JNOa 1S2 23
LEXDSCH DAGBLAD, Donderdag* *7 October. Tweede Blad.
Anno IB09.
Noordwijksche Brieven.
Uit de „Staatscourant".
Tweede Kamer.
FEUILLETON.
De nieuwe rijknecht.
De Kamerverkiezing Breukelen*
r In een artikel over den uitslag in Breu
kelen merkt „D e T ij d" (roomsoh-katlt) o. a.
iep:
Slotsom van een en ander is, dat thans
fendgüttig is gebleken, dat voor een katho
lieken candidaat in het district Breukelen
feeen kans van slagen bestaat tenzij ooit
•bij onderlinge afspraak der gecombineerde
'christelijke partijen dit district aan de
katholieken werd afgestaan, zóódat hun
tandidaat op de stemmen (van althans een
ideal) der anti-rovolutionairen en christelijk-
Jbistorischen zou mogen rekenen.
Veel kans hierop ^al in afzienbare toe
komst wel niet bestaan. Willen de katho
lieke kiezers boven den Moerdijk op een
jiets grooter getal zetels in do Tweedo Ka-
fcner aanspraak maken waarop hun goed
Recht bezwaarlijk kan worden ontkend
Idan zullen zij misschien beter doen, zooals
Jhun in het gisteren als hoofdartikel ge-
laatst ingezonden opstel werd aangera-
en, het oog te vestigen op districten als
Loosduinen, Wijk-bij-Duurstedo en Doeti-
©hera, bepaaldelijk indien zij er in slagen
bij het openvallen van een zetel, hun goed
Recht door de boide andere fractiën der
Rechterzijde erkend to zien. Op die orken-
)aing behoort te worden aangestuurd. Dat
zij ons, niet slechts de krachtigste, maar
bot dusver ook de edelmoedigste der drie
jjecoaliseerde naxtyen, op den duur zou ont
houden blijven, mogen en willen wij niet aan
nemen.
'Aan „De Standaard" (anti-rev.) wordt
Jut bet district geschreven:
Er is bij deze verkiozing reusachtig ge
kerkt. Er zijn geen moeiten noch kosten
fees paard. Toch was de strijd, voorzoover
(wij weten, nergens vinnig of onodel. De
Ohristclijk-Qistorischcn schijnen in massa
jop den anti-rev. candidaat te zijn overge-
'gaan. alsmede een doel dor liberalen.
Een ander deel der Liberalen ging over
jpp den Roomsch-Kath. oandidaat. Een klein
deel der Liberalen bleef thuis. Het ia ook
deze verkiezing weder gebleken, gelijk
(vroeger steeds: het district Breukelen wil
'geen Roomsch-Katholiek afgevaardigde naar
ido Kamer, hoe sterk de Roomsch-Katholie-
jken er ook mogen zijn.
Met spanning werd Dinsdagavond de uit
slag der stemming in Breukelen afgewacht.
(Bij het gemeentehuis te Breukelen was een
talrijk publiek aanwezig uit alle hoeken
(van het zeer uitgebreide district. Uit 29 ge-
jneenten werden 33 stembussen, verwacht, die
«den uitslag van de worsteling zouden bren-
feen, Niet onaardig was de strijd dier bus-
jsen tegen elkander. De Vechtdorpen Breu
kelen, Loonen en Maarssen gaven elk eenigen
•Voorsprong aan De Monté ver Loren.
Wil nis verdeelde zijn kiezers nagenoeg in
$weo gelijke helften. Evenzoo deden de Laag-
Rieuwkoopers, Harmelon, Veldhuizen en Vleu
ten drongen de Wijkerslooth weder een eind
(voorwaarts, doch werden weder teruggedre
ven door do Kokengors, Baanhruggers, Loe-
berslootor8, Ruwielers en Linschobers. D©
grensdistricten beginnen te komen.
Het „Huisgezin" (r.-k.) zegt:
Do uitslag bevestigt tevens, dat men te
(Breukelen beter ha/1 gedaan de proefneming
piet te wagen.
.Want het ie niet zooais gemeenlijk
(wordt voorgesteld een eerlijke, zelfs
Vriendschappelijke krachtmeting tusschen
do groepon van rechts, het is eenvoudig
jhet aanstellen dor liberalen tot scheidsrech
ters.
Voor één keer zal dit de ooaliti© geen
fcfbrcuk doen, maar bij herhaling zou het
boch niet geheel zonder gevaar zijn.
.Wil men aan den voor de katholieken
biet aangenamen toestand, bon gré mal gré
janti-revolutiomiairen en chris tel yk-histori-
schen in het bezit to laten van districten,
die hun niet toekomen, een einde maken, dan
Kit pr niets andera op dan mee te werken,
itot de spoedige invoering van evenredige
Vertegenwoordiging.
De „M a a 8 b o d e" (r.-k.) schrijft:
Dozen uitslag betreuren wij niet, ook a!
hebben wij den Katholieken oandidaat,
dringend zelfs, aanbevolen.
De omstandigheden en de geheel foutieve
tactiek van een paar Roomsche bladen heb
ben de pers, die anders daoht, bij het doen
van een aanbeveling gesteld voor een alter
natief, waaruit zelfs do wijsheid van een
Salomon haar niet had kunnen redden.
Gevraagd mag nu aan die bladen: Wat
hebt gij nu gewonnen!
De cijfers van deze stemming vergeleken
bij die der eerste bus hebben intusschen
aan die bladen wel een gevoelige les ge
geven.
Want wie nog maar iets van politiek ver
staat, moet er toch wel uit leeren, dat wij
Katholieken in dit land nog maar niet kun
nen doen wat wij willen, dat goede tactiek
voor ons steeds nummer één moet blijven.
AU© bravour, alle ruw ingrijpen misstaat
ons niet alleen, maar brengt ons steeds
schade.
In Breukelen rijn wij slachtoffers gewor
den van een dubbel antipapisme, eerstens
van dat der anii-revolutionnairen, twee
dons van dat der liberalen.
Kreeg de katholieke oandidaat ditmaal
een 700 atemmen meer, de anti-revolution-
nair haalde het tot 3514 stemmen, d.w.z.
twee duizend stemmen meer dan
bij de eerste bus.
Het „Handelsblad", dat den Katholieken
oandidaat bij de herstemming aanbeval,
hoopte dat rijn geestverwanten niet al te
„Turksoh" zouden stemmen.
Het blijkt echter voor de zooveelste maal,
dat de „Turken" het nog altijd winnen van
de „papen".
Wij, Katholieken, hebben dit besef wel,
maar juist omdat wij dit beseffen, had er
aan onze rijde anders moeten rijn opge
treden.
Wij zijn de oudsten, wij hebben de lessen
van eeuwenlange ervaring voor ons, als
oudsten hadden wij ook de wijssten moe-
rijn.
Wel hebben alzoo de feiten onze houding
schitterend gerechtvaardigd, al stonden wij
van begin ai alleen.
En nu moge men weer beginnen artike
len tegen ons te schrijven, tegen de eviden
tie echter valt niet langer te vechten.
Inmiddels is er nog op het laatste mo
ment een krachtig strijder opgestaan, die
in een lezenswaardig artikel in hoofdzaak
precies hetzelfde verdedigt, wat wij van
meet af hebben voorgestaan, en die alzoo
aan de houding van „Tijd" en „Centrum"
onbewimpeld een démenti geeft.
Dat artikel stond als ingezonden hoofd
artikel inde „Tijd" 1
Ge hebt het wel gezegd: „Een journalist
kan somwijlen voor heet© vuren komen te
staan" en zeggen wij er bij, rijn vingers
soms wel eens erg branden aan dat vuur
VI.
Gistermiddag dreef het mooie herfstwe
der ons naar de badplaats. Uitgestorven in
de Decemberbeteekenis van het woord, is
het hier nog niet. Vele villa's zijn wel ver
laten, maar enkele zagen wij nog bewoond.
Sommige pensions hebben ook nog gasten.
„Pension Noordzee" bergt zelfs nog een
vrij groot aantal vreemdelingen. Lang zal
het echter niet meer duren, of we zijn to
Noordwijk-aan-Zee weer „onder ons." Het
strand ligt eenzaam en verlaten. Geen ten
tjes meer, geen strandstoelen of badkoet
sen, geen vroolijke bedrijvigheid van ba
dende kinderen, wandelende dames en hee-
ren, niets van dat alles: de sohelponvisscher
is er thans baas; hij heeft het rijk alleen,
tot na behouden teelt; dan komen de vts-
scher8 weert die den langon winter bij
„moeder de vrouw" doorbrengen.
We heben de villa's enz. aan den Noord-
boulevard eens bekeken; dat is tegen de
gewoonte van bijna alle wandelende Noord-
wijkers en vreemdelingen. Toch staat al
daar een flink aantal villa's en maakt
„Pension-Hoek" er een goed figuur. Dit
voorjaar werden er nog drie flinke villa's
bijgebouwd. Niettegenstaande dat alles, is
bet grootste gedeelte Noord-boulevard
(van af „Noordzee") een verlaten stuk,
een aanhangsel van de badplaats, een soort
van achterland, niet te bereiken voor rij
tuigen, automobielen en andere voertuigen.
Hoe dat komt! Ooh, de breede boulevard
wordt onderbroken door een geul, een diepe
geul, geen vaargeul, neeneen r ij-
geul. Wanneer men een nauwkeurig on- i
derzoek instelt, en de dikte laag mul zand
tracht te verwijderen, die er het grootste
gedeelte des jaars op ligt, dan komt mcu
tot de ontdekking, dat de bodem van die
geul nog bestraat is. Die inzinking wordt
door de rissohers, die hun vaartuig provian
deeren of nh de vangst leeghalen, en
ook door de scholpenvissohers gebruikt als
öprit van het strand naar het dorp. Arme
paarden, die een zwaargeladen kar door
het mulle zand opwaarts moeten zeulen, zij
het dan ook, dat de helling zeer glooiend is.
Voor die geul stapt de fietser van zijn kar,
de koetsier en de chauffeur zien zich ge
noodzaakt, de reis af te breken, men kan
Eet verdere gedeelte van den Noordboule
vard niet bereiken dan te voet. Trapje af,
wandeling door mul zand, hoogte weer op,...
ziedaar, hoe men verder komt. Of het niet
te verbeteren zou zijn! O ja, heel goed.
Wij zouden den straatweg eenvoudig
doorgetrokken wenschen, indien gowenscüt
met een kleine inzinking, waar de karren
van het strand opwaarts gaan. De helling
aan den leant der zee zou voor een f link deel
geasphalteerd dienen te worden, omdat an
ders diegenen, dio om den brood e met hun
karren naar en van het strand moeten, be
moeilijkt zouden worden, en dat mag in-
tuurlijk nieit. :Zot/in aspbalthelling moge
steiler rijn dan de tegenwoordige weg, wij
voor ons gelooven, dat iedere voerman ons
toe zal geven, dat een geladen kar tegen
zoo'n effen asphaltweg met meer gemak
wordt opgetrokken dan door de meer dan
een voot dikke zandlaag, waardoor de arme
paarden thans hun vracht moeten trekken.
Wie van 't tegendeel overtuigd is, dat hij 't
«egge.
Wij zouden daarom den betrokken voreenL
gingen: „Zeebad Noordwijk-aan-Zee" en
^Vreemdelingenverkeer" wel in overweging
willen geven, om in den komenden, stillen
wintertijd nogmaals een stevige actie op
touw te zetten, om bij bevoegde autoriteiten
er op aan te dringen, dat do gasten, die
het volgend jaar naar Noordwijk komen,
een „volledigen" niet-onderbroken Noord
boulevard mogen vinden.
Van bevoegde zijde hoorden wij nog fluis
teren, dat belanghebbenden er wellicht voor
te vinden souden zijn, gezamenlijk een deel
der kosten te dragen, die de uitvoering
van het plan sou met zich brengen.
In den bestaand en, onhoudbar en toestand
verbetering brengen, zou een prachtgelegen-
heid zijn voor onzen Gemeenteraad, om zich
óók eens verdienstelijk te maken voor de
„badplaats" Noordwijk. Mokkend hoorden
wij nog dezer dagen zeggen: „Als er te
Noordwijk-Binnen maar coo'n toestandje
was, dan zou er wel raad geschaft worden."
Wat daarvan waar is, kunnen wij natuur
lijk niet nagaan, maar dat er wel „oen
ietsje" van waar is.... wij gelooven het stel-
lȃf.
Ten slotte deelen wij nog een vraag mee,
ons dezer dagen gedaan door iemand, die
veel heeft gewerkt, om den hier besproken
toestand verbeterd tc krijgen. Zijn vraag
was een oratorische, d w. z., hij verlangde
er geen antwoord op. Hij vroeg zich name
lijk af, of Rijnland wel tevreden zou moe
ten zijn met de bestaande „rijgeul", of na
melijk de hoogte ter plaatse wel voldoet
aan de eischen, die Rijnland daaromtrent
stelt aan zeeweringen.
Bij Kon. besluit is aan de na te noemen
personen verlof vorlcend tot het aannemen
van de onderscheidingsteekencn achter hun
namen vermeld, t© weten
S. van Hasselt, bankier, wonende te Roo
sendaal, het ordetoeken van ridder in de
Orde van den Heiligen Gregorius den Groot©,
hem door Z. H. den Paus geschonken;
G. Zeehuisen, directeur van hot Amster-
damsch Fondsenkantoor, wonende te 's-Gra-
venhage, hot ordotoelcen van Officier d'Aca-
démie, hem namens den President door den
minister van Openbaar Onderwijs en Schoon©
Kunsten der Fransche Republiek geschonken
H. W. Esveld, wonende te Amerongen, en j
A. EL de Graaf, wonende te Leersum,
1 aid en koetsier, de medaille verbonden aan de
Kroonorde, hun door Z. M. den Duitschen
Keizer, Koning van Pruisen, geschonken.
O. Ploeg, kamerdienaar, wonende te Ame
rongen, de medaille verbonden aan de orde
van den Rooden Adelaar, hem door Z. M.
den Duitschen Kei zei', Koning van Prui
sen, geschonken
is P. Lammerschaag benoemd tot burge
meester der gomeento Krommenie;
A. E. Albe ra, benoemd tot burgemeester
der .gemeente Aarle-Rixtcl
benoemd tot officier in de ordo van Oranje-
Nassau, de president-commissaris der Land-
bouw-Moatschappij Oud-Djember G. D. Bir-
nie te Rotterdam;
benoemd tot ridder in de arde van Oranje-
Nassau de te Galela op Halmoheira werk
zame zendeling van de Utrcchtsche Zendings-
vereeniging M. J. van Baarda;
met ingang van 1 October 1909 H. Tim
mer te Dordrecht benoemd tot gezagvoerder
bij de Rij ksstoomvcreu van de Bergsche
Maas, onder toekenning van eervol ontslag
als gezagvoerder op een der direotie-vaar-
tuigen van den Rijkswaterstaat;
Hendrik Matthias Michael Rappard, wo
nende te Djainoes, residentie Madioen (Nod.-
Oost-Indië), mot al zijn wettige, zoo man
nelijke als vrouwelijke afstammelingen, in
den Nederlandschon adel ingelijfd, met den
titel van riuder, zoo voor hem zelf als voor
zyn wettige mannelijke afstammelingen.
Min. Beschikkingen. Gesteld ter be
schikking van den Gouv.-Gen. van Ned--
Indië J. 0. Kok, J H. H. Lemmens on
A. van Houckelum, om te wordon benoemd
tot onderw. derde kl. bij het openb. Eur.
lager onderwijs daar te lande.
Koninklijke Militaire Academie.
De uitslag der horexamens is:
Van heb 1ste naar het 2de studiejaar gaan
alsnog over:
Infanterie hier te lando: H. W. G. R.
Dietz, M. L. J. Hofstee, J, Koolhaas Re
vers G .A. Smits, E. 8. W. E. Tiesselinck.
Infanterie O.-I.G. K. H. do Bont, A.
L. de Bruijn, M. A. Evers, G. de Lang, Th.
C. Lindgreon, E. A. Nix, H. Poulus, K. W.
B. Schmidhamer, J. L. do Voogt.
Cavalerie hier te lande: Jhr. D. J. H. N.
den Beer Poortugael
Cavalerie O.-I.O. H. van Doornum, H.
Treffers.
Artillerie hier te lande: F. A. J. de
Klerck, J. L. Rauh, O. J. 8chouton, P. We-
fers Bettink, J. R. de Wijs.
Artillerie O.-I,J Claasen, D. van Driest,
0. Th. Neijs, P F. W. von Seydlitz Kui?'-
bach, J. Vogelesang.
Genie hier te lande: W. Beijerinck.
Genie O.-I.: W. H. Elsman, F. L. W. Li-
bourel.
Van het 2de naar het 3de studiejaar gaan
alsnog over
Infanterio hier te landeW. G. Bender,
J. C. Bouscholte, H. I. B. Th. A. von Heij
den, A. D. A Tilanus, H. G. van Voort-
huijsen.
Infanterie O.-I. A. J. Bakker, W. O.
van Duinen, H. J. Grove, W. V. van dor
Hart, S. Ketting Olivier, J. H. Krabben
bos, J. P. Lanocl, J. H. G. 8tegenw», A.
K. Valken, J Vogler.
Cavalerie O.I.O. F. A. de Bruijn.
Artillerie hier te lando: J C. van Apel
doorn, J. J. F. Bartel8, J. L. van Dam,
W. H. Doorman, W. J. H. van Engelen
burg, J. Fa bi-fis, E. Frenkol, J. M. A. Gcc-
dewaagen, W C. Th. Haarman, M. Heij-
broek, L. van Hulst, J. G. Kraft, L. J. Roe
per Bosch, W. J. A. Schwing, L. H. Stolk,
W. Thomson, P. Versteegh.
Artillerie O-T.8. C.'W J Bijl de Vroe,
W. Lcendortz, W. J. Rinkel, J. P. Tuijter.
Genie hier te lande H. J. M. Wijnoldy
Daniels.
Generaal van Daalon.
Luitenant-goneraal G. 0. E. van Daalen
vertrok Dinsdag, October met den
D-trein van 11.30 met zijn gezin uit Arn
hem naar Wiesbaden, om van daar naar
Genua te gaan, ton einde zich in te sche- i
pen op de „Grotius" van de Maatschap Dij j
j „Nederland", die 14 October a. s. van Ge-
I nua naar Indiö vertrekt. I
Haven Sabang.
Bij nota van wijriging wordt thans voor.
gesteld in de bij het in behandeling zijnde
wetsontwerp behoorende overeenkomst artl-
kei 10, 3de lid» sub io., te lezen als volgt:
la a. indien de beëindiging van de erf
pacht plaats heeft vóór den lsten Januari
1939, een bedrag, gelijkstaando aan veertig
maal de som, die over de aan dat tijdstip
voorafgegane drie boekjaren aan do aan
deelhouders van do naamlooze vennootschap
„Zeehaven en Kolenstation Sabang" en
aan de houders der in artikel 4 der statu
ten bedoelde 500 winstaandeelen gemiddeld
is uitgekeerd geworden:
b. indien de beëindiging van de erfpacht
plaats heeft op of na 1 Januari 1939, doch
vóór 1 Januari 1949, een bedrag, gelijk
staande aan het vijf-en-dertigvoud van de
onder a bedoelde gemiddelde som;
o. indien do beëindiging van de erfpacht
plaats heeft op of na 1 Januari 1949, een
bedrag, gelijkstaando aan het dertigvoud
dor onder a bedoelde gemiddelde som;
met dien verstande, dot de bedragen, on
der a, b of o bedoeld, minstens gelijk moe
ten staan aan het gestorte en niet terugbe
taalde aandeolenkapitaol van de genoemde
vennootsohap.
Uitzending Gouverneur-
Generaal.
Een wetsontwerp is ingediend tot verhoo
ging van do Indische begrooting voor 1909
met een bedrag van f 80,000 tor bestrijding
van do kosten, vorhonden aan de uitzending
van den nicuwbenoemden gouverneur-gene
raal van Ned.-Indië.
Naar gewoonte is gerekend op 60,000
voor kosten van uitrusting en op 20,000
voor reiskosten naar Indië en traktement
gedurende de reis naar Indië.
Katholieke missie in Suri
name.
Voorgesteld wordt aan de R.-Kath. mis
sie in Suriname een vergoeding te geven
van 4000 in de passagekoston van Neder
land naar Suriname van de 10 thans in het
militair hospitaal to Paramaribo werkzame
verpleegsters. Dc minister van koloniën
wijst er op, dat voor deze liefdezusters
slechts vanwege het gouvornement een toe
lage van f 250 per jaar on por vorplcegster
wordt vorleend. Nu de missie uit eigen mid
delen het ontbrekende niet meer kan bij
passen, wordt voorgesteld haar meer finan-
oieelen steun te verschaffen.
Buitengewone uitgaven.
In verband met het door het Kamerlid
dr. Bos te kennen gegeven verlangen, heeft
de minister van koloniën aan do Tweede
Kamer doen toekomon oon opgaaf van go-
dane „buitengewone uitgaven" (vroeger ge
noemd: „uitgaven voor productieve wer-
kon") ten laste van do begrooting van No-
derland8eh-Indië voor 1605.
Dergelijke opgaaf zal in don vervolge
direot bij de indiening van het wetsontwerp
tot vaststelling van het slot der Indische
rekening worden overgelegd.
Bezoek van «ie Koningin Moedor
aan Utrecht en de Zending*-
teiitoonMtelling.
H. M. de Koningin-Moeder werd bij hot'
binnenkomen der st&d een bouquot aange
boden door een zoontje en oen dochter van
den burgemeester, mr. dr. A. F. baron Vaa;
Lijnden.
Bij het bezoek aan dc Zendingstentoönstel-
ling sprnk do Koningin-Moeder don oud-zen
deling Van Hasselt toe en zeido dat hot hem'
wel grooto voldoening zal schonken dat daar
waar hij zoo vóel jaren arbeidde, de zonding
thans zulke vorderingen maakt.
De opening van de tentoonstelling werd.
bijgewoond door dr. J. Goirctscn, hofpre
diker, namens do Koningin, jhr. mr. J. E.
Huydecopor van Maarsseveen en Nigtevcchfc,
waarnemend Commissaris der Koningin in
Utrecht, den hoer Idenburg, gouverneur-ge
neraal van Nod.-Indië en tal van autori
teiten.
26)
Toen rij om elf uren thuis kwamen, steeg
Betty af. Klaarblijkelijk was Warburton ge
heel uitgeput.
„Heeft u bevelen voor vanmiddag, juf
frouw Annealeyï"
„Om drie uren heb ik die victoria noodig.
Ik moet inkoopen doen en oen bezoek af
leggen. William moet Pi rat zoeken. Ik ben
je zeer dankbaar voor betgeen gij gedaan
hebt
Hij gaf geen antwoord, want hij zag haar
vader aankomen.
„Betty", zeide de overste met een bleek,
bezorgd gelaat; „hebt gij Pirat bereden!
Waar is hij en wat is er voorgevallen!" Hij
beschouwde haar bestoven rijkleed en beur
wanordelijk haar.
Zij vertelde nu het voorgevallene en wel,
naar War-burtons meening, zeer koel, docb
in allo bijzonderheden.
„Gij moet James voor mijn redding be
danken, vader Hij is zeer bedaard en koel
bloedig geweest."
Bedaard en koelbloedig I dacht Warbur
ton.
Het meisje ging nu, zacht bij zichcelvo
neuriënd, het huis binnen. De meeste vrou
wen zouden zeker nu haar reukfleschje
fvoor den dag gehaald en zich voor het ove
rige van den dag ter ruste begeven hebben;
ook zouden rij zich niet tegen de inspan
ningen van een elegant diner voor dien
avond hebben opgewassen gevoeld.
„Ik ben u zeer dankbaar, James. Ik ver
trouw mijn doohter geheel aan uw hoede toe,
wannoer zij rijdt. Sta haar nimmer weer
toe, dat zij een ander paard berijdt dan
haar eigen. Zij ie mijn alles en wanneer
haar iets mocht overkomen..."
„Ja, mijnheer de overste, ik begrijp Bet."
De overste volgde nu rijn dochter en War
burton bracht Dick naar den stal, gaf Wil
liam de noodige bevelen en wierp zich uit
geput op rijn veldbed.
Het gevreesde uur was gekomen I Hij
moest door de drukke straten rijden I Mocht
iemand hem herkennen, in vredesnaam 1
Het koet8ierspelen was een moeilijk werk.
En nu nog dit diner en hij moest om de ta
fel heenhinken en de soep ronddienen! Hoe
licht was het mogelijk, dat hem daarbij on
verwacht een bekend persoon tegen het lijf
liep I
En dat zou ook werkelijk gebeuren!
XIV.
Dat hij mij nooit de kwelling, welke Ik
gratis bij zijn lijden heb gevoegd, vergeven
zou, zwoer de heeT Robert met dure eeden.
De zaak heeft zich aldus toegedragen: Ik
liep dien namiddag door de Zeventiende
straat en trof hem voor een eleganten win
kel aan. Hij cat op zijn bok, hield de zweep
in den juisten stand en was in de beschou
wing der ooren van zijn paarden verdiept.
Voor het eerst zag ik hem weer sinds het
gebeurde op het politiebureel. Hij was in
tusschen zeer mager geworden. Mij zag hij
niet; ook sloeg hij er geen acht op, dat het
geluid mijner voetstappen ophield, toen ik
bleef staan. Ik besohouwde hem met aan
dacht.
„Wel", begon ik. Ik geef toe, dat ik met
een glimlach naar hem opkeek, waarmede
ongeveer eon kat een gevangen muis zou
kunnen beschouwen
Hij draaide zijn hoofd om en uitte eon
vloek, welken ik hier liever niet wil herha
len.
,Wat hebt gij mij te neggen!" ging ik
voort.
„Niets dan dit oene: ga verder en Taat
mij met rust, Chuok, of gij krijgt bij de
eerste gelegenhoid een paar oorvegen, 6rf!
of geen bril".
„Zwager of geen zwager!"
„Chuck, ga verder", zeide hij heesch;
„het is mij bittere ernst".
Dat zag ik. „Gij ziet er niet bijzonder ge
lukkig uit voor iemand, die zulk een kapi
tale grap heeft uitgehaald."
„Wilt gij maken, dat gij weg komt!"
„Pas wanneer het mij schikt, James. Ik
heb ter wille van jou reeds te veel leugens
op mijn geweten, om mij nu niet het genoe
gen van dere ontmoeting te gunnen. Heeft
juffrouw Annesley eenig vermoeden van het
bedrog!"
Hij gaf geen antwoord.
„Hoe beviel het je onlangs, met het rij
tuig voor het huis van je broeder te wach
ten!" Nog altijd geen antwoord. Hij liet
zijn vingers zenuwachtig over de teugels
heen en weer glijden en ik kon duidelijk
aien, dat hij kookte van woede, maar mij
vermaakte de scène toch zeer. Hij verdiende
een tijdlang langzaam gebraden te worden.
„Ik heb gehoord", ging ik voort, „dat gij
ook voor knecht speelt en de soep rond
dient."
Stilzwijgen. Toen hoorde ik een deur
dichtgaan en ontdekte een iritdruWring van
wanhoop In rijn oogen. Dc draaide mij om
en zag juffrouw Annesley met mevrouw
Chadwick de stoep afkomen.
„A, goeden dag, mijnheer Henderson. Me
vrouw Chadwick."
„Ik ken reeds dezen beroemden jongen
redenaar", beweerde mevrouw Chadwick,
terwijl zij mij haar hand toestak. Zij was
een elegante, om niet te zeggen schitterende
intrigante Dat zij bij verschillende poli
tieke woelingen indirect de hand in het
spel had gehad, wist ik bepaald. Zij was
weduwe, ongeveer aoht en dertig jaar, ceer
mooi en aantrekkelijk, kon alleraardigst
vertellen en had den merkwaardigen naam
van nooit te babbelen.
Het is nog niet lang geleden, dat ik ge
hoord heb dat Karloff een tijdlang voel
werk van naar heeft gemaakt. Hij is onge
twijfeld door haar zoo nauwkeurig op de
hoogte gekomen van de Amerikaansche po
litiek.
„Waar gaat o heen!" vroeg juffrouw
Annesley.
„Ik ben op weg naar het Ministerie van
Oorlog."
„Wij hebben plaats genoeg. 8tap in en wij
zullen u daar afzetten. James, rijd naar het
Ministerie van Oorlog."
Onder andere omstandigheden noU ik ge
weigerd hebben, wijl ik over het algemeen
liever te voet ga; maar in dit bijzondere
geval behoef ik zeker niet eerst te zeggen,
dat ik de uitnoodiging met het grootste ge
noegen aannam. De gedachte aan den koet
sier verschafte mij een heimelijk genot.
„Hoe maakt juffrouw Warburton het!"
vroeg juffrouw Annesley, terwijl zij in de
kussens leunde,.
„Uitstekend. Zij is als altijd mooi", ant
woordde ik met een gelukkigen glimlach.
„U moet juffrouw Warburton loeren ken
nen, mevrouw Chadwick. Zij is een der lief
ste meisjes van het geheelc land en even
goed als mooi. De heer Henderson is reor
gelukkig te achten."
„Dat geef ik toe. Het speet haar zeer,
dat u onlangs haar broeder niet heeft ont
moet." (De eerste op den koetsier afge
schoten pijl).
„Ik had gehoopt hem te ontmoeten, maar,
naar ik hoor, maakt hij een jachtpartij mee.
Op wien lijkt hij!"
„Evenmin op Nancv als op Jack", ant
woordde ik. „Hij heeft een knap uiterlijk,
maar is geheel onbetrouwbaar. Had zijn fa
milie in meer dan twee jaren niet bezocht;
brengt een enkelen nacht bij haar door en
verdwijnt weer, niemand weet waarheen.
Menigeen mag hem gaarne lijden, maar ik
houd meer van menschen met wat meer
standvastigheid. Niet, dat hij ook niet zijnt
goede eigenschappen heeftmaar hij is een
geboren zwerver. Zijn broeder doet moeltd
hem een post bij het gezantschap in Weencn
te bezorgen."
Welken indruk zou dit nieuwtje wel op
den koetsier maken!
„Diplomaat!" riejp mevrouw Chadwick.
„Dat ia de ware loopbaan voor een jongen
man, die een goed verstand heeft. Spreekt
hij vreemde talen!"
(Wordt vervolgd.)