H. R1A No. 15415. BEIDSCH DAGBLAD, Woensdag' 25 MTeï. Derde Blad. Anno 191D. Tm s KLEEDEBMAKEBIJ, %P Sip s Hoogewoerd 30. Stoomboot-H1ij. „Ue Volharding". Leiden-Alfen-Boskoop-Sonda-Nieuwveen-Amsierdam. GR^SVERPACËTINGBN, „MercuriusM. Speciale Verhuur- en solide Reparatie-Inrichting, Pieterskerkgraclit 2a, Port Jenever Brandewt Cognac 40 cents per ilesch. f 40 uo ka n. 85 90 PERSOVERZICHT. Waarom zal ik een FONOERS nemen, is eene VRAAG, die Gij nie' meer zult doen, zoodra Gij onze rijwielen gezien en onze prijzen gehoord zult hebben DE GRONINGER RIJ WIELENFABRIEK A. FOXGERS. 6724631 FILIAAL: BEEESTEAAT SS. VERTREKUREN VIA ALEER NAAR: Amsterdam: v.m. 5.— (Maandag 1.30), n.m. 2 uur Zondag n m. 2.— Gouda: v.m, 5.30, 8.30, 12.— n m. 4.45. Zondag v.m. 7.—, n.m. 4.45. Bovendien Vrijdag n.m. 1.30. Zat. n.m. I.—. Nieuwveen: v-.m. 5.—, (Maand. 1.30), 8.30. (Zat. niet), 1515 34 n.m. 2.en 6.45, Zondag n m 2.— Dienstregelingen op aanvraag gratis verkrijgbaar. ILLUMINATIE.IflMPIOHS.VillHlVEIlK VETGtAZEflHLlUMINEERBlOKJES HLEvtflArtCiCR oen v£Buomrre v/h f nflSTEEL niDCLQCMTEfl IH gCUGCnrgJD I VAM MET B£20£ft VAM iM.VlLHEUHX J I 3Afl58flUBMöTRÊCHT:TELlZ3 5766 15 De gewone jaarlijksche in den Kooi-, Laker-, Kogjos-of Tuin der Polder en Faljerel, onder W a r- ffiond, zullen gehouden worden te WARROND, op Woensdag 1 Jnui 191Ü, des voormiddairs 9 ure-^ in bet Hotel „De Sihd Romo", on to MASSUNHKi.TI, op Don derdag 2 Jnni 1910, des morgens 10 uren, in „het Bruine Paard". Op do Grasverpachting te Wermond zal tevens worden verkocht een Hectare Slaver en 1^ Hectare Grasgewas, staande in den Morsebel Polder te Oogstfeest, eigendom van den Heer W. VINK, aldaar. 6672 19 RUIME KEUZE in alle soorten en merken van Rijwielen, van de goedkoopste tot duurste, alle met prima garantie. Groote voorraad Onder- dee'en en Banden. ZIE ETALAGE EN PRIJZEN. dicht bij het Postkantoor. N.8. 2de Hands Kywielen te koop. 5639 50 m ff •3 f» 2 ff CO CO ff f ff ff ft p (p Onder het hoofd Nieuw traktement Voor Rotterdam driestert „De Stand aard": In het Voorloop ig Verslag deT Eerste Kamer is "bij den Minister van Financiën nader aangedrongen op meer licht over zijn voorstel, om titan de Ned.-Herv. Gemeente te Rotterdam een nieuw predikantsürakt» ment te gunnen. In zijn Memorie van Antwoord heeft de Minister deze nadere toelichting dan ook verstrekt. Eer blijkt nu, dat men te Rot terdam drie nieuwe predikantsplaatsen wenseht te stichten, en dat hiervoor een fonds van één en dric-kwaxt ton is bij eengebracht, belovende -ïen rente van f 6500 's jaars. Aan deze jaarlijksche rente wenseht de Minister nu van Overheidswege f 1700 toe te voegen, zoodat in het geheel f8200 beschikbaar zal zijn, gevende voor elk der drie plaatsen een jaarlijksch revenu van t 2750. Met alle beslistheid spreekt hij dan ook uit, dat hij er niet aan denkt, voor de overige twee plaatsen later insgelijks staats- traktcment aan te vragen. Meer dan hij nu vraagt, is hij niet voornemens beschik baar te stellen. Hot blijft een unicum. Eon geheel op zichzelf staand geval. Juist zoo als het ook in de Tweede Kamer is op gevat. Kan men nu hiermede al vrede nemen, toch valt niet te ontkennon, dat 's Minis ters voorstelling, alsof de Ned.-Herv. Ge meente te Rotterdam niet ook deze jaar- lijksaho bijdrage van f 1700 zelve kon op brengen, van een niet wel verdedigbare op vatting uitgaat. Deze Kerk is oen der grootste Kerken van heel het landen dit niet alleen, maar tot die Kerk behooren te Rotterdam bijna alle rijken en aanzienlijken. Rekent men nu met het feit, dat er een andere Kerk in ditzelfde Rotterdam is, die geen tiende van dat aantal zielen telt, on waartoe bijna geen mannen van groot fortuin behooren, en dat deze Kerk niet minder dan aoht predikanten geheel zelve onderhoudt, en bo vendien haar eigen kerkgebouwen zelve be taald heeft, dan is het toch bijna smadelijk, zoo men aoht, dat de meer dan tienmaal grootere Kerk niet in het salaris van drie predikanten geheel uit eigen middelen zou kunnen voorzien. Het deed ons dan ook genoegen, dat al thans dr. Bronsveld den moed had, op het weinig eervolle in heel deze kwestie voor de Kerk, die hij liefheeft, met nadruk te wijzen. Iets, wat we niet constateeren, om tegen 'fl Ministers voorstel de oppositie te ster ken; veeleer komt ons voor, dat de Eer ste Kamer wel bewilligen zal. Wat we alleen bedoelen is, zelfbewuste kracht on der do Nedcrd.-Hervormden te prikkelen. Rotterdam heeft voor die Kerk op zijn minst nog tien predikanten noodig, en als men maar den schouder er onder durft zet ten, is men te Rotterdam zeer wel in staat, hiervoor al het noodigo geld, niet in 'fond sen, maar in jaarlijksche bijdragen, in edgen boezem te vinden. Tegen de voorstelling hier gegeven, aleof 'de Rotterdamscihe Hervormde Kerk een der grootste van heel liet land is, en of bijna alle rijken en aanzienlijken aldaar tot haar behooren, komt de heer J. Wijnbeek Jzn. in 6011 aan „De Nederlander" gericht ®ohrijven in verzet. i,Ik heb," zegt hij, ,,deze uitspraak met do grootste verbazing geleden en mijzelven afgevraagd, waar de schrijver van dit artik- kel zijn informaties vandaan haalde. Ieder, die ook maar ©enigszins met kerkelijke toe standen te Rotterdam op de hoogte is, weet beter en zou, met mij, deze bewering b e- slist onwaar noemen. In onderschei ding met vele groote gemeenten in ons land is do Herv. Gemeente te Rotterdam zeker wel do gemeente, tot welke zeer weinig rijken en aanzienlijken behooren. JJ. zijn daar om zoo te zeggen te tellen. ijken en. aanzienlijken te Rotterdam" be hooren voor een zeer groot deel tot de Remonstrantsclio en Franscbe Gemeente." Het „H andelsblad" vindt weinig stof tot bewondering, voor do aanbangig ge maakte wijziging der Wet op het Arm bestuur. Al waardeert het blad de tech nische verbeteringen, die in de wet van 185-1 worden voorgesteld, minister Heemskerk heeft een wetsontwerp opgedischt, waarin de moderne opvattingen op dit gebied ge heel worden genegeerd. Het blad schrijft o. a. omtrent die nieu were opvattingen: Het is opmerkelijk, in hoe menig ander land thans het vraagstuk van het pauperisme aan de orde is, en hoe dan de overtui ging veld wint, dat het overgeleverde stel sel van bedeeling plaats moet maken voor doelmatiger opgezette, meer op verheffing en reclasseering aangelegde, op individuali- soering berustende en de armoede als een maatschappelijk verschijnsel bestrijdende middelen. Engeland heeft zoo juist het rap port van zijn Poor Law Commission zien verschijnen, te zamen met een minderheids- rapport, waarin de verzorging van ouden van dagen, van kinderen, van ongeneeslijke zieken, van zwakzinnigen, van wcrkloozon, worden beschouwd elk onder bijzondero ge zichtspunten; en waarbij tevens voorzienin gen tegen werkloosheid, invaliditeit, enz. worden besproken. De oudordomspensiormoe- ring heeft trouwens daar te lande het ar- menzorgvraagstuk in de kern aangeraakt. In het ontwerp van minister Heemskerk is voorts de heilzame rol van de overheid als orgaan van armenzorg ter verwezenlij king van do moderne opvattingen, volgons het „H andelsblad miskent. En het blad gelooft daarom, dat de Minister niet zal kunnen raeenen een ontwerp van ingrij pende betcekonis te hebben gegeven. Onder het hoofd De mijlpaal schreef „Het Volk": Als het gaat zooals het vrijwel vaststaat dat Ih'ct gaan zal, dat n.l. de rechter zijde het e n q u t e-v o o r s t e 1 van Troelstra verwerpt, neerstemt, zon der één ernstige poging om het eenige punt, dat de massa interesseert, de schuld of de onschuld van dr. Kuyper, dan staat één ding vast, en dat is, dat er wel sprake kan zijn van een mijlpaal, doch niet van een eindpaal. Verwerpt de rechterzijde den eensn dag dc enquête en dr. Kuyper komt den daarop volgenden dag in de Kamer terug, wat is er dan te zijnen gunste veranderd sinds zijn „verdediging" in November? Niets, hoege naamd, maar te zijnen nadeele des te meer. Gebleken is dan, dat zijn verdedigingsrede van toen, die niet, zooals van zijn „Stand- aar d"-stukje van 28 Juni 1909 gezegd werd, inderhaast en enkel uit het geheu gen opgeteekend, was uitgesproken, wemel de van onjuistheden. Gebleken is dan, dat van een der aller voornaamste aanklachten, de juistheid is toegegeven (de voorbereiding der decoratie van E. A. Lehmann), nadat ze eerst was ontkend. Gebleken is dan, dat de beschuldigde, na lang aarzelen, een Eereraad heeft doen in stellen, toen het enquête-voorstel hem bo ven het hoofd hing. Gebleken is dan, dat de Regeering geen woord heeft kunnen spreken te zijner ont lasting. Gebleken is dan, dat van de goheele rech terzijde niemand één woord van geloof in werkelijke onschuld heeft geuit. Gebleken is dan, dat het enquête-voorstal verworpen is om redenen, buiten de zaak gelegen. En dan zal daar zijn, als een onverwoest baar document van schande voor do Re- gcering en do regeeringsmeerderheidde ge weldige rede .van Troelstra, geweldig der haar feitenmateriaal, door haar hoogheid van opvatting, door haar snijdende logica, verpletterend reeds door de teekening van de situatie der partijen, die met de antirevo lutionaire, de daad van lichtschuwheid ver richten, die men op het punt staat te be drijven. En hij zal daar vinden de openlijke ver achting van zijn tegenstanders en de stille minachting van zijn medestanders, die niet nalaten kan zich te toonon bij iedere gele genheid. TFie kan moe non, dat deze geschiedenis uit kan zijn bij dergelijke situatie? Dat deze stemming eer iets meer zal zijn dan oen mijlpaal Maar do Eereraad! Daarover zijn uit den mond van den heer Van Karncbeck ©enige mededeelingen go- komen. Zijn taak zal zijn: „Na onderzoek, een oordeel uit te spreken in zake de se dert Juli 1909 uitgesproken beschuldiging als zou dr. Kuyper als Minister van Bin- nenlandscho Zaken zich hebben schuldig ge maakt aan corruptie." Best. Maar wat volgt? De leden van den Eereraad hebben twoo voorwaarden gesteld: lo. „dat de Raad de volle vrijheid zou hebben om al die feiten te onderzoeken, waarvan hij dat noodig mocht achten; 2o. dat dr. Kuyper rich bereid zou verkla ren, om alle bescheiden, gegevens en in lichtingen to verstrekken, en, voor zoover hem mogelijk was, door andere personen tc doen verstrekken, die de Raad mocht verlangen." Geschiedt dit niet, dan zullen de leden van den Eereraad zich aan verdere deelne ming onttrekken. Dit lijkt aardig, maar wat is het op den keper beschouwd Dr. Kuyper heeft belang bij dc aanneming der taak door do aangczochtcn, zoolang de Eereraad dienst kan doen om de enquête af te wenden. Zoodra de enquête afgewend is, hoeft dr. Kuyper er belang bij, dat de Eereraad zijn werk staakt. En de voor waarde 2o. door de leden gesteld, geeft hem daartoe ten allen tijde de gelegenheid. Ze ker, bij hem, die dr. Kuyper beschouwt als een eerlijk en hoogstaand man, die zich zelf zuiver voelt, komt deze verdenking niet op, doch bij zoo iemand was het steil in der voorwaarden roeds overbodig. In 'fc stel len zit reeds oen maar al te gemotiveerd wantrouwen. En wie de gedragingen van dr. Kuyper in deze heeft gevolgd, zijn val- sehe voorstellingen on zijn draaierijen hoeft gadegeslagen, do middelen hoeft bekeken, die hij heeft aangewend, hem bovendien kent als absoluut onkieschkeurig in zijn strijd, zooals hij die steeds in „D o S t a n d a a r d" voerde, die kan dat wantrouwen onmoge lijk van zich af zotten. Do Eereraad, ook al is hij zoo schoon schijnend als uit de mededeelingen van den hoer Van Ivarnebeek lijkt, is oen doodgebo- ron ding. Een afgedwongen voorwendsel om do enquête te verhinderen. De rechterzijde zaljiot enquête-voorstel ver werpen, doch het oordeel der geschiedenis over die daad zal slechts één woord be vatten, één woord: schandeI Met het wetsontwerp, waarin de vrouw el ij ko ambtenaar bij huwelijk ontslagen wordt, toont het „F rieschDagblad" zich inge nomen. Al het kromme op eenmaal recht maken, gaat niet; maar met vasten tred op het goede doel aansturen, dkt is, wat we noodig hebben, en dat doet de Minister. Vrouwelijke rijksambtenaren en onderwij zeressen wil hij bij huwelijk ontslaan. Dc ongehuwd© vrouw kan voor vele betrek kingen bruikbaar rijn. Ook voor haar geldt, dat ze zes dagen arbeiden zal. En de om standigheden dwingen er maar al te vaak de ongehuwde vrouw toe, zal ze in eer en deugd door de wereld komen, in buiten huiselijken arbeid haar bestaan te vinden. De gehuwde vrouw staat anders. Zij heeft haar man ter verzorging. Die moet het brood verdienen. Kan hij dat niet, dan moet hij niet trou wen, of wachten met trouwen, maar dan moet hij niet zijn inkomsten vermeerderen door het traktement zijner vrouw-ambtena- resse. Het is al erg genoeg, als de vrouw in huis er wat b ij verdienen moet, of dat ze af en toe buitenshuis een dag uit. wer ken moet gaan, maar dat ze haar werk bui ten de deur heeft en thuis komt om te eten en ie slapen, dat is wel allerminst naar de teekening, die de Heilige Schrift op zoo menige plaats van de rechte huisvrouw geeft. Dat begreep de Minister. Hij snijdt den pas ineens al Bij huwelijk... ontslag. Dit is de regel. Die enkele uitzondoringen tellen tan, maar die we toch volgaarne on derschrijven en waarvoor we hopen, dat de beide Kamers der Staten-Gencraal van har te haar medewerking zullen verleenen. Het blad bespreekt dan do tegenwoordig nogal op den voorgrond tredende beweging voor gelijkheid van man en vrouw; een ge lijkheid, die nooit bestaanbaar is on in strijd is met de scheppingsordinantie. De Over heid, zoo zegt het blad, heeft niet te vra gen naar de luimen en grillen harer onder danen, doch naar de ordinantiën Gods. Die rijn duidelijk genoeg. Dc gehuwde vrouw krijgt haar plaats en arbeid in het gezin Niet daarbuiten ligt haar bezigheid. Zij moet dat gezin wöl ver zorgen als God haar den kinderzegen schenkt. In stilheid late zij zich leeren. De ,,kroon haars heeren" is zo, niet door des Zaterdags of aan het eind der maand haar salaris te beuron, maar door van den opgang der zon af, bezig te zijn in de verzorging van haar gezin. De mannen zullen in nijveren arbeid het noodige trachten te gewinnen. In stille, huiselijke bedrijvigheid zal do vrouw haar geluk vinden. Dat de Minister met ontslag niet wachten wil tot er kinderen komen, is zeer goed ge zien. Om al deze redenen juicht het blad het wetsontwerp toe. „D c Beukelaar" komt op tegen het ontslag, verleend aan de bekende E n k a als onderwijzeres aan een Christe lijke school. Het blad schrijft: Do Christelijke vrijheid is aangerand. Aan een onzer Christelijke scholen is een onder wijzeres, die publiekelijk uitmunt in kunde, ontslagen uithoofde van haar Christelijk politiok-sociale overtuiging. Onze Christe lijke onderwijzers en onderwijzeressen heb ben in het vervolg te weten, dat zij in poli tiek-sociale overtuiging niot te zeer van hun bestuurdcren hebben af te wijken; zoo ja, hun ontslagbrief ligt gereed. Er is een tijd geweest, dat van den libe ralen dwang met zoo groot-en geestelijken strijd, mot zoo vele geldelijke opofferingen het Christelijk onderwijs, de Chris telijke onderwijzers zioh vrij hebben weten te vechten. Vrijheid i3 do leuze ge weest, waaronder men optrok. En die vrij heid is thans vertrapt. De Christelijko on derwijzers bobben hun bestuurdcren op po- litiek-sociaal terrein te volgen; zoo niot, hun ontslagbrief ligt gereed. Na daarna aan de kaak gesteld te heb ben, dat allerlei andere zaken in den doof pot moesten, maar dat E n k a eerlijk was, heen had te gaan en dat de mede-Christenen haar het brood zouden ontnemen, besluit het blad: Het ontslag van E n k a is het begin. ■Straks wordt het lidmaatschap eencr poli tieke partij, die niet tot de coalitie behoort, voor een Christelijk onderwijzer ongeoor loofd geacht. De politiek-sóciale vrijheid is niet meer gewaarborgd. Zullen de mannen van het Christelijk on derwijs, zullen Nederlands Christenen deze aanranding der Christelijke vrijheid ge- doogen1 Het gaat hier mede om de eer van ons Christelijk onderwijs. Dc kinderj all rouw der Prinses. Wanneer straks het Koninklijk Gezin ge durende een week te Amsterdam zal toeven, eal ook natuurlijk een deel dor zorgen voor Prinses Juliana toevertrouwd worden aan haar kinderjuffrouw, mejuffrouw Lena Marting. Zij is een Amsterdamschc van geboorte en bracht haar geheele kindsheid daar ter stede door. Haar ouders behoorden tot de minder met aardsche goederen, bedeelden en woonden in een der straten van den J^r daan en zoowel haar vader als haar moeder werkten hard om in het onderhoud van h„*frf gezin te voorzien. Als kind bezocht zij een der lagere scho len der eerste klasse en was daar eon dei ijverigste leerlingen. Zij stond in lioog aan zien bij het hoofd der schooi. Toen reeds verklaarde Lena Marting zich geroepen to gevoelen om ziekenverpleegster te worden. Hetgeen rij op school verklaarde van plan te zijn heeft zij ook ten uitvoer gebracht. Zij kwam als leerlingverplcegster aan do Lulhersche Diaconesseninriohting aan do Koninginneweg te Amsterdam. Na daar eenjgen tijd werkzaam geweest te zijn, geraakte rij verloofd. Ze moest dientengevolge haar ontslag nemen in dit ziekenhuis en vertrok naar 's-Gravenhag om daar haar arbeid voort te zetten in het Haagsch Ziekenhuis. Haar verloving word echter weer afge broken on met hart- en ziel wijdde zij zich toen verder aan haar zieken. Zij werd daar door haar vlijt hoofdverpleegter en in deze kwaliteit kwam zij in aanraking met dr. Roessingh. Toen hem werd opgedragen, nu om te zien naar een verpleegster tovens kinderjuffrouw voor ons Prinsesje, noodigde de lijfarts van Hare Majesteit zuster Marting uit eens met hem te komen spreken. Zij was wel wat hui verig om aan dc uitnoodiging gevolg te go^ ven, maar ten slotte trok zij dc stoute schoenen aan om eens naar het Noordeinde te gaan om mot Hare Majesteit de Konin gin kennis te maken. Dit onderhoud heeft tot gevolg gehad dal' aan, zuster Marting een gedeelte van de zorgen werd opgedragen voor Prinses J u liana. En zoo zal gebeuren, dat zuster Marting tijdelijk in haar geboortestad zal wederkec- ren in een betrekking, waarvan zo niet ge droomd had, dat ze ooit bereikbaar voor haar was. Zij heeft dit zeker te danken aan haar voorbeeldige plichtsbetrachting: en haar ouders zijn trotsch op hun kind dat het reeds zoover heeft mogen brengen („N. v. N.") VIootmanoonvroM. Ook dit jaar /uilen door onze Marine vlootmanoeuvres gehouden worden, en ri in de tweede helft van September, aan vangende omstreeks den 19den van die maand tot begin October. De manoeuvres, die op dezelfde schaal zullen plaats hebben als in 1903 en van den selfden aard zullen zijn, worden gehouden in het zuiderfrontier, met Hellevoetsluis als punt van uitgang. Particnlicr© landerijen. De Minister van Koloniën heeft aan da Tweede Kamer, ter inzago voor de leden, doen toekomen het van de Commissie tot herziening en codificatie van* de voor de gouvemementslanden op Java en Madoera geldende voorschriften van agrarischen aan' afkomstige ontwerp van een Koninklijk besluit, houdende regelen nopens de ver eischten, waaraan de eigenaren van parti culiere landerijen in Nederlandsch-Indic zouden moeten voldoen, vergezeld van de bijbehoorende toelichting. Hamerverkiezing Helmond. De „Res.bodc" schrijft: In de 'vacatur t- Regout werden, na den bekenden professor dr. Pocls, reeds tal van namen genoemd voor het lidmaatschap der Tweede Kamer, 't Lijken echter proefballons, evenals hot bericht, thans in een der bladen tc lezen, dat er sprake „zou" zijn van een werkman- candidatuur voor deze Kaïner-vacature. „De Tijd" meldt, dat van invloedrijke zijde de oud-minister Nclissen voor de Candida- tuur zou worden aangezocht, doch voor een eventueel© candidatuur niet in aanmerking wejiseht te konien. - -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 9