N°. 15295
§eze fëourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste Blad.
WENSCHEN EN WETEN.
Uit de „Staatscourant".
Faillissementen.
FEUILLETON.
Zaterdag 1 «Januari.
A°. 19TÖ.
LEIISCH
DAG-BLAB
PRIJS DER ADVERTENTIENj
Van 16 regels A 1.06. Iedere regel meer f 0.174. Grootere letters naar
plaatsruimte. - Kleine sdrertentiên ran 30 woorden 40 Oents contantelk
tiental woorden meer 10 Oents.- Voor het inoaaseeren wordt/"0.05 berekend.
FKIJS DEÏR COURAMT:
Voor Leiden per week 9 Oents i per 3 maanden f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd sijn 1.30.
Franco per post 1.66.
Kea woord op <lon Nieuwjaarsmorgen.
De deur ia achter ons toegegaan en zij
.wordt nooit weer geopend. Wat daarachter
ODrS ligt> wij mogen er met feeetgeruisch
uitgeleid zijn, het met weemoedetranen heb-
'ben herdacht, het onder gebeden hebben
verlaten, om het even, het behoort tot
het verleden. Wij kunnen er met een glim-
laoh op het gelaat, met heimwee in hot
hart, of met wroeging in de ziel aan terug
denken, de herinnering er van moge ons
doen lachen of sohreien, als werkelijkheid
zullen we het nimmer meer aanschouwen.
Doch van stilstaan, van rusten is voor
ons geen sprake.
Pas over den drempel van het oude, eq
het nieuwe vangt weer aan Of we lust er
toe hebben of niet, we moeten weer
vooruit.
En we komen tot elkaar op den eersten
morgen, en we drukken elkander de hand,
met d^n heiigroet: „Alles goeds in dit
jaar!" Dat is goed; waarom zouden we
elkaar wederkeerig niet adles goeds toewen-
schcn. Daar is al te veel jaloozie en naijver
geweest om, niet te spreken van nijd en
haat-, in het oude, zoodat we waarlijk nu
.wel eens met milder stemming elkander
mogen naderen.
Doch ernstigen menschen en wie is nog
zoo nabij de grens van het oude en nieuwe,
niet ernstig? treedt hier de oude Predi
ker tegen met de vraag: wio weet wat
goed is voorden mensoh in dit
le vent
En het antwoord moet luiden: Niemand.
Wij achten iets goed, reeds omdat wij
het wenschen, maar hoe vaak .bedriegen
wij ons I
Wij verlangen zoo lioht als zeer begeer
lijk, wat later een bron van tranen zal
worden, of schuwen als een kwaad wat in
het vervolg een heerlijk heil kan doen ont
staan.
Zóó waa hot door alle tijden heen en zóó
is hot nog.
Deze dacht: „rijkdom goed", maar
het geld werd hem een strik, waarin zijn
del werd gevangen. Eng ene lachtte:
„vermaak is goed 1" maar toen de begeerte
verzadigd was cn do wereld kwam met haar
loon van wroeging en zelfverwijt, erkende
hij, „de nasmaaü der zoete vru t b bitter
heid". En die hoopte: „Eer is goed"
maar toen de eerekrans oen doornenkroon
werd, wenschte hij de stille dagen zijner
vergetelheid terug. En een ander dacht:
„lang leven is goed", maar toen zijne
illusion vervlogen en zijn vrienden hern
ontvielen, toen hijgde hij de avondrust
tegen.
En aan den anderen kant was er menig
een, wicn duisternis omringde wien een
lijdenslasfc- drukte wien tranen werden
afgeperst en die toch later moest erken
nen: ,,Ik zou ni t wenschen één uur korter
in de school der beproeving te hebben ver
toefd."
Zeker, veel kan ons in dit pas begonnen
jaar wc den gegeven en ontnomen maar
of het ons tot heil en zegen, tot pijn en
smart, of tot schade en schande zal zijn,
hangt voor een groot deel van ons inner
lijk zei ven, niet van de uiterlijke omstan
digheden af. O, wij zullen geen zorg of
droeL.eid roepen om te vernachten in ons
huis en hart. Voordurend zouden wij de fon
der vreugde aan den hemel willen zien staan
maar inmiddels zouden do halmen op onzen
akker, ^oor geen vrind geschud/ en door
geen regei.vlaag gedrenkt, verstikken door
het stof van uen weg cn verschroeien door
het branden van de zon.
En als dan hedenmorgen de Prediker
tot ons komt met zijn sceptis'1 „Wie weet
wat goed is voor den mensoh in dit leven?"
en wij denken aan het uiterlijk, dan ant
woorden wij: „niemand 1" Maar dringen we
door tot ons innerlijk leven, dan antwoorden
wij: „Predik r, dat weten wij!"
Als wij maar weiden rijker in liefde,
reiner van hart, nauwgezetter in roeping
en plicht en vromer van gemoed, dan wat
er ook mot ons en om ons moge gebeu
ren dan zullen wij een goed en een geze
gend jaar hebben. En al mogen wij het
wellicht ook niet ten einde brengen, als
maar elke volgende dag beW is dan do
voorgaande, dan zal de laatste dag de beBte
vftn alle zijn.
Lezers, laten wij met dese gedachten
het nieuwe jaar ingaan, er aa i vasthouden
zooveel wij kuDnen, en als wij al struike
len on zelfs vallen, weer trachten op te
staan in het vertrouwen, dat wij boven dit
raadselachtige cn vergankelijke leven uit
een hoogere roeping hebben to vervullen,
leidende tot een hoogere bestemming.
Leiden, I Januari.
H. M. de Koningin-Moeder en Z. K. II.
de Frins woonden gisteravond in de Grooto
Kerk in Den Haag de Oudojaarsavondgods-
dicnstocfening bij onder gehoor van ds. J.
H. G erretsen.
H. M. de Koningin heeft den conciergo
van het Huis ten Bosch A. J. C. Harcksen,
bij gelegenheid van zij a 20-jarig dienstjubi-
leum begiftigd met het eerekruis der Huis
orde van Oranjo.
*H. M. de Koningin en Z. K. H. do
Prins ontvangen hedenmiddag omstreeks
één uur in een audiëntie ten Koninklijken
Faleizo do nicuwjaarsgelukwenschen van de
dames en heeren van liet civiel© en mili
taire Huis, van de ministers, hoofden der
departementen van algemeen bestuur, van
den directeur van het Kabinet dor Koningin
van de voorzitters vaji de Eerste en Tweed©
Kamer der Staten-Gcncraal en van den vice-
president van den Raad van State.
PI. M. de Koningin zal Maandagnamiddag
ontvangen de staatsambtenaren, leden van
openbare ©ollegiën, militair© officieren en
particulieren, dames en heeren, die ver
zocht hebben aan H. M. hun opwachting te
mogen maken.
Z. K. H. de Prins gaat reeds Zondag
ochtend, 2 Januari, op reis naar Meinin-
gen.
Het gala-bal ten Hove ter gelegenheid
van het Nieuwjaarsfeest, zal Dinsdagavond
a.8, te negen uren aanvangen.
Z. K. H. Frins Hendrik zal er niet bij
tegenwoordig «jn wegens zijn aanwezigheid
bij de huwelijksplechtigheid te Meiningen.
Heden bestaat de firma Lips in.
Dordrecht, de bekende brandkastenfabrick,
40 jaren.
Bij die gelegenheid heeft de firma een
prachtig album uitgegeven met tal van illus-
fratiën voorzien, waarin in eenvoudige woor
den wordt verhaald hoe de thans nog aan
het hoofd staande heer J. Lips Bzn. i3 be
gonnen met een paar knechts in een kleine
smederij, terwijl de fabriek nu na 40 jaron
tusschen do 300 en 4Q0 man aan het werk
hooft! Vele arbeiders zijn er die do pl-
gcheolo ontwikkeling modemaakton, zoodat
cr verscheidene zijn die meer dam 25 jaren
dienst hebbes.
Dat do firma een goeden naam hooft is
overbekend.
Dure proefnemingen worden dan ook nooit
nagelaten om hot fabricaat te maken tot
het beslo wat geleverd kon worden.
En thans, steunend op do verkregen erva
ring, opgedaan in een jarenlang druk ver
keer met haar talrijke klanten vau da moeat
uilcenloopcndo nationaliteiten, mag do firma
Lips mot vollo gerustheid bcwerea, dat haar
bedryf op zoo groot© loost geschoeid oa zóó
13 ingericht, dat aan dc hoogste eischen
kan worden voldaan.
Eon mooi sucoea voor den heer Lips en
oen gelukwcnsch dat hij dit resultaat be
leven magl
Dr. J. Zaayer Azn heeft gisteren af
scheid genomen als hoof lredactcv.r van de
„Nieuwe Rotfcerd. Courant".
Aangenomen is het beroep naar de
Ned.-Herv. Gem. t© Arnhem (vac.-da. Roo-
zemeyer) door ds. J. Buenk, L Maassluis.
De gowone audiëntie van den Minister
van Landbouw, Nijverheid en Handel op
Woensdag 5 Januari en die van den Mi
nister van Oorlog op Donderdag 6 Januari
zullen niet plaats hebben.
VOORSCHOTEN. Dr. J. Moll van
Gharante heeft zijn benoeming tot bc
stuurslid der ,,KoT\ingin-WilhclminarVcr-
eeniging" aangenomen.
Bij Kon. besluit is L. Rijnevcld, ontvan-
gor der gemeonte Willigc-Longcrak, benoemd
tot "ridder ia de ordo van Ornnjc-Nassau;
is, met ingang van 16 Januari 1910, be
noemd tot burgemeester der gemeente P ur
inerend F. O. A. H. L. Cavaljó, met toe
kenning van gelijktijdig eervol ontslag al3
burgemeester der gemeeutc AVicringcn;
is O. Boon Jbzn. benoemd tot burge
meester der gemeente Bovenkarspel
is, piet ingang van 1 Januari 1910, be
noemd tot secretaris van hot collega vnn
curatoren der Technische Uoogeschool te
Delft J. F. de Vogel, civiel-iageniour te
's-Gravonhago, commies bij hot departement
van Waterstaat;
is voor het tijdvak van 1 Januari tot on
met 31 Augustus benoemd tot leer aar aan
do R. H. B.-S. te Groningen J. H. Schuit,
aldaar;
ia met ingang van 1 April 1910 aan
den commies bij het departomont van Oor
log, B. W. Hamaun, op zijn verzoek, met.
het oog op zijn looftijd, een oervol ont
slag verleend uit zijn voormelde betrekking;
zijn, met ingang van 1 Januari 1910, be
noemd tot tweede-assistent bij do directie
van de Rijkspostspaarbank W. H. J. Pol-
mau cn C. W. Kooh, thans tijdelijk amb
tenaar bij bedoelde instelling;
is, met ingang van 1 Januari 1910, aan
den directeur van het spoorwegpostkantoor
No. 2 te Rotterdam P. AV. Papegaay, op
zijn verzoek, ala zoodanig oervol ontslag
verleend;
is, met ingang van X Januari 1910, her
benoemd tot voorzitter der plaatselijk.» com-
missio voor do Ongevallenverzekering te
Venray, ingesteld bij K. B. van 26 Novem
ber 1902, „Stbl." No. 202, H. O. H. Eeser
te Venray;
is bepaald, dat do majoor dor artillerie
van Hot leger in Ncd.-Indië L. Tielenius
Kruythoff van en met 1 Januari 1910 voor
den duur van de hem op te dragen dienst
verrichtingen in het belang der kolouiën, bij
het Indische leger wordt gevoerd als „ge
detacheerd in Nederland" en al9 zoodanig
wordt geplaatst hij het dopoitemont van
Koloniën
i9 W. J. G. de Baas, met ingang van
1 Januari 1910, voor den tijd van éón jaar
tijdelijk werkzaam gestold bij het aan het
departement van Kolouiën verbonden Tech
nisch Bureau
js lo. voor het tijdvak van 1 Januari tot
on mot 31 Dcoembor 1910 benoemd tot leeraar
aan do R. II. B.-S. te Stecnwijk J. Blocker,
ambtenaar ter gemeente-secretarie aldaar; on
2o. aan J. Bleckor voornoomd machtiging
verleend om tegelijk met zijn betrekking
van Je^raar aan dc 11. H. B-S. to SWn-
wijk t© bckleeden die van ambtenaar ter
gemeente-eocretarie aldaar.
Met ingang van 1 Januari zijn benoemd
tot schrijver ia algomeenen dienst bij do
RijksverzekeringsbankJ. II. Adriaui, J.
G. Breider, J. W. Brinkgrove. P. J. van
den Burg, A. R. van Dantzig, AV. Falter,
G. II. 1 ofman, AV. M. Liscaljet, G. J. van
der Mee, L. AV. H. Kriens, mejuffrouw M.
D. Roetcrink en B. Way, allen thans tijde
lijk nis zoodanig werkraam.
De wniMlelingen vnn Hare Nnjesteit
«le Koningin.
Reeds den eersten dag van Har er
Majcsteit's terugkeer in do Resi
dentie, bereikt© „De N. Ort." een ern-
Btige klacht, dat het laslige en onbeschei
den volgen van Hare Majesteit bij haar
wandelingen door het publiek dat zich op
straat bevindt, zioh opnieuw voordoet. Het
geen daarover in dit voorjaar in de pers
werd gezegd, heeft dus blijkbuar niet ge
holpen; het onhebbelijke naJoopen en op
dringen geschiedde wederom bij de wande
lingen door Hare Majesteit AVoensdag en
Donderdag in do hofstad gemaakt.
Men kon toen zelfs opmerken, dat
H. M. bij terugkeer naar het Paleis een
anders niet gebruikelijken weg volgde,
namelijk door do Koninklijke stallen.
Nogmaals wordt daarom mot den meen
ten nadruk onder het oog van het publiek
gebracht, dat een dergelijko houding van
do wandelaars het Hare Majesteit op don
duur onmogelijk zou maken zich in de stra
ten der Residentie te bewegen.
Dat dit zegt „Do N. Ort." in hoog©
mate te betreuren zou zijn en dat do Resi-
dentio zich over zulk een besluit van onzo
Koningin zou hebben te schamen, behoeft
geen betoog. Moge dnavoru het Haagscho
publiek van eiken stand, dnt zich over doü
blijden terugkeer van het Koninklijke gezin'
zoo oprecht verheugt, er voortaan toe mede
werken, dat onze Koningin in onze straten
dezelfde vrijheid van beweging geniet als..,
ieder onzer.
SPORT.
Sportagenda.
2 Januari.
Voetbal.
Ncderlandsche Aroetbal-Bond. t
.Westelijke E:. - Klasse.
BredaVelocitasAjax.
Reserve Tweede Klasse B. A
Amsterdam: Blauw-Wit IIAjax II.
Leidsclie Voetbal-Bond.
Eerste Klasse.
Leiden: Ajax III—dc Sportman II.
Tweede Klasse.
Leiden: de Sportman IIID. O. S. L. Hl
Volks wedstry den.
Afdceling A. (Op L. V. V.-tcrrein).
Tweede Ronde.
D. 10'V-ll1/. uur: Winner (Excelsior—f
Leidsch Hercules II)*i
Winner (Volharding—i
Kampong),
1 iiui'. Winner (de Mee invert
Voorwaarts)
Sparta (Alfcn),
Eindstrijd.
F, 2 3 uur: Winner D. Winner Ei
Aftleeling B. (Op D. O. S. L.-terrein).
(Tweede Ronde.
D. 117127i uur. Winner (Hollandia—
A. D. O.) L. V. V. C<
E 123Y l3/« uur. Winner (Klein maafl
Dapper). Winnefl'
(Sparta (Leiden)Vclo*
Eindstrijd.
F. 27j 37uur. Winner D. Winner EY
Voetbal.
Dc wedstrijd Ajax IVL. V. V. II gaal
hedenmiddag niet door.
Moj. A. de AVit Beukers, te Leiden.
A. Allemans, kantoorbediende, Rotter
dam.
J. O. Born, zonder beroep, Utrecht.
H. A. Knanpen, bicrbottelaar, Den Haag.
J. Vcttewinkel, Den Ilaag.
E. E. Greefkcs, ondernemer van eon ad«
vertenticbureau, Amsterdam.
J. L. Rozijn, korondragor, Amsterdam.
A. P. J. van Teeseling, brillantanijdc«v
Amsterdam.
De aangenomen naam.
23)
Zonder aarzelen, zonder zich te beden
ken, deed zij wat hij vroeg. En toen, op
eens, voordat hijzelf wist wat hij deed,
voor zij wist wat zij toeliet, had hij een
kus op haar voorhoofd gedrukt. Toen wier
pen zij snel een bl.k voor en achter zich,
op den weg. Eeret nu bedachten zij, dat
vreemde oogen hen hadden kunnen bespie
den. Maar niemand zag hom
En zonder elkaar bij de hand te houden,
zelf zonder elkaar aan te raken, liepen
zij samen door, tot waar het voetpad op
den straatweg uitkwam. En weer spraken
zij niet Maar als zij later aan dit oogen-
blik terugdachten, verwonderden zij er zich
dikwijls over, dat zij in zulk een korte'
spanne tijds zooveel hadden kunnen den
ken en voelen, en ook dat zij elkaar zoo
goed hadden kunnen begrijpen zonder zich
door woorden verstaanbaar te maken. Toen
zij eindelijk den straatweg hadden bereikt,
zei Athlyne op een toon, die, vreemd ge
noeg, heel gewoon klonk:
„Jo, heb je lust een auto-tochtje met mij
te maken? Mijn auto staat hier niet ver
vandaan en we zouden met elkander alleen
zijn. Ik heb je zooveel to zeggen, zooveel
te vertellen, en het zal me gemakkelijker
vallen dit te doen. terwijl we zoo pijlsnel
langs den weg voortstuiven. Ik verlang er
naar dat gevoel te hebben van te vliegeu.
De aarde ia n u te prozaïsch voor met"
Jo zag hem aan en een licht rood kleurde
haar wangen. En haar stem klonk onvast,
toen zij antwoordde:
„Ik wil met jo meogaan waarheen je
wilt, naar het eind van de wereld...
overal.."
„AAril je met me meegaan naar de auto
mobiel, of zal ik je aan het hotel komen
halen?" AVeer deed hij zijn best op gewonen
toon te spreken.
„Ik moet naar het hotel terug om te
zien of er een telegram van papa is en ook
om tc zeggem, dat ik een auto-tocht ga
maken. Ik zal mijn kamenier zeggen, dat
ik bijtijds terug zal zyn. Mama en papa en
tante Judith zullen zoowat om vijf uren
aankomen, als we ten minste geen tegen
bericht krijgen. Kom met uw automobiel
op de plek waar wij elkaar ontmoetten. Ga
riet met mij mee. 't Is zoo heerlijk ons ge
heim voor ons te houden."
Hij nam den "hoed af, toen groetten zij
elkaar met een innigen blik en ging elk
zijn weegs.
In het hotel rond zij een telegram van
haar vader, waarin hij haar meldde, dat
hij niet vóór zeven uren terug kon zijn. Dit
was voor haar een goede tijding, want de
auto-tocht, waarop zij zich zoo verheugde,
zou nu twee uren langer kunnen duren.
Zij zei tot haar kamenier, dat zij eerst laat
op den middag zou thuiskomen, omdat zij
met een kennis uitging per auto, en Eugé-
nio zou den middag kunnen doorbrengen
zooals zij zelf verkoos. Toen de kamenier
haar vroeg wat voer plannen zij voor de
lunch bad, antwoordde zij.
„Ik kom niet thuis lunchen. Als we hon
ger krijgen, zullen we onderweg wel hier
of daar wat gebruiken."
„AVelken kant gaat u uit, juffrouw? Het
zou kunnen, dat men er naar vroeg."
„Ik weet het werkelijk zelf niet, Euge
nie. Het plan is zoo gauw opgekomen. Ik
heb alleen gezegd, dat ik meeging; meer
niot. Ik denk wel langs de meren. Daar
zijn de mooiste plekjes."
„En hebt u geen plaids noodig, juffrouw?
U moet toch iets warms meenemen, als u
met de automobiel uitgaat? Dio japon,
die u daar aan hebt, is immers veel te
dun."
„Weineen," zei Jo, „zij is warm genoeg.
We gaan denkeLjt niet zoo heel ver. Als ik
een sjaal of iets dergelijks noodig heb, zal
ik wel in de gelegenheid zijn er een te lee-
nen." En wog was zij.
Middelerwijl was Athlyne naar zijn auto
mobiel gegaan en had zijn chauffeur ia9t
gegeven in een logement to Ambleside te
blijven. Als hij hem dien dag nog noodig
zou hebben, zou hij hem wel telcgraphee-
ren. Toen vergewist© hij zich, dat het
mandje, met de lunch, die hij te Bowness
had gekocht, op zijn plaats was. ATervolgens
reed hij naar het afgesproken punt en
wachtte daar met ongeduld Jo's komst af.
Eindelijk zag hij haar. Zoodra zij hem
in het oog kreeg, begon zij harder te loo-
pen. Dien morgen had hij zijn motorpak
aangetrokken, want hij wist, dat hij eeo
flinkeu tooht zou maken, en toen hij Jo
in het oog kreeg en zag, dat zij nog het
zelfde luchtigo witte kleedje van dien mor
gen aan had, legde hij een plaid en eenige
sjaals klaar, die hij had meegenomen. Jo
merkte het niet dadelijk op; zij had slechts
oogen voor hem. Hij ging haar te gemoet
en, na een snellen blik opi zich heen te
hebben geworpen, sloeg hij de aVmen om
haar heen en kuste haar en zij liet hom
begaan, alsof het de natuurlijkste zaak ter
wereld was.
Toen begon zij de automobiel te bewon
deren, gedeeltelijk om hem genoegen to
doen on gedeeltelijk omdat het werkelijk
een prachtige auto was. Hij liet haar eenige
sjaals zien en vroeg: „Welke wil jo in ge
bruik nemen?"
„Moet ik er oen in gebruik nemen? Ik
heb het warm genoeg zonder sjaal."
„O ja, nu. Maar wanneer onze vriend
hier hij legde bijna teeder zijn hand op
de automobiel op dreef komt, dan zul jo
eens zien wat een versohil in temperatuur
het is of we vijftig of honderd kilomotA- ai-
lcggen."
„Nu dan zal ik deze maar nemen," zei
zij, instappende. „Moet ik alleen binnen in
zitten?" vroeg zij, toen zij zag, dat hij haar
niet volgde.
„Ik kan niet naast je komen zitten" zei
hij. „Ik moet zelf sturen.... tenzij je wilt,
dat ik den chauffeur ga halen."
„O neen, alsjeblieft nietl Maar dan torn
ik toch naast je zitten," fluisterde zij cn
voegde de daad bij het woord. Ook hij nam
pliais. Beiden waren in een soort- extase.
Er was zulk een volkomenheid ia hun ge
luk, dat zij alle andere gedaohten en wen
schen vergaten. Zij verlangden niet, dat er
nog iets zou veranderen in iet heelal; zij
verlangden niet, dat tijd, die er tus-
schen dit oogenbbk ea dat, waarop zij voor
goed roet elkaar vereenigd zouden wer
den, reeds voorbij was. Dat dies zou later
wel komen. Nu waren zo te gelukkig, om
nog iete te hopen, te wenschen of te ver
langen.
Athlyne, die vooruit bedacht had, wclkö
route hij zou volgen, reed eerst den straat
weg af en toon in de richting van Amble
side. Hij vond het het verstandigst om niet»
met grootc snelheid te rijden. Dan zouden
zij minder de aandacht trekken. Ilij had Jo
een motorvoile gegeven, maar zij had deza
nog niet voorgedaan. Zoo lang zij nog zoo
kalm reden, was zulk een beschutting over
bodig. En het denkbeeld dio voile om ta
doen, ten einde minder gauw herkend to
worden, was nog niet in Jo opgekomen-
Toen zij het postkantoor voorbij gingen,
kwam 01* plotseling een gedaohte in hem op
en hij bracht de aut© tot staan. Jo werd
één oogenblik een beetje ongerust en zij zag
hem vragend aan.
„Het is maar een brief, dien ik graas
zou verzenden!" zei hij uitstappende en uit
zijn zak 'n brief halende, dien hij "i do lma
deed. Jo had dadelijk weer allerlei verraoc-
dons over dien brief. Zou het dezelfde zijn,
dien zij hem den vorigen dag had laten le
zen cn toen weer in zijn zak doen? Maar die»
gedaohte kwam niet dan heel vluchtig in
haar op. Zij had wel andere dingen om aan
te denken dan aan de cOrréspon-tmtio van
andere mensohon.
Juist to^fi hij de brievenbus den rug toe-
drpiidfe, kwam Eugénip, de kamenier, die»
van haar vrijheid profiteerde, voorbij. Zif
bleef staan, om dien knappen chauffeur to
bewovlcrcn.
'Wordt v 1 olgd.)