No. 1524©. L1SÏ3DS033 ÜAGBXiAS), Wesaisd.ag' 3 Novemlber. Tweede Blad. Asms 2909. Faillissementen. FEUILLETON. Lezing van dan heer R. Casimir voor de Leidsche Siuden'en-Vereeniaing voor Paadagogiek. Dinsdagavond had de eerste bijeenkomst plaats van de L. S. V. v. P., waar de heer Casimir, rector van het Nedorlandsoh L*y- eeum te 's-Gravenhage, een inleiding gaf tot zijn cursus over paedagogische psychologie, jvelkcn hij dezen winter voor de vereeniging zal houden. Spreker wees er op, dat de universiteit 'een tweeledig doel heeft: zij geeft zoowel een wetenschappelijke opvoeding als een voorbereiding voor een maatschappelijk ambt.. Voor dit laatste wordt, allitans in practischen zin, niets gedaan. Maar ook hiervoor moet onderricht worden, zoowel theoretisch als practisch. Kan deeo theorie reeds nu als wetenschap beoefend worden? Zeer zeker zijn wetenschappelijke regelen .voor do opvoeding te stellen, die aan de er varing moeten worden ontleend: de on dervinding heeft hier te beslissen. Hier valt dadelijk al op to merken, dat nog weinig waarnemingen zijn geregistreerd en dat er niets systematisch is onderzocht. De vraag, of leerlingen, dio een „goed hoofd" voor wiskunde hebben, ook gemakke lijk talen zullen leeren, is b.v. nog nooit behoorlijk beantwoord. Dat zulke onderzoe kingen wel eens gevolgen kunnen opleveren, bewijzen do nasporingen, die in Amsterdam zijn gehouden omtrent de wijze, waarop de kinderen hun yacanties doorbrengen: dat men den kinderen nu althans één prettigen dag in hun vacantie tracht te bezorgen, is het gevolg van do treurige bevindingen, dio men bij dit onderzoek heett opgedaan. Dikwijls wordt als bezwaar tegen de paodagogiek aangevoerd, dat de leerlingen te veel onderling verschillen dan dat zulke onderroekingen tot algemeene gevolgtrek kingen zouden kunnen voeren. De verschillen dienen echter wetenschap pelijk te worden 1 studeerd om zoo tot de kennis van bepaalde groepen te komen. De overeenkomst tusschen de persoonlijk heden van een groep kinderen van denzelf- den leeftijd, maar overigens willekeurig, is bijv. groot-er dan die tusschen een aantal volwassenen van eenzelfden leeftijd. De hulpwet nschappen der paedagegiek «rijnhygiëne, sociologie en vooral psycholo gie. Dit werd door voorbeelden toegelicht. Naast de geschiedenis der paedagogiek, die ons met de groot-e opvoeders in aanra king brengt en welker beoefening aanmoe digend werkt, heeft men de algemeene pae dagogiek: de didaktiek, de zedelijke opvoe ding en de wettelijke organisaties van het onderwijs. Door bestudeering der opvoed kunde- blijkt eerst, hoe zwaar Je taak van den 1 eeraar is. Doch hierdoor ontstaat de lust tot den arbeid. Dit jaar zal de paedagogische psycholo gie behandeld worden, dat is dat deel der zielkunde, dat zich bezig houdt mot de ver houding der kinder: n tot school en onder wijs. Hiertoe behoort onder meer de leer omtrent do methoden, het karakter, het geheugen en de wilterwijl als bijzondere onderwerpen beschouwingen over de psycho logie der menigte en van den leeftijd van 1218 jaar een plaats zullen vinden. De cursus zoo werd besloten cal lederen Dinsdagavond om kwartier over achten worden gehouden en is vcor allo be langstellenden ook buiten de universiteit toegankelijk. Koloniën. BATAVIA, 30 Sept.8 Oct. Volgens telegrafisch bericht van de fd resident van Madoera dd. 30 September jL is in de strandkampong Kamal Woensdag den 29sten dier maand, om 3 uren 's mor gens, brand uitgebroken. Persoonlijke on gelukken zijn niet voorgekt ondo mate- rieele schade bedraagt plus minus f 5000. In het geheel worden 64 huizon in de osch gelegd, waarvan 9 met pannen en do ove rigen met atap en bilik, toebehoorende aan 62 personen. (Java^Bode). Eenrelletje onder de Chineezen. Onlangs werd aan ,,Dc Sumatra-Post" een bericht ontleend omtrent relletjes on der de Chineezen, in verband met de ar restatie van de 25 Chineezen in den Chi- neeschen tempel te Batavia. Dcz'e zaak be gint thans al meer duidelijkheid te krijgén en neer te komen op het hoofd van een eenïgen tijd geleden ontslagen tempelwach ter. Het koruplot gold namelijk den nieu wen tempelwachter. Hierover schrijft nu ,.De Ja va-Bede": Tempelwachter van een Chineeschen tem. pel te zijn is erg voordeelig en levert voor den functionaris meestal, ten minste waa neer hij handig is, een zoet v instje op. De bedoelde ex-tempelwachter is echter tegen de lamp geloopen door de goede zorgen van den tegenwoordig n tempelwachter, die hem er heel handig uitgewerkt heeft. De kwestie schijnt op niets anders neer te komen dan op een wraakneming, door den ex-tempelwachter op touw gezet. Waarom of daarvoor echter een kongsie moest worden gevormd, moeten de gevon den papieren uitmaken. De moord te T a ngorang. De „Java-Bode" van 8 October meldt het volgende Hedenmorgen toen wij ten onzen kan tore kwamen, beieikte ons het treurige be richt, dat de assistent-resident van Tan gerang, de heer J. Duunewold, zoo juist vermoord was geworden. Onmiddellijk heb ben wij ons naar Tangerang gespoed, ten einde ons persoonlijk op de hoogte te stellen en van de wonderlijke geruchten, welke aan stonds waren beginnen te loopen, het ware van het onware te schiften. Heel Tangerang was onder den indruk, merkten wo toen we daar aankwamen; nieuwsgierig stonden de inlanders in grooten getale op den weg naar het bureau van den assistent-resident, waarin, de moord plaats had. Zij zijn stil al die menschen en schijnen den ernst van het gebeurde volkomen te be seffen. Op het groote voorplein hxxpen enke le dames, alsmede de controleur J. E. van Gogh en de patih, Raden Mohammad Soera di Ningrat heen en weer, druk het geval besprekend. Wo vervoegden ons onmiddel lijk bij do voornoemde autoriteiten, die ons bereidwillig te woord stonden, en zoo kwa- mon wij het volgende aaneengeschakelde relaas te hooren: De wedana, Nawien genaamd, was 11 Au gustus 1908 van Batavia, waar hij assistent- wedana van Tanah-abang was, (toen was de titel nog adjudant") naar Tongcrang over geplaatst. Een mooie promotie voor Nawien, welke echter niet ieders goedkeuring weg droeg. Zoo 2kwam Nawien. te Tangcrang, waar liij het echter spoedig bij zijn meerderen verbruid had. Herhaaldelijk moesten dezen hem op de vingers tikken. Evenwel, men gebruikte geduld en ging niet tot erger maatregelen over, tot hij op eigenaardige wijze in een zeer verdachte perkara, nl. een anoniem echrijven, aan den assistent-resi dent betrokken raakte, wat een eigenaar dig licht op zijn birouwbaarheid wierp. Naar aanleiding van deze kwestie droeg de assistent-resident van. Tangerang, de heer J. Dunnewold, een zeer achtenswaar dig ambtenaar en goed bestuurder, hem aan den resident van Batavia, onder opgaaf van redenen, voor tot overplaatsing. De resident.van Batavia was echter van meening, dat men menschen als Nawien niet als wedana kan gebruiken en stelde den directeur van Binnenlandsch Bestuur voor, om hem uit zijn betrekking te ont slaan. Ontslag uit 's lands dienst, vond men te krasmen zou trachten op andere wijze in 's lands dienst van hem gebruik te ma ken. Eenigen tijd werden tusschen den re sident van Batavia en den assistent-Tesi- dent van Tangerang brieven betreffende dit ontslag gewisseld 2. resident bleef ech ter onvermurwbaar. Nawien bleef van deze correspondentie niet onkundig en ook hem werd medege deeld, dat hij uit zijn betrekking van weda na ontslagen zou worden. Nawien schoof de schuld daarvan echter niet op zijn eigen daden, doch op de zoogenaamde vijandigo gezindheid van den heer Dunnewold. Het was hem niet uit het hoofd te praten. Nawien begon do vorige week, toen hij bemerkte, dat hl ernst werd, alles in het werk te stollen om dit onslag te verhoe den. Hij wendde zich tot den patih van Tan gerang, tot den controleur, ja besloot zelfs den resident van Bataria te bezoeken en meldde zich daarom j.L Woensdagavond om 8 uren bij den heer Dunnewold aan, ten einde dien te verzoeken hem een dag verlof naar Batavia to willen toestaan. De heer D. wilde hem aanvankelijk cp dat late uur niet meer te woord staan, doch daar Na wien aandrong, kwam de assistent-resident bij hem, in de voorgalerij en verleende hem na eèn kort onderhoud, het gevraagde verlof. Daarop ging Nawien gistermorgen met zijn vrouw naar Batavia. Deze laatste be zocht den directeur van B. J4. en ging ook naar schout Hinne, ten einde diens hulp in te roepen ora te verhinderen, dat Nawien ontslagen zou worden. Allo hun pogingen faalden echter. Gisteren zijn de stukken be treffende Nawicn's ontslag dan ook naar Buitenzorg doorgezonden. Ten gevolge dezer weigering schijnt Nawien gisteravond bij zijn thuiskomst te Tangcrang het hoofd geheel verloren te hebben en vatte hij het plan op om door een moord dezo treurige zaak tot een ont knooping te brengen. Verscheidene maat regelen heeft hij ten minste getroffen. He denmorgen vroeg zond hij n.l. 6 zijner 7 kinderen (een kan nog niet loopen en moest dus bij de moeder blijven) imt familie te Batavia en ging daarna een brief aan den assistent-resident schrijven, in welk schrij ven hij den heer DuDnewold een reeks ver wijten naar het hoofd wierp, bewerende dat hij de o oir oak was van zijn ontslag en waarin hij hem verder mededeelde, dat hij ai het bankpapier van de door hem ontvan gen belasting had verbrand. Dio belasting was to 'i maar afzetterij, z. Deze brief is hij persoonlijk aan den as- sistent-resid-r.fc gaan brengen. Om halfacht hedenmorgen trad hij diens kantoor bin nen en overhandigde hem den brief, die door den heer Dunnewold (zufks is door op passers gezien) direct werd opengesoheurd en gelezen. Terwijl de assistent-resident be zig was den brief te lezen, haalde Nawien "een Browning-revolver uit den zijzak van zijn witte jas en loste een. schot, spoedig ge volgd door een tweede, op den heer Dunne wold. Het eerste schot doorboorde onmid dellijk de bovenste helft- van heb hart. De getroffene is toen wankelende opgestaan en heeft met zijn hand naar de gewonde plek gegrepen. Dit maakt mfn ook daar uit op, daar het tweede schot ook de hand van het slachtoffer heeft gcwc 'I. De twee de kogel drong vlak naast den eersten in de borst van den verslagone. Ziende, dat ziin slac -toffer neerviel, heeft de moordenaar het wapen t ;cn zichzelf ge keerd en zich voor het hoofd geschoten. Hij was onmiddellijk dood. Cholera. Uit Batavia wordt dato 7 October aan ,,De Sumatra Post" geseind: De cholera is onder de inlanders aan het minderen. In het stadsverband zijn nog 7 lij ders overleden, te Priok geen. In het hos pitaal overleed nog 1 Europeaan. Het bestuur lieert nieuwe maatregelen ge nomen in de kampongs, waar cholerageval len werden geoonstateerd, en slecht drink water was. Daar zal gratis thee worden ver strekt. De wijkmeesters zijn gedreigd met on middellijk ontslag, als zij dooden en zieke? verzwijgen. Later werd nog aart 'zelfde blad ge seind De cholera te Batavia neemt zeer af. Woensdag (6 October) zijn overleden in de stad 6 inlanders, te Priok 1, to Weltevreden 1 Europeaan, en 1 Europeaan in de ver pleging. Het totaal aantal dooden bedraagt thans 458. liet „Ind. Nieuws van den dag" van 2 Oc tober meldt: Van 1 tot en met 10 September jl. zijn te Djambi 6 nieuwe choleragevallen ter ken- lis gekomen van hot bestuur. Ook werden aldaar 6 sterfgevallen ge rapporteerd. De cholera-epidemie te Djambi en te Moe ara Saba is geëindigd verklaard, daarente gen is de ziekt? epidemisch verklaard in de onderafdeeling Komcring Ilir. Het ,,Ind. Nie. vs v. d. Dag" van 8 Oct. meldt „Hedenmorgen te 3 uur 30 overleed op 43-jarigen leeftijd in zijn woning to Tanah Abang schout E. Hekman aan de gevolgen van cholera-besmetting, bekomen bij de des- infeclie van een lijder aan die riekte. Dinsdag had de wakkere politioman nog dienst gedaan, doch voelde zich reeds onwel, toen hij 's morgens to circa 11 uren het politie-kantoor in de benedenstad verliet. Zijn ongesteldheid verergerde, geen hulp mocht baten, en in den nacht stierf hij. Hekman is dus overleden als een slacht offer van zijn plicht; in dienst der gemeen schap is hij op zijn post gevallen. Een eero- saluut aan zijn nagedachtenis." CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst, de gewezen sta tionschef 3do klasse bij de exploitatie van Staatsspoorwegen op Java, W. F. Th. van dcji Kolk, met bepaling Idmt dit ontslag wordt gerekend te zijn ingegaan met ultimo Ma-art. Benoemd: tot tijdelijk inspecteur bij den dienst der in- en uitvoerrechten on accijn zen, do ambtenaar op nonactiviteit, N. J. R/oelfsema, laatstelijk secretaris van het de partement van financiën, thans gesteld ter bosohikking van den chef van dat departe ment ten einde met werkzaamheden bij diens departement te worden belast. Ontslagen: Met ingang van 2 October eervol uit 's lands dienst, de ambtenaar der 4de kl. bij den dienst der in- en uitvoer rechten en accijnzen P. J. Dijkstra; Mot in gang van 5 October op verzoek, eervol uit '8 lands dienst, de adjunct-commies bij den post- on telegraafdienst te Weltevreden E. B. Heijman. Op verzoek eervol uit 's lands dienst, de commies der 3de klasse bij den Post en Te legraafdienst mej. F. L. U. Benz, met bepa ling, dat dit ontslag wordt gorekend te zijn ingegaan op den lOden September Benoemd: tot lid bij den gewestelijken Raad van Besoeki, dr. J. Pollak, arts, civiel geneesheer te Bondowoso. Belast: Met de waarneming van de botrek- king van adjunct-inspecteur van den arbeid de gopensionneerd majoor dir cavalerie A. M. C. J. van Extcr, en van tijdelijk burger lijk apothekers-bediende bij not magazijn van geneesmiddelen to Woltevreden E. A. van Rijn, particulier. Bij den Burg. Geneesk. Dienst. Door den Hoofdinspecteur, Chef van den dienst der Staatsspoorwegen op Java: Op verzoek met ingang van 30 September 1909 eervol uit zijn betrekking ontslagen de tijdelijke treinoontroleur J. Keizer, tijdelijk bonoomd met ingang van 30 September 1909 tot treinoontroleur on geplaatst bij do ex ploitatie der Westerlijnen, de tijdelijk con ducteur L. Frankenbuis. Bij het binnenl. bestuur op Java en Madoera Banoemdtot controlour en geplaatst in de resid. Kedoe H. C. Wülff, ambtenaar op nonactiviteit, laaletelijk die betrekking bekleed hebbende. Op do bezittingen buiten Java en Madoera. Benoemd: tot controleur on geplaatst: in de resid. Lampongsoho districten J. P. Ram- baldo de Callalto, ambtenaar terugkeerende van de Nedcrlandsoh-ïndisoho Bestuursaca demie, laatstelijk die betrekking bekleed hebbende, in do resid. Oostkust van Suma tra, E. Poortman, ambtenaar terugkeeren de van do Ncderlandsch-Indische Bestuurs- academie, laatstelijk dio betrekking bekleed hebbende. MILITAIR DEPARTEMENT. Ontheven: van do waarneming der betrokking van di recteur der kaderschool on blijft geplaatst bij het bataljon vesting-artillerie te Bala ria, de eerste luit. der art. C. A. Jorissen, van do 13de compagnie (vierde compagnie vesting) artillerie te Batavia. Overgeplaatst: naar de 13de comp. (vierde comp. vesting) artillerie te Batavia, als di recteur der kader&ohool, de eerste luit. tier art. G. W. R. Ituttcn, van do 23ste comp. (tweede compagnie vesting") artillerie to Batavia; bij de troepenmacht in Celebes ut nadero indeeling, de eerste luit. bij het lin- korhalt tweede depotbat C. P. Lenshoek, bij do vijfdo afd. van het dep. van oorlog, de luik-kolonel intendant J. van der- Lin den: als gewestelijken intendant te Batavia, de luit -kolonel intendant J. W. H. Rocdcr. Trouw-, geboorte- en dood berichten. G e h u w d: V. H. Magadant met W. Th. Smit, Pontinnak. D. Doycr met K. Hirsch geb. Midderhoff, Bandoeng. W. G. Froyen met H. A. Danekcs, Weltevre den. G. F. Wicmer met L' Stlbbe, Wel tevreden, Bevallen: Ham Van Lingen, Z., Buitenzorg. Mevr. Wybrands, Lb, Bata via. Maier-Do Koek, Z., Padang. Ch. Meertcns-Reimann, Weltevreden. J W. Mekom-Coorengol, D., Bamioeng. Verhoog-Visser, D., Semarang. Ament-Voorthuis, D., Buitenzorg. Gras- huis-Bozon, Z., Balik Pappan. Miseroy- Simon, D., Batavia. Ncutebooin- Grondel, Z., Med m. Bc-rgam n-Loth, Z., Weltevreden. Mevr. Nicuwenhuis, Z., dito. Koplan-Van Geen, D., Batavia. Van Wieringen-Dahler, Z., Soemoroto. M. J. Verduijn Luncl-Kloppenburg, Z., Kawodanan. C. H. L. Kltrks-voa Winckelraann, 1)., Semarang. Roess.'ng van Itcrson-Wilkons, D., Djocja. Do Vrics-Reilingh, D., Pckalongan. Suijs- Van Bassel, D., Soerabaia. Vonck-Stoll, I)., Malang. Goudriaan Padberg, Z., Si- toebondo. Snipvangers-Nicolay, L).p dito. Beekman-v. d, Pant, Mcdan. Overleden: Melle Mellema, Mr. Cornells. Mr. M. F, Onncn, 35 Soe rabaia. K. H. Harbord, Weltevreden. Emile Brouwer, Meester Cornolis. H H. van Berkel, Batavia. J. G. Beer, 65 j Meester Cornelis. L. Gude, 3G j., Poor- woredjo, G. J. Suijck, 53 j-, Weltevre den. S. Stern, Tjilatjap. J. T. Wa- rouw, Weltevreden. Movr. E. vau Miu- de-Klaus, Meester-Cornelis. O. Haven- stroom, 65 j., Soerabaia. J. G. W. Klin- kert, 12 j., Kalisat. W. 0. Dickhoff- von Stietz, 40 j., Soerabaia. E. Hekman, Weltevreden. G. J. Voorwijk, Scerakar- ta, j. H. F. Dunnewold, Batavia. Opgave van passagiers van hot stoom- solup „Koning Willem I", van Batavia naar Amsterdam, 31 Oct. te Genua aange- komen Dr. P. Aneraa, rar. A. E. van Arkel en echtg., II. F. Bekker, N. do Boer, W. Barlh. echtg en kind, H. Golijn, R. P- Cleveringa, echtg. cn 2 kinderen, J, van Eykcn en kind. P. Geesiuk. W. C. van Haeften en dochter. F. W. 't Hooft, A. O. van der Hangen, W. Heidoorn, W. P. A. Kloprogge, echtg. en 2 kinderen, S. R. Langenbcrg, J. H. C. Munter, echtg. on kind, mevrouw de wed. D. W. Muller- Deschaux cn 2 dochters, G. J. Meijer, P. L Ncyts, W. J. Oudegeest, C. H. Pow- nall, P. B. V. Quartero, H. Schokker, echtg. en 3 kinderen, H. J. Tromp dc Hans, cchtg. en zoon, prof. dr. M. Treub cn cchtg., J. H. Tobias, L. J J. M. Tabbora, M A. P H. Thonus, G. WLrix, G. Wolt- man, H. de Jongh, H. W. de Monchy, mevr. M E. Meinisz, J. K. Röhncr, echtg. en 3 kinderen, J O. J. Bloem, en echtg., mej. J. Hubregtao, movr. V. M. G. Swart^Stadlmnir en kind; benevens onder officieren en minderen van land- cn zee macht. H. P. J. Buitendorp, aannemer en tim merman, te Leiden. A. L. Drost, vroeger to 's-Graveubago* thans zoDder bekende woonplna's. E. Fresco, koopman, te 's-Gravenhage- J. H. Volkering, koopman, tc 's-Grar venhage. Rqso „Zul je me van tijd tot tijd eens wat van haar laten hooien"? Haar eigen correspon dentie zal mij niet veel zeggen." „Zal geschieden." „En zul je van tijd tot tijd ook eens over mij spreken; je zult genoeg gelegenheid heb ben haar te zien." „All right, wanneer rij dan althans niet uitsluitend over een ander wil spreken. Zoo knap zij is, zoo weinig hart heeft zij ook." „Jij spreekt naar jc verstand", antwoord de Fedor. „Ik heb een beter en een juister oordeel over ha-ar." „Nu, je zult het zien. Bloemen bloeien overal; rijn het geen rozen, dan toch wel madeliefjes, en de mensch is een dier, dat aan alles gewend raakt." Met dezo vroolijke, zooal niet gansch nieuwe woorden stapte hij het wijnlokaal binnen. Lahnstein had verzocht, dat niemand hem naar het station zou vergezellen. „Ik wil geen begrafenis", had hij gezegd. Mismoedig en troosteloos liep hij alleen óp bet perron op en neer. De sneltrein kwam. Fedor stapte in don eersten coupé den besten en in den kouden, onningenomen morgennevel bleef Berlijn "achter hem met al de banden, die hem tot bu 7oo vastgebonden hadden en waarvan hij zich nu eerst bewust werd hoe zij een groot element in zijn leven vormden. De stemming, waarin hij verkeerde, was een getrouwe afspiegeling van het weer: somber en zonder eenige hoop op een licht straal. II. Lahnstcin deed nu veertien dagen dienst in Seddin. Die tijd was voldoende geweest om hem een blik te doen slaan in al de kleine en kleinsteedsohe verhoudingen ln het stadje; maar in stede van zich te troos ten met zijn verbanning, werd het leven hem van dag tot dag onverdraaglijker. Eer lijk gezegd deed hij niet veel moeite zich wat te schikken en in den nu eenmaal t>e- 8taanden toestand ook een lichtzijde te fcien; integendeel, hij beschouwde alles met ciitische blikken en in het bijzonder een vergelijking tusschen de dameswereld te Berlijn en te Seddin viel niet in het voor deel van laatstgenoemde uit. De jonge dames hadden bij zijn bezoeken óf veel te hard gepraat en gelachen óf bij elk woord, dat hij zeide, een kleur gekre gen; zelfs had men hier en daar vertrou welijke mededeelingen gedaan over allerlei familieverhoudingen en na dergelijke confi denties was hij telkens met weerzin na-ar zijn kamer gegaan. Van tijd tot tijd was het hem te midden van een dier geestige, interessante gesprek ken, die bij een eerste bezoek plegen ge houden te worden, geweest alsof Rose Ma ries lachend, spottend gezicht zich ver toonde tusschen dat der anderen; alsof zoo dadelijk van haar koraalroods lippen een van die woorden zou vloeien, die haar altijd ten dienste stonden. Dan zweeg hij plotse ling, zuchtte en beproefde zijn ergernis te verbergen door langs zijn blonden knevel te strijken. In den grond der zaak waren noch Seddin ncch de bewoners zoo erg, als het den ver wenden jongen luitenant leek. Het stadje lag aardig in het groenin een 'dal, door Vrij hooge bergen en bosschen omgeven, door een helder riviertje, langs welks oevers mooio boomen stonden, in twee helften verdeeld. Op een mooien zomerdag kon men zich moeilijk iets liefelijkere voor- i stellen, al was dan ook de hoofdstraat met vele bochten, al waren de poorten, die aan hot einde daarvan stonden, somber, en al waren do huizen ouderwetsoh. In een van die leelijke huizen had Lahnstein drie ka- mers gevonden, dio hem althans geschikt leken. Uit een der vertrekken had hij het uitzicht op een steenen fontein, waarvan vier leeuwenmuilen dag en nacht zachtjes water in een groot reservoir lieten loopen. Daarboven verhieven zich de boomen van den slottuin, want Seddin beroemde er zich op, vroeger een residentie geweest te zijn. Het werd hem wat behaaglijker, toen hij eindelijk al zijn stomme, maar hem dier baar geworden schatten had uitgepakt; toen de meubelen zooveel mogelijk zoo ston den als in zijn kamer in Berlijn, en toen hij na de vermoeienissen van den dienst in hun aanwezigheid kon uitrusten. Zijn reli- quie was Rose Maries portret, dat in een breede cuivrc-poli lijst op een tafeltje naast zijn luierstoel stond en dab dagelijks de meest hartroerende zuchten te hooren kreeg. Welk een opgang de inrichting van zijn vertrekken in de dameswereld van Seddin had teweeggebracht, vermoedde Lahnstein allerminst. De vrouw van den inspecteur van den arbeid had eigenhandig een gaatje gemaakt in het overtrek, waarin de luier stoel was gepakt geweest, ten einde de waarde van dien stoel te taxecren, en dus kon zij op een door haar georganiseerd koffiekxansje verzekeren, dat de stoel „echt Oostersoh" was, met veel goud en veel rood. „Wanneer men bedenkt, dat ruwe meiden banden daarvoor zullen moeten zorgen, moet men werkelijk medelijden liebbtn, had zij met een zucht gezegd. „Een vrouw zou zulke dingen gaarne onderhouden." En bij die woorden dwaalden haur oogen met moederlijke teuderhe.it na-r Amar vajitien jarige Alma, die juist „Dio Kiostergloc- ken" op de piano speelde. „Nu, die vindt hij wel, als hij zijn oogen openzet", fluisterde men in do families, waar huwbare dochters waren. Lahnstein werd onder zijn collega's an ders beoordeeld en hjj, dm in Berlijn in allo opzichten een „enfant chéri'' was ge weest, vond hier maar zeer weinig tege moetkoming. Wel is waar lag de schuld aan hemzelf, die niets deed om zich in den klei nen kring een beetje in te burgeren; zijn stilheid en teruggetrokkenheid legde men uit als hoogmoed; de elegantie, die hij cok in zijn kleeding tentoonspreidde, al6 dwaze pralerij, cn zelfs de regimentscommandant kon een kleine ergernis niet onderdrukken, w anneer liij „Sakuntala" met zijn strijdros vergeleek. Lahnstein bemerkte die hem vijandige strooming heel goed, maar hij negeerde haar, zonder iets te doen om er verande ring in te brengen; zijn verbitterde stem ming vond er nieuw voedsel in en zuchtend dacht bij aan don tijd, die achter hem lag. Een nauw in elkaar geschreven, vier zijtjes langen frrief had hij kort na zijn aan komst aan Rose geschreven cn haar daarin zijn omgeving met scherpe kleuren gesdiil- dord, maar tet nu toe was nog geen ant woord van haar gekomen. Ofschoon lijj zich voorpraatte, dat ook niet verwacht te hebben, kon hij toch met verhinderen, dat een gevoel van jaloczio en afgunst zich van hem meester maakte, wanneer hij bedacht na zoo korten tijd al heelemaal vergeten to zijn. De leegte, dio hij had achtergelaten, was dus alweor aan gevuld. Hij wilde niet aan StreBOw schrij ven, en hij wist eigenlijk niet goed, wat hij dezen moest schrijven. Zonder eenig beridht omtrent do geno- raalsdochter zou hij evenwel niet blijvon, want op een goeden dag kreeg hij een brief van Stre30w, waarin o.a. het volgend© stond: „Natuurlijk heb ik Rose Marie den laat- sten vaak genoeg ge7icn; nu, in den car- navalstijd, is daar gelegenheid te over voor. En ik kan je zeggen, dat zij zich zoo goed als ooit amuseert. l)e schildtr Sturm met zijn lange lokken, die mij telkens een gevool van afkoer inboezemt, dwaalt altijd om haar heen. Aan liefdesmart lijdt zij niet, want op den verjaardag van ilen ge neraal had ik de eer haar tweemaal van 'zolmmayonalse te mogen bedienen, en 'k geef je mijn eerewoord, dat zc haar voor treffelijk gesmaakt heeft. Doe nis zij, amice 1 Gooi alle gedachten over boord, wordt een nieuw mensc-b cn amuseer je ln Seddin zoo goed mogelijk. Zij verdient niet, dat je om haar treurt; zij heeft geen hart (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5