Anekdoten*
Boede oplossingen ontvangen van:
Ingez. door W. de Jong, te Zoeterwoude.
Ook snugger.
Burgemeester tot een boer, die zwaar
gebukt gaat onder een gTOot dubbel raam:
„Maar Krelis, waar gaat dat heen met
die zware vracht?"
Boer Krelis: „Naar Laiden, Burgemeis
ter ik heb geliezen dat ze doar wel 25 gul
dens voor één, raam geven met de maske
radeoptocht, en nouw gaan ik mien raam
yerkoopen, begriep U wel."
Ingez. door Jacob Vallentgoed.
Uit de school.
Onderwijzer: „Wie kan mij zeggen wat 'n
camelia is?"
Soholier: „'n Vrouwelijke kameel mees
ter."
Moeder: „Jan waar krijg je die vijf cen
ten vandaan?"
Jan: „Die hebt u mij gegeven voor de
heidennen, u weet wel in de Zondagsschool-
bus."
Moeder: „Waarom hebt je ze er dan niet
ingedaan?"
Jan: „Mijnheer zei dat ik zelf een hei
den waa."
Ingez. door „Hemelroosje.'1
Te geleerd.
Vreemdeling: „Zeg jongetje, weet jé ook
.Waar hier de burgervader woont?"
Jongen: „Burgervader? dien ken ik niet,
maar Grootvader woont aan de markt.
Ingez. door Johanna v. d. Berg.
iUit de sobool
Onderwijzer: „Noem mij eens een vier
voeter?"
Leerling: „Een tafeL"-
Ingez. door „Aronskelk.**
Groote kersen,
Jan vond zijn neef, dien hij eens kwam
opzoeken, voor een schotel kersen zitten
met een bril op zijn neus.
Daar begreep onze Jan niets van, en .hij
vroeg dus neef Melchior, waarom hij dien
mallen bril ophad P"
„Ja," antwoordde Melchior, „ik had
Mietje uitgezonden om me groote Spaan-
sche kersen te halen. In plaats daarvan
brengt ze me die ongelukkige verschrom
pelde kleine dingen, die je hier voor .ne
ziet staan. Daar ik nu graag groote kersen
eet, zet ik, omdat ik zulke kleine voor me
heb, mijn vergrootbril op en nu lijken het
mij reuzenkersen."
Oplossingen der Raadsels.
L
LenaMinaJ anPiet.
n.
Sumatra.
IEL
Gans—HaasBever—Bot.
IV.
Haaksbergen.
V,
Julianabloem.
„Marietta"; „d.e twee kersen"Betsy
Christiaanse„Goudfazant"; Betsie van
Wijk"; „Dennebloempje" Hendrik van den
Heuvel; „Aronskelk"; Suze Uljee; „Wil-
helmina"; „Lekkerbekje"; „Meikers";
„Jan van Galen"; „Kruidje-roer-me-niet"
„Tromp"; Johannes Nieboer; „Juliana-
bloempje"„de duifjes"; „Juliana bloem";
Annie en Willem Hakkenberg; Martinus
Jansen; „Rtosa Fluweeltje"; Cato Vallent
goed; „Matroos"; Johanna Overduin;
„Asschepoetster; W. J. Bijleveld; Gerard
en Betsie Righart van Gelder; Pieter de
Goederen; Catharina Appels; Rosina en
Anton Speel; „Emma"; „het bloeiende
roosje"; „Hansje Rozengaarde"„Mei-
roosje"! Catharina Houpe; Nellie Brug-
mans; „Jeanne"; „de vroolijke Annie";
Wilhelmus Pranger; Pieter Spa; Abraham
van Rosmalen; „Pioenroos"; J. en S.
Voorbij; „Wilde Bob"; „de kleine officier";
Jan van Weizen; „de ferme jongen";
Margaretha Bomli; W. Lindeman; „Thee
roos"; C. E. de Vlieger; „Sneeuwwitje";
„de wilde zuring"; „de bloomfee"; „Lijs
tertje"; Jacobus en Pieter Vallentgoed;
Paulus Hakkenberg; Johanna Haaksma;
„Roodborstje"; Frans en Anna Kriek;
„Padvinder"; „de drie zusjes"; C. L. Jans
sen; „Waterlelie"; „klein naaistertje";
„Freesia"; Petrus de Haan; Jan Versluys;
„Dwergrooosje"„Sneeuwklokje"; Johan
Mooch; Hendrik de Jong; M. Kouwenberg;
Cato de WildeHerman en Hendrik van
Zanten; „de Zeeman"; „De Sportman";
Jan en Willem Stokhuyzen; „Winterko
ninkje"; „Rietvinkje"; Jaoobus Koet te
Leiden.
„Slagertje", te Bodegraven.
Jansje Cok, te Hazerswou d e.
Hermanus en Wilhelmina Galenkamp, te
Koudekerk.
Cornelia Horsman, te Leiderdor p.
Neeltje, Johanna en Jannie Timmers, te
Oegstgeeet.
Gijsje v. d. Mey, Jacoba Verbree, „Het
Tortelduifje" te Rijns burg.
Jannetje Zwaan, te Valkenburg.
„Candalaria", Cor Honig, te Voor-
8 o h o t e n.
Hendrik Binnendijk, te Wassenaar.
Margje van Donk, Aartje en Johanna
Parlevliet, C. J. en A. C. Karens, Corne
lia en Betje Hulsbos, te Zoeterwoude.
De prijzen vielen ten deel aan: Annie
en Willem Hakkenberg te Leiden en Betje
Hulsbos te Zoeterwoude.
Correspondentie.
;,T,heë roos". .Wel meisje, Welk" een
goeden verjaardag heb je gehad 1 Je ca-
deaux vind ik mooi jen practisch tevens.
Voor verdere toezending van raadsels houd
ik mij aanbevolen.
J. en S. Voor by. Ik' vind 't bést', als
jullie in 't vervolg met ons mee gaat doen
en reken op je trouwe medewerking.
;,Wi 1 de Bob." Met genoegen vernam
ik je ingenomenheid met het gewonnen
prijsje. Ik kan me voorstellen dat een
boek, dat over Napoleon handelt, bijzon
der in je smaak valt.
-„Pioenroos." Hoe kom je er bij, dat
ik in Amsterdam zoujfWonen? Wat de fees
ten aldaar aangaat, z$l je alle bijzonderhe
den in de courant kunnen lezen. Ik geloof
dat H. M. er den 26 Mei kOmt. Met je
bijdragen moet je geluld hebben, doch
kunt in afwachting van de plaatsing
steeds nieuwe raadsels en anecdoten inzen
den.
„Jeannë." Neen meisje, op Groot-Ha-
zenbroek ben ik nimmer geweest, doch heb'
wel eens moer gehoord, dat het er heel
mooi moet wezen.
„Meiroosje." Ja beste kind, ik ben
over je werk zeer tevreden, want het ziet
er, inderdaad keurig netjes uit. Voor de toe
zending van raadsels en anecdoten houd
ik mij gaarne aanbevolen.
„Hansje Rozengaarde." Dat je
den naam aardig genoeg vondt om hem
als schuilnaam te benutten, begrijp ik,
maar wat zou je er van denken als je alleen
den voornaam gebruikte?.
„Emma". Ja meisje, met de maskera
de-feesten zal het wel mooi weer zijn, want
die vallen in het hartje van den zomer. Ik:
herinner me nog, dat het yijf jaar geleden'
prachtig zomerweer was,
„Het bloeiende Roosje." Nëen
beste kind, ik neem je vragen volstrekt
niet kwalijk, want daarvoor is onze ru
briek „correspondentie"; doch over raad
sels en anecdoten kan ik nu eenmaal niet
correspondeeren, je moet dus afwachten;
of ze hl of niet geplaatst worden, doch
moogt intusschen steeds piëuwe bijdragen
inzenden.
;,M ati*oos." Nu vriendje, ik" geloof,- j
'dat we over het weer nu niets meer te kla-
gen hebben. Met de Pinksterdagen was het;
althans bijzonder mooi en dat voor begip'
•Mei. i j
T.A'sschepoester." Wel meisje', heb"
je je plan ten uitvoer gebracht en met dej
Pinksterdagen een mooi uitstapje per fiets
gemaakt?. Waar ben je naar tpe geweest
Johannes Nifeboer. Natuurlijk mag.
je opnieuw met ons mee doen, als je nt*!
meer tijd hebt dan vroeger,
„Meikers" en „Kruidje-roer-më-
n i e t." Als je met mooi weer een beetje in;
de buitenlucht moogt, is het wel prettig!
voor je, dat jullie dicht bij een plantsoeni
woont, want dan behoef je je niet te ver-.j
moeien. Met de mooie zomersche dagen;
die we r eeds hadden, heb je zeker yplopj
geprofiteerd, is 't niet?.
Johanna Parlevliet, fe Zoeten
wou de. Ik kan me best begrijpen, dat jaj
met het gewonnen boek bijzonder in .je,
schik bent, want de „Zilveren Schaatsen" is,
inderdaad heel lief geschreven en valt nog
altijd zeer, in den smaak. Ik hoop dat het,
buitenkansje je zal aanmoedigen steedsj
ijverig aan ops blaadje te blijven medpwerv
hen, li.'
;,C an dalaria", te Voorschoten.-
Ik ben waarlijk nieuwsgierig om eens td
zien hoe je eigen tuintje er uitziet en kom
je in de zomeryacantie stellig een bezoelq
brengen; dat is juist een aardig fietstochtje^
B e f j H u 1 s b o s. Je teleurstelling kan
ik me wel begrijpen meisjelief; maar kan
er heusch niets aan doen. Het is nu ëen-j
maal met mogelijk alles te plaatsen wat de'
kinderen mij toezenden,
;,Winterk'onink je." Ik* vind 'f best,!
dat je even als je vriendinnetje Tetje'
Hibma aan ons blaadje wilt meedoen en-
heb ook tegen je schuilnaam geen be-!
zwaar, kleintje. Je moet er echter steeds aan!
denken, je briefjes met je waren- èn jej
schuilnaam te onderteekepen.
;,De drife Zusjes." Jullie bijdragen,
kon ik onmogelijk plaatsen, kinderen, doch
daardoor moet je je niet laten ontmoedigen
maar opnieuw je krachten beproeven. „De
aanhouder wint," leert' ons het spreek-'
woord,
Johanna Haaksma, heët ik Harte,
lijk welkom in onzen kring en hoop haat
spoedig nader |e leer-en kennen.
•„V i o o 11 j e." 'Arm kind, waf heb jij
treurige Pinksterdagen gehad I Gelukkig!
voor je, dat je moedertje nu alweer wat op-!
knapt en hare ongesteldheid dus niet van
emstigën aard is. Een verblijf aan zeë zal;
je lieve patiënte zeker ten goede komep,!
en te Katwijk is het bovendien heerlijk
rustig. Vriendelijke groetjes aan je; rpoe^
dertje en voor jezelf, f
-v MAEIE KAN AMSTELl