Timmerlieden- en Modelmaliers-Vereeniging.
Faillissementen.
Burgerl. Stand van Leiden.
Eerste Kamer.
Vragen en Antwoorden.
Uit de „Staatscourant".
„O O N A R."
Omdat bij de jongste uitvoering dezer
Leidsohe gymnastiek-vereeniging de zaai
▼an „De Graanbeurs" te klein bleek, werd
besloten d© volgende uitvoering in de groo-
te zaal van de Stadszaal te geven. Dit ge-
eohiedde nu Zaterdagavond Ook thans waa
dc opkomst zeer talrijk, zoodat de bene
denzaal, waar de stoelen aan tafeltjes ge
rangschikt stonden, dus niet stijf aan rijen
geheel bezet was.
Twee plantengroepen naast het tooneel,
^it een waarvan zieh het vaandel vertoon
de, verlustigden er het oog.
Op den heer G. N. M. F. Verstraaten
rustte voor de tweede maal binnen een kort
tijdsverloop, naar hij zeide, de vereerende
taak een feestavond voor deze vereeniging
in to leiden, en met recht meende hij deze
taak vereerend te mogen noemen, nu hij
ander de genoodigden zxx> vele gezichten
zag, die in hoofdzaak uit belangstelling in
de gymnastiek hier gekomen waren
Namens de Vereeniging heette hij allen
hartelijk welkom, in het bijzonder de afge
vaardigden der genoodigde vereenigingen,
en het deed spr. genoegen dat er niet tever
geefs een uitnoodiging was gezonden aan
*t best/uur van de sociëteit Musis Sacrum",
dat steeds zoo welwillend den tuin voor de
gymnastiek aan „Donar" afstaat. Spr.
hoopte dat „Musis" nog vele jaren moge
bestaan en dat de leden er van de nieuwe
voorwaarden mogen aannemen. Ook den be
schermheer, den heer W. J. P. Suringar,
dankte hij voor diens tegenwoordigheid.
Tot spijt van het be-stuur werd van den
burgemeester een schrijven ontvangen dat
bij tot bijwoning der uitvoering verhinderd
waa, maar daaraan voegde hij tevens de ver
blijdende mededeeling dat hij als donateur
wensoht toe te treden. Dat kan, volgens
spreker, als een tastbare bewijs dienen voor
de belangstelling, die de Vereeniging meer
•n meer wint. Met dit voorbeeld hoopte hij
dat na afloop dezer uitvoering nog velo
anderen voor de gymnastiek zullen gewon
nen zijn. Hiermede verklaarde liij den avond
geopend en wenschte bij allen veel genoe
gen-
De werkzaamheden voldeden zonder uitzon
dering uitstekend en bestonden uit brug-,
ringen-, staaf- en rekoefeningen, waar
bij de werkende leden in hun toeren soms be
wondering afdwongen, terwijl ook de jeug
dige adspdrant-leden, die bij hun eerste ver
schijning reeds een algemeen gejuich ont
lokten, veel bijval oogstten in hun volhar
dende pogingen om naast hun optreden
in de vrije oefeningen de gr oosten in en
kele hunner werkzaamheden na te doem
Gebruik©lijkerwijze werden er, tot afwis
seling, ook voordrachten gegeven, waartoe
mej. v. R.—De R. en de heer J. de R. zich
bereid verklaard hadden. Met „Hup m'jn
jongen, wat zeg je er van?" „Kee en Piet
op het Koninginnefeest te Amsterdam" en
„Het eerste optreden van een vrouwelijk
advocaat; of Kees Panharing moet in de
nor", verwierven zij verbazend veel bijval,
Zij verhoogden er de opgewekte stemming
grootelijks mee.
Het bleek dat dezen avond de muziek
evenmin als bijzaak moest beschouwd wor
den, want een vijftal musici voerden op
hoogst verdienstelijke wijze verschillende
nummers uit en daaraan was het ^k te
donken dat de aanwezigen werden onthaald
op een schoone vertolking van een gedeelte
van Koeberg's „Alianora", het openlucht
spel, zooals men weet, uit de jongste mas
keradefeesten.
Na de hoogst interessante en daverend
toegejuichte standen, waarmede het pro
gramma besloten werd, had nog iets bij
zonders plaats.
De beschermheer had tot aanmoediging
bok voor deze uitvoering nog een zilveren
medaille beschikbaar gesteld, en deze zou
nu worden toegekend aan (het bd, dat aan
drie werktuigen do meeste punten had be
haald. Yier in de zaal verspreid zittende,
op gymnastiek-gebied deskundige personen,
etelden zich beschikbaar de beoordeeling
op zich te nemen en uit den uitslag bleek,
dat de gelukkige was de heer J- do Rijk,
wien door het jury-lid, den heer Stephanus,
van „Sparta", gelukwenschcnd, het eere
metaal werd op de borst gehecht, waarbij
hij tevens eenigo vleiende woorden aan het
adres van het bestuur en den instructeur
van Donar", alsmede over de sport in het
algemeen voegde, waarop de voorzitter, den
beschermheer en de jury-leden dankend, er
ook nog eenige liet volgen-
Toen werd algemeen en met luider stem
me het op het programma afgedrukt gym-
nastieklied: „Vrank, vrij, vroom, vroed"
gezongen en werden toebereidselen ge
maakt voor het bal, dat onder leiding van
den heer H. J. van Leeuwen Jr. plaats had.
De deelneming daaraan was zeer groot.
"Weer sierde Zaterdagavond groen de 2aal
Van „Du Nord"; weer etend er een ba
nier: die van do Leidsclie Timmerlieden- en
Modelmakers-vereenjging, welke voor de acht-
len-deTtigsto maal liaar jaarfeest vierde. Vier
musici n-a.-n do piano do heer A. G.
Venderbos zonden tonen dc ruimto in, ter
hegeleiding van optredendon of ter opvroo-
lijking der feestelingen, die do zaal geheel
vulden, maar het halkon ongebruikt lieten.
Den heer H. Botermans, den voorzitter,
'was hot een eer allen op dozo jaarfeest vie
ring weer hartelijk welkom te mogen boeten.
Hij kon modedeelen, dat het leden aantal good
Vooruit, was gegaan en dat do Vereeniging,
iaan welker statuten niet lang geleden do
Koninklijke goedkeuring was verleend, had
kunnen voldoen aan oi haar verplichtingen
ton opziohte van zieke leden, zoowel als wat
haar uitkceringen aangaat voor School lei n-
ideervoeding", de Vereeniging voor de Kin-
idervacantie-kolonies en die ter bc^ijding
5fan do Tuberculosa, 1 '-i--
Even wilde spreker de aandacht vestigen
op het feit, dat de Vereeniging van zekere
zijde aan critiek onderhevig is. Het doel
on het streven der "Vereenigiug is dien critici
niet naar den zin. Zij hebben aanmerkingen
wat betreft de positie der Vereeniging ten
opzichte van het Gemeentelijk "Werkloozen-
fonds. Maar de Vereeniging zelve is er van
overtuigd, dat zij staat waar zij staan moet.
De voorzitter oordeelde ook in dezen, dat
het niet de slechtste vruchten zijn, waaraan
de wespen knagen. De Vereeniging is wel
degelijk een vakvereeniging, maar zij laat
zich niet in met politiek en met den klas
senstrijd. Het verwijt, dat de Vereeniging
nooit iets doet uit eigen initiatief, is on
verdiend; zij voldoet aan haar verplichtingen
en heeft het recht te staan in de rij der
vak vereerdgin gen.
Voorts wenschte de president ieder een ge
noeglijken avond en verzoekt hij den man-
nelijken feestelingen met het oog op hen, die
zouden optreden, zoo min mogelijk te rooken.
Ten slotte kondigde hij nog aan een inza
meling voor een zieken kameraad, een der
oudste leden, welke collecte hij later nog
dringend aanbeval en opbracht f 10.94.
Voor het feestelijke gedeelte had onze stad
genoot de heer Henri Rienks gezorgd en zijn
variété- -en operette-gezelschap bleek te be
staan uit leden, die er den slag van hebben
het publiek aangenaam bezig te houden.
Solo-zangeressen, duettisten (heer en dame),
Hollandsche humoristen, allen brachten er
hun taak goed af. Er is onbedaarlijk ge
lachen en dat niet zonder reden. Er werd
vlug achter elkaar gewerkt en heel wat en
van verschillenden aard gegeven. Succes en
ingenomenheid waren groot. De heer Rienks
mag voor Vereenigingen als deze meer met
de organisatie belast worden.
Mot een bal, onder leiding van den heer
N. Opdam, werd het feestelijk samenzijn
voortgezet en geëindigd.
Concert door
,,flet Kotterdamsche trio"*
Dit-trio had zich de medewerking verze
kerd van mejuffrouw Harry van der Harst,
een zangeres, die hier een goeden naam
heeft, zoodat wij haar bekend© voortreffe
lijke eigenschappen niet behoeven op ie
6ommen. Zij was goed bij stem en gelukkig
in de keuze van haar zangsoii; vooral de
aria uit „Judas Maccabeus" van Haendel
lag haar goedwant die bevat geen gevaar
lijke hooge noten, en werd met vol klank
geluid gezongen. Die aria is gecomponeerd
„Zur einweihung eines neuen Altars"; op
dat altaar werden wel heel veel „heilige
Opfer" gebracht, waardoor hetzelfde tel
kens terugkwam. Mooi waren de liederen
van Schubert en van Schumann; al werd
d® verbinding tusschen twee noten soms
wat te veel aangedikt; het moeilijke „Die
Karkenlegerin" muntte uit door levendige
voordracht en, wat wij bij deze zangeres
altijd bewonderen, door een zeer duidelijke
uitspraakwant het programma staakte
midden in den tekst; dat hinderde niet, om
dat wij de overige woorden zoo goed kon
den hooren.
Heerlijk, om zulk een begeleider te heb
ben, als den keer Verhey, die het karakter
van elk lied juist weet weer te geven: bij
zonder trof de storm ïn „Kolma's Klage".
Het is merkwaa rdig om aan te hooren, hoe
deze pianist den machtigen en krachtigen
Steinway-vleugel weet te behandelen, waar
door wij uit dat instrument de ragfijnste
tonen en ook zware orgelklanken hooren
komen. Die orgelklank was te bespeuren
in de begeleiding van „La Folia" van Co-
relli; door den violist Wolff vertolkt' met
zeer mooien klank, rustige voordracht en
beheersching van de techniek, vooral in de
lastige cadenz; de viool geeft hier en daar
haast' al te veel geluid. Muzikaal sloot de
pianist zich bij den violist aan; waarmoe de
heer Verhey zich als solist liet hooren in
een „Prelude in G" van Grieg; bekend uit
de Suite „aus Holberg's Zeit" en in het
grillige Carnaval, waarin Grieg's „Hoch-
zeitszug" even voorbij komt.
Hooger nog dan als solo-pianist stellen
wij den heer Verhey in het sameospeL Een
staaltje hiervan leverde alweer de begelei
ding van den cellist, den heer Eberle, in het
p\as ontdekte en uitgegeven „Adagio*' van
Beethoven; waar beide heeren deze zoete
fiompositie speelden, alsof hot iets héél
moois gold, en waarin de cellist, de heer
Eberle, zijn prachtige cello deed zingen;
terwijl, naar onze meeijing, dit Adagio even
goed onontdekt had kunnen blijven.
Nadat de leden van het „Rotterdarasche
Trio" zich aldus apart aan ons hadden
voorgesteld, stelden wij ons van hun samen
spel in Schubert's trio opus 99 veel genot
voor. Het aankooren hiervan was een ge
not, omdat het echt muzikaal-brillant,
vooral bkytbmisch werd gespeeldwaardoor
het lange trio bleef boeien door de mooie
afwisseling in do muzikale teekeniug der
lieflijke melodieën en door do eenheid in
do opvatting, waardoor geen der spelers
domineerde. Dat was echt trio-spel. Te be
grijpen is het, dat het enthusiaste publiek
applaudisseerde na elk deel en de speleTs
hierdoor tot opstaan dwong, ook tot een
extra-arpeggio accoord voor het begin van
het laatste deel; maar dit verstoorde wel
wat de stemming. Ten slotte werden de hee
ren herhaaldelijk teruggeroepen dooT het
vrij talrijke publiek.
X Van Deïnsen, koopman ïn fruit, ïe
VHertogenbosch.
R. Renssen, aannemer, te Deventer,
P. Volkers koopman, te SintoPanoras,
A. Kwisfc, werkman te Broekerhaven, ge
meente Bovencarspel.
De handelsvennootschap onder de firma
De Meij en Franken, gevestigd te Rotter
dam, en haar üeden K. Franken en 8. de
Meij, heiden behanger en stoffeerder t«
Rotterdam.,
De president' der rechtbank te Haarlem,
heeft in kort geding beslist, dat zal worden
overgegaan tot opheffing van het ooDser-
valoir beslag, door mr. Van Styrum gelegd
op het geld en de goederen van het faillis
sement Schmier.
Eeirte huwelijkeafkondigine van 29 Jan.
P. Cossee jm. 25 i. en M. H. van der Mn 'en id. 26
j. A. L. Hermans pil. 27 j enJ. O. M.E Dries*e»i
jd. 28 i. W. J. Besseliug jm.26 i. eo G. (J. F. M.
van Wensen jd. 22 j. L>. van Leeuwen im. 29 i. en
M. van der Horst jd 26 j. J. F- Kriek jm. 21 j. en
C. Keereweer jd. 23 j. P. H. M. Pender j 24 j.
en H A. B. Muller jd. 21 j. G. 0. van Burken jm.
26 en C. J. G. oekwijt jd. 23 j. J. Th. Delemai re
m 29 j. en C. H- Reupei* id. 30 j. R J. Koeleman
jm. 22 j, en J. Koster id. 26 j. B. Stijger jm. 28 j.
en G. Bommeling |d 31 j.
ALP HEN. Bevallen: M de Rijk geb. Moo» en
Z. J. Waosinck geb. Bader Z. A.M. Kölker
geb. SchippersZ. C. Znai geb Van Le uweu
BODEGRAVEN. Bevallen: P van Briemen
geb. Heikoop I). B, van der Poorte geb. De Hart
D. J. Spek geb. Van Hol' V J„ v. Leeuwen geb.
v\ otnlonberg Z M. Verwoeid geb. Dekker Z.
G. Wouden berg geb. Rijvers i). H. van der Tol
geb. Van dei Maat G. E. J. van Leusden geb.
Buumans 2 D.
Overleden: J. van Wijngaarden, gehuwd
met E. Turk*nburg, 74 j. P T Rodenburg lm. -
N. Kuehn. getiuwd met N. Ver >©i66 j. M de
Zoete, gehuwd met U. van dm Berg, 75 J. van
Buuren, wed van J- Zeijeiveld, 91 j.
hlAZER3WOUDE. Overleden: G. Verheul,
huisvrouw van G. Metselaar, 30
KA i'WIJK. Geboren: Roelof, Z. van L.
Wielders en R. van Dee. Trijntje, D van T.
Langmuur en E. van i'ilk. Tennis, Z. var» T.
Lai gmuur en E. van Dijk Neeltie, U. van A.
K-ijgsmau en Al. van der Bout. Jaiob, Z van
C van Duijn en J. van den Oever Willem, Z. v <n
(J van D..i)n en VI. van den Uever. Huig,van
J. Ku it en G. Hartevelt Adnanus ilhrimus,
Z. van C Vreeburg en M. van ouw. Arie, Z.
van H Ouwehind en K. Ouwehand. Jannet e.
D. van H Ouwehaud en K. Ouwebaod. Maria, D.
van J. Rijsdam en A. Hofnn. - Jan,Z. vanC. van
Daiivenbt.de an J. van der Plas.
Overleden: Johannes Duller, 68 j., echtgenoot
van F. Plokker.
Gehuwd: ff. Kagt jm. en L. Snijders jd. A.
Schaap jm en L. Hoek ]d.
Ondertrouwd: K. Parlevliet jm. en A.
Ravensbergeu id.
8 taats begrooting voor 1911.
Aan de Memorie van Antwoord der Re
geering op de afdelingsverslagen is o.a.
het volgende ontleend wat de algemeene
beschouwing betreft:
Evenals vele leden heeft ook de regee
ring het aftreden van den vorigen minister
van oorlog met leedwezen gezien. Zijn per
soon en zijn arbeid werden door het Kabi
net hoog gewaardeerd. Diens ontslagaan
vrage geschiedde naar aanleiding van een
verschil van meening tusschen dien be
windsman en de Tweede Kamer over een
speciaal vraagstuk, waarbij het algemeen
regeeringsbeleid niet betrokken was. Plet
votum van de Tweede Kamer betrof
voorts geenszins de strekking van het
voorstel van generaal Cool, maar slechts
de wijze, waarop die strekking het best zou
worden verwezenlijkt en kon dus ook uit
dien hoofde het Kabinet als zoodanig niet
treffen.
De regeering acht inderdaad onmid-
lijke voorziening in den toestand onzer de
fensie noodzakelijk. Zij heeft dan ook voor
zoover van haar afhing gezorgd, dat de
continuïteit ten aanzien dier voorziening
niet werd verbroken. Dit zou haar, na "het
votum der Tweede Kamer, zeer zwaar ge-
vallenï zijn, indien zjj niet in den tegen-
Iwoordigen minister van oorlog den man
had gevonden, die bereid bleek om met
kracht den voortgang van het werk te be
vorderen, en 'die aanstonds reeds dienover
eenkomstig heeft gehandeld. Van den ar
beid door zijne ambtsvoorgangers verricht
kan daarbij in ruime mate gebruik worden
gemaakt.
Grondwetsherziening. De regee
ring moet zich in het huidig stadium van
elke bespreking over dSa inhoud der te
verwachten yoorstellen, als praematuurrf
onthouden.
Militaire zaken. Dat de toestand
van ons leger en zijn strijdvaardigheid veel
te wenschen overlaten, wordt dooT de re
geering zeer betreurd, en zij kan dit niet
tegenspreken. Onbillijk en onjuist acht zij
intusschen de meaning dat die ongunstige
toestand to wijten is aan het tegenwoordig
Kabinet en hoofdzakelijk is toe te schrij
ven aan het gefaald hebbend tweeploegen-
stelsel. De Regeering herinnert er aan, dat
dit Kabinet bij zijn optreden, inzonderheid
hij het hoofdwapen, de infanterie», een verw
warden toestand vond en de invoering van
het twoeploegenstelsel ïn den tegenwoordige n
vorm, slechts een als proef bedoelde nood
maatregel was, waarmede men hoopte zonder
schade voor de geoefendheid, aan den strijd
over do kwestie van het blijvend gedeelte een
einde te maken, in afwachting van de in-
invoering ©ener nieuwe Militiewet, die de
finitieve verbetering zou aanbrengen.
Die hoop is evenwel niet vervuld. Van
haar verantwoordelijkheid om in dezen toe
stand verbetering te brengen is d© Regeering
zich ten volle bewust. Zij verwacht die ver
betering in de allereerste plaats van da
nieuwe Militicwet. Mocht de totstandkoming
'van die wet onverhoopt nog geruimen tijd ojp
zich laten wachten dan zal zij Met aarzelen
voorstellen in te dienen, om tijdelijk tot het
oude stelsel terug te koeren.
Kustverdediging. Hoezeer de re-
geering van oordeel is, dat er, in 't stadium
waarin deze zaak thans verkeert, geen aan
leiding bestaat om in uitvoerige beschou
wingen over het kustverdedigingsontwerp
te treden, meent zij één opmerking niet on
weersproken te mogen laten.
Bedoeld is do meening van vele leden,
dat het aangevraagde bedrag niet aan één
front besteed had mogen worden, maar
dat meer op de belangen der defensie naar
alle zijden gelet had dienen to zijn.
Te dien aanzien merkt de rogeering op,
dat de versterkte stellingen aan de kust
niet op één lijn rijn te stellen met onze an
dere stellingen. Met ona verstokt k stt*
front wordt gren s-verdediging aan de
zeezijde beoogd. De binnenlands gelegen
stellingen zijn daarentegen met een geheel
ander doel in het leven geroepen
met grensverdediging hebben deze niets uit
te staan. Reecb sinds lang zijn de grens-
vestingen aan de land zijde op een zeer
enkele uitzondering na opgeheven en be
hoort de grens verdediging aan die zij
de tot de taak van het veldleger. Daar
om is dan ook door de regeering èn de
kust verdediging èn de verbetering der
levende strijdkrachten op den voor
grond gesteld.
En waar het nu niet mogelijk is alles tege
lijk te verbeteren, kwam in deze gedachten-
gang der regeermg de afwerking der Am-
sierdamsche stelling en de verbetering der
Nieuwe Hollandsche Waterlinie minder
ster - naar voren.
Oorlog.
De nieuwe minister vangt zijn memorie
van antwoord aan met in te stemmen in
den lof aan zijn voorganger gebracht door
de leden van de Eerste Kamer. Zelf ver
klaart hij zich voorshands te Ikort te schie
ten in praefcisohe kennis van Nederlandse*!)©
legertoestanden, maar hij hoopt, gesteund
door zijn elders opgedane ervaring, niet ge
heel zonder vrucht voor de hervorming van
on2 j legertoestanden werkzaam te kunnen
zijn.
Ter wille van den noodigen spoed heeft hij
het wetsontwerp tot herziening van de Mi-
litiewet reeds eenige dagen na zijn optre
den als minister aan den Raad van State
doei_ toekomen.
In den ongunstigen toestand, waarin
thans het wapen van de infanterie ver
keert vertrouwt de minister zal dit
ontwerp afdoende verbetering brengen.
Dat de verzorging van de godsdienstige,
zedelijke en lichamelijke belangen van de
miliciens met de grootte van het contingent
zou hebben te maken, ontkent hij.
Hem is vooralsnog niet gebleken van
slapheid en onverschilligheid bij de subal
tern© officieren.
Dat hij zich in het algemeen met de
plannen tot kustverdediging vereenigf^ volgt
reeds hieruit, dat die kustverdediging in
1909 werd toegezegd in de rede tot opening
van de zitting der Staten-Generaal en dat
de plannen dus een punt van dit Kabinet
uitmaken, zoodat hij niet als minister van
oorlog zou zijn opgetreden, wanneer hij er
anders over dacht.
De verbetering van de positie van een
deel der officieren acht hij zeer noodi$ cn
hn'j wil die bereiken door vluggere opklim
ming vooral in de middelrangen. De voorbe-
reiking zal echter ©enigen tijd kosten en zij
mag niet den voorrang hebben boven de be
handeling van de Militiewet, welke urgent
is hoewel ook de positieverbetering van de
officieren bespoedigd zal worden.
Het stelsel van bevordering vaD het on
derofficierskader en de regeling van hun
soldij zal worden herzien, de bereden artil
lerie eerlang versterkt; urgent acht hij de
aanschaffing van meer munitievoorraad.
Omtrent het eapifculantenstelsel is het
overleg met de andere ministers nog niet
'geëindigd.
De vergoeding, die aan den luitenant
kolonel Koek werd toegekend, geschiedde
slechts om te voldoen aan de uitspraak van
d© Tweede Kamer, maar hield geen ver
band met zijn ongsdiikfcverklaring voor hoo
ger en rang.
Vestingbegrooting voor 1911
De minister van oorlog merkt aan de le
den die hun ontstemming te kennen gaven
over de wijze waarop thans aan de voltooi
ing der stelling van Amsterdam wordt ge
werkt op, dat het op de begreotingen der
laatste jaren uitgetrokken bedrag in verge
lijking met vroegere jaren, geenszins zoo
gering is, dat die ontstemming gerecht
vaardigd zou mogen heeten.
Met cijfers wordt dit door den minister
toegelicht. Intusschen wordt gaarne door
hem erkend, dat, indien geen belangrijk
grootere bedragen dan de laatste jaren ge
bruikelijk was, verwerkt worden, de vol
tooiing der stelling nog eenige jaren zal
vorderen. Daartegenover zij evenwel opge
merkt dat de stand der geldmiddelen van
dien aard is, dat niet alles te gelijk onder
handen kan worden genomen.
Waar eenige leden meenden, dat aan de
voltooiing der stelling van Amsterdam de
voorrang had moeten worden gegeven ba-
ven de verbetering der kustverdediging
merkt de minister op dat het toekennen
van een voorrang aan eenig onderdeel der
defensie natuurlijk afhankelijk is van de
algemeene inzichten der regeering met be
trekking tot do landsverdediging. En waao*
deze inzichten niet onbekend mogen wor
den geacht, komt het den minister overbo
dig voor de bestaande voorkeur, voor de
kustverdediging boven de snelle voltooiing
der Amstcrdamsche stelling hier ter plaatse
uitvoerig to motiveeren.
Vraag: Ik' ben met 1 Eebr. gehuurd
ien ben nu! afgeschreven. Heb ik nu nog
recht buiten mijn gocLspeiming op scha
devergoeding En hoeveel is dat?
Antwoord: Jay gij kunt ook nog Scha
devergoeding vorderen. Spreek dat met me
vrouw nader af.
Vraag: Ik heb een familielid dio Voot
noodhulp dient. Bij de eerste week bekwam
zij 't ongeluk to vallen en haar pols te
bereken, zoodat zij dien dienst moest verla
ten. Mevrouw liet haar goed en een week
loon thuisbezorgen en meteen uit dienst ont
slaan. Moet zij nu die verdere onkosten aan
den dokter enz. alleen betalen?
Antwoord: Onder de omstandigheden
van uw familielid moet mevrouw nog een
week verpleging betalen.
Vraag: Hca luidt het formulier dar Be
lofte, die in plaats van den Eed in de Tweede
afgelegd, wordt?.
Antwoord: Precies zooals het eedsfori
muiier, alleen worden, de woorden „ik
zweer" vervangen door „ik beloof" en djjf
woorden „zoo waarlijk help© mij God al*,
machtig" door de woerden „Dat Woof ik/®
Vraag: Kunt u mij ook zoggen of eT
al eereteekonen zijn uitgereikt aan hen, di^
deelgenomen hebben aan de Ba li-Ex peditiö
in de maanden SeptemberOctober 1906. ?j
Zoo ja-, waar kaïn men die bekomen?
Antwoord: Neen. dat bestaat nog niet*
Vraag: Ik heb niet de vooroefeninGreD me©-:
gemaakt; toch zou ik willen aanvragen om
bij de veld-ai'fi löiie voor mijn nimiiuur te
mogen dienen. Tot wien moet ik mij dan,
wenden
Antwoord: Informeer eens op hèft
raadhuis.
Vraag: Daar ik gehuurd ban op f I0Q
loon en f 26 waschgeld en f 20 van
heeren studenten, welk laatste mijn mevrouw}
in twee termijnen betaalt, nn ga ik met F
bruari vertrekken en ik ben er een rond'
jaar geweest. Heeft zij nu het recht om dié
laatste f 10 aan verschillende liefdadigheids^
inrichtingen te schenken, wat zij alreeds gek
daan heeft, want zij heeft het mij la tan zienj
altijd d© kwitanties er van. Zij zegt dat iM
er geen recht op heb en denk er niet aan
dors aan of zij moet ze mij betalen. Nu/
vraag ik u h'oe of ik daarmede aan moet?,
Antwoord: Volgens de voorwaarde^
waarop gij gehuurd zijt, heeft mevrouw niet
het reoht die f 10 in ts houden en weg t<S
geven.
Vraag: Als iemand veroordeeld is voofe
het kantongerecht en hij wil appèl aan-f
teekenen terwijl bij onvermogend is, kan dat
geschieden? Kan hij dat kosteloos gedaan]
krijgen en waar moet hij zich vervoegen?
Antwoor d: Dat haagt er van af wat
voor een zaak het geweadis. Maar vervoeg
u ter griffie van het bedoelde kantongerecht
Daar zal men u wel inlichten.
Vraag: Daar ik van plan ben om tQj
gaan trouwen, maar het meisje geen toestem*
ming krijgt, zou ik willen vragen hoe ilfe
daarmee aan moet en of er nog kosten aaU!
verbonden zijn Wij zijn beiden 29 jaar.
Antwoord: Uw meisje kan in dit gék
val de tusschenkomst van den kantonrechte^
inroepen. In het ergst© geval moet het huk
wolijk nog een maand of drie uitgesteld1
worden. Maar kunt gij niet wachten tot 80§
jaar? Dan hebt gij heelemaal geen toestem-;'
ming meer noodig.
Vraag: Een jongmensch, dat per weeKJ
betaald wordt, per drie weken rijn betrekt
king wordt opgezegd, heeft de patroon dah
hot recht hem nu één week korter te ontk
slaan, daar deze persoon 11/2 week riek ié)
geweest en nog geen betrekking is opgos
zegd het recht heeft hem 2 weken salarhi
te onthouden.
Antwoord: D© patroon heeft in diH
geval het recht het jongmensch te ontslaap
met één week opzegtermijn en dus ook met
©en week salaris. Wij vermoeden dat de b©*
trekking een uitwonend© is; in dat gevalt
behoeft de patroon slechts enkel© dagn, hoogs*
stens een week voor de verpleging te
gen.
Vraag: Mijn ouders leven beiden nog ©u
wij zijn met ons drieën kinderen, waaxvej?
twee zijn gehuwd Mijn ouders hebben ee^
stuk van waard©, ameublement, en dat wil*
Ion zij a-an ©en van d© kinderen geven. Kan
dat en moeten de anderen daarmee geno^1
gen nemen
Antwoord: Uw ouders hebben de fe'
schikking ©ver een vierde hunner nalatank
schap. Indien dus het voordeel, ten gwclg^'
der gift, dat geoorloofd gedeelte niet tfc
boven gaat, blijven zij. binnen de perken delfl
wet; anders zouden de ander© kinderen lajf
ter inkorting of vermindering van de gif<£
kunnen eisehen.
Vr aag: Mijn stiefvader^was weduwnaar,'
met twee kinderen ,mrjn moeder weduwe r-
vijf kinderen, toen zij met elkandei huwden,-
terwijl uit dit huwelijk vier kinderen zijn.
Als nu mijn moeder komt te overlijden, hoe*
wordt dan volgons de wet haar nalaterwj
schap verdoold?
Antwoord: Uw moeder heeft dus neu,
gen eigen kinderen. Deze negen kindoreot
zijn gerechtigd, tot datgene hetwelk, bij haaa?
overlijden, geacht zal worden volgens dé
wet tot haar nalatenschap te behooren.
B)j Kon. besluit is, met ingang y&n i
Februari aan den reserve-lsten luit. mr. J„
Dutilhj van het 4de reg. inf., op het daar
in - door hem gedaan verzoek, een eervol
ontslag uit den militairen dienst verleend;
voor het tijdvak van I April tot ©u mot
31 Aug., benoemd tot leeraar aan de Rijk&i
hooger© burgerschool te Middelburg, di'*
Cbr. G. Ha.je, te Haarlem;
benoemd, met ingang van 1 Februari:
bij heb dienstvak der militaire administra«
tie:
tot generaal-majoor, de kolonel, koofdin«
tendant, J. F. de Meester;
tot luit. -kol kwa-rtiermr., de majoor-kwar-
tierrur. W. Woudstra, controleur over de'
inwendige administratie der korpsen (2de
bureau)
tot majoor-kv/artïermr.bij zijn tegen*
woordig korps, do kapitein-kwartiermr. W*
F. de Vulder van Noorden, van het Sstei
reg. infanterie;
tot kapitein-kwartiermr.onderscheiden-
lijk bij het 4de reg. vesting-art. en met de
bestemming om werkzaam te worden ge*
stcld bij het dep. van oorlog, de eerste
luit.-kwartiermeesters A. D. de Roos, van
heb 2de reg. huzaren, en F. van Laer, van
het 7de reg. inf., gedetacheerd bij het dep.
van oorlog;
benoemd tob lid der bij Kon. besluit van
2 Juni 1910 ingestelde Staatscommissie, in
zak© d© reorganisatie van het militair on
derwijs bij de landmacht, de kapitein van
den generalen staf van het Ned.-Indische
leger R. ten Seldam, leeraar bij de Hoogere
Krijgsschool
benoemd tot griffier bij het kantongerecht
te Emmen, mr. L. Crebas, adv. en proc. t©
Groningen, tevens waarnemend griffier bij
het (kantongerecht aldaar;
aan A. Hoeflak©, op zijn verzoek, met J
Februari eervol ontslag verleend uit rij*
betrekking van notaris te Ammerzode\