VOOR DEJEUGD Oplossingen der Raadsels. Boede oplossingen ontvangen van: Correajondentie. W- MARIE y_AN. AMSTEÜ No. 15288, Woensdag* 22 December. Anno 1909. nalgnl i»ii iiiüiiiiitiiiiüii iml 1 iiüi 1 ii»i 1 - EIDSCH DAGBIAD •4 iv. -V-^r ik*5$k?MlJ!yLJRIJïM?5lJDS?AjfiÜL5 i 'i-ïï*. t «A.* »A? Versieringen voor den Kerstboom. EEN KERSTVIERING. Een olifant als tooneelspeler. Voor jaren geloden maakte een olifant grooten opgang op het tooaeel. Het stuk, waarin hij optrad, was getiteld: „De oli fant en do Page". De zwaarste en mooiste toeren van hot dier» waron ten eerste de be vrijding van zijn meester uit den toren (waarbij hij hem eon vijl toereikt en den slap end on wachter op zeer liatigo wijze den aleutel ontsteelt Ve-der waron de dans van bet logge dier op do bruiloft zijn gevocht met de slang en zijn neorvallen onder het geweervuur der vervolgers, vooral bewon derenswaardig. Hot schoonste en aandoen lijks te toonoel wae ongetwijfeld dat van hot lantste bedrijf, waarin rijn meestere.* jammerend haar klein kind zoekt dat zij in hot boech verloren heeft Dan verschijnt op den achtergrond de trouwe dikhuid. Met zijn snuit draagt hij not meisje, dat om de moeder roept Een f>oek houdt den olifant tegen on dan rukt hij oen boom uit den grond, legt hem als oen brug over bot water, stapt over dit smalle pad heen en •legt hot meisje in de armen der moedor. Eon Langdurigo toejuiching beloonde dit meesterstuk. Het reusachtige dier trad eenige ach reden vooruit en keek het publiok met zijn scherpe oogen aan. Het scheen heel goed te begrijpen, dat de stormachtige bij val der menigte hem gold. Zijn apel was dan ook voortreffelijk; steods verscheen hij te reohter tijd op hot toonoel en kwam en ging alleen, zonder geleider, slechts op zijn goed geheugen af gaand a Oornelu. XI. Spijl—prija—grijs—«js—ijn. HL JiUiat. XV. Beolamc. V. Alkmaar. „De Kapitein", ^UobU'Son Cruaoc „Ruitcvrouw", Chr. Sjardijn, „Benny", Wilhelm Johannes Bijlevela, F. en A. Wempe, Lecnderfc Links, „Emma", „Edel weiss", Christiaan de Graaf, Trijntje Ze«l- ■tra, „Silvia", Francina Tendcloo, Johan nes Tendoloo* „Tweelingen", Jacoba Planjer, „Jeanne d'Aro", „Napoleon", E H. Schipper, Sijsje", „Majoor", „Kolo nel", „Aronskelk", Arica Ëradeo, „De ferme Jongens", „Dessendiaan", C. L. Janssen, N. Eradea, „Juffertje in 't Groen", Catha rine Jelgerama, „De drie Gelrvjedoie" Geertr. Bestelink, J. Bestelink, Arina Vlaardingerbroek, Hendrik de Nie, Mina van der Weijden, Barend do Wit, „Erika" O. de Wilde, „Bertha", „Clivia", Oorne! s Bloot, Jaoob Beuk, Karei ILalbmeyor, Cato Vallentgoed, „liosa Fluweeltje", „Thee roos". GolicLa do Koning, J. M. de Koning, Hendrik Kruk, „Boachanemoon, Chrifltiaan Paauw, „Doornroosje", Elisabeth L. Chri*3- tiaanse, Margarotha van Meijgaar en, Jacoba Eggink, Pietcr en Richard de Geus, Jan J. Yersluys, Jan cn Willem Stokhuy zen, „Boaachen Jongen", „Twee G broo ders", J. Mol, „Tuinman" Margaietha Bomli, H. M. on P. J. Swaak, Abraham van Rosmalen, J. Bedier, H van Heusdon, C. van Iterson, „'t Slagertje", Wilhclmina bfuWer, „Mignon", J. Buurman, „Astro noom", „Vergeet-roij-niet", Fred.rik Kar- reman, Greta Wijting, „Piet Hein", „Twee Kersen", P. Maasaar, Cato Ha?sribaoh, Leo van den Berg, Hendrik Molenaar, Lena v. d. Heijden, Martina en Geert uida Yerstraaten, Hendrika den Hertog, Doro thea M azure), H. M. v. d. Boe. A. v. d. Bos. J. v. d. Boe, Oato, Truue en Agnes Jansen, Lientje en Izafck Sier», „Anjelier", „Roodborstje,„Witte Lelie", M. N. van Egmond, „Twee Ritmeesters", Schelpje", Made en Jo van Hooidonk. Jo en Frederik Maggo, „Twee Onderofficieren", A:&'hu Goossens, „Juliana", Johannes Bon, Piet Fuchs, „Twee Ganzenbloemen", Chris tina Work, W. L. Versohragen, Gerard van den Brock, H. den Hertog, Truida den Hortog, Marietje Jonkheid, „Zephc-rine". Margarotha cn Iza&k de Graaf, Suze Uljee, „De Twee Jongsteu", „Frederik de Groote", „Konijntje" „M.ikors", „Kruidje-roor-mo-niet", Pieter en Cat'.ia- riiia Schaft, Antoon, Gerard en. Betsie Righart van Gelder, Anna Jansen, Neeltje en Maria Kuivcnhoven, „Goud fazant", „Jan Steen", allen te Leiden. Jacob J. Wezolenburg, te H a s e r *- w o u d e. Johanna Boenaard, to Katwijka. d. R ij a Hendrik cm Cornelia van B eel en, te K a t. w ij k-a a n-Z o e. Jaoob Stark, O. Horsman, Aleid Koning, allen te Leiderdorp. „Generaal Joubcrt", Louise Theodora Rijsdam, Jannie Timroers, Johanna en Neeltje Timmers, „Twee Dapperen", Betsy van der Meer, Johan en Filip van dor Meer, allen te Oogstgeest. „Twee Vriendinnetjes", Jeroentje van Delft, Johanna O. van Egmond, allen te R ij n s b u r g. Aaltje van Dijk, Hendrik van Alphen, bei den teValk^nbuTg. Josia Kwak, Ali Koning, beiden te Voor- e o h o t e n. „Theeroos", Mecheltjo de u^iig, beiden te Wassenaar. Tootje Baas, te Oudewetering. Aartje en Johanna Parlevliet, ^'argje van Donk, Maria Hulsboe, Wim en Frederik de Jong, allen teZoeterwoude. De prijzen vielen ten deel aan: „Sijsje", te Leiden, en Jaoob J. Wezolenburg, te Ha- zerswoude. J»n SXoen." In dank oufving ik je bijdragen en hoop er binnenkort een goed gebruik van te kunnen maken. „Robinson Crusoé." Ik hoop, daf je veel pleizier zult hebben en je uitstapje door mooi winterweer begunstigd zal wor den. Als je het jammer vindt, in geen twee weken aan ons blaadje tc kunnen meedoen, vraag je Moe dan of sü je het Kinderblad per post wil toezenden. Het ia een kleine moeite en de frankeerkosten bodragen slechts één cent, A. F. van D r e u m e 1. In dank ontving ik jc bijdragen, met de plaatsing moet je natuurlijk geduid hebben. Jansje Smink te Benthuizen. Zoo meisje, ben je met het ruwe weer niet naar school geweest Mogen jullie daarvoor verzuimen, of woon je misschien wat erg ver van school? Ik vind 't best, dat je in 't vervolg onder je waren naam aan ons blaadje meedoet. Margaretha Bomli. Ja meisje, de prijswinners, die binnen de gemeente wo nen, kunnen hun prijsjes aan ons bureau komen afhalen, den anderen wordt het per post toegezonden. Chr. S j ardijn. Dat je een schuilnaam neemt, vind ik best, doch het moet pen eenvoudige zijn. „Adjudant" Mijn adjudant heet ik van harte welkom, en hoop, dat hij zich goed van zijn taak zal. kwijten. Trijntje Zeilstra. Van harte wel kom in onzen kring, klein raadselvricndin- netje. Ik vind *t heel prettig, dat je met ons mee wilt doen. Je naam komt me zeer bekend voor; als ik me niet vergis heb ik vroeger al eens een vriendje p£ vriendinnetje van dien naam gehad. Eduarden AnnaTaverne. Ja kin- Üercn, er kan wei oens gen &buis in gen raadsel sluipen, doch meestal, doet het aan de oplossing weinig of niets af. „Kruid je-roer-m c-niet." Ja meisje, voor jou is het nu ccn slechte tijd, je moet je echter maar flink houden en geduld oefe-. ncn tot de lieve lente weer in 't land komt, dan zal je wel weer aansterken, want de' voorjaarslucht is opwekkend, en verster-.' kend. „Majoor." Jc medewerking zal mij go noegen doen vriendje maar denk er aan, dat je wat meej moet doen als enkel raad sels oplossen. „Aronskelk." Als je 'door ?e veel huiswerk verhinderd waart de oplossingen in te zenden, peern ik je je verzuim niet kwalijk, want de taak voor school behoort nu eenmaal vóór te gaan. Nu je echter Kcrstvacantie hebt, kan je wocr wat jneer doen, i „E m m a." Als ik je raadsels nie? plaats, is dat natuurlijk een bewijs, dat ze niet ge schikt zijn, anders zou ik het gaarne doen, want het is mij volmaakt hetzelfde van wie ik iets opneem. ,,Deserfeur." Ja vriend, ik herinner mij je waren naam nog zeer goed en juist daarom heb ik je schuilnaam een weinig veranderd zooals je ziet, of schaam je jc om, „deserteur" te zijn?, 't Is iets. heel leehjk^ voor, een soldaat. „Jufferfjein 't Groen." Je ansicht1; kan je gerust bij je briefje insluiten mcis-l je, dat doen andere kinderen ook. In elk geval is mijn adres uitsluitend aan het bu-.: reau van onze courant. Anna' VlaardingeTfcroeï Zoetermeer. Zeker meisje, je moogt, me gerust anekdoten toezenden, hoe meer hoe liever, doch denk er aan, dat ze op een apart stukje papier geschreven moeten wor-, den en het papier slechts aan éénc zijde bgi schrijven. „Erika." Je hebt groot gelijk als je het postpapier in het vervolg iinieert, want' daardoor aal het werk er veel netter uitzien.! Ik kan evenmin op ongelinieerd papier schrijven, Jannie Timmers fe Oegsfgeesf Wat scheelde er aan meisje-lief? Ik hoop, dat je ongesteldheid niet van ernstigen aard, was en je spoedig zult opknappen. Cornells Boot. Dat je met ons mee-, doet, vind ik best en natuurlijk gun ik je- ook wel een prijsje, maar je moet er nu| niet op rekenen, dat dat maar zoo dado- lijk gaat, CafoVallentgoed. Wel neen meis-j je, bet hindert niet, als je van school bent; kan je evenwel nog aan de raadsels mee doen. Wat prettig voor je, dat de koperen bruiloft in de Kerstvacantie valt. Je hebt dan al den tijd om feest te vieren. Ik vind 't Kerstfeest heel gezellig, doch daar wij altijd St.-Nicolaas vieren, hebben we in den regel geen kerstboom, nu willen we dit jaar! echter eens een uitzondering maken, om] mijn klein meisje pleizier te doen. i „Theeroos." Neen er komt geen ver-< warring, als een meisje te Wassenaar den-' zelfden schuilnaam beeft als jij, want danl vermeld ik er de woonplaats bij. I i „M i g n o n." Als er de vorige week geen babbeltje voor je in de courant stond, had je briefje er mij waarschijnlijk geen aanleiding toe gegeven meisje; anders zou het stellig gebeurd zijn. Vriendelijk dank voor je mooie prentkaart. a—n»—»wniii m——— i m. Nog slochts enkele dagen resten ons van bot heerlijke Karetfeeat. Toch hebben we nog ^voldoenden tijd ook de hi or gegeven versie ringen te vervaardigen en te voegen bij die welke we in de vorigo weken gemaakt heb ben. Hoewel deze versieringen zeer gemakke lijk te maken zijn, zijn ze niet minder aar dig dan de slede pn wieg- Ze zullen dan Afb, L ook met deze voorwerpen in don Kerst- ooom een heel mooi geheal vormen. (Zie de Afbeeldingen 1 en 2). We zeiden dat deze versieringen niet zoo moeilijk waren. Dit blijkt genoeg uit onze modellen. Voor Afb. 1, het korfje, hebben we slechts één vorm te knippen, Afb. 3. Tot onze spijt is dit knippatroon wat te Yloin afgedrukt, zoodat het korfje naar dit model geknipt, niet groot genoeg is, om met een of andere versnapering te worden gevuld. We raden daarom onze lezers en lezeressen aan, het knippatroon dubbel zoo groot te nemen. Degenen, wien dit te moei lijk is, houden rich maar aan het hier ge geven model. Het blijft in allen geval een aardige versiering. Als men nu deze figuur op de stippel lijnen a, b, o, d, o, f omvouwt, dan wordt hierdoor het korfje met de beide deksels ver kregen. De acht rijen punten langs de kan ten. moeten gaatjes verbeelden, waardoor yn\ garem o£ beter koordxjjde geregen wordt Afb. A Snijdt men het korfje uit dik karton, dan moet dit op de stippellijnen met eon scherp mesje vóór het vouwon een weinig worden in gesneden. Voor het hengsel spijdt men een lange papiorreep van eon balven oen li me ter breedte. Deze reep wordt m£t de beide ein den aan de korf bevestigd De lengte van deze papierrecp is voor het korfje geknipt volgens het hier gegeven patroon ongeveer 8 c.M., neemt men ovenwei het patroon dub bel zoo groot don moot ook hot hengacl dubbel zoo lang geknipt worden. Ook het kleine kuipje (Afb. 3) is zeer eenvoudig vaa samenstelling. Dit bestaat uit twee doelen (zie de figuren 4 on 5 op de volgende bladzijde)- De op fig. 4 aan gegeven gaten de* handvatten worden uitgesneden en dit patroon zoo te zamen jjfvoogd, dat do einden op elkander kunnen worden geplakt. Goed begrepen dus; het eene einde A wordt over het under einde B langs de stippellijnen x geplakt- Als dit droog is, wordt de bodem, dien men aan don rand met gom heeft besmeerd, van boven af voorzichtig in het kuipje geschoven, tot het stevig vastzit. Hierbij merken we nog op, dat de bodem nlcchts de grootte van een gulden mag hebben, wil hij volko men in het kuipje passen. Men handelt dus h«t beste op de volgende manier: men knipt den bodem volgens ons model, legt esn gal den op het uitgeknipte stukje karton, buigt dit om den rond van den gulden hoon. be strijkt den om gebogen o pa pier rand met gom, en werkt den bo Vm ro^l den pul .lsn als 6toun in het kuipje. Als de bodem vastzit, noemt men den gulden er uit. De afwerking geschiedt zooala we 'reeds de beide vorige malen hebben bcochrmn. We laten het evenwel aan de vindingrijkheid onzer lezers over hierin versohei denheid to brengen. Dezer dagen ward ons een arjvjslede ge toond, gemaakt naar ons model en bestrooid met een glinsterend zilvergrijs poeder, dot men ook wel oons op prentbriefkaarten vindt» llot belooft in den van. lichtje*», voorwenen, kerstboom een schitt«o»d of fokt. Het jxxxlen i» pok in goudglans verkrijgbaar, wst and critter minder toepasselijk voQrkomt- NREF UE1NEMAN, Zóó VTOoljjk als vandaag waren August^ en Lotje oen hooi jaar lang nog niot wok} ker geworden, want den hooien nacht, had^ don ze gedroomd van de lichtjes van deR boom, die hun zoo blij 40K®,nool gescliit] lerd hadden, toen ze gisteravond eindelijld pa een ongeduldig wachten in do anders kamer waren toegelaten tot de RarslvreugN de, waar ze dan ook haast niet van hadi don kunnen scheiden, zooveel mooie cadcaiM tjes en surprises hadden de lieve ouders hun bereid. Maar nu de zon weer zoo vrooj lijk op de mol sneeu,w bedekte daken scheen^ waren zo in oen ommezien op, om hunj schatten weer in oogonschouw te nemen. Dd ochtend ging zpq ook allerprettigst voor-), bij en toon het middag was geworden est de zon zóó sterk scheen, dat de ijskegela tegen de ruiten begonnen te smelten, stelde Augusta voor, om grzauioulijk mot broer, eou wandelingetje in het boech te gaan ma-' kon. Wim was natuurlgk dadelijk bercidj en met flinke, dikke jasjes non en wolhsa ijsmuts jee op het hoofd, zetten ze er flink< van door en hadden piete geen hinder mot» van de keu^ die hun wangen intusschen Af A A nog eens zoo rood verfde. Pr sob tig was het in do boeohjts, de rijp OD de boQmesi schitterde all diamanten in hel gouden zon licht, bijna net zoo mooi als de lichtjes ia don kvatboom, mwJa bot* ppmsrkfc*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 11