Brieven van een Leidenaar. Gemengd Nieuws. 'dit verschil zal wel nooit door de tegenstan ders worden erkend, al zou uit een even,- tueele enquête of uit de beoordeeling der hu ingestelde commissie blijken, dal hier yan schuld in de gewone beteekenis van het Woord geen sprake kan rijn.", Het „U treohtsoh" Dagblad" oordeelt, dat de reden voor een parlemen taire enqnête is vervallen, n,u de commissie Van onderzoek werd ingesteld en deze, naar algemeen gevoelen, door de voortreffelijke samenstelling alle waarborgen brengt van 'een zakelijk, breed en strikt onpartijdig onderzoek. Thans het enquête-voor stel nog te willen handhaven, zou meer gelijken op ïleehth aber ei, dan op het zoeker, naar recht. Over de feiten kan de uitspraak met vertrouwen te gemoet gezien worden. Het groote veld der gissingen late men <d&n maar aan de spraakmakende gemeente en aan de sociaal-democratie. DE HELLEVAART VAN JOAN FAUSTUS D00B Jacob van Bljndorp. In de gisteravond gehouden maandclijk- fjche vergadering van de Maatschappij der iNederlandsche Letterkunde, hield dr. E. y. Kossmann, lector aan de Universiteit )be Leiden, een voordracht over „de Hel levaart van doctor Joan Faustus door Jacob van Rijndorp." Dit tooncelspel, hoewel in 1731 te Am3 sterdam verschenen, behoort, volgens spr.T meer in Leiden of Den Haag thuis, daar het is uitgegeven door het gezelschap der v.Leidsche en Haagsche Schouwburgen", feet werd ter perse bezorgd door den (Haagschen tooneelspeler Jan van Hoven, klie in zijn poëtische opdracht vertelt dat het grootendeels is gedicht door Van [Rijndorp. Dit tooneelspel nu blijkt buitengewoon [belangrijk te zijn voor onze kennis van fret volksschouwspel van de Faust, dat, fooals bekend is, vooral in Duitschland, gedurende meer dan twee eeuwen tot de taeest beminde en meest gespeelde stuk ken behoorde. Uit het cririsch onderzoek van veel dat ipp dit gebied in de laatste zestig jaren pntdekt en gepubliceerd is, bleek dat het ptuk zijn uitgangspunt had in het En- gclsch stuk van Christopher Marlowe, dat jomstr. 1596 gedicht, spoedig door Engel- fcche tooneelspelers in Duitschland bijna leven bekend werd als 't kort te voren ver schenen volksboek van Faust. In het stuk van Van Rijndorp, goed zeventig jaar ouder dan de oudste Duitsche tekst, «rinden wij, afgezien van eenige toevoe gingen van den Nederlandschen berijmer, het volksschouwspel van Faust precies zoo terug als w\i reden hadden het uit de schrale gegevens te peconstrueeren enj men vindt er zelfs nog resten in van het stuk van Marlowe, waarvan in geen Duit- Schen tekst Inoch eenige vroegere aanhaling een spoor meer over is. Dit merkwaardig feit gaf spr. aanleiding een nieuwe uitgave van Van Rijndorps' tooneelspel voor te bereiden, die eerlang met een inleiding over het stuk en den tdichter zal verschijnen. Het gelukte spr. yooral uit de opgaven van Rijndorps' jon geren vriend Jan van Hoven in diens ledige Uren" (1720) en uit eenige ar chiefstukken een eenigszins duidelijk beeld yan Jacob van Rijndorp samen te stellen, waaruit blijkt, dat zelfs de weinige feiten, (die men tot nog toe over hem mieende te weten, fout zijn. Rijndorp werd niet te Amsterdam ge= boren en is geen lid van „Nil Valentibus 'Arduum" geweest. Hij is geboren te 's-Gra- Jrenhage, 8 Maart 1662, is daar overleden pn begraven op 5 December 1720. Voor zooverre spr. dit heeft kunnen op- Hclven gaf hij een overzicht van Van R.'s Je ven. Omstreeks 1696 begint de dubbele werkzaamheid van R. als Meester der [Haagsche en Leidsche Schouwburgen, Waaraan hij zich tot aan zijn dood wijdde. Spr. schetste vervolgens de tooneelisten Jran R.'s troep, hun reizen, hun repertoire, (de rollen welke de directeur speelde, de ruim twintig tooneel stukken, die van hem, in druk zjjn verschenen, zoomede de uit gaven van andere tooneelstukken, die Rjjn- idorp alleen of met anderen heeft uitge geven onder de zinspreuk „Nulla Qui es" pn ,,Amoris Arte Laboramus". Eindelijk behandelde hij de polemiek tus- fcehen Nulla Quies onder v. Rijndorp en ;Nil Valentibus Arduum onder Vincent en sloot met een 'blik te werpen op de verdere geschiedenis van de familie Van R. en (over de spelers der Leidsche en Haag sche Schouwburgen, die [nog in 1740 te [Hamburg optraden en daar met trots zich yoorstelden als de oude troep van Jacob Van Rijndorp. Dat deze belangwekkende studie met groote aandacht werd gevolgd, laat zich (denken en de Voorzitter was de tolk van lalle leden 'toen hij den spreker warme (hulde bracht voor zijn doorwerkte en van (ernstig onderzoek getuigende studie. ccc. Daar net ik mij aan het opstellen van mijn 30Qsten Brief I Een herinneringsdag, een jubileum, een mijlpaal op den weg, van eon krantenschrijvend Leidenaar, al zoo ie 't noemen wilt. En ik zou geen menach zijn als het onopgemerkt door mij werd voorbij gegaan, Toen voor ruim zee jaar mijn eer ste Leidsche Brief in het „Leidsch Dag blad" verscheen, waarin de belofte gedaan werd, dat ik geregeld, zoo mogelijk elke week, terug hoopte te komen, klopte een goed vrien1 die ook al eens met zoo'n bijltje had gehakt, mij op den schouder met de waarschuwing, dat ik het niet zou volhouden. Leiden was er de stad niet naar, om uit zijn wel en wee, uit hetgeen èr gedaan en nagelaten werd, elke week een paar kolommen kopy te slaan. Met het (optimisme van iemand^ die meent een goede alc voor te hebben, had ik goeden moed. Ik had mijn stad lief, ik stelde le vendig belang in alles wat er in haar leeft en <wngaat? ik sou mijn oor te luisteren leg gen en mijn oogen open houden voor alles wat haar belangen bevorderen of schaden kon en ik hoopte op de belangstelling en medewerking van mijn lezers. Aan dit laat ste heeft het mij gelukkig zelden ontbro ken en mede daardoor ook nooit aan etof. Wanneer ik een enkele week heb overge slagen, dan geschiedde dat uit een andere overweging dan dat ik geen stof kon vin den. Niet zelden had ik te kiezen uit meer dan één actueel onderwerp. En in de ruim zes jaren, dat ik over Leidsche aangele genheden de pen voer, is me duidelijk ge bleken, dat het publiek leven onzer ge meente steeds intenzer is geworden en de deelneming er aan grooter, waarmede de uitbreiding der taak van het stadsbestuur vrijwel gelijken tred heeft gehouden. En dit zal nog niet ophouden. Vooral in de komende rijden zullen er belangrijke on derwerpen te bespreken over rijn, waar zich aan alle kanten nieuw leven open baart, nieuw werk in zicht is. Over allerlei onderwerpen heb ik ge schreven. Geprezen heb ik, maar ook ge laakt, opbouwend te werk gegaan, doch ook heb ik niet geaarzeld als het mij noo- dig voorkwam af te breken. Lof werd mij soms toegezwaaid, maar ik ben ook estre- den en ik mag het nu wel eens verklappen,, een enkele maal heb ik zelfs van booger hand wel eens een standje gehad. Eenmaal ben ik zelfs als een zondaar in de kamer van Burgemeester en Wethouders geroepen. Doch wat mij, ook bij tegenstand, altijd het hoofd fier deed ophouden, was de in nige overtuiging dat ik bij mijn schrijven immers op het oog had het alg m°en te- lang te dienen. De Oud-Hollandselie zin spreuk: „doe wel en zie niet om," heb ik tot richtsnoer genomen en ik hoop dit te blijven doen nu ik den weg van de 400 opga. Ik blijf daarbij hopen op de medewer king van de lezers van het „Leidsch Dag blad" en ik heb op die medewerking goed vertrouwen. Gaf een belangsi.ellende vraag van eenige abonné's mij nog de vorige week geen stof tot een voor onze gemeente belangrijke beschouwing? En ook nu weer wordt het onderwerp door een lezer mij als het ware aan de hand geclaaj. Een geachte ingezetene schrijft mij: „Ik las hedenavond in het „Leidsch Dagblad" een kort verslag van de Kamer van koophandel waarin o.a. ook het een en ander voorkomt over de veemarkt en ook iets over de Kaasmarkt, die ik niet eens wist dat die bestond. Het een en ander deed bij mij het verlangen opkomen om iets meer te weten van het Leidsche Markt wezen, misschien veTkeeren meerdere le zers van het Dagblad in hetzelfde gevaL Zoudt u hun daarvan op de hoogte kunnen brengen? Ik zou gaarne willen weten bijv.: Sinds wanneer wordt de veemarkt gebon den op de tegenwoordige Beestenmarkt? Welke rijn de ontvangsten van de ver schillende markten, zooals die bekend zijn volgons de laatste gegevens? HetzeLfde van de uitgaven. Uit die gegevens kan men de conclusies trekken, welke voord eel en die markten aan de gemeente bezorgen. Een bepaald marktplein, zooals de mees te andere steden, bezit Leiden niet. Zou het gewensoht zijn daarin tegemoet te ko men? Er zou misschien aanleiding rijn te wijzen op de slechte ligging van de Beestenmarkt aan den ingang van de stad, waardoor iede re vreemdeling op marktdag verplicht ie over de vuile Beestenmarkt te gaan, een verplaatsing van dio markt zoude zeer ge- wenscht zijn." Inderdaad stof te over niet voor één, maar voor een reeks van brieven. Wanneer ik dan wensch te voldoen aan het verzoek van den geachten inzender, zal ik beginnen met iets mede te deelen van de geschiede nis van het Leidsche Marktwezen. Volgens oude keuren mocht in de Mid deleeuwen niemand binnen de stad Leiden nering doen, dan dio, welke geboren of aangeboren poorter was, maar op bepaalde marktdagen mochten ook de buitenlieden hun waren vrijelijk in de stad venten. Voor iedere markt waren zekere dagen echter vastgesteld, behalve voor visch en turf, welke de gansche week door verkocht moch ten worden. De voornaamste marktdag voor de buitenlui was van oudsher, evenals nu nog, de Zaterdag, op welken dag het ieder vrij stond rijn waren in de stad te brengen en te verkoopen, doch niet dan na het luiden der marktklok, wat om tien uren geschiedde, om den aanvang van de markt te verkondigen. De oudste keuren melden, dat men alle Zaterdagen of andere marktdagen twee maal de koopklok zou luiden. Na de e r- st© koopklok mocht men alle goederen, die ingevoerd werden, verkoopen, uitgezon derd koren, dat men niet eerder mocht verhandelen voor de tweede marktklok ge luid had, op verbeurte van drie ponden. Een keur van 1466 wijst als plaats dier markt aan de Sint-Cornelisbrugge, thans de Korenbeur&brug geheet-en, „op welke al le soorten van gezakte granen, als tarwe, rogge, garat, haver, erwten, boonen, of an dere zaden, hoe die genoemd zijn, voor staan en geveild moeten worden." De tonneboter werd in een bijzonder ge bouw, de Waag of Boterhuis, verkocht, dat al vroeg stond geplaatst, waar de Oude- en de Nieuwe Rijn met de Mare rich verecnigen. Dit gebouw van bout ge timmerd, kwam in verval en in 1657 beslo ten de Hecren Regeerders der Stad tot den bouw van een nieuwe Waag naar een plan van den bouwmeester Pieter Post en den 5déh November van hetzelfde jaar werd de eerste steen van het gebouw, dat, wij nog als onze Waag kennen, gelegd. De eigenlijke Botermarkt, de plaats waar de stukken of gekopte boter werden ver kocht, was evenals de Kaas- en Eieren- markt tusschen de Boter- of Mosterdsteeg en Karnemelkabfug. De oude keuren brachten mede, dat wie „puistige" of „biestigo" boter ter markt brachten, een stroowisoh op het hoofd moesten heb ben, later moest d :ze op de boter ge plaatst worden. De beestenmarkt werd ook oudtijds, evenals thans des Vrijdags gehouden. Voor de vergrooting der stad in 1611 was deze gevestigd achter Marendorp (Haarlem merstraat) aan de Noordzijde van de ach tergracht, waar het Monster Schagen had gestaan, bij de Baaibal; de vette bees'eu stonden te koop langs Marendorp van de Blauwe tot de oude Zijlpoort toe; de kal veren en schapen werden aan de Mare- brug geplaatst. Bij ordonnantie van 13 October 1016 werden echter al de markten tot één ge bracht; de groote beestenmarkt tusschen de oude en nieuwe Rijnsbu-gs-he poort en op den grond van het klooster Lopsen en daar deze kloostergoederen aan het Sint-Catharina-gasthuis waren ge komen, werden de regenten van dat Gods huis meesters van de beestenmarkt. Op verbeurte van drie ponden mocht nergens elders een, koebeest worden verkocht of ge veild en voor een os, koe, hokkeling of vaars werd een stuiver en acht penningen, voor een kalf een halve stuiver en voor een schaap zes penningen aan marktgeld gevraagd. De heeren van het Godshuis moesten, daarvoor voor het re inhouden der markt zorgen. De vtarkonsmarkt bestond reeds vroeg en werd verscheidene reizen verlegd. In een keur van 1453 werd bepaald, dat de markt van de vette varkens voortaan zoude leggen op de Hoogewoerdsbrugge, aan beide de zijden van de wangen of vleu gels van de brugge en nergens anders." Maar eenige jaren later werd zij ver plaatst op het zand tusschen het Noord einde en den Doelen, welke straat nu nog den naam van Oude Varkenmarkt draagt. Hier is ze echter ook niet gebleven. Toen de groote Beestenmarkt klaar was, werd ze daar eenigen rijd heen gebracht, waar de magere varkens bleven, toen de vette varkens moesten, verhuizen naar het einde Mejuffrouw Harris, een slangedaine van wonderbare lenigheid en bevalligheid, die met haar voorstellingen in het Passage-theater te Berlijn groot opzien wekte. Beriohten over Rijnland'» boezem, gedurende de week ven 16—22 Jan. 1910. Stand den boezem te Leiden. Idem te Oudewetering Werking der stoom gemsden Waterloozing langs natuurlijk. weg. Waterinlating Regenval in Mm. 16 Jan. 17 Jan. 18 Jan. 19 Jan. 20 Jan. 21 Jan. 22 Jan. 60 69 61 57 57 68 60 em.—A.P. 55 57 57 55 53 56 59 em.—JLP. Spaarndam 145 u., Halfweg 168 u., Gouda 89*° u., Katwijk o. Spaarndam ru, Halfweg tu, Gouda ik» Katwjjk o. Door de «luis te Goad* m. 15 der Bloemmarkt bij de Bostelbrug. (Zeker om in de Waag te worden gewogen.) De levende vogels: hoenders, eenden, duiven, vinken en andere soorten, werden des Zaterdags aan de Zuidzijde van den Rijn bij de Vrouwenbrug te koop geveild, maar de doode vogels, konijnen en andere dieren, die eerst in de huisjes naast de trap pen van het Raadhuis te koop stonden, werden later verkocht op de Breestraat bij den Blauwensteen binnen zeker perk met witte keisteenen kenbaar gemaakt. In een keur van 1453 vindt men bepaald dat niemand met versohe of gesouten vogels mag Btaan dan aan de Breedestraat aan 't einde der banken en kramen van de vleeschhouwers, die toen ook op straat hun vleesohwaren aanboden. De groentenroarkt werd het eerst gehou den aan de Noordzijde van den Nieuwen Rijn ten Oosten der KorenJbrug, maar sinds het vergrooten der stad na 1611 werden de buitenlieden verplaatst naar den Ouden Sin gel van de Marebrug Oostwaarts aan. Dit duurde tot in 't jaar 1734, toen de warmoeriera der stad bij request van de heeren Regeerders verkregen, dat zij daar met hun vruchten staan mochten en de bui tenlieden tusschen de nieuwe Voldersgracht en de Pelikaan steeg verplaatst werden. De Vischmarkt, gesplitst in riviervisch, aal- en paling- en zee-visoh-markt, strekte zich van oudsher uit van de Vlsohbrug tot aan het St.-Catharina Gasthuis. De Zee- visch-markt, in den aanvang klein, breidde zich allengs uit en in 1575 achtte „Burge- meesteren en Regeerders der Stadt" het niet „ongevoeglijk" dat achter het Raad huis als in 't midden van de Stad een ruime marktplaats behoorde te zijn en ver zochten en verkregen van de Staten van Holland vrijheid om eenige aldaar staande huizen af te breken, tegen vergoeding waar zij de markt openstelden. Door den bloei dezer markt werden „heeren Regeerders genoopt om dezelve met bekwame banken en stallen mitsgaders lommerachtige plan- tagie, te vercieren, opdat die aangename spijs niet door dé zonnestralen gekrenkt mogt worden." Al dit werk was echter niet voldoende, aangezien men bemerkte, dat het water, des zomers vooral, niet zuiver genoeg voor het gebruik der gekorven visch waa, het geen eindelijk het bestuur der Stad in 1690 deed goed vinden, alles gereed te ma ken om het water van Den Burg door loo den buizen door middel van een paarden- mol on naar de Visohmarkt tj leiden, on der het water van den Rijn door, waarvoor naast den beetaanden put op Den Burg nog' een tweede werd gegraven en de Fontein op de Vischmarkt werd gemaakt, die nog de stad tot sieraad strekt. Ter gedachtenis van dit kunstwerk maakte de stempelsnij der Jan Smelthing een penning, dien hij den R geerdere der stad aanbood. Verder zou ik nog kunnen spreken van de Appelen- en Perenmarkt, de Boom en markt, de Turfmarkt, de Houtmarkt, de kloerenmarkt, ook wel spottende de luizen- markt geheeten, en meer andere markten, die vroeger weiden gehouden en in den loop der tijden verplaatst werden, doch waar de meeste van deze markten thans, niest meer bestaan of niet oooveel meer beteekenen, zal ik met het oog op de plaatsruimte er over zwijgen. Verschillen de stratennamen herinneren trouwens nog aan haar vroeger bestaan. Een volgenden keer nu hoop ik het te genwoordig marktwezen, dat zich langza merhand uit het oude heeft ontwikkeld te behandelen en weer op actueel terrein te komen. Flnancieele mededeelingen. Volgens het Weekblad van de Oom- mlfl8iebank te Amsterdam, zijn In de week, geëindigd 1 Febr., door tussohen- koinat dier Bank verhandeld de navol- gaode incourante en minder courante Fondsen Aand. Surinaamscho Bank 125 pCt. n Algomeene Hypotheekbank (20 pOt. gestort) .120 Qayamsche Cultaur-Maatschappij 112 Landbouw-Maatsch, „Soekokanto-Adjong" 100 l Laudbouw-MaatschappU .Tjlsauraun" 80 Bllllton-Maaiach. Tweede Rub nek P 1600 6 "pOt. Oblig. Handolsvorecnlging .Onderling Belang'* .90 Aand. Holland-China Handelscompagnie 90 Maatsch. tot expl. van gronden en grondrechten in Zuid-Afrika. 20% m Nederlandscho Veem .80 Gow. aand. Deli-BrouworiJ 22% 5 pOt. Obllg. Maatsch. tot exploitatie dor O G. BommonhOllePsche Koolz. en Zuur- Btofworkon. .79 6 pOL Oblig. Phoenix Lumber Company 90 Aand. Konlnkiyke Noderlandsche GrofamoderU 91 Koninklijke Tabak- en Sigarenfabriek vh. G. Ribbius Polotior Jr. 128 4% pOt. Obllg. Amscerdamsche Boek- en Steendrukkerij vh. Ellorman Harms A Co. 90 Aand. Kloine Courant (het Nieuws v.d.Dag) 900 4% pCt. Obllg. .Electra" Maatschappij voor electrische stations 92)4 Aand, .Electra" Maatschappij voor electrische stations 60—81 KonlnkL Maatsch. .de Schelde" 8cheeps- bouw en Werktoigenlabriek. 119 Rotterdamsche Droogdok-Maatschappij 108 m Stoom boo treederiJ .Baltic" 40 Stoom vaart-Maatsch. .Amstel" 123/., _n tl Nederlandsch Wostfaalsche Spoorweg- Maat9chapptJ .802 4)4 pCt. Oblig. Babat—Djorbang Stoomtram- Maatschappij S7 Cert» v. aand, Haagsche Tramwog-Maatsch. 822 6 pCt. Obllg. Madoera Stoom tram-Maatsch. 94 Aand. Nedorlandscho Bouw-Maatach. F 209.50—211 m Derde Nedorlandache Hoi verzekering- Maatschappij 100 B Tweodo Semariuigache Zee- en Brand- assurantio-MaAtsch. (10 pCt. gestort) 90 Tweede Nederlandscho Herverzokering- 9 Maatschappij (10 pOt. gestort) 100 8A, pCt. Oblig. Gemeente Broda. 96% 21/» PC*- Oblig. Maatsch voor den werkenden stand (afd. Kosthuizen) 86 4 pCt Pandbr. Hollandsch Gelders cho Hypotheokbaok. W% 4 pOt. Pandbr. Vaderlandsche Hypotheekbank 9S3/, 4 pCt. Pandbr. Zeeuwsche Hypotheekbank 9Q1/, Opr. aand. Holland La Plata Hypotheekbank F125 Opr. aand. Javascho Boschexploitatlo-Maatsch. F140 Opr. aand. Javasche Cultuur-Maatschappij F 810 Winstaand. Cultuur-Maats ch. „Kaliwoengoo Plantaran" .F 235 Winstaand. Koninklijke Paketvaart-Maatsch. F 625 Opr. aand. Oost Java 8toomtram-Maatsch. F 202 Opr. aand. 8ingkep Tin-Maatschappij F 40—42 Claims Nederlandsch Amerikaansche Hypo theekbank te Uithuizen F 66—66# In de gummi- en asbestf*» briek van Phal te Dusseldorf, had Woena* dag een ontploffing plaate, waardoor drie arbeiders zwaar en een arbeidster licht ge wond werden. Tengevolge van de ontploffing onstood er een, hevige brand, die de brandweer eerst na vier uren zwaren arbeid meeeter kon worden. Te Kassei heeft een handels reiziger, die geen kans zag om een speel schuld van 150 mk. te betalen, zich dood geschoten. De vrouw van een werkmap te Aschaffenburg, die twee dagen van te voren uit een kliniek voor zie1-zieken ont slagen was, heeft haar kleeren, met petro leum overgoten, zichzelf in brand ges^okvn en is, een brandende fakkel gel'jk, de straat opgeloopen. Kort daaraa be zweek zij. TeBerlijnheeftmen gisteren in het kanaal van Rixdorf een toog^bon- den pak op het ije gevonden, dat een linker dijbeen van een mensch bevatte. De moordcommisflie, die er dadelijk bij ge roepen werd, maakte uit, dat het van een vrouw afkomstig was, vermoedelijk van het in December vermoorde meisje Anna Ara- holz. Aan haar lijk ontbreken nu nog net hoofd, het linkeronderbeen en het heel© rechter been. Inhetdorp BoljeaandeHon* gaarsch-Roemeensche grens had een bende Zigeuners dezer dagen een apotheek leeg geplunderd Den volgenden dag werden alle doktere uit den omtrek van hun kamp ont boden, waar 16 personen, jong en oud, op bet uiterste lagen, terwijl bijna al de an deren over allerlei narigheid klaagden- Dei dokters ontdekten dadelijk, dat de beurfce zich met de geroofde geneesmiddelen vei- geven had. Zij hadden sublimaatpastixlo»*,- rattenkruid en cyan-kalium bij wijzo lekkernijen gebruikt. De mijnramp te Primera De buitenlandeche bladen bevatten niet ved. nadere bijzonderheden over de vermeldt mijnramp bij Primero, in den staat Colo rado. Wel ctaat vast, dat men hier te heeft met een ramp van droevigen omvang, Reeds zijn 94 lijken bovengebracht. Er hebben zich bij het boven brengen re* de lijken de gewone akelige toone^Ie»» in gespeeld. Negenhonderd mijnwerken; gtoo- den Dinsdag bij de schacht, vrogenrie oLJ naar beneden te mogen gaan ea hij MS redden te mogen helpen. Vrouwen en deren klampten de redders aan en ten hun, dat zij hun mannen en vzdeca rug zouden brengen. Sommige vrcuv Sn moesten met geweld weggevoerd word-ei** daar zij mee naar beneden wilden. Telitmu wanneer er lijken boven kwamen, begotn?^ de vrouwen te schreien en te bidden., wear de overblijfselen waren zoo verkoold verminkt, dat zij niet te herkennen Er is van de 149 bedolven mijnwerkers slechts één man gered. Hij werd van ondstf een hoop aarde, balken en puin te voor schijn gehaald. De redders verkl&sraflcV dat het uiterst onwaarschijnlijk was dat neg andere levenden zich in d© mijn konden be vinden. De meeste slachtoffers waren immigrant ten uit het zuidoosten van Europa: Hofcf- gareai, Slaven enz. In dezelfde mijn waneQ op 23 Januari 1907 bij een gelijksoortig oa^gpt- luk 24 man om het loven gekomen. Behalve het mijnongeluk to Prim or er, fü Colorado, zijn er nog op ander© plaat£Sr£ in de Vereenigde Staten ernstige mijxiraiü» pen gebeurd, te Drakesborough, in Roe" tuoky, en te Bartonville, in Illinois. Een telegram heeft reeds gemald, cWü het aantal dooden ten gevolge van de cïiti ploffing te Drakesborough 35 bedraagt e£ dat er bovendien nog een aantal rwtfiz ge-1 wonden rijn. Niet velen kunnen er dan. cS*» gedeerd af zijn gekomen, want volgens cei.1', bericht van Dinsdag waren er toen al 2C' lijken boven gebracht en nog 20 rasn iu' de mijn opgesloten. Over het ongeluk te Bartonville 'v er roq geen ander bericht dan dat de mijv- in H-raïd staat en dat men vreest, dat de mamieri onder den grond van de buitenwereld af gesneden rijn. Zooals gisteren de telegrammen meld den, is er bij al deze rampen in de Ver eenigde Staten nu weer een gekomen kï Mexico. Uit Oran wordt gemeld, dat te Nemours (in Algerië) in den nacht van Maandag op Dinsdag een sterke aardbeving gevoeld is. De bevolking werd door schrik bevangen, maar er is niets ernstigs gebeurd Dominee Wright Gibson de predikant van de Presbyteriaansdift kerk te Mo Kee'e Rocks1 in Pennsylvania, heeft aan al de verloofde paren in rijn p*- roohie laten, weten, dat hij zal weigeren het huwelijk van lieden in te zegenen, die hem niet kunnen bewijzen, dat zij ten min ste 5000 gulden 'a jaars inkomen heboen. Bij de tegenwoordige duurte, zegt hij, ia dit. inkomen noodig. Armoede leidt tot echt scheiding en de predikant wil die niet be vorderen. Te Palowitz bij Jamnits ie de Russische boerenknecht Michael Malek in hechtenis genomen, onder verdenking, dat hij den aohtvoudigen moord op het gerifl van Wasilieska te Boguslawioe, in Poscc*,- bedreven heeft. Te Bondy heeft zich een af schuwelijk drama atfgespeelcL Een werk man, het hoofd van een gezin waar voort* durend twist en tweedracht heerschte, heeft gisteren, bij een ruzie met rijn kinderen, zijn geweer afgeschoten op rijn zoon van twintig jaren en op zijn dochter van zeven tien. Hij heeft beiden levensgevaarlijk ge wond. Zijn schoonzoon, die tusschenbeide wilde komen kreeg een schot in den arm. De huisvader heeft zich toen in rijn kamer tje opgesloten en zich daar opgehangen. Ook had hij zich nog een geweerschot onder een der oor en toegebracht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 6