No. 155^6. LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag' 30 November. Derde Bla&. Anno 10iOc Buitenlandseh Overzicht. feuilleton. Hun roeping getrouw. Tweede Kamer. InEngeland beginnen de verkiezings manifesten te verschijnen. Gisteren hebben Asquith en Grey, de minister van buiten- landeclio zaken er een liet licht doen zien. Asquith wijst er op hoe van de uitspraak der kiezers de geheelo toekomst van de de mocratische Regeering afhangt. Het te lang uitgestelde,, bedriegelijke hervormingsplan der Lords zou het aanzijn geven aan een groobendeels conservatief Hoogcrhuis met een nog machtiger veto. Het verkiezingsmanifest van minister Grey heeft een gelijksoortigen gedachten- gang. Grey pleit eohter tevens voor een uit voerig plan van „home rule "voor de ver schillende deelen van het Yereenigd Ko ninkrijk in den trant van het Gana.deesche stelsel. Hij verklaart, dat een hervormde Tweede Kamer een noodzakelijkheid is, maar met deze dient gepaard te gaan een instelling, waardoor gewaarborgd is, dat de welover wogen meening van een sterke meerderheid van het Lagerhuis den doorslag zal geven. De kiezers hebben thans een keuze te doen tusschen het Hooger- en het Lagerhuis. Zaterdag beginnen de verkiezingen reeds Wij herinneren er nog eens aan dat er bij de laatst© verkiezing in Januari werden geko zen 275 liberalen, 40 leden van de Arbeiders partij en 82 nationalisten (de O'Brienis ten meegeteld), tezamen 397, en £73 unionisten meerderheid van de Regeering 124, n.l. te gen het Hoogerhuis; voor de bogrooting was de meerderheid ongeveer 100, aangezien het tiental O'Brienisten met de unionisten legende begrooting waren. Naar de berichten uit Ulster (Ierlaucl) schijnt men daar met Hom© Rule weinig op te hebben, Het rijn daar vooral (ie lersahe Unionisten die er niet van willen weten. Behalve staatkundige redenen schij nen ook godsdienstige overwegingen mee t© gelden. Want de Ulster-partij wijs er op dat Home Rule voor Ierland hetzelfde is als Rome Rule d.w.z dat zoodra Ierland een eigen bestuur krijgt, de Katholieke Kerk er meteen oppermachtig zal rijn en daar wil len "de protestamtsche Ieren niet aan. Ul ster dreigt nu met gewapend verzet en het is eën provincie die meetelt. Zij is de dichtst bevolktste en belangrijkste. Er wonen veel protestanten. De Scheepvaarttol-d ©batten in den Duitschen Rijksdag zijn gis teren voortgezet. Veel nieuws is er niet. Het onderwerp raakt een weinig uitgeput. Steeds duidelijker blijkt het, dat zeer vele voorstanders van het principe om scheepvaarttollen te heffen, met dit ont werp geen genoegen zullen nemen, wanneer er geen belangrijk^ veranderingen in ge- bracht worden. Maar indien het, ontwerp iii "den Rijksdag jrordt aangenomen, is men er nog niet. Op gemerkt moet wórden, dat de wet eerst in werking treedt, wanneer verdragen gesloten zijn met Oostenrijk en Nederland. En die zijn er beide tot nog toe sterk te gen. Het Berliner Tageblatt schrijft naar aanleiding hiervan liet volgende: „Van goed ingelichte Oostenrijksche zijde vernemen wij, dat uit Weenen geen stem is opgegaan, die hot optimisme van rlen Rijkskanselier rechtvaardigen kan, dat het gelukken zal den tegenstand van Oosten- rijk tegen de tollen te breken. Dc regee- ;i'ing te Weenen staat, nog steeds op het standpunt, kort geleden door den minister in de delegaties medegedeeld, dat zij abso luut vasthoudt aan den ge waarborgden vrij- dom van rechten op de Elbe. Zelfs wanneer de Retgeeiing geneigd zou zijn, hiervan af te wijken tegen bepaalde concessies, dan zal £ij nog afhankelijk zijn van den Rijksraad, 'die .onder geen voorwendsel voor het invoe ren van tollen t© vinden is. Tegelijkertijd vernemen wij van diploma tieke zijde, dat ook de Nederlandsche Regee ring vast besloten is, de vrijheid van tollen op den Rijn niet op tc geven en dat zij bij de onderhandelingen met de Duitsche Regee ring, waarvan het begin binnen zeer kort 21) Von Herther scheen met iederen roeislag een zijner zorgen achter zich te laten en was ril een zoo opgewekte stemming aan land gegaan, dat hij met Eriqh kon wedijveren. Hij liep met veerkrachtigcn tred" voor zijn dochter en Erich uit, zooals hij gedaan had, itoen hij in zijn studententijd voor de eer sta maal de meren en Isola Madre bezocht had. Hij keek meermalen naar de oude villa op heb eiland en zei do lachend, dat deze hem er aan herinnerde, dat hij oud werd, want sedert hij baar voor de eerste maal gezien had, was zij heel wat vervallen. Erich bemerkte bij deze gelegenheid voor .de eerste maal, dat de prettige, vroolijke jiach.van Felicitas, die dadelijk een zoo groo te bekoring op hem had uitgeoefend, een érfdeel van liaar vader was. Zij werd van minuut tot mjnuut vroolijker en opgewek ter. Na het gesprek van gisteravond had zij ep deze gelukkige stemming niet durven nopen. Zij nam den arm van haar vader ^©n. haar blik zeide voldoende hoe dankbaar i*jj was voor dezen genot vollen dag. Von i Herther ademde met welgevallen de frissche lucht in en voelde zich zoo opgewekt als in lang niet het geval was gewcost. Hij ver- Ijnoedde niet, dat het pijnlijke uur van gis teravond daaraan een even groot aandeel 'had als de natuur, die hem omgaf. Vele ja- ren had hij het nu onthulde geheim alleen i moeten dragen, en dat hij Felicitas er deel genoote van had gemaakt, was hem een ver- tchbing. En hij ondervond een groote be te verwachten is, met nadruk zdoh op eeu reebtsstandpunt zal plaateen." Deelen wij nog mede dat het slot dei' dis cussies was dat het ontwerp werd verwezen naar een oommissie van 28 leden. Men zegt dat indien iemand den vrede wil hij zich moet bereiden ten oorlog. Zoo denkt Duitschland er ook over. Gis teren is de oorlog6bogrootin g in gediend. Zij vraagt voor 1911 710,850,550 Mark, of 4,044,903 Mark méér dan voocr 1910. De bni ten gewone begrooting voor oorlog, bevattende de uitgaven voor ééns, bedraagt in totaal 73,328,231 Mark. Daarbij komJen dan nog eenige millioenen wegens verhooging van de vredes-sterkte. Al les bij elkaar wordt alleen voor het leger 800 millioan Mark gevraagd. Bij de oorlogsbegrootiug ontving de Rijks dag tevens de nieuwe legerwet. Daarbij wordt de sterkte van het leger in de eerst volgende vijf jaren zoodanig verhoogd, dat de vredessterkte in 1915 515,321 man be draagt. De verhooging der kosten, daar door veroorzaakt, bedraagt aan voortduren de kosten 22 millioen per jaar, van kosten voor eens 82 millioen Mark. Het zijn wèlsprekende cijfers! Terwijl in Portugal de Republiek meer «en meer zich inburgert en door de mogend heden, zij het aarzelend doch niet onwel willend is ontvangen, beleeft het verjaagde Koningshuis minder prettige tijden. Een onverkwikkelijke financieéle geschiedenis doet zich voor: Koningin Amólie heeft in dertijd oen grooten bruidsschat meegekregen. Bij het contract ter gelegenheid van haar hpwelijk met. koning Carlos werd o a. be paald, dat rij bij overlijden van den Ko ning ©en kasteel en 75,000 frank jaargeld zou krijgen. De Portugees die Regeling wil daar nu niet aan omdat de koningin-moeder Maria Pia met achterlating van anderhalf millioen schuld is vertrokken. Waarschijn lijk zal «er nu wat van de koninklijke goe deren,-o.av het jacht, verkocht worden om geld te maken. Behalve deze huiselijke on aangenaamheden, komt nu uit Berlijn het gerucht, dat van welingelichte Engelsche zijde wordt medegedeeld, dat koning Ma nuel van Portugal lieeft. moeten afzien van een bezoek te Londen, omdat koning George van Engeland aan den vroegexen Portugeescken gezant verklaard heeft, dat het optreden van koning Manuel gedurende den opstand onwaardig is geweest en het monarchale principe veel meer geschaad heeft, dan de zegevierende revolutie. Als het waar is, geen prettige boodschap voor Manuel. Inzake de Helderscbe kwestie zei minis ter Heemskerk gisternamiddag, dat hierop nader zal worden teruggekomen hij de behandeling van de Mariue.bcgrooting; te vens, dat dc Minister van Marine tot dus verre alles lieeft medegedeeld wat er is ge beurd tot do aanvrage om ontslag van vioe- adnnraal Van den Bosch, en dat de hou ding van de Regeering in deze zaak meer waardoering verdient. Man zegt, dat de Mi nister van Marine opper-dominoe is en te gelijk klaagt men, dat ds. Warnersgeen ambtenaar is; maar als ds. Warners ambtenaar was, dan zou juist de Ministeropper.dominee zijn. Da Minister weersprak dc bewering, dat do Rogoering door indiening van het kust- verdedigings-ontwerp hot zich gemakkelijk hooft gemaakt door doode weermiddelen be ter te willen maken dan levende. Dit is onjuist, waar do Regeering immers aan gekondigd heeft de herziening der Militie- wet, dié levende weermiddelen betreft. De Minister weersprak ten stelligste, dat het kustverdcdigingsvoorstel is geboren onder pressie van het buitenland, een onbillijk en anti-nationaal verwijt, waar de Regeering nimmer aanleiding heeft gegeven tot do ver denking, dat zij zich door vreemde pressie laat leiden. Waar gewezen is op de mis lukking van hot twee.ploegen&telsel bij hot loger betoogde de Minister, dat dit stel sel nooit is aangemerkt als oplossing der militaire kwestie. Wijziging der Militiewet zal .niet veel meer lasten meebrengen dan bij flen tegenwoordigen toestand. De Minister bestreed daarna, dat het on- vrediging, toen hij het gelukkige gezicht •van zijn doohtor zag, en hij clacht noch aan Bremen nooh aan den Hertog von Forsten burg. Erich, die nu eens achter beiden aanliep, dan weer aan de zijde vaariiet jonge meisje was, wist natuurlijk niets van alles, was gis teravond tusschen vader en dochter verhan deld was. De opgewekte stemming van den vader kwam ook hem ten goede. Von Her ther hoorde de zaakkundige uitlegging, die Eridi gaf van de geschiedenis der gebouwe-n op het eilandje, aan zonder een sarcastische opmerking. Hij lachte hij h'et enthusiasme, dat de jonge architect toonde bij enkele on derdeden van zijn verhaal, en hij genoot zelf van alles wat hij zag. De ijver, waarmee Fe licitas en Eriah verscheidene van zijn op merkingen weerlegden, deed hem genoegen de bezorgdheid, waarmee hij gisteren de toenadering tusschen beide jongelieden had gadegeslagen, was als met een slag verdwe nen. Voelde hij. dat hij na gisteravond in niger aan zijn kind verbonden was en dat ook haar vertrouwen in hem versterkt moest zijn? Eindelijk hadden zij het hoogste punt dor terrassen bereikt. Zij stonden daar tusschen boomen, die een verkwikkende schaduw ga ven, onder hun voeten het groen van de terrassen, aan weerszijden dc meren, waar over zij een prachtig uitzicht hadden. Dui delijk kon men van hier de gletsehers van den Siraplon zien, de hergen met de hooge wouden. Alles was nog frisch van den mor gendauw en een heerlijke geur steeg tot hen op. -Felicitas werd niet moede het heerlijke uitzicht te genieten en keek beurtelings haar vader en Erioh' aan. De laatste, die der het tegenwoordig bewind verkeerd gaat mét de sociale wetgeving. Het was minister Ta,lma niet mogelijk leer met de sociale Vei'zekeringen te komen; het betreft hier oen hoogst moeilijke materie én daarbij moet rekening gehouden worden 'mét de organen, die werkzaam moeten zijn om die wetsontwerpen tot uitvoering te bren gen. De ziekte.verzekering is nu ingediend, dé ouderdoms- en invaliditeitsverzekering is bij den Raad van State, terwijl de her ziening der ongevallenwet zoover gevorderd is, dat zij in December gereed zal zijn waarschijnlijkSpar. deed «een beroep op de medewerking der Kamer, ten einde de soci ale verzekeringen zoo spoedig mogelijk tot stand te brengen. Zeker is het, dat zonder tariefsverhooging geen geld te vinden is voor sociale wetgeving. Wat betreft 's lands finanoiën, stalt men slachts op kunstmatige wijze den Minister van Financiën verantwoordelijk voor den toestand. Sur. gaf de verzekering, dat vóór de tegenwoordige begrooting werd ingediend, er bezuinigd is zooveel maar ©enigszins mo gelijk was, juist omdat minister Kolkman zicli schrap stelde tegenover zijn ambtge- nooten. In verband hiermede bepleitte de [Minis ter een andere wijze van behandeling van het budget, daar hij dc tegenwoordige wijze, waarhij tijd te kort komt on do begrooting niet practiscli genoeg kan behandeld war den, oen ziekte in ons staatkundig leven acht. Er moest niet ieder jaar een begrooting be hoeven te worden ingediend. Eindigende zeide de Minister, dat het Kabinet blijft rekenen <?p den steun der ge heel© rechterzijde; dat de steun cler linker zij dé niet wordt afgewezen, eu verklaarde hij nadrukkelijk, dat de tariefsverhooging in 's lands belang beslist moet tot stand komenanders wórdt hot vooruitzicht wan hopig. De Minister van F "in a n c i n hoop te, dat hij dit jaar voor het laatst zou be- hoéven gebruik ie maken van het noodmid- del van opcentenheffing óp het bedrijf. On juist is,, dat de Minister do successie- on de inkomsten-belastingen van hot Kabinet- Da Mecstef zou hebben overgenomen, na er vroeger als Kamerlid tegen te- hebben gca- géerd. Steeds hooft hij die belastingen noo- dig geacht. Evenzeer weersprak de Minister ten stel ligste, dat hij eon veranderd standpunt ten opzichte zijner financieel© plannen had in genomen. Er is alleen buiten zijn wil on tegen zijn zin vertraging in de uitvoering gekomen. De Minister doelde mode, dat hot wets ontwerp, waarbij oen debiotrocht op tabak wordt gehevenhedenochtend van den Raad van State door clon Minister terug is ont vangen. Spreker zette uiteet, dat de financieel© toestand er inderdaad'donker uitziet, maar overdrijving ook in deze schaadt, en reden om het hoofd to la ben hangen is cr in geen geval. De raming, dat "Tiet tarief minstens 40 millioen zal opbrengen, zal naar rncn- scbelijke berekening niet tegenvallen. Hij hoopt, dat in hot voorjaar van 1912 do in komstenbelasting behandeld zal kunnen wor den. De Minister kwam in den loöp zijner rede ér tegen op, dat men zijn beslist voorne men, om ©en gedeelte van hét tarief te be stemmen voor do ouderdoms- en invaliditeits verzekering, als volksmisleiding heeft ge kenschetst, en zotte, in de verdere verde diging van zijn beleid tegenover de heef en De Moester en Patijn uiteen, dat b?-slist 9 millioen gereserveerd zal worden voor de ouderdoms verzekering. Dc Minister verze kerde, dat op don dag, dat aan do reserve, dié Ji ij voor de ouderdomsverzek-oring op dio wijze zal hebben gevormd, gebruikt zou worden voor oen ander doel, hij niet zou aarzelen zijn portefeuille ter beschikking te stellen. Wat voorts hét tarief betreft, denkt de Minister er niet aan, do eersto levensbehoef ten als graan, tarwe of rogge te belasten. Spoed zal worden gemaakt, deelde de Mi nister nog mede, met het wetsontwerp waar bij aan de Rijkspostspaarbank bevoegdheid zal worden verleend een bnitenlandselie wis selportefeuille aan te leggen. Voor een belasting op goéderen in de doode hand gevoelt de Minister niets, en oen hot uitzicht reeds meermalen bewonderd had, genoot van de indrukken, die Felicitas ont\ing. De president deed een paar stap pen zijwaarts in de richting van «de breede steenen bank, die tot zitten uitnoodigde. Hij keek naar Iscda Bella. En toen hij be dacht, dat hij na deze reis waarschijnlijk wel nooit weer van deze prachtige omge ving genieten zou, voelde hij zich niet ter neergeslagen, maar gestemd toi rustig ge nieten. Hij zweeg wol een kwartier lang. De oudo tuinman, die hen vergezeld had, was aan de andere zijde van het terras bezig met een boom te bekijken. Eindelijk zeide von Herther tot Erich: „Het is toch een wonderlijke wereld. Hij, die ons de pracht van deze natuur zoo vol komen geschilderd heeft en ons verlangen heeft opgewekt er heen te gaan, Jean Paul, heeft er even weinig van mogen zien als de schrijver van „Willem Teil' van Zwit serland. En wij, die do werkelijkheid zien, genieten er niet half zoo van als hij, die het in zijn verbeelding aanschouwde. Herin nert jo dat niet aan het eerste hoofdstuk van Tutan?" Erich bekende met een kleur, dat hij het genoemde boek nooit gezien, laat staan gele zen had. Hij verontschuldigde zich, dat bij dé toestanden in zijn ouderlijk huis de tijd voor studie Kern krap was toegemeten en dat hij later bij de verandering van zijn werkkring, al zijn krachten had moeten in spannen voor het noodzakelijke. „Maar, mijn waarde, daarover behoeft ge u niet te verontschuldigen. Wie van de jon geren leest nog, kan nog lezen? Ook onder mijn tijdgonooten rijn er nog ma$r weinigen, voorstel op dat stuk is van hem niet te ver wachten. Dé Minister heeft zijn rede geëindigd. Héden te ha-lfelf voortzetting ,yun het al gemeen debat, In het Overzicht van „De Nieuwo Cou rant" lezen wij o.a. Dinsdagochtend op den bepaalden tijd was het vereischte aantal leden om de vergade ring te openen niet aanwezig. Er werd naar dezen en genen getelefoneerd, maar met met genoeg succes. Waarop de Voorzitter, zeer verstoord, de opening uitstelde tot één uur. Het schijnt, dat eenige Kamerleden, te vens deel uitmakende van de gewestelijke vertegenwoordiging, weerhouden waren door de Staten-vergadering van Zuid-Hol land, waar de Haagsohe burgemeester, ver kozen tot lid der Eerste Kamer in de plaats van den heer Van Velzen, definitief den doop als man van rechts ontving. Maar dat waren er toch niet genoeg, om de grove on beleefdheid der Kamer te verontschuldigen jegens den Kabinetsformateur, van wien een ieder wist, dat hij zijn redo van ant woord op de algemeene beschouwingen om halfelf zou voortzotten en dien men tever geefs kómen liet. Ook in dit opzicht legt, dunkt ons, de ver houding 59 tegen 41 eenige verplich tingen op. Het i3 zeker wel in do eersto plaat-s de plicht ecner Regeoringsmeerder- heid zuinig te zijn met den tijd van het hoofd van het Kabinet cn genoeg belang stelling voor zijn woorden to toonen, om te zorgen, dat een vergadering, waar bij spreekt, althans op tijd kan worden ge opend. Moeten wij kot aan de gerechtvaardigde verstoordheid van den anders zoo goeclhar- tigen Voorzitter toeschrijven, dat. hij voor- stolde de volgende week drie avondvergade ringen to houden, waarvan de eersto op Sint-NicolaasHet was weinig minder dan barbaarsoh. Dé hoeren Van Nispen tot Se- venaer (Rheden) en Roodhuyzen verwier ven zich dan ook den dank van kinderen en ouders door daartegen in verzet te komen; een voorstel van laatstgenoemde om den geheelen Maandag vrijaf to nemen werd aangenomen... met 30 togen 28 stemmen. Waren do sociaal-democraten, zooalfl meest al, eenstemmig geweest, het reddende voor- stol ware met des Voorzitters beslissende atom verworpen. Nii gaf de heer Vliegen, uit LimUürg geboortig, den doorslag voor de parlementaire viering van don goeden Sint. Ach, hoe teleurstellend was de kleine groote rede van den Kabinetsformateur 1 Natuurlijk geestig, met kwistig uitge strooide gevatheidjes en grapjes en inci dentjes op elk der steekjes, prikjes en stoot jes, waarmee men hem van links te lijf ge gaan "is? Hoewel do beer Heemskerk m het begin maar niet op dreef wilde komen en zelfs door interrupties een weinig van de wijs raakte daarin schoot hij niet tekort. Nu was do geheelo rccle aan een steen en- hoop gelijk, netjes en handig en vinnig ge bikt, maar dor gelijk deze. Geen enkel steentje daarbij, dat de Minister niet do moeite waard vond even ter hand te nemen. Over de groote zaak der landsverdediging, die straks ton gevolge van het ingediende 40-miliioen-fonds-voorstel het gansche land in beweging brengen gaat, geen woord, dat over de Kamer heen zich tot de natie richt te. Wat vonkjes van vernuft, maar niet veel schitterender clan de oppositie er deed sprankelen, een bsetje ernst en heel veel pose, en overigens zelfs niet die stoere degelijkheid, welke in heb woord van een De Meester het gemis van elk clan althans cenigszins vergoedde Zij hebben wel gelijk gehad, die do mee ning uitspraken, dat. in dit jaar politieke l>esohouwingen hij de Staatsbsgrooting ach terwege konden blijven. Het debat heeft ons niet eens een ministerieele rede geschon ken, die het aanhooron waarcl was. In zoo verre zijn, na dezen middag, het ministerie en de opposite quitte. die zich nog kunnen verkwikken aan die half vergeten bronnen, en het is een ver keerde gewoonte van mij te denken, dat mijn oude lievelingsschrijvers nu nog door iedereen gaarne gelezen worden. En nu kan ik je het boek niet eens sterk meer aanbe velen; toen ik het onlajigs nog eens in keek ,kwam het mij zeer onwaarschijnlijk voor. En toch weet ik, dat ik indertijd van het boek genoten heb. Maar de tegenwoor dige tijd geniet edet meer van eenvoudige dingen; slechts één gedachte beheer-scht haar: ik geloof aan het recht van den en keling." Felicitas keek haar vader smeekend aan; het was als dbemde het grauwe spook van het verleden hier plotseling op. Erich had het liefst gedaan alsof hij de laats to woor den niet gehoord had. Maar de president keek hem zóó vragend aan met een blik, die een antwoord eisohte, dat Erich op rustigcn toon zeide: „En vindt u dat zoo verkeerdLigt bo vendien de fout niet bij hen, die geloofd hebben, dat het nieuwe geen goeds kan be vatten? Wij kunnen toch niet vasthouden aan toestanden, waarbij piëteit voor het oude, ons overgeleverde, alles is en de en keling met zijn krachten en zijn overtuiging niets?" „En waarom zou ik dat niet wenschen? Wat hoeft men aan een doel, dat toch niet bereikbaar is? Wat u zooeven verouderde toestanden noemdet, is het respect voor din gen, waaraan, naar mijn meening, niet ge tornd mag worden. Wanneer daaraan maar werd vastgehouden; dan nog zooi ik geloo- ven aan de toekomst, maar zonder dat zie ik de wereld al dieper ea dieper riukea. In het „Handelsblad" wr>rdt gezegd: De Keele morgen was al verspijbeld, door*f dien de Kamer, op het bepaalde aanvang»*' uur (halfelf) niet; genoeg belangstelling, bleek te toonen in de voortzetting van de' rede des eersten Ministers om met 51 man- op de presentielijst te verschijnen. Weshal ve de vergadering maar tot écn uur werdi verdaagd. Wij weten niet of zulk een ge brek aan belangstelling in de rede van den, premier bij de algemeene beschouwm-i gen ooit vroeger is voorgekomen; wij heb-1 hen er geen voorbeeld van bijgewoond. De heer Heemskerk had wel iets beters verdiend. Hij zat weer vol luim en' geest (beide van een gedistingeerde soort) en gaf vooral weer blijk van die zekere ur baniteit", die bonhomie, die neiging om te „leven en te laten leven", die aangenaam aandoen. Deze Minister maakt, gelijk hij trouwens reeds deed als Kamerlid altijd den indruk van in zooverre boven de po litiek te staan, als hij beseft, dat dc politiek waarlijk niet het eenige en allerminst het hoogste is, waarmee men zijn leven inhoud kan geven. In een politieke omgeving wordt dat anders licht vergeten. Maar daar staat tegenover, als „défaut de cette qualite", 'lat Z. E. de politiek, die nu eenmaal ziin vak is zoolang hij Minister blijft, nogal eens wat erg luchtig behandelt, er te veel sport van maakt. Dat is aardiger voor de tribune bezoekers dan voor dc belastingbetalers. lil kwinkslagen en gauwigheden zijn weinigen den heer Heemskerk de baas, maar wan neer men toch ook antwoord meent te nïo- gen wachten op wat begeerd is of gevraagd, dan wordt men vaak teleurgesteld. Daarenboven gaan al die debatershandig- heden en -aardigheden op den langen daui toch vermoeien, wanneer ze te veel hoofd zaak blijven, niet slechts hijkorustighidon zijn in een vast, goed gebouwd betoog. Zoo dat allengs de aandacht van den hoorde/ gaat verslappen en de spreker hem niet meer ten einde toe te boeien weet. Draad is' er in zoo'n rede van eenigen omvang van den heer Heemskerk weinig of geen. Uit de „Nieuwe Rotterdamscbe Cou rant" Zelden of nooit is zoo weinig belangstel ling aan don dag gelegd in hetgeen do mi nisters op de algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting meenen te moeten ant woorden als ditmaal. Om kwart vóór elven hadden slechts 46 leden de presentielijst geteekend, zoodat de deuren weder geslo ten moesten worden. En toen om één uur dan eindelijk het vereischte aantal aanwe zig bleek te zijn, was tooh nog schier de helft der afgevaardigden in gansch andere oorden. En steeds meer zakte tijdens de vergadering do belangstelling, zoodat, toen minister Kolkman rijn finanoieele rede ein digde, er ongeveer evenveel ministers air. Kamerleden aanwozig waren. Slechts één zaak heeft inderdaad eenige sensatie gewekt, namelijk: de uitspraak van het Hof te Arnhem in de Papendrechtsch<> zaak. De heer Troelstra liep met een ver genoegd gezioht rond en ging gauw het groo te nieuws aan. den Minister van Justitie me dedeelcn, wiens gelaat even effen en strak bleef als te voreq; partiigenooten van den afgevaardigde voor Amsterdam III klamp ten al wat maar jurist was aan; en nog ocnA halfuur later clcod de heer Goeman B >rgo- sius met een btUletm van „Het Vaderland"' de ronde. Men vond deze zaak blijkbaar honderdmaal belangrijker clan hetgeen de Minister van Financiën te vertellen ha Nu was dat ook inderdaad over het ge heel weinig interessant, dor, droog en saai. Slechts minister Heemskerk kon over dezo speech van zijn ambtgenoot tevreden zijn; zij had namelijk voor hem de verdierste, duidelijk te doen uitkomen, dat betrekke- lijkerwij/.e de Minister van Binnenlandschc Zaken nog amusant was geweest. Maar ook sommige passages uit de redevoering van minister Heemskerk waren een eindeloos, lusteloos en oppervlakkig gekeuvel. Den toon van vast vertrouwen in eigen werk kracht hebben wij geen oogenblik verno men; de speech was, zooal niet een uiting van onmacht, dan toch weinig meer dan een zwakke vergoelijking van tot dusver geble ken gemis van kracht. En niets in de mi- Maar genoeg daarover. Wc hebben afge sproken vandaag ovor dit alles niet to prd ten. De mooie natuur ziet er ook uit als was ze honderd jaar en als kan ze nog eeuwen zoo blijven. Willen we nu eens er gens anders heengaan? De oude man daar ginds, onze Cicerone, is het hier lang ge- noeg geweest. En dan wo blijven niet alleen kijk, daar ginds komt oen boot op ons eiland af. Er schijnt oen heer in te ritten on afgaande op de snelheid van zijn boot, schijnt hij het eiland in vogelvlucht te moeten zien." Felicitas, die ruimer ademde nu het ge vaarlijke onderwerp niet meer besproken werd, volgde de aanwijzing van haar vader, en Erich, die een verrekijker had gekregen, zeide na een oogenblik: „Ik geloof, dat de heer, die daar aan komt gisteren in het gevolg van den Her tog in het hotel is gekomen. Wil u ook niet eens zien mejuffrouw?" „Mag ilc dat even doen?" vroeg de presi dent. „Felicitas kent de h'eeren van het ge volg van den Hertog minder goed dan ik; ook heeft de Hertog behalve Lorberg nie mand bij zich." Hij hacl den verrekijker van Erich aan genomen en keek aandachtig een. paai' minu ten. En toen zeide hij met een ontevre* den gezioht: „U hebt toch gelijk, het is Mühlmann, da kamerdienaar van den Hertog, en ik hen hang dat zijn komst ons geldt. Misschien heeft de Hertog wel een inval gehad, waaj> door wij vroeger naar Baveno terug moeten* (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 9