N°. Donderdag Febiaiari, A®. 1911. feze (Courant wordt dagelijksmet uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieieele Kennisgeving. Weigering van leverantie van duinwater, FEUILL ET O N. L. B. B629T LEIDSCH DAGBLAD PBUS DEB ADYEBTENTIEN: Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17J. Giootere lettere naar plaatsruimte. - Kleine advertentiën Tan 30 woorden 40 Cents eontantelk tiental woorden meer 10 Cents,-Voor het incaeseeren word^0.05 berekend. PBIJS DEZEB COURANT: Voor Leiden per week 9 Cents; per 3 maanden I 2 f 1.10. Bniten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sijn i 1.30. Pranco per poBt 1.65. UBAKKWËT. Burgemeester en Wethouders van Leiden v Gelet op de artt. 12 en 37 der Drankwet; Brengen ter algemeene kennis, dat door HENDRIK REGEER, koopman, wonende 'te Leiden, een verzoekschrift is ingediend, 'om verlof voor den verkoop van alcohol houdenden, anderen dan sterken drank voor gebruik ter plaatse van verkoop, in het woonhuis van het perceel Janvossensteeg Oo. 44. Burgemeester en Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 23 Februari 1911. De kwestie-Rei voilo, sohreven we dezer Öagen, is er een yan algemeen belang*. Het feit toch dat oen aantal gezinnen ge durende ©enigen tijd van water waren ver stoken, staat in nauw verband met de volks gezondheid. Goed drinkwater is vooral on misbaar. Wij behoeven slechts den typhus te noemen om allen te weten wat de ge- yolgenkunnen zijn van onzuiver water. Waarom werd hier de leiding afgesneden? Voor het antwoord op die vraag moeten jve even een aanloop nemen. Wanneer iemand wordt failliet verklaard, komt er in zijn vermogenstoestand een plotselinge stilstand. De failliet wordt uit geschakeld en een curator komt in zijn plaats. Deze wikkelt de zaken a.f, maakt alles, wat de failliet liet zijn© kon noe men', te gelde en verdeelt dit- alles na af trek van de kosten, pondspondsgewijze on der de schuldeisehers, behoudens enkele jBchulden die preferent of bevoorrecht zijn, en die vóór de andere uit de aanwezige baten moeten worden voldaan, zooals be lasting, hypotheek e. a. Ten aanzien van de schuldeisehers gc-ldt do regel, dat de dag van de faillietverkla ring hun rechten bepaalt. De loopend© schul den, die ook na de faillietverklaring blij- yen voortgaan, zooals gas, water, levens middelen, huren, pachten en loonen, moeten jnatuui'lijk door den ourator geheel worden voldaan. Deze schulden gaan dan ook nog yóór de preferente. De schuldeisehers dienen te zijner tijd hun .vorderingen bij den curator in cn ontvan gen na afloop van hem de hun toekomende procenten. Zoo zou men ook verwachten, dat de Duinwatermaatschappij bij den curator haar .vordering indiende, evenals de andere cre diteuren en later pveneens haar procenten 'kreeg. Zoo-als wij reeds zeiden, voor de wa terleverantie tijdens het faillissement moet zij .natuurlijk volledig worden uitbetaald. Maar wat gebeurt? Nauwelijks is iemand failliet verklaard of de curator krijgt 'n brief van de Maatschappij' waarin zij hem voor de .volgende vraag stelt: öf het contract te erkennen, maar dan ook alle schuld vol ledig uit te betalen, in welk geval de wa- terleverantie doorgaat, öf de Maatschappij als gewoon schuldeischeres te beschouwen en haar de liaax toekomende procenten uit te keeren,maar dan snijdt de Maatschappij de leiding af. Het gevolg i9 dan dat de failliet of de bewoner van het aan den failliet toebehoorend huis van water ver stoken is. Om dit te voorkomen, is de curator1 verplicht alle schuld, dus niet alleen, die van tijdens het faillissement, maar ook die van vóór het faillissement, voluit te betalen. De Maatschappij maakt derhalve gebruik van haar monopolie, zet den curator het nies op do keel en deze zal uit overwegin gen van volksgezondheid en andere (maar ten nadeele van de andere schuldeisehers, wier rechten hij alle gelijkelijk heeft te behartigen) toegeven. Wij achten dezen toestand ongewenscht.' Evenwel moeten wij er op wijzen dat tot voor zeer korten tijd ook de Stedelijke Gas fabriek eenzelfde tactiek was toegedaan. Toen kon men ook nauwelijks tot curator be noemd zijn of een .beambte van de Gas fabriek was bij n en hanteerde met een vriendelijk .gezicht hetzelfde mes dat de Duinwater-Maatschappij nog gebruikt. Sedert echter c-en lid van de balie zitting heeft in hot college van B. en Ws. is ons gemeentebestuur teruggekomen van dezen dwaalweg liaars pads. Waar aldus de gemeente het voorbeeld gaf om haar bedrijf dat geen concurrentie behoeft te vreezen, niet boven de andere schuldeiscbers te bevoordeelen, zou het ge- wenscht zijn, dat ook de Duinwatermaat schappij dit voorbeeld volgde. Misschien geeft het contract, dat de ge meente met de Maatschappij heeft, gelegen heid om in dezen eenigen zacht en drang uit te oefenen. De billijkheideischt dat alle crediteuren tenzij ze wettelijke voorrechten hebben, ge lijkelijk worden behandeld. Gebruik te ma ken van een toevallig monopolie, past in dezen gedachtegang nietgeeft soms het geval-Iteiveilo is er een voorbeeld van aanleiding tot groot ongerief en kan aan leiding geven tot gevaar voor de volksge zondheid, al nemen we gaarne aan dat de Maatschappij in tijden van besmettelijke ziek ten wel niet op haar boven aangeduid stand punt zou blijven staan. We veten ook allen hoeveel moeite het gemeentebestuur zich geeft om stadgenooten, die nog een ouderwetschen put in huis hebben, te overreden om duinwater te ge bruiken, hen te doen inzien dat het water uit hun put, alhoewel smakelijker en niet zoo. flauw volgens hun meening als het duinwater, besmet kan zijn met dit of dat en daaruit ziekte kan voortkomen. Maakt het nu niet een eigenaardigen in druk, dat bij gelegenheden als boven omschreven de Duinwatermaatscbappij deze met moeite verkregen overreding te niet doet, door de leiding weer af te snijden en de bewoners te noodzaken weer put water te gaan gebruiken Leiden, 23 Februari. Als correspondent van „Volksonder wijs" waren door den beer Hibma, hoofd van de jongensschool 2de klasse, gister avond de Leidsche leden en een aantal ge nood igden opgeroepen, om van gedachten te wisselen over de oprichting van een af- deeling hiér ter stede. Zooals men weet, stelt „Volksonderwijs" rich hoofdzakelijk ten doel, den bloei te bevorderen van het openbaar onderwijs. Zeker mag het ver wondering wekken, dat een vereeniging, die in ons land meer dan tien" duizend leden telt, in Leiden nog slechts een correspon dentschap maar geen af deeling had kun nen vestigen. In een inleidend woord zette de heer Himba werkkring en doel uiteen en gaf verder aan de band van sprekende ta bellen en grapliische voorstellingen een hel dere uiteenzetting van den afwisselenden voor- en achteruitgang van het openbaar onderwijs te Leiden in de laatste tien jaren. Na korte bespreking werd besloten tot de oprichting van een afdeeling. Als voor loop] g bestuur, werden gekozen de he eren: Dr. H. J. Zwiers (voorzitter); S. de Boer Azn. (penningmeester), P. A. Hibma (secretaris), A. J. F. Oudendal, en J. A. Zuidhoff. Het adres van den secretaris is Wasstraat 31. Alhier is opgericht de Centrale Bond van Plaatselijke Vereenigingen \oor Onge vallenverzekering in het land-, tuin- en boschbouwbedrijf in Nederland. Na vaststelling der statuten werden tot bestuurders gekozen de heeren A. van Leeuwen te LeiderdorpT. P. Klein te Woubrugge; J. van Rijn Nz. te 's-Graven- zande, S. P. van Griethuizen, te Reeuwijk, en J. Ver wei j te Alkemade. Het doel van den Bond is, de geldelijke gevolgen van ongevallen met langdurig of blijvend gevolg, aan de arbeiders overko men, voor gezamenlijke rekening te nemen; alsmede de uitkeeringen aan weduwen, kin deren of bloedverwanten van arbeiders, die door een ongeval met doodelijken afloop werden getroffen. De uitslag der op 21 en 22 Februari jl. gehouden stemming, bij de Ned.-Herv. Gemeente alhier, omtrent de beslissing of de beroeping van Predikanten en het be noemen van Ouderlingen en Diakenen voor de eerstvolgende tien jaren aan den ICer- keraad zal worden opgedragen of aan liet Kiescollege zal blijven opgedragen is, dat met gi'oote meerderheid van stemmen is uitgemaakt, dat het aan het Kiescollege blijft opgedragen, De minister van binnenlandsohe zaken heeft, met wijziging van een beschikking van 20 Februari 1897, en met intrekking- van een beschikking van 19 December 1910, voor de verkiezing van leden van de Twee de Kamer der Staten-Generaal de ge meente Leiden verdeeld in 10 stemdistricten die in de „St.cfc." (No. 46) zijn omschreven. Op liet drietal voor predikant bij de Ned.-Herv. Giern. te Oosterwierum komt voor de heer A. G. Kloots, oand. te Leiden.. Beroepen is bij de NecL-Herv. Gem. te Langerak de heer J. J. Kloots, cand. te Leiden: Bij de onlangs gehouden stemming voor de verkiezing van een lid van het Hoofdbestuur der „Vereeniging van Chris telijke Onderwijzers en Onderwijzeressen in Nederland en de Overzeesohe Bezittingen" zijn volgeDs het procesverbaal uitgebracht 229 stemmen, waaronder 96 op den lieer A. de Jong Ez., 90 op den heer Eerdbeek, 13 op den heer P. Coulandor, 12 op den heer W. J. Visser, 7 op den heer Looyen. Daar bij deze stemming niemand 2/3 der uitgebrachte stemmen heeft verworven, moet volgens art. 8 van het huishoudelijk reglement een tweede stemming plaats heb ben uit de drie leden, die de meeste stem men op zich hebben vereenigd, te weten de heeren A. de Jong* Ez., onderwijzer te Lei den; O. H. Eerdbeek, oud-hoofd in Den Haag; P. Coulandor, onderwijzer te Rot terdam. Vanwege deze Vereeniging is een audiën tie afgelegd bij den Minister van Binnen- landsc.he Zaken, met betrekking tot de subsidie voor den schoolbouw. Z.Exc. heeft te kennen gegeven, dat er een wetsontwerp W verzending gereed ligt, waarin een matige veihooging der bij drage wordt voorgesteld aan alle schoolbe sturen, op grond van art. 59 der wet 1. o. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben, op de door de Gezondheids-commis sie te Zoetermeer gevraagde voorziening om dat de Raad der gemeente Voorburg geen gevolg gaf aan haar advies tot onbewoon baarverklaring van een woning aan de Kerkstraat aldaar, alsnog de onbewoonbaar verklaring uitgesproken. De Koningin-Moeder heeft gisteren een bezoek gebracht aan cle tentoonstelling, door „Pulohri Studio", van werken van weiikende leden. De voorzitter, de heer Ter Meulen, had hrt voorrecht H. M. rond te leiden, Prins Hendrik heeft gisteren een be zoek gebracht aan mr. Heemskerk, minis ter van binnenlandsohe zaken, in diens de partement. Ter eere van Prins Hendrik gavon Graaf Sallier de la Tour, Hertog van Cal- vello, gezant ven Italië bij het Nederland- sche Hof en de Hertogin van Calvello gis teren een luisterrijk feestmaal in het lega tiegebouw aan de Sophialaan te 's-Gra- venkage. Behalve de Vorstelijke gast, waren aan 's Ministers tafel vele andere hooge perso nages genoodigd. De vestibule en do trap leidende naar de salons waren voor deze gelegenheid be zet met gewassen en bloemen, welke ver siering otik in dichtgevulde groepen hun geuren in de eetzaal verspreidden. Het „WeekbL voor Bloembollencul- tuur" meldt, dab wijlen de heer W. J. Leefkens, in leven penningmeester van de afd. Beverwijk der algemeene vereeniging voor bloembollencultuur, aan die vereeni ging f 1000 heeft vermaakt, om uit do rente bekroningen uit te lo ven in het buitenland, op tentoonstellingen voor bloeiende bolgewassen, benevens f 500 onder last van vrucht-gebruik. Dezelfde erflater schonk ook f 1000 aan de Krelage-stichting. Het weer voortgezette bezodk van den minister van oorlog aan de Zuidelijke provinciën staat o.a. in verband met de voorgenomen wijziging in de dislocatie van troepen. Het ligt n.l. in het voornemen, na de overbrenging van de cavalerie uit Venloo en Roermond naar Tilburg en Bre da, het geheele 2de reg. infanterie in de Limburgsclio garnizoenen Yenloo, Roer mond en Maastricht; te brengen; terwijl4 dan 2 bataljons van het 6de reg. infanterie uit Breda naar 'a-Hertogerbosch zouden^ komen. De op te richten mitrailleur-afdee- ling van de 3de divisie zou, althans voor-' loopig, te Maastricht komen. Men meldt ons uit AmsterdamOm- - streeks half Maart zal een aanvang worden gemaakt met het afbreken van het Bible- hotel, op welks plaats zooals men weet> het Beursgebouw van de Vereeniging voor den Effectenhandel zal verrijzen. Aan de ach terzijde van h*et Hotel aan den kant der Warmoesstraat gelegen, wordt het eerst, met het afbreken begonnende oorzaak dat men zoo laat daarmede begint-, is gele gen in het feit dat da personen, die wonin-* gen bewonen, welke behooren lot het oom- plex van het hotel, pas met 1 Mei hun wo ningen verlaten. In het stampvolle kerkgebouw der Ned.-Herv. Gem. te Doetinchem had de bevestiging plaata van ds. C. M. Briöt, vroeger te Hall. De bevestiging geschiedde, door zijn vader ds. W. Briët, uit) Leiden. Na de bevestiging zong de Gemeente den nieuwen herder staande toe: „Dat 's Hee ren zegen op u daal." 's Avonds deed da* nieuwe predikant zijn intrede, tot tekst' kiezende: „Jezus Christus is gekomen." Te Parijs is op 80-jarigen leeftijd over leden de heer H. A. Insinger, eigenaar van het landgoed „Pijnenburg," gelegen op dei Yuursche, onder de gemeente Baarn. Men meldt uit Aduard. aan de „Pr. Gr. Ct." „Voor de laatste maal trad dr. L. A. Bühletf Zondagmorgen voor zijn gemeente in Aduard op. Om geen ergernis te wekken, om bd voorkomen dat zijn gemeenteleden woorden, gekwetst door zijn. woorden, zeide dr. Bahler geen preek te zullen houden van ziek zelft maar las liij, evenals hij den vorigen Zondag1 had gedaan, een overdenking van een am deren predikant voor. Aan het einde der godsdienstoefening' stelde dr. Biiklor nog even de vraag of heb dan tevergeefs was geweest, dat hij tegen onzedelijkheid en leugen is opgekomen, by> vergeefs dat hij en zijne vrouw de kinderen hebben willen beschermen Van verschillende zijden in zijn gemeente ontving, naar wij vernemen, dr. Bfthlei] bewijzen van vriendschap; gemeenteleden hebben hom gevraagd om de gemeente niet te verlaten, doch hij is bij zijn besluit gen bleven vooral ook omdat dr. Balder meent, dat voor de gemeente in dezen een kracht tig optreden noodig is." Op verzoek van een der betrokken kerk besturen heeft de Minister van Oorlog ba paald, dat aan de Israëlietisohe militairen der landmacht die niet aan de strengere! tucht bij het Algemeen Depot van Discipli ne onderworpen zijn en ham aanstaand Paaschfeest ten hunnent wensohen te vie« reD, daartoe de gelegenheid zal worden ge geven. Voorts is bepaald dat aan de militairen wanneer zij op de middendagen van hun Paaschfeest moeten deelnemen aan ©enigs zins langdurige oefeningen of marsoken zal behooren te worden vergund, zich vooraf te voorzien van spijs en drank, voor hen op die dagen geoorloofd. U) Elsa vertrekt haar mondje als een be knord schoolkind. Nella is doodsbleek ge- fworden. Met haar handen vast ineenge klemd zit zij met neergeslagen oogen onbe weeglijk. Haar oprecht, warm gevoel voor den vrijheer heeft' haar instinctmatig de situatie vólkomen doen begrijpen. Zij voelt, 'dat, als nu nog de kransen komen, het uit 'is en dat op haar hoofd geheel alleen de schuld daarvan neerkomt. Zij durft haar oogen mét opslaan. Pas veel later kijkt zij schuchter op. Het gevaar is voorbij. De handeling op het tooneel wordt ongestoord voortgezet. Het pubüiek schijnt het kleine incident vergeten te hebben. Langzaam komt de kleur op haar gelaat terug. Maar nog altijd knikken haar knieën. Hoe gaarne zij ook zou willen, zij voelt/, dat zij niet de kracht heeft, de zaal te ver laten. Zij moet het tot het einde volhouden. Nu keert Nellesta met Vela's geliefde terug. Zij sterft in de armen van haar brui degom, -de vrijheer galmt tweemaal zijn „phenomenale" hooge O zonder, eenige wei feling, maar ook zonder eenigen bijval, en het gordijn valt. De diplomaten in de loges en heb geheim zinnige drietal in het parket trachten nog eens de stemming er in te brengen. Tever geefs 1 Het publiek neemt niet eens de moeite te opponeeren. De zaak wekt dus de belangstelling niet op. Stilzwijgend gaat men uiteen. Zoo snel mogelijk ratelt het ijzeren gordijn naar beneden. Het spel is uit. Lang gekoesterde verwachtingen zijn met één slag vernietigd. Nella heeft lang vóór de haren de kleed kamer bereikt. Zij steekt juist haar hoedje vast, als rix haar papa naar binnen ziet schuiven. Aan een ontkomen valt niet te denken, want zij kan voor het oogenbiik evenmin voor- als achteruit. Er blijft haar niets anders over dan hem rechtuit te zeg gen, dat zij er voor haar persoon na dezen uitslag niet aan denkt, aan het souper deel te nemen. Zij wil zich met een rijtuig naar huis laten brengen, doch eerst nog den vrijheer spreken, om hem te verklaren, dat haar dwaasheid en niet zijn onvoldoend stemgeluid schuld aan het ongeluk is. Zonder er iets van ie begrijpen luistert de heer Schöffer naar de zenuwachtige redeneeringen zijner dochter. Ook Elsa schijnt niet te beseffen wat haar nicht eigenlijk bedoelt. Maar beiden hebben, na dat Nella gesproken heeft, het gevoel, dat liet werkelijk beter is van hét voorgenomen souper af te zien. Vader Schöffer bromde iets bij zichzel- ven, wat een toestemming moest beteeke- nen. „Ik ga dan ook maar met Elsa naar huis. Kom gjj dan met Augus ta na. Zij zou bij den hoofdingang op ons wachten. Daar zult gij baar dus vinden." Nella had van de eerste opening in de op en wegduwende menschenmenigte in de garderobe geprofiteerd om weg te komen. De trappen waren nog tamelijk vrij en aldus bad zij de door haar vader aangedui de plaats spoedig bereikt. Augusta was er ook reeds, heel bedeesd en angstig, uit vrees, dat juffrouw Nella boos op haar zal zijn, dat de kransen nu toch met zijn ge worpen. Maar werkelijk dat was haar schuld niet. Zij had juist zoo gehandeld, als de juffrouw het haar had besteld. Nella., die over alles eer dan over dit punt boos was, 'luisterde nauwelijks naar hetgeen Augusta op schreienden toon zeide. Zij trok het dienstmeisje van den helder verlichtên hoofdingang weg en fluisterde haar toe: „Kom, snel, volg mij, hier om heen, langs de omheining tot aan den in gang naar het tooneel. Kom dan toch spoe dig, spoedig." Bijna op een draf belandden beiden bui ten adem aan den tegenovergestelden kant van het groote park. Nella moest een paar malen haastig en diep ademhalen, voordat zij kon spreken. „Ga onmiddellijk naar bovenGij zult wel doorgelaten worden; vraag naar den vrij heer, en zeg hem, hoort ge Augusta, dat ik hier beneden op hem sta té wachten. Ik moet hem iets belangrijks zeggen. En kom spoedig terug." Nella keek angstig om zich heen. Het' was daar donker en eenzaam. Maar er was niets aan te doen. Zij moest blijven waar zij was. Zij moest hem heden nog tot eiken prijs spreken. Als een dom, onnoozel kind had zij gehandeldDoor dat dwaze applaus hadden zij wellicht zijn geheele carrière op het' spel gezet. Het ware instinct kwam hier weer voor de ervaring in de plaats. Nedla voelde, dat zij hém belachelijk had gemaakt; zij vermoedde wat dat voor een beginnend fcooneelspeler had te beteekenen. Wat zou zij er niet' voor gegeven hebben om het ongedaan te maken J Wat er voor opge offerd, wanneer het verloop van den ge- heelen avond zóó ware geweest, als zij' zich dat voor den vrijheer wekenlang had voor gesteld 1 Steeds op en neer loopend, had zij nu de deur, welke toegang gaf tot het tooneel, in den rug. Zij was niet bang meer. Zij merkte niets meer van cle stilte en de duisternis om" haar heen; haar gedachten dwaalden ver van haar onmiddellijke omgeving af. Nu hoorde Nella voetstappen achter zich en spreken. Een gedeelte der spelers verliet het Theater. Nella durfde niet omkijken; aan de voetstappen hoorde zij, dat' het man nen waren, die achter haar langs gingen. Nu kon zij ook duidelijk verstagn, wat zij zeiden. „Een mooie boel," zei de een: „dat komt van dat dilettantisme. De ander lach'te. „Hoe is je de ridder van de hooge C be vallen? Ook een mooi nummer!" „Eveneens protectie," bromde de eerste. „Geen zweem van een tooneelstem," be gon de ander weer. „Alleen met de hooge 0 maakt men de kool ook niet vet." „Een mooie concerttenor. Zeer muzikaal, een aangenaam jongmensch, maar voor het Theater onmogelijk." Nu waren beiden Nella gepasseerd. Zij bleef zitten en keek hen een oogenbiik na, totdat hun gestalten in de duisternis tus- schen de boomen geheel waren verdwenen. Dus zóó stond het! Wat Nella zichzolve slechts aarzelend en verbloemd had bekend, hier werd het in nuchtere woorden uitge sproken. Maar nog altijd verzette zij er zi'oh tegen zich onvoorwaardelijk aan dit Karde oordeel te onderwerpen. Kenden die man nen Reutern, zooals zij hem meende te ken nen? Hadden zij hem hooren zingen, zoo als zij hem had gehoord? Konden zij bere kenen in hoever Nellesta's onvermogen, in hoever haar eigen kinderachtige dwaasheid schuld aan hef ontmoedigend resultaat had? Nella was omgekeerd en stond nu weer dicht naast den ingang naar het' tooneel* waaruit langzamerhand een groot deel van het personeel op straat stroomde. Onder de voorbijgangers meende Nella ook de kleine, zwarte koorzangeres te herkennen, dié haar in het eerste bedrijf zulke bittere tranen van jaloezie Kad afgeperst. Zij hing pra tend en lachend aan den arm van een jong" menscb. Een steen viel Nell van 'tkart. Dua het meisje had het toch mét ernstig ge meend met haar leederheden voor den vrij' heer? Maar dat waren Kaar eigen zorgent Daaraan mocht zij nu niet denken. Slechta aan de troostwoorden, welke zij tot hem wilde spreken; aan hel vertrouwen, dat zij in hem moest versterken. Nu kwam Augusta haar meedéelen, dafc de baron dadelijk zou komen. De kapel meester moest hem nog slechts even spreken. Augusta was geheel vervuld van Kaar' wederwaardigheden achter de coulissen. Maar Nella luisterde niet. Zij wachtte me' koortsachtig ongeduld op Reutern. Eindér* lijk, eindelijk verscheen hij, verhit en ze nuwachtig; de hand welke hij Kaar gai» voelde gloeiend aan. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1