Ingezonden. Geachte Heer Redacteur! Ten vcordeele van „Schoolkintïcrvoeding" en de jjLeidsche Vereeniging tot Bestrijding van Tuberculose Mijnheer de Eedacteur 1 't Is gewaagd, na al het geschrijf van "den laatsien tijd, een liefdadigheidsuitvoe ring te geven. Den onderofficieren evenwel ©Dtbreekt daaTtoe de moed niet Van waar die durf? Ie. Bestaat hun Vereeniging al zoo lang, dat men hen niet kan verdenken deze ge legenheid aan te grijpen om propaganda te maken; 2e. Is de opvoering reeds gegeven, zoo dat er geen sprake van kan zijn, dat het opschrift Lief dadigheidsui tv oering'; zal moeten dienen om van hei slagen verzekerd te zijn. Zou het ook niet jammer geweest zijn, dat men zich zooveel studie getroost liad voor slechts één uitvoering, die niet ieder in staat was bij te wonen? Is niet uw ver slaggever vol lof over het optreden van „Ons Leger" op de planken? Flink is daarom het besluit „De Mas- cotta" nog eens te geven ten voordeele van de beide bovengenoemde Vereenigmgen. De bestuurderen azen reeds op een flinke afdracht, die, wanneer velen onzer stadge noot en naar de Gehoorzaal zullen gaan, «eer zeker beduidend zal zijn. De secretaris van „Schoolkindervoeding". P. C. G. A. WIJKMANS. Leiden, 10 Maart 1911. Mijnheer de Eedacteur 1 De ïnzendcr(ster) A. AL S. begrijpt niet, waarvan ik hem heb wllen overtuigen. Het spijt mij voor A. Al. S., dat hij niet erg be grijpelijk is, of niet wil zijn. D noot door de Redactie onder mijn stuk geplaatst zal hem (haar) misschien een weinig op weg hel]>en, al sloeg ik hier ook de plank mis. Wat de beschuldiging betreft, dat hier persoonlijke antipathie in het spel is, kan ik A. M. S. mededeelen, dat dit niet het geval is. De persoon, die voor Khalif speel de, is mij slechts bij naam, die van den Grootvizier, geheel met bekend A. M. S- beticht mij hier van het onbe voegd reoenseeren, maai- waarde S., is Uw geheele stuk niet grootendeels recensie! U spreekt toch zelf van het lieve spel van Hassan, moeder en zusters, van g o e d- klinkende koren en het uitste kend orkest Gij A. M. S. (en hier komen we ook op de zaak) die de partij voor „Cats" op neemt, de eer voor haar opeischt, hebt het minste recht liefdadigheidsvoorstellin gen te becritiseeren, want; „Jacob Cats" gaf twee jaar geleden zelf een liefda digheid s-voorstelling met het stuk „Weldoeners der mensehheid.,' Verder deel ik S. mede, dat, al waren de Khalif en de Grootvizier volgens z ij n beweren b ij-rollen, de uitvoering in naam van „Cats" geschiedde en zij dan ook voor die bijrollen moet instaan. Want nog her haal ik, hun spel was voor het geheel zeer storend (dit is nu mijn opinie). En is mijn bewering geheel ongegrond? •Neen immersEen oud-lid beweert zelf we], dat de krachten van „Cats" achteruitgaan. Ten slotte wil ik er de aandacht op ves tigen dat de baten nu eens niet ten goede kwamen van een liefdadigheidsvereenigmg, doch' thans aan de kas van Jacob Cats." Volgens uw wil had een betere recensie een Eventueel saldo moeten verhoogen. Of zal S. mij willen diets maken, dat „Cats" de operette louter voor haar leden heeft ge organiseerd? Het tweemaal opvoeren had een bij-oogmerk. Zeker n u had „Cats" risico, maar dat heeft een vereeniging, die een liefdadig heidsvoorstelling geeft, ock, want indien de uitgaven grooter zijn dan de baten, moet de kas bijspringen. Op verdere ingezonden stukken deze zaak betreffende wensch ik geen acht meer te 6laan. Ik zou ongewild voor „Jacob Cats" en liefdadigheidsvoorstellingen reclame ma ken en dat wil ik voorkomen. U, Alijnheer de Eedacteur dankzeggend foor de verleende plaatsruimte. K. Mijnheer de Eedacteur 1 Deze week struikelde een uwer inzenders Over een in 't oog loopende tegenstrijdig- lieid. Een advertentie meldde het uitstel ran den cursus Vliegen wegens ongesteld heid en dezelfde sprak terwijl in de Kamer. Ter opheldering diene, dat Vliegen ons berichtte, voorloopig om gezondheidsrede nen slechts de noodzakelijkste werkzaamhe den te kunnen waarnemen! Zoo sprak hij bijv. j.L Zondag wegens ziekte niet op de meeting voor den wettel ijken 10-uren-dag te Amsterdam. Daarom ook moest de cursu3 hier, wegens ziekte, worden uitgesteld. Dankend voor de plaatsruimte, Het bestuur van de afd. Leiden der S.-D. A.-P. Geachte Eedactie 1 Vergun mij ook nog eenmaal en voor het laatst eenigo plaatsruimte, bij voorbaat mijn dank. Het schijnt dat dr. Geyl, u uit het strijdperk wil redden, door dingen die u niet begrijpt of begrijpen wil, u wil voor stellen of zouden verandering van medicij nen de invloed hiervan zoo werken dat de zieko hersteld, waarom ging ik dat half jaar dat ik onder behandeling van de dok ter was maar steeds achteruit, ik kreeg eiken dag andere medicijnen. Dat er kracht of zoo iets van den heer De Haas uitgaat, ook praatjes; hoe .zou dat dan gaan met een kind dat de heer De Haas nooit heeft ge zien, doch enkel de urine ook dat kind is genezen, en als u mij kunt beloven dat u een ctterzak kunt genezen in 16 dagen zonder operatie dan bent u mijn dokter. Maar u laat nu blijken waar hem de schoen wringt: U kan niet hebben dat de heer De Haas op een mooie villa woont, dat hij met een auto rijd, wel doet u dan net als den heer De Haas en zeg niet teg-en uw patiën te dat kost het, maar laat ze ook vrijwillig geven, misschien heb u dan het volgend jaaa* ook een villa, het is van u broodnijd anders niet, u zegt de kruiden van den heer De Haas, en ook de heer De Haas bahooren thuis in een museum, dus gij zoudt dien grooten man tan onzen tijd weg willen kij ken, voor u een leelijke sta in den weg die, de vrouw welke gij niet anders kondt hel pen dan met een operatie en door den heer De Haas is genezen, en zich nu in een goede gezondheid mag verheugen. U komt niet sprookjes voor den dag, maar waarom komt gij met geen goed antwoord op mijn vragen, maar het Is voor leeken met geen snars ver stand slecht debatte er en, met iemand clie meent de wijsheid in pacht te hebben. Nu dr. Geyl ik boop dat de heer de Haas noch laftg gespaard mag blijven tot heil van zoo veel menschen die door de doktoren niet genezen kunnen worden, en nu wie is de kwakzalver die geneest of die niet geneest. Nu nog mijn oprechten en welgemeenden dank aan allen, die eerbied tocnen of ten strijden trekken voor den heer De Haas. Hoogachtend Uw. dw. C. v. d. Spek. Mijnheer de Eedacteur! Algemeen bekend is, dat de studie voor dokter zeer zwaar is, zoodat dan ook alleen zij, die liefde tot het vak hebben, zicb er aan wijden. Welnu, deze liefde tot het vak bewijst immers reeds, dat zulke menschen ook een zekere gave moeten hebben, die, door de studie verder ontwikkeld hen in staat zal stellen om eenmaal de lijdende menschheid te helpen. Aan deze studie heeft de heer De Haas zich slechts gedeeltelijk onder worpen, zoodat hij dan ook geen examen Keeft kunnen afleggen. Zijn amateur lief hebberij verschilt hemelsbreed van de ern stige, heilige roeping des medicus. Dit is de reden, waarom ik huiverig ben om in den heer Dc Haas volkomen ver trouwen te stellen. En allen, die doorden ken zijn dit met mij geheel eens. Waar vol komen liefde en dus ook de echte gave ontbreekt, daar moet noodzakelijk de we tenschap onvolkomen zijn. Van dit stand punt uit laat zich, zoowel godsdienstig als philosopKisch, als wetenschappelijk de praktijk van den heer De Haas veroor- deelen. U dankend vootr de verleende plaats ruimte. Een logisch me n s c h. Geachte Eedactie Naar aanleiding- van de vele berichten van den heer De Haas, en hoewel ik geen schrijver ben, verzoek ik U beleefd een kleine plaatsruimte in Uw Blad. Bij voor baat mijn dank. Ik geef den heer A. Alt gelijk, als hij schrijft dat Heeren Doctoren over deze zaak wat zwijgen moesten, want wat docto ren opgeven, is er genezing bij De Haas. Dit heb ik zelf bij ondervinding. Ik zal hier beginnen bij mijzelf. Ik was 16 jaar, kreeg een wondje aan mijn been, ik had geen pijn, maar uit vrees ging ik naai- den dakter, die gaf zalf, over drie dagen terugkomen, ik kwam terug, kreeg andere zalf, ik liep zoo lang naa<r hem toe, totdat hij zeidemorgen naar het Ziekenhuis, want uw been moet geopereerd worden. Ik stemde niet toe- Ik was kort van adem en had soms be nauwdheden, dat was de kwade borsL ik kreeg hier een zweer, dan daar een puist, de eene voor de andere na» Maar de dokter smeerde maar weg, toi mijn 24ste- jaar liep ik naar verschillende doctoren, totdat dr. Metselaar, van Lisse, mij gezond verklaar de. De kwade borst zou wel blijven, er was mets aan te doen. Drie maanden daarna kwam ik voor een ander bij den heer De Haas. En ik kreeg ten antwoord: Gij naoogt voor uw eigen wel komen, want gij zijt temet dood. Ik aeide niets te mankeeren. Dat hebben zeker de dokters gezegd, zeide hij; roaax wat u scheelt kunnen de heeren niet vinden, maar ik zie het wel. En wat waren het nu? Klie ren aan mijn long. In dirie maanden genezen, waar ik acht jaar over gedokterd bad, en nu heb ik gle den adem, dus een goede borst. Het tweede geval is van mijn dochter, die kreeg onverwachts vanzelf pijn in haar been. Den dokter gehaald, die zeide: ik zal een flesch medicijnen geven, dan zal het wel afloopen. Na twee dagen hetzelfde ant woord, weer na twee dagen moest ik zelf bij hem komen. Hij wou niets meer tegen mijn vrouw zeggen. Ik kreeg ten antwoord gij moest naar het Ziekenhuis, want het moet geopereerd worden, en dan ïs zij in 14 dagen thuis. Ik naar Leiden en ïk kreeg van den dokter hetzelfde antwoord, maar van den professor moest het dienzelfden dag nog afgezet worden. Ik stemde niet toe, ging naar den heer De Haas. Toen was het tuberculose en is totaal genezen en liaar been behouden. Ik zal maar niet meer noemen, want hier zegt alweer genoeg van den kwakzalver, «zooals de doctoren hem noemen, maar als de heer De Haas geëxamineerd was dan konden wel vele van de doctoren les bij hem nemeD, en dat de heer De H. gelijk met Sexwah gesteld mag worden zoo- als. dr. Geijl het noemt, kan ik zeggen dat ik ondervonden heb, dat De H. twee kwartjes ontving van iemand en een gul den terug gaf. Alweer een bewijs van menschlievendheid. Maar als de heer De Haas alle menschen geneest, ging er geen een dood. Maar dat' mijnheer De Haas nog vele jaren m zijn ouderdom, onder -Gods zegen nog vele menschen, Tijk en arm, ge nezen mag, en dë Hemelsohe rechter hier namaals zijn uitspraak mag doen: Wat gij gedaan hebt, dat hebt gij welgedaan, is de wensch van vele en ook van Uw dw. Dienaar, Haarlemmermeer. J. H. Mag ik U nogmaals beleefd verzoeken, mij in Uw blad eenige plaatsruimte af te staan, bij voorbaat mijn hartelijke dank. En nu, heer De Graaf, nu gaat ge nog meer leugens vertellen, en wel met uw stukje van gisteravond; ik tart u, mij van één leugen te beschuldigen, neen mijn inge zonden stuk bevatte van af den eersten regel tot den laats ten, niets dan de volle waarheid. Nog kan ik u mededeelen, dat, zoo die „Adresbeweging De Haas" er komt ik vooral niet verzuimen ^al mijn bedoelde zes patiënten^ waarvan ik reeds melding ge maakt heb, plus nog zoovele anderen te laten teekenen met' naam, van en woon plaats, vooral ook die uit de Rijnstreek, die dan wel bekennen zal zijn leven aan den heer De Haas te danken te hebben, zooals zoo velen. Een waarheidsvriend. Alijnheer de Eedacteur! Er is in den laatsten tijd in uw courant over kwakzalverij zooveel, en mijns inziens, zoo dikwijls op onwaardige wijze, door on kundige lieden, of misschien wel door lieden die er belang bij hebben, geschreven, dat ik u voor zou willen stellen, geen nieuwe inge zonden stukken, zonder volle onderteeke- ning, meer te willen opnemen. Men moet niet alleen de wijdheid, die sommige lieden dienaangaande durven dekreteeren, lezen, maar ook te weten kunnen komen, welke personen den moed, of juister gezegd, den lust bezitten, den onzin neer te schrijven en te publiceeren, die wij in de laatste da gen onder de oogen gekregen hebben. Heusch, het loopt de spuigaten uit. Het is waar, niet iedereen weet en begrijpt de opinies, die hij soms meent te mogen aan hangen of verdedigen, maar laat hij er dan mee thuis blijven, vooral, wanneer hij er niet met zijn naam voor durft in to staan. Hoogachtend Uw. dw. dn. Dr. GEYL. Leiden, 9 Maart 1911. Wij zijn het volkomen eens met. den heer Geyl en zullen van af heden alléén stukken opnemen, die met den naam van den inzender onder teekend zijn. Eed). Gemeenteraad van Noordwljk. Gisternamiddag kwam de Raad in open bare vergadering bijeen. Voorzitter: Burgemeester Van Panhuijs. Alle raads'eden waren aanwezig. Nadat de notulen ongewijzigd waren vast gesteld, deed de Voorzitter mededeeling van de volgende ingekomen stukken: Een adres van de heeren H. Liefferink, W. P. de Vree-de, G. J. G- van Parijs en van de N. V. D ui n- exploi at ie -ra aatsch ap p i j „De Toekomst," waarin wordt verzocht om rioleering voor den afvoer van rioolwater, enz., van hun eigendommen en panden, ge legen in het zo genaamde zuidelijk duin, aan den Zuid-boulevard en den Eembrandt- weg. Adressanten stellen een som van f 7401 beschikbaar als tegemoetkoming in de kosten. Alet het oog op het naderend badseizoen dringen adresanten op een spoedige beslissing aan. De Voorzitter zegt, dat B en Ws. mee- nen, dat de tijd te kort. is, om genoemde plannen nog vóór het badseizoen voor te bereiden en ten uitvoer te brengen, waar om B. en Ws. voorstellen, de beslissing aan te houden tot na het badseizoen 1911. Daarmee ging de Raad accoord. Een verzoek van bewoners der School straat te Noordwijk-aan-Zee, waarin ver zocht wordt om opruiming van de dikke laag mockier, die de straat bedekt, en om verbeterden afvoer van het water. De Voorzitten zegt, dat met het eerste reeds een aanvang is gemaakt, en dat B. en Ws. zullen trachten, ook aan het twee de verzoek te voldoen. Een adres van S- van Ruiten^ M. Verloop en firma Erven W. H. van Konijnenburg, waarin zij verzoeken, dat er bij de aan staande verbreeding van den Noord-boule- vard een strook van 3 Meter breed tusschen den boulevard en hun panden worde vrij gelaten, om de passage, die thans vlak langs hun panden gaat, daarvan te verwij deren. Adressanten bieden aan, alle kosten te betalen, die ten gevolge van deze ver legging zullen gemaakt moeten worden. Dit adres werd gesteld in handen van B. en Ws. ter fine van advies. Een verzoek van de „Hollandsche Mij. van Landbouw" om steun voor de tentoon stelling, die dit jaar te Leiden wordt ger houden. In handen van B. en Ws. om advies. Uit de rekening van het Weeshuis over 1910 hoorden we dat een saldo van f 866,93 op de nieuwe rekening kon worden overge bracht, en dat het Weeshuis op 1 Januari 1911 een kapitaal had van f 68,600. De beslissing over den aankoop van eenige stukjes grond, noodig voor de vaart verbetering, werd aangehouden, daar zooals de Voorzitter zei de onderhande lingen nog niet geëindigd zijn. Wordt gelezen een voorstel van B. en Ws., om een geldieening ten laste der gemeente aan te gaan van ten hoogste f 21000, renten de 4£ ten honderd met jaarlijksehë aflos singen van f 500; een en andeT ten behoeve der uitvoering van buitengewone werken. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Alsnu kwam ter tafel een concept-ver- ordening tegen overlast van honden. De dis cussie hierover werd gekruid door eenige typische uitdrukkingen van den heer J. P. Bamhoorn, die van meening was, dat men „den bek der honden niet sluiten" kan, en „dat er menschen zijn, die over eiken keu tel vallen". Zonder hoofdelijke stemming wordt de verordening, die uit slechts 2 ar tikelen bestaat, vastgesteld. Punt 8: ruiling van grond met S. van Ruiten en aankoop van grond van J. van Kan enz., werd afgevoerd, omdat zoo- als de voorzitter opmerkte de onderhan delingen wel vergevorderd zijn, maar nog niet beëindigd. Strandk wefitie. De Voorzitter deelde mede, dat B. en Ws. voornemens zijn, gedurende een tijdvak van 30 achtereenvolgende dagen te doen opme ten het peil van den vloed, als deze op het hoogst is, op het strand te Noordwijik-aan- Zee; met uitnoodiging aan rechthebbenden van aan het strand grenzende duingronden, om van hunnentwege bij die opmetingen zich te doen vertegenwoordigen, om daar na te komen tot grensregeling, die door de betrokken partijen zal worden erkend, tot er een definitieve oplossing ia verkregen. De desbetreffende voorstellen zullen dan later den Baad bereiken. De heer dr. A. Kervel, zeide daaroi) on geveer het volgende: De vorige maal zijn door wethouder Alke made verzoenende woorden gesproken in zake de kwestie, die vooral op de bad plaats de gemoederen warm maakt; ik breng gaarne hulde aan wethouder Alke made voor het woord van vrede, door hem in den Raad gesproken. Ik ben van mee- ning, dat met het idee-arbitrage, dat ook B. en Ws. blijkbaar hebben laten varen, weinig te bereiken zou zijn. Ik heb daarom hoewel aarzelend getracht, een rege ling te bedenken, die de mogelijkheid zou openen, dat aller belangen behartigd wer den, hoewel allen wat toegeeflijk zouden moeten zijn. Ik heb een denkbeeld, waarvan ik hoop, dat. 't voor verwezenlijking vatbaar zal zijn. Alet aarzeling opper ik dat denkbeeld, om dat men mijn voorstel misschien mc-t zekere achterdocht zal ontvangen; misschien zal men er een poging in willen zien, om den een boven den ander te bevoordeelen. Mijn eenige opzet is echter, om tot een bevre digende oplossing te komen. Ik heb het volgende idee: Het moest be reikbaar zijn, dat door onderling goedvin den van de pachters de terreinen vóór „Noordzee" van den heer W. van Beelen door dezen heer worden gepacht. Vink komt dan met zijn koetsen op een terrein, gelegen tusschen «de Zuidzijde van pension „Noordzee" en Noordzijde van badhotel Konijnenburg. De heer Yan Beelen zon hem dan moeten toests-an, om als er zooge naamde muien zijn, wat noordelijk uit te wijken. P. Bedijn zon dan komen op een terrein gelegen tusschen de Noordzijde van badhotel Konijnenburg en de zuidzijde van „Huis ter Zee", of zooveel zuidelijker, als .,Huis ter DuinJ» hem wil toestaan. Kon deze regeling getroffen worden, "dan zou de Raad wellicht bereid zijn, om: lo. de pachtsommen te verlagen 2o. het „badverbod" op te heffen van de percelen, geleden tusschen badhotel Konijnenburg en „Reehorst" In dit plan zijn voor ieder voordeelen en voor ieder nadeelen gelegen, doch ieder dient wat toe te geren, als men tot den vrede wil komen. Voor den heer Van Beelen zijn nx L niet anders dan voordeelen gelegen in het voor gestelde plan Vink doet concessiethans heeft hij 6 of 7 peroeelen, bij de voorgetelde regeling krijgt hij maar ongeveer 90 AL is perceel. Zijn voordeel is: de vermindering der pacht som. P. Bedijn krijgt ook 1 of 2 strooken minderdiens voordeel is echter gelegen in de opheffing van het badverbod op boven genoemde perceelen, waardoor hij deze ook voor het bad kan exploiteeren. Verder pro fiteert Bedijn ook van de vermindering van pachtsom. Voor ,,Huis ter Duin" bestaat het voor deel alleen in vermindering van pachtsom. Ik stel dus voor, mijnheer de Voorzitter, dat de Raad zaoh in beginsel uitspreke. of hij genegen is, de pachtsommen te vermin deren en genoemd badverbod op te heffen, als een regeling, als dcor mij bedosli tot stand mocht komen, en dat er een Raadscommissie w vrde be noemd, met den burgemeester tot voorzit ter, waaraan de gemeentesecretaris worde toegevoegd, om te notuleeren; Deze Com missie lean op bovengeuoemden grond'Sag met de pachters onderhandelen, of zoo noodig andere bemi ddelï ngsfvoor^t W n overwegen en in den Raad brengen, aan wien natuurlijk de eindbeslissing blijft. Tk zou wenschen, mijnheer de Voorzit ter. dat aan een en ander de grootst moge lijke openbaarheid worde gegeven, opdat de gemeente kunne zien, wien den vrede wil: opdat mij mogelijke mislukking ik zou dit betreuren, maar 't is niet onmogelijk op dat bij evenfcueele mislukking de gansche gemeente kunnen zien, door wat en door wien de pogingen tot verzoening gefaald hebben." Wethouder Alkemade zegt, dat verleden jaar ongeveer in denzelfden geest onder handelingen gewerd zijn, die toen zijn afge sprongen op de niet-medewerking van één pachterspr. vreest meent zelfs vrij stel lig te weten dat dezelfde persoon weer oorzaak van mislukking zal zijn. Spr. wil gaarne medewerken, om het idee va-n den heer Kervel te helpen verwezenlijken, doch hij vreest, dat de pogingen weder zullen falen. De heer W. van Beelen zegt, dat de eige naren van duingronden in vereeniging met de pachters van strand, er bij Vink meer malen op aangedrongen hebben, dat hij met zijn badkoetsen meer Noordwaarts zou trekken. Zij deden hem daarbij de stellige belofte, dat zij hem zooveel mogelijk zou den steunen, opdat hij een goed stuk brood zou verdienen. En de heer Van Beelen ver vólgde: „In gemoede gesproken, zou dè,n de strandkwestie van de baan zijn." Spr. weet zker, dat alle pachters en eigenaren 't met dat voorstel (Vink meer het Noor den in) eens zijn. De Voorzitter zegt, dat de door dr. Ker vel bedoelde Raadscommissie, waarvan hij gaarne het voorzitterschap zal aanvaar den, óók het idee van den heer Van Boelen zou kunnen in overweging nemen. De heer Van Beelen wijst er nog op, dAi volgens het plan-Kervel de pachter Vink niet veel concessies behoeft te doen. Than* toch heeft hij 140 AI. strand zonder Bo vengrond; naar het plan-Kervel zou 15J 90 M. trijgen mii bovengrond, waarop hij zijn koetsen in veiligheid kan krengen. Beide voorstellen van den heer Kervel worden daarop zonder hoofdelijke stem- ming aangenomen. In bedoelde Raadsoommissie werden dooi den Voorzitter benoemd de heeren: dr. A. Kervel, W. v. Beelen en A. v. d. Berg Gz beide laatsten, die aanvankelijk niet eifc genegen waren, aanvaardden later inA ce zitting met gesloten deuren over reclame! en kokiej E. O.j hun benoeming. Daarna sluiting der vergadering. Gemeenteraad van Aarlanderveen. Voorzitterde burgemeester. Afwezig de heer C. van Egmond. Mededeeling wordt o. a. gedaan der van de commissie van beheer der gasfabriek van de gemeenten Alphen, Aarlanderveen en Oudshoorn ontvangen rekening en ver: antwoording, balans en will si- en verlies: rekening enz. over 1910, en besloten deze stukken te stellen in handen der finan: cieele commissie voor advies. Besloten wordt mits overigens wordt vol: daan aan de eischen der bouw- en woning-: verordening, aan den heer M. P. D. Lek, te Aarlanderveen, en aan mr. J. G. Brom ver Nijhoff, te Utrecht, dispensatie te ver: leenen van het bepaalde bij artikel 27 der bouw- en woningverordening, den eer-: ste voor den bouw van een i;f aan pak huis, den tweede voor den bouw van een arbeiderswoning. De Voorzitter deelt mede, dat bij een herstelling aan de Valbrug is gebleken, dat de landhoofden cn vleugels van de brug herstelling behoeven en gevaar op: leveren voor dc publieke veiligheid. Hjj durft de verantwoordelijkheid niet op zicb nemen om de herstelling tot later uit te stellen. Volgens opgave van den gemeente-ar. chitect zal de geheele vernieuwing kosten f 750, de vernieuwing aan de Zuidzijde alleen f 500, aan de Noordzijde f 400. Mr. Van der Lee zegt, dat, wanneer alles geheel moet worden vernieuwd, het werk z. L tot het volgend jaar moet wor- den uitgesteld en thans de hoog noodige reparaties worden verricht. De Voorzitter zegt, dat de reparatie dit jaar in allen gevalle dient uitgevoerd te worden. Hij meent, dat dit geen uitstel kan leiden. Hij heeft dit onderwerp niet besproken in een vergadering van B. en Ws., maar het onmiddellijk in den Raad ter sprake gebracht; wil de Raad de ver: antwoordelijkheid tot uitstel op zich ne men dan kan hem bij mogelijk ongeval niets worden verweten. De heer A. van Dam is verwonderd, dat het voorstel op de agenda stond. Hij kan zich den grooten spoed niet voorstellen. Was van dien slechten toestand bij het opmaken der begrooting dan niets be kend Of wordt bet werk nu overdreven Zelf kan hij om gezondheidsredenen de brug niet gaan opnemen, maar hij durft toch het werk wel uitstellen en het bij de begrooting over 1912 te bespreken. De heer Van der Knijff zegt, dat de brug oogenschijnlijk goed is; de passage over de brug is echter druk en de vrachten, die er overgaan, zijn dikwijls zwaar; er kan dus niet te licht over worden gedacht. Hij is echter van meening, dat, wanneer de leggers, waarop de brug rust, worden vernieuwd, de vernieuwing van de hoof den nog uitgesteld kan worden. De heer M. van Muiswinkel zegt, dat zijn stem vóór of tegen de geheele ver- rtieuwing zal afhangen van het rapport van den deskundige omtrent den toestand van den onderbouw van de brug, waarna besloten wordt de gem.-archit. ter vergade: ring uit te noodigen, tot het geven var. de noodige inlichtingen. Nadat de gemeente-architect, ter verga: dering binnengekomen, de gevraagde in: lichtingen heeft verstrekt, deelt de Voor. zitter mede, dat hij zijn voorstel tot het maken van nieuwe vleugels en landhoof den in beton, intrekt. De Voorzitter doet voorlezing van een ingekomen schrijven van de Gezondheids: commissie te Alphen, waarin, naar aan: leiding van het voorkomen van verschil: lende gevallen van typhus in wijk III, wordt aangedrongen op het doortrekken indie wijk van de hoofdbuis van de drinkwaterleiding. Hij heeft zich daarna gewend tot het gemeentebestuur ran Alphen met ver zoek om opgave van kosten van het leg: gen van een hoofdbuis in de wijken I, If en III. Hij heeft daarop verschillende prijsopgaven gekregen en wel a. een voor een leiding langs den Lagen Rijndijk, den Ziendeweg, 't Zuideinde naar het Noord- einde tot aan de Vrije Hoeve, b. een voor een leiding tot aan de Hooge Ziendebrug met een leiding door den Kerkvaartsweg en een leiding naar de Vrije Hoeve en een leiding naar de woning van Herre: wijn, beide opgaven in dubbel, een met een wijdere hoofdbuis dan de andere. De vergadering gaat hierna over in co: mité ter bespreking van de ontvangen op: gaven en de financieele gevolgen van uit: breiding van het buizennet. Na heropening der openbare vergade: ring wordt een commissie van 5 perso: nen benoemd, die den Raad na ondet;: zoek zal dienen van advies. Voor die commissie worden als leden aangewezen de heeren J. W. van der Lee, J. van der Knijff, mr. C. van der Lee, A. ran Dam, J, H. Ruting en C. yan Muiswinkel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 6