feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. A°. 1910. ^Taandag 26 September. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieieele Kennisgeving. FEUILLETON. De erfenis der Kodrians. PRUS DER ADYERTENTIEN: Yon 16 regels ƒ1.06. Iedere regel meer 0.17J. Groetere letters naar plaatsruimte. Kleine adrertentiën ran 30 woorden 40 Oents contant; elk dental woorden meer 10 Oents. Voor het incasseeren wordt0.05 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per week 9 Oents; per 3 maanden f 1.10. Bciten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd syn 1.30. Franco per post1,65. 5 en Koningspoort nis. 1, 2, 3, 4, 5 en 6. (267). 21 Voorstel tot ondershandsche gunning van de pacht van de Graanbeurs en van het voor koffiehuis bestemde gedeelte van „Do Burcht" met toebehooren aan A. Backer, alhier. (285). 22. Verordening, houdende regeling van do bezoldiging der politie-beambten in de gemeente Leiden. (285). 23. Voorstel in zake verhooging van jaar wedde voor den Commissaris van Politie. (274). Inkomstenbelasting. Burgemeester en Wethouders van Leiden, brengen in herinnering dat 30 September e.k. de 4de termen vervalt van de Plaatse lijke Inkomstenbelasting, dienst 1910, en dat alzoo op den lsten October minstens vier zevende, gedeelten van den aanslag moeten zijn voldaan. Zij noodigen mitsdien belanghebbenden uit, om, ter voorkoming van vervolgings- kosten, tot de betaling van het verschul digde ten kantore van den Gemeente-Ont vanger over to gaan. Burgemeester en Wethouders voornoemd N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN IIEYST, Secretaris. Leiden, 26 September 1910. Leidien, 2Q September. Tegen den in haar handen gestelden staat van af- en overschrijving op de begroo ting van het College van Vrouwen Kraa-m- moeders en de rekening dier instelling, bei de het dienstjaar 1909 betreffende, heeft de Commissie van Financiën geen bedenkingen. Zij adviseert dus tot goedkeuring van dien staat en dier rekening, wat de rekening be treft: in ontvangst op f 2403.541-, in i itgaaf f 2302.88^, sluitende dus met een batig saldo van f 100.66. Evenmin heeft do Commissio bezwaren te gen de begrooting van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis, voor het dienst jaar 1911. Reeds sedert vele jaren is aan de Commissie voor de Volkszangschool van het Departement Loiden der Maatschappij ,,Tot Nut van 't Algemeen'7 voor het geven van zanglessen het kosteloos gebruik toegestaan van gemeentelijke school- of gymnastieklo kalen. Thans is voor dat doel bij haar in gebruik het gymnastieklokaal dér openbare school in de Van-der-Werf straat. Blijkens haar ver zoek zou de commissie evenwel gaarne de beschikking willen hebben over een ander lokaal, nl over het gymnastieklokaal aan de Langebrug, en wel des Woensdagsavonds van 6 tot 8 uren. Tegen inwilliging van dat verzoek bestaat bij B. en Ws. geen bezwaar. Door de firma J. J. van Hoekon en Zoon te Leiden en J. L. Hoos en Zoon te Leiderdorp wordt verzocht het hun toebe hoor en-de gedeelte van de Sophia-straat, ge legen tusschen de Buitenlaan en de Heer^n- laan, door de gemeente in eigendom te doen overnemen. Aangezien bedoeld straatgedeelte behoor lijk is aangelegd en gerioleerd bestaat tegen de overname, zonder eenige kosten, noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij B. Ws. bezwaar. In overweging wordt gegeven aan den heer H. J. Hartwijk op zijn verzoek, met in gang van den dag van het door den Raad te nemen besluit, eervol ontslag te verlee- nen uit zijn betrekking van onderwijzer aan de openbare lagere school der 3e klasse No. 8 alhier, wegens zijn benoeming tot leer- aar in de algebra aan de afdeeling A van de Kweekschool voor Onderwijzers en Onder wijzeressen alhier. Voorgesteld wordt ook gunstig te beschik ken op het verzoek van Dr. B. M. van Dalfsen, om eervol ontslag uit zijn betrek king van tijdelijk leeraar in de wiskunde aan de Afdeeling B der Kweekschool voor On derwijzers en Onderwijzeressen alhier en hem dat ontslag eervol te verleenen met in gang van 1 December 1910, in verband met zijn benoeming als leeraar aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Den Helder. Ter vervulling van de vacature in de Plaatselijke Schoolcommissie, ontstaan door de uittreding van haar medelid dr. A. W. Kroon Jr„ biedt die commissie den Raad de volgende aanbeveling aan: lö. de heer N. .Brouwer; 2o. de heer dr. J. H. P. van Kerckhoff. Een 30-tal dames, moest godsdienstonder wijzeressen waren Zaterdagnamiddag in het "Wijkgebouw Geloof, Hoop, Liefde hij oen. Zij hadden den vakantiecursus, gege ven door do hooggol. hoeren: prof. dr. H. Oort, di'. W. B. Kristonson, dr- L. Knap pert, dr. F. Pijper en dr. K. Lake, gevolgd en wilden in hot Gebouw dat hun buiten de colloge-uron gastvrijheid had geboden, tot slot nog eens samen zijn. Daar werd met grooto dankbaarheid Jierdacht wat do dagen van 1224 Sept. voor hen geweest waren en besloten als klein bewijs daar van f 100 to geven aan! de Academische Bibliotheek. Na hot' vole dat genoemde heer en gege ven hadden, hetgeen tot studie opwekte en tot ernstig nadenken stemde, was het zin gen van eon ige verzen uit Lied 53 (Godsd. Liederen uitgegeven door den N. P..B.) uit drukking van wat bij allen omging. Met erkentelijkheid mag hier tevens wor den herdacht, dat de hoor S. Cohen een lezing heeft gehouden over Joodscho gebruiken en toegang heeft gegeven tot bezichtiging van do Synagoge en dat de lieeren Juynboll, Visser en Boeser belangrijke verklaring ga ven van hotgcen in de Musea to zien was. Ken 46-tal lieeren en dames wanen voor dezen cursus ingeschreven. In alle opzichten mag hij geslaagd heeten. - Het is de hartelijke wensch van allen, die aan dezen cur sus doelnamen, dat het niot de laatste zal zijn. Het volgend adres is met een uitvoerige memorie van toelichting aan den Raad de zer gemeente verzonden. Geven eerbiedig to kermen, ondergetee- kenden, Gerrit van Putten en Hen-dirk Dorst, beiden agent van politic to Leiden, in hun hoedanigheid, onderscheidenlijk als president en le secretaris der Yereenigmg van bezoldigde agenten van politie ,Ocor Eendracht Saamgebracht", geves'-i^d te Leiden, erkend bij K. B. d.d. 13 Mei 3901, No. 332 en van 30 October 190S, No. 77 dat zij, in opdracht van genoemde Vcr- eeniging, hiermede de eer hebben, bet na- Vergadering van den Cemeenleraad van Leiden, op Donderdag 29 Sept. 191Ó, des namiddags te twee uren. iTe behandelen onderwerpen: 1. Benoeming van eén onderwijzer- plaatsvervangend hoofd aan do Jongens- ,6chool 1ste klasse (272). 2. Benoeming van een onderw<2zer met iverplich'te hoofdakte aan de Jongensschool 2de klasse. (270). 3. Benoeming van een onderwijzer met ,verplichto hoofdakte aan de school der 2de klasse voor Jongens en Meisjes. (280). 4. Benoeming van een derde onderwijze res in de handwerken aan de school der 3de klasse No. 6. (281). 5. Benoeming van een derde onderwijze res in do handwerken aan de school der 4de klasse No. 1. (281). 6. Benoeming van een tijdelijk leeraar jn de oude talen aan het gymnasium. (275). 7. Benoeming van een lid der Plaatse lijke Schoolcommissie. (276). 8. Benoeming van een Directeur van het Openbaar Slachthuis. (282). 9. Verzoek van H. J. Hartwijk om eer vol ontslag als onderwijzer aan de school Üer 3de klasse No. 8. (271). 10. Verzoek van dr. B. M. van Dalfsen pm eervol ontslag als tijdelijk leeraar aan 1de Kweekschool voor onderwijzers' en on derwijzeressen. (277). 11. Praeadvies op het verzoek van W. C. de Graaff om eenroLontslag als gemeente- apotheker. (284). 12. Staat van af-, en ovérschrijving op de begrooting, dienst 1909 - van het College yan Vrouwen-Kraammoeaers. (278). 13. Rekening, dienst 19Ó9, van het Col lege van Vrouwen-KraammóedêTs. (278). 24. Begrooting, dienst 1911, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (279). 15. Verzoek van de Leidsche Gymnastiek- 'en Schermvereeniging „Hercules" om het gebruik van bet gymnastieklokaal aan de Pieterskerkgracht, in plaats van dat aan de Langebrug. (273) 16. Verzoek van de Commissie voor de Volkszangschool om het gebruik van het gymnastieklokaal aan de Langebrug, in plaats van dat aan de Van der Werf- 6traat. (283). 17. Voorstel om goed te keuren dat bij de doortrekking van de Thorbeckestraat werdo afgeweken van de bij het uitbreidingsplan „Vastgestelde rooilijnen. (268). 18. Voorstel tot koebelooze overname in eigendom en onderhoud bij de gemeente fvan een gedeelte van de Sophiastraat, ge legen tusschen de Buitenlaan en de Hee renlaan. (266). 19. Voorstel tot het geven van een naam 'aan de straat, gelegen op het terrein der gedempte Lopsensloot. (269). 20. Voorstel W. onbewoonbaarverklaring van de perceelen Paradijssteeg nis. 18, 20, '22, 22a, 56 en 62. Wernershof nis. 4a, 4f en 12a, Willem Matthijspoort nis. 1, 2, 3, 4, en i) Wan els ee I De ooupédeuren vlogen open en haastig elkaar verdringend schoven de bonte echaren Berlijners over het perron. Een heerlijke Septemberdag. Tusschen de pijnboomen waarvan de knoestige stammen door den namiddagzon goudrood getint werden, dook de blauwe Havel op. Tallooze roeibooten, op kleine notedoppen gelijkend, verlevendigden de licht gerimpelde vlakte van den inham, wel ken de rivier hier vormt. Ginds bij de druk bezochte restauratie „Het Zweedsche pavil joen" passeerden fraaie zeiljachten elkaar. Flinke motorbooten en de sneeuwwitte Ha- velbooten brachten de pleizierreizigers naar den biertuin op de landtong aan den over kant. Mooie winkeljuffrouwen, die haar uib- gaansnamiddag hadden; vereenigingen, die een gezamenlijken watertocht wilden onder nemen; studenten en jonge kooplui, burger families uit Berlijn N. S. en O.het met juweelen versierde menschdom uit de Ber- lijnsche dierentuinwijk, alles drong uit den heeten, overvollen lokaaltrein en haastte zich naar het water. Het grootsteedsche egoïsme veroorloofde zich overal ellebogen- vrijheid; ternauwernood gunde de een den ander een vluchtigen blik. Maar midden in het gewoe^op de trap, welke uit den half donkeren tunnel weer Daar het daglicht omhoog voert, herkende in iigjm-r.-,<amm ggg t dr. jur. Rudolf von Schauffert, de assessor, toch dadelijk zijn voormaligen kamerhuur uit den Heidelberger studententijd weer, zijn vriend uit Karlsruhe, met wiens grappig dia lect en steeds eenlgszins te korte broekspij pen hij zich vroeger zoo dikwijls had geamu seerd. „Gustaafje !'7 riep hij lachend. En de jonge scheikundige, een bleek, ma ger mensck, met een scherpen haviksneus en groote, goede vergeet-mij-niet-blauwe kinderoogen, sloeg zich op zijn knie en riep: „Wel, kijk eens aanDat is Rudi Zij staken beiden hun rechterhand uit, maar het kwam pas buiten op de straat tot een handdruk, want de opdringende, gedeel telijk brommende, gedeeltelijk spotlustige reizigers schoven in dichte drommen verder. Nu vluchtten zij in den mooien, parkach- tigen aanleg, welke zich van het station tot aan de landingsplaats der booten uit strekte. „Gustaafje, menschenkind, waar hebt gij al dien tijd gezeten? Sinds wanneer zijt gij in Berlijn? Het is toch reeds wacht eens vier jaren geleden, dat wij elkaar het laatst hebben gezien, nietwaar?" „Sinds Kerstmis ben ik te Berlijn." Om Gustaaf Koberles lippen speelde een schuch ter, doch vroolijk lachje. „Ik heb jou wel in dien tijd gezien: eens in den dièrentuin en een andere maal in de kunsttentoonstel ling...." „Zoo? En waarom zijt gij toen niet da delijk op mij afgekomen?" „Dat heb ik niet gedurfd." „Niet gedurfd?! Hoezoo? Waarom?" „Ach, gij waart toen in zulk fijn gezel schap. En daar pas ik toch niet in." „Schaapskop!" Rudolf von Schauffert lachte hartelijk en schoof zijn arm door dien van zijn ouden vriend. „Gij zijt dus nog ge heel de oude. Jongen, jongen! Nu en hoe gaat het je anders? Indertijd hadt gij juist je doctorsgraad verkregen. Zijt gij nog niet ergens professor?" „Och, lieve deugd, professor? Nu wordt het vermakelijk!" Dat zeide hij echter zeer neerslachtig en met een diepen zucht. „Maar privaat-docent? Wat? Gij, bolle boos? En met je groote vlijt!" „Ik ben niets vooruitgekomen. Ik ben blijven staan, stecds op dezelfde plek. Ik breng hetook zeker nooit tob iets. Het geld ontbreekt me. En de courage. En dan heb ik altijd mijn moedertje moeten helpen. Men doet dat gaarne. Maar er zit dan niets anders op dan werken en sloven voor beetje brood. Wij, scheikundigen, worden in het begin zeer slecht betaald. Nu ben ik bij den heer Lohsos; ik ben tweede scheikun dige in de parfumeriekeuken en krijg drie duizend marken in het jaar. Ja, zie je, 't is toch altijd wat vasts." De assessor knikte meermalen toestem mend. J a, die duiten, daar weet ik alles van." -„Gij zijt toch altijd een rechte geluksvo gel geweest, Rudi. Men behoeft je maar aan te zien: gij zijt immers het bloeide le ven in eigen persoon." Schauffert lachte even, bijna weemoedig. Hij was in roeikostuum, hetwelk zijn slanke gestalte zeer goed kleedde: witte linnen schoenen, witte broek en wit overhemd, ma^- rineblauw sacoo en witte linnen muts. Zijn gelaat was door de zon en door de water sport bijna koperbruin; de groote, licht- volgende onder de aandacht van IJw Acht baar College te brengen; dat bedoelde vereeniging met genoegen heeft kennis genomen van het prae-advies van B. en Ws. dezer gemeente, (Ingekomen stukken No. 265) op haar adres van 20 Juli 1909 inzake haar verzoek om verhooging der jaarwedden van het agenten-personeel, in hoofdzaak van het. feit, dat B. en Ws. zich hebben kunnen vereemgon met het voor stel van het Hoofd der Politie, haren hoog- geachten Burgemeester, om te breken met dte thans bestaande verdeeling der politie agenten in 4 klassen en daarvoor in de plaats te wilen stellen een regeling waarbij wordt voorgesteld het personeel voortaan uit 3 klassen te doen bestaan. dat zij evenwel tot haar leedwezen uit be doeld prae-advies heeft moeten opmaken, dat volgens de thans voorgestelde regeling S agenten der thans bestaande le klasse, geen verhooê"ing zullen ontvangen; dat zij, naar aanleiding van het verhan delde in de zitting van Uwen Raad, d.d. 16 December 1909t in de hoop heeft verkeerd, dat wanneer een nadere regeling der jaar wedden aan Uw College zou worden voor gelegd, elk agent een billijke verhocging zij ner wedde zou mogen ontvangen dat zij, nu volgens het voorstel van B. en Ws. 8 agenten der bestaande le klasse geen verhooging zullen ontvangen, zij Uwen Raad niet mag verhelen, dat zulks voor die cate gorie agenten een groote teleurstelling is; dat adressante alsnog van meening is, dat daaraan nog wel ware tegemoet te komen, indien alsnog de wedden der agenten le kb (ook nu ree<te le klasse) konden worden ver hoogd; dat volgens het voorstel van B. en Ws. de agenten 3de klasse (nieuwe regehng 2ds klasse) nagenoeg allen een verhooging van weddë zullen ontvangen van f 50 en enkelen zelfs een verhooging van f 75 per jaar; dat adressante zich daarom eerbiedig tot Uwen Raad-wendt, met 't verzoek 'n hier na volgende nadere regeling alsnog wel in "ernstige overweging te willen nemen, door te willen bepalen dat het maximum der agenten 2de klasse (oude regeling 3de klas se) zal bedragen f 750 en de aanvangswedde der agenten le klasse werd gebracht op f 775 mefc een maximum van f 850. Uit de memorie van toelichting blijkt dat de door de agenten zelf voorgestelde rege ling den door B. en Ws. voorgestelden ver- lioogingspost met f 20C0 zou verhoogen. De agenten baseeren zich bij hun regeling even wel op de bestellers der Posterijen, die met f 6C0 beginnen en waarvan bet maxi mum salaris ook f875 is. Hedenmiddag arriveerde alhier het 10de regiment infanterie uit Haarlem om na hedennacht in de kazerne aan de Morsen poort overnacht te hebben morgen vroeg met heb 4de regiment uit Leiden spiegelgevecu- ten onder Wassenaar te gaan houden tegen de Grenadiers en Jagers uit Den Haag. De manschappen zullen morgennacht on der bivak blijven en Woensdagochtend we der naar hun kazerne te Haarlem terug ke-eren. Z. K. H. Prins Hendrik reed gister middag op Het Loo uit in jachtwagen met zesspan ter bezichtiging van de ontgin ningen te Kootwijk en Hoenderloo. Z. K. H. was vergezeld van den opperhoutvester, den blonde knevel, de helder© grijze oogen en de witte tanden vormden daarmee een pot sierlijk contrast. „Ach, Gustaafje", zeide hij na een poosje, terwijl hij zijn stem l'efc dalen, „wanneer gij eens wist, welk een be klagenswaardig wezen er van je „geluksvo gel" is geworden. Ik ben namelijk juist op den sprong.... Och, maar waarom den mooien avond te bederven. Een andermaal daarover. De eerstvolgende uren behooren nog aan het water, den zeïlwind en aan mijn lieve, kleine, vlugge „Meeuw". Morgen wordt er onder de geheelc rekening een streep gezet." „Ik wil niet in je dringen, Rudi..." „Och, kerel", hij gaf hem onwillekeu rig do hand „het is mij zoo eigenaardig te moede, dat ik je juist vandaag in de ar men ben geloopen. Jongen, jongen..." ,Hebt ge zorgen?" „Zorgen niet meer. Neen. Want nu heb ik zekerheid." Zijn vriend keek he-m onzeker smeekend aan. „De zekerheid, kerel, dat ik mijn leven verknoeid heb. Totaal verknoeid." „Ach, Rudi, het doet iemand zoo pijnlijk aan, wanneer men je zoo hoort spreken. Zij hebben je toch in Heidelberg altijd „h«D gelukskind" genoemd. En wanneer het met mij in dien tusschen tijd eens in het ge heel niet wilde vlotten, dan dacht ik; „Wat zijt gij fcooh een stumperd, bij Rudi verge leken", en dan 'heb ik mij geschaamd en de tanden opeengeklemd en ik heb *fc overwonnen." De manier, waarop zijn oude vriend sprak, had zoo iets hartdijks, dat Schauf- heer Tutein Nolthenius, en den adjudant van den Prins, den heer Hooft Graafland* De Staatscourant bevat de statuten van de Vereeniging tot str.ohting en instand houding van Scholen met den Bijbel tc Reeuwijk. Aangenomen is de toezegging van be roep naar de Ned.-Herv. Gein. te Assen door ds. A. J. Werner, te Stompetoren. In October vertrekken er vijf detache menten der koloniale reserve naar Üost- Indië, elk sterk 3 onderofficieren cn 25 minderen. Deze detachementen zullen staan onder bevel van: 1 October s.s. („Prinses Juliana") de 2o luit. A. van Pelt; medegeleider do 2e luit. J. Vogïer; 8 October (s.s. „Kawi") de 2e luit. W. V. vau der Hart; medegcleider de 2e luit. J. P. Lancel; 15 October (s.s. „Oran je") de le luit. Tb. J. Koremans; medege leider de 2e luit. G. B. Ch. Feekes; 22 Oc tober (s.s. „Sindoro") de le luit. N. F', van der Stok; medegcleider de 2e luit. W. Bod- de; 29 October (s.s. „Rembrandt") de 2e luit. H. W. L. Schram; medegeleider de 2e luit. C. M. A Stoutjesdijk. Genoemde officieren behooren allen tot de infanterie O.-I leger. De minister van staat jhr. mr. A. F., de Savornin Lohman gaat zich, naar „De Ned." meldt, voor eenigen tijd buitenslands begeven. Ter kennig vau belanghebbenden wordt gebracht, dat de gecommitteerde van het stoomwezen in Nederlandsch-Indio, de hoofdingenieur F. A. G. Mallinokrodt, voor eerst verhinderd is zijn functie waar te ne men, in verhand waarmede zij zich voor za ken bet stoomwezen in Ned.-Indic betref fende (onderzoek van teekeningen, enz.) tot nadere aankondiging gelieven te wenden tot afdeeling A 3 van 't departement van kolo niën. (Stot.) De kerkeraad der Gereformeerde Kerk te Amsterdam heeft besloten aan den burge meester een adres te zenden, houdende verzoek om in het vervolg geen toestemming te verleenen tot het houden van optochten en betoogingen op den Zondag, waardoor de rust uitermate gestoord wordt en vele leden der kerk bij het aan- en uitgaan der godsdienstoefeningen hinder hebben. (Stand.) De kapitein L. Noest, van het 5dt reg. infanterie te Amersfoort, wordt bin nenkort bevorderd tot majoor. De bij het O.-I. leger benoemde off van gez. 2de kl. J. F. Schouw zal, na boëedi ging, bij de koloniale reserve cn in afwach ting van vertrek, in het g-. not van verlof worden gesteld. Ds. A. Merkelijn, predikant bij de Ge reformeerde kerk te Schoonrlijke, heeft liet beroep aangenomen voor den arbeid to Band jar Negara op Java. Hr. Ms. pantserdekschip „Utrecht''^ onder bevel van den kapitein ter zee W. T. de Booy, is 23 dezer van Paramaribo ver trokken, met bostemining naar Port Cas tries (Santa Lucia.) HLLLEGOM. Gisteren word uit dc Ha ven alhier opgehaald het lijk van de e<* dort Dinsdag 1.1. vermiste dienstbode P., td Haarlem woonachtig, doch hier workzaam. fert bepaald aangedaan werd. Sentimenta liteit was anders niets voor hem. „Kom, oude jongen, gij moet mijn Meeuw" leeren kennen. Ge hebt toch wel tijd, hè?" Gustaaf Köberle keek op zijn horloge. „N'u, oen paar uurtjes". „Zijt gij daarna bezet?" „Niet juist bezet, maar een juffrouw uit het pension, waar ik woon... Och, neen,, gij moet niet dadelijk wat bijzonders den kon..." „Kijk mij dat Gustaafje eens aan! In ro» zenketenen?" Gustaaf Köberle zuchtte even, doch ei- kwam tevens een schalksche uitdrukking ir zijn oogen, welke zijn mager, bleek gela-.'.b verjongde, en hij zeide: „Ik zou wel wil len „Wel, dat is reeds een halve bekentenis. Ik zie, dat wij elkaar vreeselijk voel hebben te vertellen. Dus voorwaarts: gij moet me de aan boord...7' „Op 't water?" „Natuurlijk. Of zijt gij bang?" Zij stonden nu aan heit- strand, dicht bij de plaats, waar de huurbooten lagen. Op een afstand van ongeveer honderd nieter schommelden op het meer een paar kleine jollen. Zeil, mast cn stang waren ingetrok ken en in een geteerd stuk linnen gewik keld, hetwelk nog een eind buiten do boot uitstak. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 1