speelt voetbal
in de straten, maar wie onzer kan zijn
levensboek opslaan en niet een of meer van
dergelijke hevige misdrijven opgeteekend
zien? Wij vindon dit alles niet erg.
Laat de jeugd, dat frissche, geurige, hu
moristische element onzer straten, toch niet
altijd de zondebok zijn!
Maar bovendien, de jeugd heeft piëteit
voor het oude. Dit hebben wij meer dan
eens ondervonden en wij zijn er van over
tuigd, dat zij het waardeer en zal een mooi,
oud stuk voor haar school te Jiéhben.
Zoodat wij, alles hij elkaar genomen, maar
zeggen willen dat wij het bejammeren zou
den. als ook dit hek weer in een Museum
werd begraven.
Leiden, 10 Mei.
Wederom telt A. W. Sijthoff's Uitge
vers-Maatschappij alhier oen jubilaris meer.
Thans is het de typograaf J. D. de Vroede,
die er zijn 25-jarige werkzaamheid herdenkt.
Des morgens werd hij in een der kantoor
lokalen, waar de vele vorige jubilarissen
vereenigd waren, door een der patroons toe
gesproken, ook als tolk der overige patroons,
terwijl de gelukwenschen vergezeld gingen
van stoffelijke blijken van waardeering voor
de trouwe dienstvervulling, waarbij zich op
dcidelfde wijze voegden het kantoor- en re
dactie-personeel, en vervolgens in een der
werklokalen hot zetterij-, drukkerij- en bin
derij-personeel, welks woordvoerder ook
wees op de goede kameraadschap, welke er
steeds onderling had bestaan, en als bewijs
waarvan hem eveneens practische, huishou
delijke geschenken werden aangeboden.
De jubilaris betuigde voor een en ander
zijn grooto erkentelijkheid en bleef zich in
aller welwillendheid en vriendschap ten
zeerste aanbevelen. Hem werd tevens de ge
legenheid geboden den dag verder in don
huiselijken kring te vieren.
Beroepen is bij de Ned-.Herv. Gem. te
Brielsch-Nieuwland (Vierpolders) de heer
F. C. M. Boenders, cand. te Oegstgeest.
Aan mej. B. M. J. Woud, onderwijze
res aan het O. L. S. te Hillegom, is zes
weken verlof verleend, teneinde zich in het
buitenland te bekwamen voor het middel
baar onderwas in de Fransche taal.
Prins Hendrik heeft gistermiddag in
Den Haag een vergadering van het hoofd
bestuur van de Nederlandsche vereeniging
„Het Roode Kruis" geleid.
De Prins, die, gelijk gemeld, heden te
's-Gravenhage den Ridderdag der Johanni-
terorde in Nederland en het daaraan ver
bonden gastmaal bijwoont, is voornemens,
Donderdagochtend te 10 uren 20 min. per
Hollandsohe spoor van Den Haag naar Am
sterdam te gaan, waar de Prins een verga
dering zal voorzitten van de vereeniging
het Oranjekruis.
Des namiddags te 5 u. 10 min. keert Z.
K. H. uit de hoofdstad naar Het Loo
terug.
Het bezoek, dat Prins Hendrik op 2 Juni
aan Tessel zal brengen, staat niet alleen in
verband met oefeningen met de reddings
middelen van de NSord- en ZuidholL Red
dingsmaatschappij, maar houdt tevens in
een bezoek a-an de denncnbosschen van
het sfcaatsboschbebeer en aan de beschermde
broedplaatsen in de Muij, de Nederlanden
en de Staart, in den polder Waal-en-Burg.
Het plan is, dat de Prins op 1 Juni 's
avonds van Wioringen op Tessel zal aan
komen en 3 Juni, 's morgens te 8 uren, dat
eiland weer zal verlaten.
Z. K. H. zal op zijn tooht vergezeld wor
den door zijn adjudant jhr. C. Hooft
Graafland, baron Van Asbeck, jhr. Van
Steyn, de heeren Van Dissel, inspecteur
der staatsbosschen en ontginningen, Jac. P.
Thijsse, H. de Booy, en jhr. Six.
Prins Hendrik on de hertog en herto
gin van Mecklenburg hebben Maandag met
gevclg een bezoek gebracht aan hot kasteel
Middachten.
Te kwart voor vieren kwam het hooge
gezelschap in twee auto's over Dieren aan.
Te halfzes vertrokken Z. K. H. en de hooge
gasten weder via Rozendaal naar Hot Loo.
In dien tusschentijd werden kasteel en tuin
bezichtigd. Hoewel het kasteel Middachten
thans onbewoond is, was graaf Bentinck ter
ontvangst aanwezig. fO.)
De hertog van Mecklenburg en zijn
gemalin zijn gistermiddag even zes uren
van Het Loo in de residentie aangekomen,
om enkele dagen de gasten te zijn van de
Ken i n gi n-Moeder.
II. M. begrootte haar gasten hartelijk in
liet station on stelde de autoriteiten, die ter
begroeting van het hertogelijk echtpaar in
de koninklijke wachtkamer aanwezig waren,
aan Hun Hoogheden voor; alsmede de leden
van haar gevolg, zijnde hofdame freule Van
Ittersum, grootmeester De Ranitz en kamer
heer jhr. Schimmelpeiminck.
In open rijtuigen reed het gezelschap naar
het paleis in het Voorhout; in het eerste
rijtuig nam H. M. met haar gasten plaats,
in de volgende rijtuigen de dames en hee
ren van het gevolg.
Prins Hendrik, die de Koningin zal ver
tegenwoordigen bij de kroning van den Ko
ning van Engeland met de hem toegevoegde
heeren, zal met Hr. Ms. pantserschip „Gel
derland" vertrekken van Rotterdam op Zon
dagavond 18 Juni; aankomst te Sheerness
den volgenden morgen omstreeks 10 uren.
De schout-hij-nacht Koster, directeur en
commandant der marine te Willemsoord, zal
aan boord zijn van Hr. Ms. „Heomskerck,"
die aan de vlootrevue te Spithead, welke
ter eere van de kroning zal plaats hebben,
zal deelnemen.
De heer J. Kalsbeek, te Woerden, is
benoemd tot onderwijzer aan de Chr-
School te Aalsmeer.
Uit het jaarverslag over de jaren 1909
en 1910 van de Nederlandsche Vereeniging
tegen water-, bodem- en luchtverontreini
ging blijkt dat aan het eind van 1910 309
leden en 45 begunstigers waren ingeschre
ven.
Naar „De Ned." verneemt, heeft me
vrouw de wed. F. O. de Bas-Beausar haar
benoeming tot direotrice der Diaconessen-
Inrichting te 's-Gravenhage aangenomen.
Zij zal waarschijnlijk in September als zoo
danig optreden.
ALPHEN. In hotel „St.-Joris" hield gister
avond dr. G. H. v Waasbergen, arts te
's-Gravenliage, een lezing over „De nood
zakelijkheid on de mogelijkheid van het op
richten van een klein Ziekenhuis voor onze
omgeving", op uitnoodiging der Zuid hol
la ndsche vereeniging ,/t Groene Kruis", afd.
Alphen, Aarianderveen l.z. en Oudshoorn.
Vele belangstellenden waaien aanwezig, o. w.
bestuursleden der GezojicLheidscommissie, der
wijkverpleging en de burgemeester van
Oudshooirn.
Nadat de heer Bes allen welkom had ge-
heeten, zette de spreker op duidelijke wijze
de noodzakelijkheid van een klein ziekenhuis
uiteen. Met tal van voorbeelden werd de
bewering gestaafd, hoe gewenscht het zou
zijn, vooral bij spoededschende gevallen, wan
neer dicht in de nabijheid hulp kon worden
verleend, daar het wel voorgekomen is, dat
door verren afstand hulp te laat kwam. Bo
vendien zouden vele patiënten Hetere op
passing krijgen, daar vooral kinderen, door
misplaatste liefde, menigmaal versnaperingen
of anderszins krijgen, die zij volstrekt niet
hebben mogen. De mogelijkheid tot oprichting
is volstrekt niet uitgesloten. Een ziekenhuis
je, zooals spr. zich voorstelde, en als in
Sliedrecht bestaat, zou ongeveer f12.000 kos
ten. Maar hier komt het nu geheel eu al op de
belangstelling der ingezetenen aan en op hij
stand van verschillende vereenigingen en
daarom deed spr. een beroep op den steun van
alle belangstellenden, om dat doel te berei-
^reiken, daar het met een goeden wil vol
strekt niet onuitvoerbaar is.
De voorzitter bedankte onzen vroeger en
plaatsgenoot voor de wijze, waarop hij belang
stelt in dén toestand dezer gemeente en daar
om riep hij hem van har to een „tot weerziens"
toe.
ALKEMADE. Onder het vee van A. van
Steenwijk, te Haarlemmermeer, welk vee
onder deze gemeente in den Aderpolder
loopt, is mond- en klauwzeer geconstateerd
benevens opnieuw bij het vee van W. Nell,
te Kaag, van wien onlangs 13 pinken en 2
koeien wegens mond- en klauwzeer zijn ont
eigend en afgemaakt.
HAARLEMMERMEER. Gisteravond ver
gaderde in Hotel „De Beurs," te Hoofd
dorp, de liberale kiesvereeniging tot het
stellen van candidaten voor de a. s. Ge
meenteraadsverkiezing.
In district I werden gesteld de heeren
C. van der Laan (aftredend), W. H. van
Riel en H. J. H. Bayer. In district II de
heeren G. B. 't Hooft en T. C. Los, beiden
aftredend. In district III de heer D. Hout-
kooper. In district I zijn de heeren C. van
der Laan en A. Rombout aftredend, en is
er een vacature wegens vertrek van den
heer Lammers. In district III is een vaca
ture door het overlijden van wijlen den
heer P. Yerkuijl.
Als conducteur der artillerie is naar
het fort „Aalsmeer," gelegen in deze ge
meente, overgeplaatst de heer G. L. J. de
France, thans in gelijke betrekking aan
een fort te Nieuwendam.
KATWIJK AAN DEN RIJN. Niettegen
staande de brug over de Zand vaar tsloot in
den Valkenburger-straatweg reeds geruimen
tijd gereed is, schijnt men niet bijzonder
vèel haast te hebben met de bestrating;
althans de Tramweg-Maatschappij, die met
de uitvoering dier werkzaamheden belast
is, heeft daarmede nog geen aanvang ge
nomen. Met het oog op het drukke verkeer,
dat vooral bij mooi weer over den weg
plaats heeft, is het te hopen, dat de straat
makers zich weldra doen zien.
Gisteren was het voor de scheepvaart
een minder aangename dag, waar de pas
sage door de trambrug gestremd was; het
uitzetten der rails was oorzaak, dat de
brug niet kon worden gedraaid. De stoom-
booten moesten als gevolg hiervan omvaren,
wat voor de ondernemers begrijpelijkerwijze
allesbehalve aangenaam is, maar waaraan
helaas niets valt te veranderen.
LIS SE. De opbrengst van den verkoop
der tuberculosebloem alhier is f 112.
NIEUWKOOP. Gisteren ontstond bij den
heer K. Bakker, alhier, brand. Terwijl men
at, geraakte een petroleumstel, waarop
spek stond te bakken, vlam. Reeds lekten
de vlammen aan den zolder, voordat de be
woners het opmerkten. Op hun geroep snel
den voorbijgangers toe, die door middel van
natte zakken en emmers water de vlammen
doofden. Eenige meubelen werden een prooi
der vlammen. Verzekering dekt de schade.
WARMOND. Heden is ter Secretarie
alhier door den veehouder Aib. Oudshoorn
aangifte gedaan van een vermoedelijk ge
val van mond- en klauwzeer onder zijn
veestapel.
Een koe, een best stuk vee, van den
landbouwer C. van Rijn, alhier, welk dier
over een sloot sprong, kraakte daarbij de
lendenen. Het dier was niet meer te ge
nezen, waarom het werd afgemaakt door
den slachter Disseldorp, van Oud-Ade, die
het heeft gekcoht voor de consumptie.
Bij Kon. besluit is benoemd tot commies
bij het departement van Justitie jhr. mr.
S. M. S. van Panhuys, secretaris van het
Algemeen college van toezicht, bijstand en
advies voor h'et Rijks-tucht- en opvoedings
vrezen, wonende t 's-Gravenhage.
in zijn rang overgeplaatst bij het regi-
n. ut grenadiers en jagers, de lste-luitenant
T. J. Lagerwerff, van het 6de reg. inf.;
bij het korps mariniers bevorderd tot
kapitein de 1ste luit. J. J. C. de Koek.
Bij resolutie van den minister van Ko-
lc;dën is dr. H. J. van der Schroeff, te Bre
da, gesteld ter beschikking van den gouv.-
generaal van NecL-Indië om te worden be-
nov^nd tot veearts bij den burgerlijken
veeaitsenijkundigien dienst daar te lande.
Het Zuid-Afrikaansck Recht
te Leiden.
Zooals we roods meldden, zijn de geruchten,
welke reeds langen tijd liepen thans tot zeker
heid geworden en het is liet voornemen van
prof. De ViUiers ongeveer voor of na de a-sL
Kerstmis Leiden te verlaten en in Zuid-Afri-
ka het voorzitterschap te aanvaarden van
de oommissie welke belast zal worden aan
vankelijk mot de gelijkmaking voornl. van
het strafrecht, later misschien ook van de
andere in verschillende opzichten van elkaar
afwijkende wetgevingen der de Unie samen
stellende staten.
Daarmede zoo schrijft nu „De N. CrL"
zal in Leidon de leerstoel vacant komen
in het hodendaagsch Romeinsoh-Hollandsch
Recht. Gedurende den tijd dat prof. De Vil-
liers te Leiden doceerde hebben er in dat
Recht oen 7-tal promoties plaats gehad, ter
wijl er thans nog een drietal Afrikaners in
d^at Recht studeeren. De vraag der vervul
ling en handhaving van dien leerstoel
do Leidsche Academie is er een ook voor
Nederland van het hoogste gewicht, en waar
naar verluidt to Amsterdam pogingen wor
den aangewend ook daar een (\ergelijken leer
stoel te stichten, waarbij als argument ge
bruikt wordt, dat Amsterdam vooral in de
latere jaren de grootste kolonie van Zuid-
Afrikaners tot zich heeft getrokken, daar
mag voor Leiden liet argument gelden, dat
het als bakermat van het Romeinsch-Hol-
landscli Recht zeker in de eerste plaats in
aanmerking komt oen wetenschappelijk be
oefenaar en docent van dat Recht in liaar
midden te zien. Wij zouden liet dan ook be
treuren zoo deze leerstoel voor Leiden ver
loren ging of door verdubbeling van dezen
leerstoel het uiteraard gering aantal leerlin
gen nog zou worden verdeeld. Spoedige voor
ziening voor dezen leerstoel, mede met 't oog
op de continuïteit van het onderwijs en hét
vorloopen van don zij het nog slechts lang
zaam zich hierheen keerenden stroom (wat
nog verbeteren zal zoo in geheel Zuid-Afrika
het Leidsche doctoraat toegang tot de balie
zal verschaffen, iets wat reeds in sommige
gedeelten het geval is, doch niet in alle;
voor deze laatste is tevens een Engelsche
hul vereischte), 't zijn zaken welke de ernsti
ge overweging dor faculteit zullen verdienen,
wil niet die stroom zich weer geheel naar
Engeland wenden en dus het aanvankelijke
succes verloren gaan.
Foyctr gisteravond gaapte als een gïootei/
holle, leege ruimte, Waar Vooraan een klein;
kuddetje menschen zat, gescheiden van
het podium door rijen stoelen„gereserveerd"^
waar zoo goed als niemand had plaats go»
nomen. De studenten, voor wier gezelschap"
twee dames zich moeite gaven, hebben znoh,
wel zoer onbetuigd gelaten.
Beantwoordde do grootte van de zaal niet
aan de opkomst, ook de stem van mevrouw,
Douwee DekkerPost van Leggeloo was to
klein voor deze ruimte. Niettegenstaande een.'
blijkbaar nauwgezette spreekwijze was de
voordracht niet altijd ite verstaan.
De lezing op zichzelf was merkwaardig
genoeg. „Hot Italiaansche volk geschetst in!
zijn liedjes" luidde de titel. Inderdaad heeft
mevr. Douwes Dekker ons een duidelijk beeld
gegeven van het Italiaanscho liod, dat op*
rijst te midden van het volk, waarvan een
soldaat, een mijnwerker, een ambachtsman
de makers zijn. De verschillende landstren
ken, gedeelten van Italië, welke door hun'
gesteldheid van ligging en klimaat, vaii;
geschiedenis ook, hun eigen werk geven aan!'
deze zangen, werden achtereenvolgens dooïfc
de spreekster behandeld.
Mejuffrouw Reidd he?ft op zeer schoont
wijze door haar zang de woorden van dei
voordracht toegelicht.
Het was een groot genot deze zanger
te hooren.
Alles te zamen was het gebodene zóó, dat
een herhaling in intiemer zaal stellig t4
hopen zou zijn.
Den dames werden mooie bouquetten gen
boden; het applaus bewees overigens hoej
voordracht en zang werden gewaardeerd, y
.Doctriiia.'
De Doetrina"-avond van gisteren kan als
geheel niet tot de zeer geslaagde gerekend
werden. Het seizoen is voorbij. De Schouw
burg trekt niet meer, een geliefde actrice
kon onlangs in een stuk door haar gedra
gen, geen volle zaai in oor maken. En de
„Oudheidkundige Mede-
deelinge n."
Dezer dagen verschijnt de 5de jaargang
van de Oudheidkundige mededeelingen van
h'et Rijksmuseum van Oudheden te Leiden,
uitgegeven vanwege het Ministerie van
Binnenlandsohe Zaken. Dit vijfde deel on-
Öerscneidt zich van de vorige jaargangen
door i zijn grootere uitgebreidheid, en er
blijkt dan ook uit hoe hard er in en van*
wege het Museum wordt gewerkt.
De onderdirecteur van het Museum, dr.
J. Holwerda Jr., doet zeer belangrijke me*
dedeelingen over: „Opgravingen bij Nier-
sen." Prae-histoxische nederzettingen aan
het Uddelermeer en „Romeinsehe en in-
heemsche overblijfselen te Beisel (L.). Dr..
J. Holwerda en dr. M. A. Evelein te zamen
beschrijven de uitgevoerde opgravingen bij
Hanenbnrg en bij Arentsburg, te Voor
burg, mede een der belangrijkste ver
richtingen in den vorigen zomer.
Dr. Evelein geeft een overzicht van dé
opgraving in het Klein-Duin te Kabwijk-
Binnen en een uitvoerige toelichting bij
een Romeinsehe helm uit de Peel. Dr. J.(
Sasse Azn. deelt de resultaten mede van
het anth'ropologisch onderzoek van de opge
graven Katwijkor schedels, terwijl eindelijk
dr. W. Goossens de Romeinsehe vondsten
te Heerlen beschrijft.
Een lijst van afbeeldingen van de gevon
den voorwerpen is achter aan het werk
toegevoegd.
De „Elsevicri'-aflcvering van Mei brengö;
als we reeds zeiden een eerste artikel van;,
onzen stadgenoot dr. M. W. de Visser, con
servator aan 't Ethnograpliisch Museum. Hefi'
artikel behandelt de tentoonstelling op'
't oogenhlik gehouden in 't Museum op liet'!
Rapenburg. De liefhebber van de Japan-!
sc.he prent kan daar zijn hart ophalen, liet
artikel geeft verder alle wenschelijke com
mentaar.
Een buiten-tekst-plaat stelt voor hot scliiL
derij van Morcau: „Salomé dansende voor
Horodes". Do lieer Th. van Lelyveld vertelt
van dezen schilder in Elsevier: „Gustave
Moreau is voor de meesten een naklank uit
het Luxembourg Museum. Men herinnert zich
oen groot doek met een muze, die op een1
lier ,h!et nog bloedige lioofd draagt van
Orfeus en ook de enorme aquarel van Sa
lomé, 'die, terwijl zij voor Ilerodes danste
met een gebaar van ontzetting het hoofd van
don Doopcr afwijst, dat omgeven door een
grooten stralenkrans, plotseling verschenen'
is, onder de donkere gewelven van een hoog:
paleis. Maar die werken zijn niet van 'n groot
pictoraal effect, als o.a. „De Bretonsclie pro
cessie van Jules Simon". „Als men van aan*;
leg niet onmiddellijk voelt het innerlijk'!
schoon der dingen en men daardoor nietij
onder de bekoring komt van het tot- tranen 1,
too bedroefde meisje van Thracic, dat, motf
zoo grooten weemoed, het door de Bacchant^!
afgehouwen hoofd van den dichter draagt)
en men ook niet onweerstaanbaar gefascinecndB
wordt door Salome's prachtig gebaar vaij
plotselinge ontzetting, dan loopt men door.'-'
Moreau is meer literator en geleerde danj
schilder geweest. Dit is het oordr-cl van dcf
groote menigte en tegen dit oordeel wil dd
artikel-schrijver verzet aanteekenen.
In dit nummer vervolgt H. v. d. V. zijlij
alrtikol over „een tentoonstelling van Maji
homodaansehe kunstwerken."
Ia het literaire gedeelte wordt thans d4