Tweede Kamer. Marktberichten. Financieels mededeelingen. Buitenlandsch Overzicht. Vragen en Antwoorden. Bij de verdere behandeling van het wets ontwerp betreffende de regeling van d6 B a n k e n-v a n-L e e n i n g lichtte de heei Schaper amendementen toe, beoogende o.a. om te bepalen in het reglement, dat de Bankon-van-Leening geopend moeten zijn van 8 uren 's morgens tot 9 uren 's avonds; voorts om, waar het wetsontwerp bepaalt, dat niet in pand mogen genomen worden voorwerpen, tot den eeredienst behoorende, daarvoor te lenen: voorwerpen, tot den openbaren eeredienst behoorende. De heer Dr ucker en de Minister bestreden dew? amendementen, waarna de verdere beraadslagingen onderbroken wer den en aangevangen werd met de behande ling der interpellatie vaj) den heer Vlie gen, tot de Ministers van Justitie en van Binnenlandsche Zaken, naar aanleiding van de uitzetting van eenige vreemdelingen uit ons land. Spreker vroeg der Regeering, wat de re denen zijn, die geleid hebben tot de mat ting van den mijnwerker Schymanski, die tot 5 Maart 1910 in de gemeente Schaes- berg woonde, en tot de uitzetting van de Duitsche vakvereenigingsleidere Sparren- berg en Meijer, tijdens do uitsluiting van textielarbeiders, die begin April plaats had te Glanerbrug. Wat het eerste geval betreft, weee spr. er op, dat Schymanski geruimen tijd rustig te Scliaesberg woonde en niemand aanstoot gaf. Spreker vermoedde, dat de uitzetting alleen geschied was, omdat Schymanski zich had aangesloten bij den Mijnwerkcrsbond Ten aanzien van het tweede geval, begreep spr. de uitzetting allerminst, omdat de aan wezigheid van die beide raenschen meer als een waarborg kon beschouwd worden tot het behouden van orde en rust onder de, door onoordeelkundig politie-optrcden op- gewonde arbeiders dan dat zij tot onge regeldheden zouden uitlokken. De Minister van Justitie ver klaarde, wat het geval-Schymanski betreft> dat do burgemeester van Schaesberg be weert, dat de uitzetting van dien persoon geen verl>and houdt met diens lidmaatschap van den Mijnwerkersbond. Zou dit verband bestaan hebben, dan zou de Minister geen oogenblik geaarzeld hebben de uitzetting op dien grond af to keuren. De uitzetting steunt hierop, dat Schymanski, niettegen staande hij herhaaldelijk daartoe aange maand is, verzuimd heeft te zorgen voor een z.g. heimath-schein. In plaats van te voldoen aan die aanmaning, zijn in het mijnwerkers-vakblad onjuiste racdedeolin- gen gedaan omtrent de moeilijkheden, aan S. in den weg gelegd, en onjuist verband gelegd of gewekt tusschen die moeilijkhe den cn het vereonigingsleven van S. Den burgemeester van Schaesberg treft derhal ve geen enkele blaam. De heimath-schein wordt door het vestigingsverdrag met Duitschland geëischt. Do Minister verklaarde, wat het geval te Glanerbrug betreft, dat geen dor beide be doelde personen is uitgezet. Zij zijn vrij willig vertrokken. De Minister achtte het ge lukkig dat de uitzetting niet geschied is, want er zou in de Vreemdelingenwet geen artikel te vinden zijn, waarop do burge meester de uitzetting had kunnen rochtvaar- digen, ofschoon de Minister zich best had kunnen begrijpen, dat de burgemeester, had hij do uitzetting gelast, zich had kunnen vergissen, omdat het hier een ingewikkelde juridische kwestie geldt. Na replieken oordeelde ook de heer E 1- h o r 8 t, dat Sparrenberg, die een k-i.lm on ordelievend man is, op eenigszins vreemie wijze is aangehouden. Aan den Minister van Binnenlandsche Za ken vroeg de heer V 1 i e g o n nog, hoe dezo oordeelt over het optreden van den burgemeester van Lonneker. Minister Heemskerk achtte zich niet geroepen op uitnoodiging van oen Kamer lid zioh in het openbaar uit te laten over het optreden van een burgemeester in vor- band met een zaak betreffende de handha ving Vreemdelingenwet, wellcc tot het' res sort van den Minister van Buitenlandsche Zaken behoort. Burgemeesters zijn niet be paald te boschouwen als de ondeigeschikten van den Minister van Binnenlandsche Za ken, en als de Minister hier do houding der burgemeesters zou gaan critiseeren, zou dit overeenkomen met een berisping van dien burgemeester. De heer Troelstra kwam op tegen deze beperkte wijze, waarop de Minister van Binnenlandsche Zaken zijn taak op vatte om de handelingen van openbare ambtenaren te hespreken in de Volksverte genwoordiging Spreker meende, dat, waar dc Minister van Justitie heeft aangetoond, dat juridisch een uitzetting niet mogelijk was, dc Minis ter van Binnenlandsoho Zaken zich behoor de uit tc laten hoe hij denkt over den tact van een burgemeester, die de betrokken per sonen met uitzetting hedreigd heeft, op grond van welke bedreiging zij vrijwillig geweken zijn. Do Minister bleof weigeren in te gaan op de vraag van den heer Troelstra, omdat hier van do Regeering een oordeel wordt gevraagd van een geheel andere strekking, dan het oordeel, door den inter- pellant zelf gevraagd; een oordeel, dat- neerkomt op een berisping van een burge meester. Do mterpeÜaue werd gesloten onder 'dankzegging aan de Regeering en do verga dering verdaagd tot heden te elf uren. Gepasseerd: Maartensdijk, v. Newport News n. Rot ter d., 8 Juni Prawlepoint; Prinz Oskar, n. Montreal, 7 Juni Bolle Isle; R ij n d a m, v. New.-York n. Rotterd. be vond zich volgens draadloos bericht via Crookhaven 8 Juni 4 u. nam. op ongeveer 180 mijlen W. van Lizard; Billiton, uit reis, 8 Juni Finistcrre; Me-'dan, uitreis, 8 Juni Sagress. Gearriveerd: Prin z-R egent, uitreis, 7 Juni te Durban; Djocja 9 Juni v. Hamburg te Vlissingen. Stoomschepen. V ertrokken.- Bali, uitreis, 8 Juni v. Suez; Suma tra, thuisreis, S Juni v. Marseille; Adolf W oor.mann, uitreis, 7 Juni v. Teneriffo; S o 1 i n g e n, v. Java n. Amst., 8 Juni v. Port-Said; B e s o e k i, uitreis, 9 Juni v. SuezF ri s i a, thuisreis, 9 Junï v. Vigo; Koning W i'l l e m III, v. Amst. n. Bat., 0 Juni v. Genua, Polft, 9 Jnni. ÏTedeD waren de veeprfzen als volgt: vette koeien 1ste kw. f 200 a 290, dito 2dokw. <150 200, kalfk'oien late kw. *190 a 280, dito 2de kw. 140 a 190, vaarkoeien late kw. f 140 a 250, dito 2de kw. 90 a 140, rotte kalveren 1ste kw. 60 a 90, dito 2de kw. f 40 a 60, weilammeren <8 a 15, magere varkens 16 a 36, biggen <7 a 15, nuchtore kalveron f 6 a 24, paarden f 100 a 200, rundvleesch 82,76 a 70 c, vet kalfsvleeseh 90, 80 a 70 c., alles per kilo. Op do veemarkt waren aangevoerd 359 runderen, 12 paarden, 24 vette kalveren, 316 magere dito, 1515 schapen of lammeren, 203 varkens, 624 biggen on 16 geiten of bokken. De prijzen der boter waren beden f 48 a 56 per 1/4 vat van 40 kilo. Aanvoer 745/8 en 44/16 vate*1, wegende te xamon 15,340 kilogram. Kdnm, 9 Juni. Ter botermarkt waren aangevoerd 145 partijen. Hoogste prijs 62» c. per 5 H.Gr. Kipeieren f 4 a 4.50 per 100 staks. Meppol, 9 Juni. Ann de ma kt van heden was de aanvoer van boter 1300 kilo. lste soort per 1/4 vat f 25, 2de soort '24, 3de soort f 23, stukken van kilo f 1.80 a 2.05. Uoicin, 9 Juni. Kaas. Aangevoerd 146 partyen Handol matig, lste qual. 30.— n <32.50. 2ds qual. f 2G.a <29.—. zwaardere 30 a f 83.60. Noord-Uollandsc-lie f Boter. Aanvoer 1390 stukken van KG. Hande red. Goe- <1.35 a /1.40, wei- <1.20 a <1.25 Vette Varkens met red, aanvoer, handel matig, 25 n 28 c. per KG. Biggen voor Engeland mot red. aanvoer. baDdel vrijwel, 23 a 26 c. p. KG. Magere biggen mot goeden aanvoer, handel vlug, <1.60 a <1.90 nor week. Vette schapen met rodel, aanvoer, handel matig, <24 a <28. Lam meren met goodon aanvoer, handel vrywel, <11 a <11. Nuchtere kalveren met goeden aanvoor, handel vlug, 10 a 14 Fokkalveren 12 a f 20. Volgens het Weekblad van de Com- ml8siebank te Amsterdam, zijn in de week, geëindigd 6 Juni, door tusschon- komet dier Bonk verhandeld de vol gende incourante en minder courante Fondsen: 4 pCt. Doposito-ObllgatiGn Diaconto-Maatsch. 97)^ pCt, 4*/j pCt. Obligation Nodorlandsche Crodiot- en Voorschotbank 90 Aandoolen Nodcrlnndscho Maatschappij van Zokorheidsstolling voor Ambtonaron on Boambt«n (12>$ pCt. gestort) Ex Claim196 4 pCt Obligation Amstordamscho Hypotheek- Waarborg MaatschappU 80 Aandoolon Arnbonucbo Hypotheekbank voor Nodorland (10 pCt. gostort) .100 Utrochtscho Hypothookbank (10 pCt gostort) 174 Cultuur-AIaatsch. .Batoo Mandi" 72),' —75—8) Handolsvoroeniglng Holland—Bombay 100 Nodorlandscho Voom 80 VooDondnalsclio StoomsplnnorU on WoverU 19 AJgomoouo Suikor-Moatschappl)90 4'/j pCt. Obligation IJzorglotorU on Emailloor- fabriokon .Vulcaansoord" vh von Raesfeld do Both Co. 85 Volgost. Polissen Eorsto Nodorlandscho Maat schappij tot Yorzokorlng van Risico lu Lotoryon F 70 4 pCt Obligation VoroonigingtotCliristoiyko Vorzorging van Krankzinnigen in Nodorland 90>< n 55J4 pCt. Pand brio von 's-Qravenhaagscho Hypothookbank voor Nodorland (F 300) 90 Loton Concortgobouw to Amsterdam F 5 Oprichtorsaandoelon Holland La Plata Hypothookbank .F 165 Oprichtersaandooion Intornatlonalo Rumeonscho Potroloum-MaatschappU F 17 Oprichtersaandooion Javascho Bosch-Exploltatio- MaatschappU .F 160 Oprichtorsaondoolon Javascho Cultuur-Maat- 8ChappU F 380 BowlJzon von achterstallig dlvidond Java China Japan Lya F 80 BowlJzon van JOoolgorochtlgdhoidNodorlandsch Amorikaanscho Stoomvaart-Maatsch. F 255 BowlJzon van Doolgorochtlgdheid Nodor- landach Ind. Landb -Maatsch. F 253.76 Claims Nodorlandscho Maatsch. van Zokor- holdsstolllng voor Ambtenaren on Boambton F 6 Claims Nodorlandsch-Amorikaanscho Hypo theekbank to Uithuizen F 76 De „Reichs-Anzeiger" bcvai' het besluit, dat staatssecretaris von Dom burg op verzoek ontslag is verleend, onder toekenning van de briljanten der orde van den Rooden Adelaar eerste klasse, en het besluit, dat de tegenwoordige onderstaats secretaris van koloniëh, von Linde- q u i s t, tot staatssecretaris van koloniën is benoemd. Naar aanleiding van zijn uittreden uit hot kabinet heeft von Demburg een keizerlijk rescript' ontvangen, waarin de Keizer ten volle zijn erkenning uitspreekt van Dern- burgs buitengewone verdiensten, die hij zioh door een vierjarigen succesvollen arbeid tot ontwikkeling der Duitsche koloniën heeft verworven. Do „Norddouteche AMgemeine Zeitung' merkt hierbij op, dat de woorden van hooge erkentelijkheid, waarmee de Keizer de ont slagaanvrage van den staatssecre tay s heeft beantwoord, overal instemming zullen vin den. Dernburg heeft zich, bdj zijn uitmun tenden arbeid, in het volst© vertrouwen van den Rijkskanselier kunnen verheugen. In geen enkel geval heeft zich tuschen hen een zakelijk of persoonlijk meeningsversohil voorgedaan. Het blad bevestigt ten slotte, dat de plai nen van Dernburg, om zioh terug te trek ken, niet van den laatstcn tijd zijn. De staatssecretaris stelde reeds een jaar gele den den toenmaligen Rijkskanselier er mede in kennis, en deed dit vervolgens ook den tegcnwoordigen Rijkskanselier, toen deze zijn ambt aanvaard had. Het Pruisische Huis van Afge vaardigden heeft' in tweede en derde lezing het. wetsontwerp betreffende v e r- hooging der aiviele 1 :y s t aangeno men. De sod aal-democraten hebben tegen het ontwerp gestemd. Gisternamiddag zijn in 't departement' van buitenlandsche zaken te B e r 1 ij n bijeenge komen de vertegenwoordigers der 16 Sta ten, die tot de Internationale Unie ter b e- 8oherming van werken op het ge bied van literatuur en kunst zijn toegetreden. De bijeenkomst had ten doel over te gaan tot de uitwisseling der ratifica tie-oorkonden der 13 November 1906 te Ber lijn geteekende herziene Bemer Conventie. Zonder voorbehoud hebben die overeen komst geratificeerd: Duitsehland, België, Haïti, Liberie, Luxemburg, Monaco en Zwitserland. Japan heoft haar geratificeerd onder voorbehoud ten opzichte van twee artikelen. Denemarken, Frankrijk, Groot- Britannic, Italië, Noorwegen, Zweden, Spanje en Tunis konden de ratificatie-oor konden nog niet overleggen, doch het mag verwacht worden, dat' dit voor een deel bin nen zeer korten tijd, anderdeels in aizien- baren tijd zal geschieden. In het proces tegen de voormalige Deen- sche ministers Christensen en Si gurd Berg is het getuigenverhoor gesloten. Het openbaar ministerie kwam daarop aan het woord en betoogde, dat de beklaagden met voorbedachten rade hebben gehandeld, met het doel, hun eigen partij voor schade en verlies te vrijwaren. Het was Christen- sens plicht geweest, toezicht te oefenen op de wijze, waarop Alberti zijn ambt vervul de. Hij had hem onmiddellijk uit zijn post van minister moeten verwijderen, voor het geval er bewijzen of gegronde vermoedens aanwezig waren geweest, dat hij zijn ambt misbruikte. Dezen plicht, heeft Christensen veronachtzaamd, zoodat hij, zelfs indien hij niet met opzet zoo gehandeld heeft, ge straft zal moeten worden. De ambtenaar van het O. M. erkende, dat er geen grond aanwezig is voor de ver onderstelling, dat de beklaagden naar hun persoonlijk voordeel hebben gestreefd Christensen draagt de grootste verantwoor delijkheid er voor, dat Alberti in het minis terie werd opgenomen. Het is duidelijk, dat Christensens politieke plannen op een bondgenootschap met Alberti waren ge bouwd; de prijs voor dit bondgenootschap is Alberti's opneming in het kabinet ge weest. Het O. M. zeide voorts: Die prijs werd betaald. Het staat vast, dat Christensen geen ernstige pogingen heeft aangewend, om feitelijke inlichtingen omtrent Alberti te verkrijgen. Hij wilde voor den vorm te goeder trouw blijven. Toen Alberti in 1901 minister werd, had hij reeds een slechten naam. Hetgeen Chris tensens wantrouwen in het bijzonder had moeten opwekken, was, dat Alberti zich voorbehield al zijn zaken te blijven drijven. Toen het bleek, dat Alberti's ministerschap van blijvenden aard was, had hij moeten worden uit.genoodigd, zich uit zijn zaken te- terug te trekken. Onder Christensens voorganger durfde Alberti schijnbaar niet met zoo'n grooto brutaliteit optreden; toen echter Christen sen minister-president was, betrachtte Alberti geen terughoudendheid meer. Hij wist blijkbaar, dat Christensen een zoo ijve rig partijgenoot was, dat hij, uit zorg voor zijn partij, Alberti de hand boven het hoofd zou houden. Het O. M. erkende volmondig, dat Chris tensen niet weten kon, dat Alberti een mis dadiger was, maar het zou te ver gaaD, om, biervan uitgaande te beweren, dat Christensen goedgeloovig was. Heen, de zaak was, dat Christensen goelgcloovig wilde zijn. Het M. zon heden zijn rede voortzetten. De heer Briand heeft in den F ra n- schen ministerraad den tekst voorgelezen van deministerieeleverklaring Daarin wordt gezegd, dat de Republiek dezelfde vrijheid voor allen moet verueke- rem en waar het Land nieuwe hervormingen wenscht op politiek en economisch gebied en ook een hervorming der kieswet, moet het algemeen belang gesteld worden boven het plaatselijk belang, door het overwicht der meerderheid te handhaven. De minïsterieele verklaring betoogt het nut van een vernieuwing van de Kamer hij gedeelten, van hervormingen op administra tief en gerechtelijk gebied en van een wet telijke bepaling van de rechtspositie der ambtenaren. Do verklaring toont de noodzakelijkheid aan, reohtspersoonlijkhoid en recht om eigendom te hebben aan de syndicaten toe te kennen. De Regeering heeft vrede, zoowel in bin nen- als in buitenland, noodig; maar, hoe oprecht zij ook aan den internationale vre de gehecht is, zij moet zich voortdurend zorgzaam betoonen voor haar materieele macht. Zij moet de banden van bondgenoot schap te versterken, ten opzichte van welke het harerzijds een plicht der goede trouw is ,haar kraoht ongerept te handhaven. De Regeering zal daar met ernst voor waken en zal binnenkort, in het hoogste belang der natie, de beraadslaging over het vlootpro» gram verzoeken. Te midden van hevige interrupties der uiterste linkerzijde en toejuichingen van centrum en rechterzijde, werd de verklaring voorgelezen. Het gedeelte in- de verklaring, betrekking hebbende op het vlootprogram, heeft een algemeen suooes gehad. De minister van justitie heoft de ministe- rieele verklaring in den Senaat voorge lezen. zonder dat daarbij iets bijzonders is voorgevallen. De ,,Messagero'' te Rome bevat een brief van F e r r waarin deze volhoudt, dat op het Congres te Amsterdam, Bebel in fcijn antwoord aan Jaurès verklaarde, dat de socialistische leerstellingen niet onvereenig- baar zijn met de monarchie, dat>integendeel de monarchie arbiter kan wezen bij verschil len tusschen maatschappelijke boestanden. De „Vossisehe Zeitung" verneemt uit W o e n e n, dat de ontwikkeling van het Kretenzer vraagstuk in wélinge lichte kringen daar niet zonder bezorgdheid wordt gadegeslagen. Het vraagstuk is, door dat Engeland blijkbaar van Turkschgezind standpunt is afgeweken, stellig ingewikkel der geworden. De houding van Oostenrijk- Hongarije blijft daarentegen in de Kreten zer kwestie onveranderd die van een aan dachtig toeschouwer, die zich niet wenscht te mengen in een toestand, welken de diplo matie van de beschermende mogendheden •zoo verward heeft gemaakt. De ,,Politische Correspondenz" deelt mede dat te Konsiantinopel in kringen, die nauw verbonden zijn aan de Porte, gezegd wordt', dat de mogendheden nog steeds besloten zijn tot de handhaving van dén status quo in het Kretenzer vraagstuk, daar zij de oplossing er van als een zaak beschouwen, die onder worpen dient te worden aan de beslissing van Europa. Canalejas heeft aan den Spaanschen koning voorgesteld, alle besluiten, be trekking hebbende op artikel 2 der Grond wet, en in het bijzonder dat, hetwelk aan alle godsdiensten, behalve den katholieken, verbiedt in het openbaar zich te uiten, af te schaffen. De Koning beeft de besluiten geteekend, waarbij Montero Rios tot voorzitter van den Senaat en Burell tot minister van onderwijs zijn benoemd. De Turksche regeering heeft bij En- gelsohe werven twee linie-schepen van 17,000 ton elk en een gepantserde kruiser van 12,000 ton besteld. De levering moet achttien maanden na on- derteekening van het contract geschieden. De afgetreden Duitsche staatssecretaris Bernhard von Dernburg. De opvolger van den heer von Dernburg: von Lindequist. Y raag: Naar verluidt, zullen de lus trumfeesten dit jaar voor het eerst behalve door vele andere schoon e zaken ook opge luisterd worden door de medewerking van kinderen tot neven jaar (ik bedoel af- niet opwaarts). Kunt u of kan een uwer lezers mij ook inlichten of lo. het werkzaam deel nomen van deze kindertjes aan een tegen betaling voor het publiek toegankelijke voor stelling (een „zaakje" dus) niet valt onder- het begrip „arbeid" en 2o. of mitsdien vol gens art-. 3 der Arbeidswet: „Het is verbo den een kind beneden twaalf jaar arbeid te doen verrichten", do aanleggers van dez6 vertooning of wel de ouders, die, overtuigd van de daarin gelegen opvoedende kracht, hun kindertjes er voor beschikbaar stellen, niet binnen het bereik der strafwet vallen? Antwoord: Wij kunnen u mogelijk gerust stellen door u mede te deelen, dat nóch de aanleggers (nooals u ze noemt) nóch de ouders der kinderen vervolgd kun Berichten over Rijnland'» Boezem, gedurende de week van 29 Mei—4 Jonl 1910. 8tand van den boezem te Leiden. Idem te Oudewetering Werking der stoomgemalen Waterlooxing langs natuurlijk, weg, WaterinUting Regenval in Mm. 29Mei. 30 Mei. 81 Mei. lJtwi. 2 Juni. 3 Juni. 4 Juni. 55 54 55 52 47 50 49 em— A.P. 57 55 53 50 49 50 49 em.—A.P. Spaarndam u.', Halfweg a., Gouda u., Katwijk u. Spaarndam u.. Halfweg u^ Gouda 11J u^ Katwijk 27£ u. Door de sluis te Gouda 156} a. 9.4 nen worden volgons artikel 3 der Arbeids wet of volgens de Strafwet. U heeft blijkbaar eenst de Arbeidswet en mogelijk ook de Strafwet geraadpleegd voor u deze vraag stelde, hadt u haar gron dig nagezien, dan zoudf u hebben bemerkt, dat deze vraag overbodig is. De bezigheden, die bedoelde kinderen tij dens de feesten zullen verrichten, zijn niet die, welke de wet verstaat onder ar beid. Zoodra kinderen in of voor eenig b e d r ij f zulks zouden doen, kunnen de hoofden of bestuurders daarvan vervolgd worden ingevolge het door u aangehaalde artikel. Nu spreekt u wel van een voor het pu bliek toegankelijke voorstelling (een zaakje dus), maar bet geldt hier een liefhebberij- voorstelling, 't is hier geen bedrijf, veel minder een zaakje! De kinderen, die in deze voorstelling mede spelen, zijn die der notabelen van de stad; hieruit blijkt ons wel dat het liefhebberij- spel is. Bovendien zouden die ouders hun kinderen geen arbeid doen verrichten in strijd met de wet. De „ar bei d" bestaat slechts in het strooien van bloemen, het maken van een buiging, enz., absoluut geen vermoeiende w erkzaamheden. Daar u ook spreekt van de Strafwet wil len wij het desbetreffende artikel (253) hier doen volgen, waaruit u moet blijken dab volgens dit artikel in 't geheel geen vervol ging kan plaats hebben. i»Hij, die een onder zijn wettig gezag staand kind benéden den leeftijd van twaalf jaren aan een ander afstaat of overlaat-, wetende dat het tot of bij het uitoefenen! van bedelarij, van gevaarlijko kunstverrich tingen of van gevaarlijken of de gezondheid ondermijnenden arbeid zal worden ge bruikt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren." Waarom heeft u deze vraag voor ongeveer zes weken geleden niet gedaan toen de op voering van „Het Blonde Keizersland" nog' moest plaats hebbon? Dezo voorstelling was ook tegen betaling voor het publiek toe gankelijk en werd uitsluitend door pl.m^ 100 kinderen, bijna allen beneden IS jaren uitgevoerd. Y r a a g: Zouut u met het oog op eeD" behoorlijke inteekening op do lijsten, die dezer dagen circuleercn voor een contra-, partij van de burgerij aan de studenten, mij. ook kunnen opgeven wat het studentenkorps voornemens i6 ons aan te bieden, of n.l. aan; een bepaalde categorie burgers ook vriji kaarten worden verstrekt voor hen en hun gezinnen, cn zoo ja, voor welke festiviteiten' vrijkaarten worden verstrekt? Antwoord: Professoren,, verschillen de militaire en burgerlijke autoriteiten zul-' len voor verschillende feeeten wel uitnoodb gingen ontvangen, doch 't zal voor het Col legium moeilijk gaan ook do geheelo bur gerij voor een of meer feestelijkheden uit te noodigen. Wij kunnen u echter geen defi nitief antwoord geven. Wend u daarvoor, tot het Collegium zelf. Vraag: Hoe kan ik het beste Ameri-* kaansohe van de Russische petroleum on-> derscheiden Antwoord: Dat kunt ge in den toe stand, waarin de petroleum hier in deö handel wordt gebracht, in het geheel niet. Y raag: Zoudt u mij ook kunnen zeggen, of hier in Leiden ook een magnetiseur woont; of oen dergelijke inrichting is, waar men door magnetisme genezing verkrijgt van enkele ziekten of kwalen? Zoo ja, kunt u mij dan ook de dagen en spreekuren op-; geven, wanneer men terecht kan? Antwoord: Yoor zoover wij weten niet. Vraag: Ik heb een klavertje-vier ge vonden. Kunt u mij ook zeggen of dit een misgroei of een afzonderlijk plantje is en heeft het nog waarde? Antwoord: Dat is een zoogenaamd^ speling der natuur, zooals men ook kan heb»' ben een dier met viif pooten, enz. Waarde eal het wel niet' hebben, want een zeer. groot e zeldzaamheid is het niét. Y r a a g: Is de heer A. J. Kat gerechtigd tot het voeren van het praedicaat „Konink lijk"? Zoo niet, mag dit dan toch gevoerd worden zonder toestemming? Antwoord: Het' woord Koninklijk kam ook beteekenon grootsoh, voornaam, ,,eeq' koninklijke gift", „een koninklijk woord", Zoo zou men ook kunnen spreken van een Koninklijke Fabriek en als zoodanig kan men aan de door u bedoelde firma het recht niet ontzeggen dat zij baar werk plaatsen zoo noemt. Het geval zou anders» zijn als de firma zonder boogere maciitiw ging het koninklijk wapen voerdp en zieb? hofleverancier noemde. Vraag: Hoe is het mogelijk daar ik op een der drukste standen van Leiden wonen de en veel ruimte beschikbaar heb, ik nooitJ eenige reclame of andere biljetten ontvang.! In heel die buurt hangt er geen een. Moet men soms zoo'n ombrenger daarvoor salan rieeren Antwoord: Hoe bet precies met hoÜ rondbrengen van alle reclame-biljetien voor uitvoeringen, enz. want deze zullen wel bedoeld worden gaat, weten wij niet. In* dien dit wordt overgelaten aan de rondr» brengers, dan zal een fooi misschien wel invloed hebben. Maar wij denken voor heb naast dat de man, met de bezorging belast, orders ontvangt van de personen of de cor poraties van wie de reclames uitgaan. Als uw localiteit en stand er zich inderdaad tee leenen zal men u gaarne een biljet brengen., Wend u tot de voornaamste bier ter stede bekende corporaties, die reclame maken-, schouwburg, bioscope-theater, stadsgehoor zaal, enz. Of beveel u als zoodanig per adverten-< tie aan. CORRESPONDENTIE. W. D.Uw stuk is niet voor plaatsing geschikt, ten eerste omdat het de zaak zelf niet behan-' delt, en er dus geen nieuw licht opwerpt ten tweede omdat het hoofdzakelijk pet» eoonliikheden bevat»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 6