JNOa 1S2 23 LEXDSCH DAGBLAD, Donderdag* *7 October. Tweede Blad. Anno IB09. Noordwijksche Brieven. Uit de „Staatscourant". Tweede Kamer. FEUILLETON. De nieuwe rijknecht. De Kamerverkiezing Breukelen* r In een artikel over den uitslag in Breu kelen merkt „D e T ij d" (roomsoh-katlt) o. a. iep: Slotsom van een en ander is, dat thans fendgüttig is gebleken, dat voor een katho lieken candidaat in het district Breukelen feeen kans van slagen bestaat tenzij ooit •bij onderlinge afspraak der gecombineerde 'christelijke partijen dit district aan de katholieken werd afgestaan, zóódat hun tandidaat op de stemmen (van althans een ideal) der anti-rovolutionairen en christelijk- Jbistorischen zou mogen rekenen. Veel kans hierop ^al in afzienbare toe komst wel niet bestaan. Willen de katho lieke kiezers boven den Moerdijk op een jiets grooter getal zetels in do Tweedo Ka- fcner aanspraak maken waarop hun goed Recht bezwaarlijk kan worden ontkend Idan zullen zij misschien beter doen, zooals Jhun in het gisteren als hoofdartikel ge- laatst ingezonden opstel werd aangera- en, het oog te vestigen op districten als Loosduinen, Wijk-bij-Duurstedo en Doeti- ©hera, bepaaldelijk indien zij er in slagen bij het openvallen van een zetel, hun goed Recht door de boide andere fractiën der Rechterzijde erkend to zien. Op die orken- )aing behoort te worden aangestuurd. Dat zij ons, niet slechts de krachtigste, maar bot dusver ook de edelmoedigste der drie jjecoaliseerde naxtyen, op den duur zou ont houden blijven, mogen en willen wij niet aan nemen. 'Aan „De Standaard" (anti-rev.) wordt Jut bet district geschreven: Er is bij deze verkiozing reusachtig ge kerkt. Er zijn geen moeiten noch kosten fees paard. Toch was de strijd, voorzoover (wij weten, nergens vinnig of onodel. De Ohristclijk-Qistorischcn schijnen in massa jop den anti-rev. candidaat te zijn overge- 'gaan. alsmede een doel dor liberalen. Een ander deel der Liberalen ging over jpp den Roomsch-Kath. oandidaat. Een klein deel der Liberalen bleef thuis. Het ia ook deze verkiezing weder gebleken, gelijk (vroeger steeds: het district Breukelen wil 'geen Roomsch-Katholiek afgevaardigde naar ido Kamer, hoe sterk de Roomsch-Katholie- jken er ook mogen zijn. Met spanning werd Dinsdagavond de uit slag der stemming in Breukelen afgewacht. (Bij het gemeentehuis te Breukelen was een talrijk publiek aanwezig uit alle hoeken (van het zeer uitgebreide district. Uit 29 ge- jneenten werden 33 stembussen, verwacht, die «den uitslag van de worsteling zouden bren- feen, Niet onaardig was de strijd dier bus- jsen tegen elkander. De Vechtdorpen Breu kelen, Loonen en Maarssen gaven elk eenigen •Voorsprong aan De Monté ver Loren. Wil nis verdeelde zijn kiezers nagenoeg in $weo gelijke helften. Evenzoo deden de Laag- Rieuwkoopers, Harmelon, Veldhuizen en Vleu ten drongen de Wijkerslooth weder een eind (voorwaarts, doch werden weder teruggedre ven door do Kokengors, Baanhruggers, Loe- berslootor8, Ruwielers en Linschobers. D© grensdistricten beginnen te komen. Het „Huisgezin" (r.-k.) zegt: Do uitslag bevestigt tevens, dat men te (Breukelen beter ha/1 gedaan de proefneming piet te wagen. .Want het ie niet zooais gemeenlijk (wordt voorgesteld een eerlijke, zelfs Vriendschappelijke krachtmeting tusschen do groepon van rechts, het is eenvoudig jhet aanstellen dor liberalen tot scheidsrech ters. Voor één keer zal dit de ooaliti© geen fcfbrcuk doen, maar bij herhaling zou het boch niet geheel zonder gevaar zijn. .Wil men aan den voor de katholieken biet aangenamen toestand, bon gré mal gré janti-revolutiomiairen en chris tel yk-histori- schen in het bezit to laten van districten, die hun niet toekomen, een einde maken, dan Kit pr niets andera op dan mee te werken, itot de spoedige invoering van evenredige Vertegenwoordiging. De „M a a 8 b o d e" (r.-k.) schrijft: Dozen uitslag betreuren wij niet, ook a! hebben wij den Katholieken oandidaat, dringend zelfs, aanbevolen. De omstandigheden en de geheel foutieve tactiek van een paar Roomsche bladen heb ben de pers, die anders daoht, bij het doen van een aanbeveling gesteld voor een alter natief, waaruit zelfs do wijsheid van een Salomon haar niet had kunnen redden. Gevraagd mag nu aan die bladen: Wat hebt gij nu gewonnen! De cijfers van deze stemming vergeleken bij die der eerste bus hebben intusschen aan die bladen wel een gevoelige les ge geven. Want wie nog maar iets van politiek ver staat, moet er toch wel uit leeren, dat wij Katholieken in dit land nog maar niet kun nen doen wat wij willen, dat goede tactiek voor ons steeds nummer één moet blijven. AU© bravour, alle ruw ingrijpen misstaat ons niet alleen, maar brengt ons steeds schade. In Breukelen rijn wij slachtoffers gewor den van een dubbel antipapisme, eerstens van dat der anii-revolutionnairen, twee dons van dat der liberalen. Kreeg de katholieke oandidaat ditmaal een 700 atemmen meer, de anti-revolution- nair haalde het tot 3514 stemmen, d.w.z. twee duizend stemmen meer dan bij de eerste bus. Het „Handelsblad", dat den Katholieken oandidaat bij de herstemming aanbeval, hoopte dat rijn geestverwanten niet al te „Turksoh" zouden stemmen. Het blijkt echter voor de zooveelste maal, dat de „Turken" het nog altijd winnen van de „papen". Wij, Katholieken, hebben dit besef wel, maar juist omdat wij dit beseffen, had er aan onze rijde anders moeten rijn opge treden. Wij zijn de oudsten, wij hebben de lessen van eeuwenlange ervaring voor ons, als oudsten hadden wij ook de wijssten moe- rijn. Wel hebben alzoo de feiten onze houding schitterend gerechtvaardigd, al stonden wij van begin ai alleen. En nu moge men weer beginnen artike len tegen ons te schrijven, tegen de eviden tie echter valt niet langer te vechten. Inmiddels is er nog op het laatste mo ment een krachtig strijder opgestaan, die in een lezenswaardig artikel in hoofdzaak precies hetzelfde verdedigt, wat wij van meet af hebben voorgestaan, en die alzoo aan de houding van „Tijd" en „Centrum" onbewimpeld een démenti geeft. Dat artikel stond als ingezonden hoofd artikel inde „Tijd" 1 Ge hebt het wel gezegd: „Een journalist kan somwijlen voor heet© vuren komen te staan" en zeggen wij er bij, rijn vingers soms wel eens erg branden aan dat vuur VI. Gistermiddag dreef het mooie herfstwe der ons naar de badplaats. Uitgestorven in de Decemberbeteekenis van het woord, is het hier nog niet. Vele villa's zijn wel ver laten, maar enkele zagen wij nog bewoond. Sommige pensions hebben ook nog gasten. „Pension Noordzee" bergt zelfs nog een vrij groot aantal vreemdelingen. Lang zal het echter niet meer duren, of we zijn to Noordwijk-aan-Zee weer „onder ons." Het strand ligt eenzaam en verlaten. Geen ten tjes meer, geen strandstoelen of badkoet sen, geen vroolijke bedrijvigheid van ba dende kinderen, wandelende dames en hee- ren, niets van dat alles: de sohelponvisscher is er thans baas; hij heeft het rijk alleen, tot na behouden teelt; dan komen de vts- scher8 weert die den langon winter bij „moeder de vrouw" doorbrengen. We heben de villa's enz. aan den Noord- boulevard eens bekeken; dat is tegen de gewoonte van bijna alle wandelende Noord- wijkers en vreemdelingen. Toch staat al daar een flink aantal villa's en maakt „Pension-Hoek" er een goed figuur. Dit voorjaar werden er nog drie flinke villa's bijgebouwd. Niettegenstaande dat alles, is bet grootste gedeelte Noord-boulevard (van af „Noordzee") een verlaten stuk, een aanhangsel van de badplaats, een soort van achterland, niet te bereiken voor rij tuigen, automobielen en andere voertuigen. Hoe dat komt! Ooh, de breede boulevard wordt onderbroken door een geul, een diepe geul, geen vaargeul, neeneen r ij- geul. Wanneer men een nauwkeurig on- i derzoek instelt, en de dikte laag mul zand tracht te verwijderen, die er het grootste gedeelte des jaars op ligt, dan komt mcu tot de ontdekking, dat de bodem van die geul nog bestraat is. Die inzinking wordt door de rissohers, die hun vaartuig provian deeren of nh de vangst leeghalen, en ook door de scholpenvissohers gebruikt als öprit van het strand naar het dorp. Arme paarden, die een zwaargeladen kar door het mulle zand opwaarts moeten zeulen, zij het dan ook, dat de helling zeer glooiend is. Voor die geul stapt de fietser van zijn kar, de koetsier en de chauffeur zien zich ge noodzaakt, de reis af te breken, men kan Eet verdere gedeelte van den Noordboule vard niet bereiken dan te voet. Trapje af, wandeling door mul zand, hoogte weer op,... ziedaar, hoe men verder komt. Of het niet te verbeteren zou zijn! O ja, heel goed. Wij zouden den straatweg eenvoudig doorgetrokken wenschen, indien gowenscüt met een kleine inzinking, waar de karren van het strand opwaarts gaan. De helling aan den leant der zee zou voor een f link deel geasphalteerd dienen te worden, omdat an ders diegenen, dio om den brood e met hun karren naar en van het strand moeten, be moeilijkt zouden worden, en dat mag in- tuurlijk nieit. :Zot/in aspbalthelling moge steiler rijn dan de tegenwoordige weg, wij voor ons gelooven, dat iedere voerman ons toe zal geven, dat een geladen kar tegen zoo'n effen asphaltweg met meer gemak wordt opgetrokken dan door de meer dan een voot dikke zandlaag, waardoor de arme paarden thans hun vracht moeten trekken. Wie van 't tegendeel overtuigd is, dat hij 't «egge. Wij zouden daarom den betrokken voreenL gingen: „Zeebad Noordwijk-aan-Zee" en ^Vreemdelingenverkeer" wel in overweging willen geven, om in den komenden, stillen wintertijd nogmaals een stevige actie op touw te zetten, om bij bevoegde autoriteiten er op aan te dringen, dat do gasten, die het volgend jaar naar Noordwijk komen, een „volledigen" niet-onderbroken Noord boulevard mogen vinden. Van bevoegde zijde hoorden wij nog fluis teren, dat belanghebbenden er wellicht voor te vinden souden zijn, gezamenlijk een deel der kosten te dragen, die de uitvoering van het plan sou met zich brengen. In den bestaand en, onhoudbar en toestand verbetering brengen, zou een prachtgelegen- heid zijn voor onzen Gemeenteraad, om zich óók eens verdienstelijk te maken voor de „badplaats" Noordwijk. Mokkend hoorden wij nog dezer dagen zeggen: „Als er te Noordwijk-Binnen maar coo'n toestandje was, dan zou er wel raad geschaft worden." Wat daarvan waar is, kunnen wij natuur lijk niet nagaan, maar dat er wel „oen ietsje" van waar is.... wij gelooven het stel- l»Éf. Ten slotte deelen wij nog een vraag mee, ons dezer dagen gedaan door iemand, die veel heeft gewerkt, om den hier besproken toestand verbeterd tc krijgen. Zijn vraag was een oratorische, d w. z., hij verlangde er geen antwoord op. Hij vroeg zich name lijk af, of Rijnland wel tevreden zou moe ten zijn met de bestaande „rijgeul", of na melijk de hoogte ter plaatse wel voldoet aan de eischen, die Rijnland daaromtrent stelt aan zeeweringen. Bij Kon. besluit is aan de na te noemen personen verlof vorlcend tot het aannemen van de onderscheidingsteekencn achter hun namen vermeld, t© weten S. van Hasselt, bankier, wonende te Roo sendaal, het ordetoeken van ridder in de Orde van den Heiligen Gregorius den Groot©, hem door Z. H. den Paus geschonken; G. Zeehuisen, directeur van hot Amster- damsch Fondsenkantoor, wonende te 's-Gra- venhage, hot ordotoelcen van Officier d'Aca- démie, hem namens den President door den minister van Openbaar Onderwijs en Schoon© Kunsten der Fransche Republiek geschonken H. W. Esveld, wonende te Amerongen, en j A. EL de Graaf, wonende te Leersum, 1 aid en koetsier, de medaille verbonden aan de Kroonorde, hun door Z. M. den Duitschen Keizer, Koning van Pruisen, geschonken. O. Ploeg, kamerdienaar, wonende te Ame rongen, de medaille verbonden aan de orde van den Rooden Adelaar, hem door Z. M. den Duitschen Kei zei', Koning van Prui sen, geschonken is P. Lammerschaag benoemd tot burge meester der gomeento Krommenie; A. E. Albe ra, benoemd tot burgemeester der .gemeente Aarle-Rixtcl benoemd tot officier in de ordo van Oranje- Nassau, de president-commissaris der Land- bouw-Moatschappij Oud-Djember G. D. Bir- nie te Rotterdam; benoemd tot ridder in de arde van Oranje- Nassau de te Galela op Halmoheira werk zame zendeling van de Utrcchtsche Zendings- vereeniging M. J. van Baarda; met ingang van 1 October 1909 H. Tim mer te Dordrecht benoemd tot gezagvoerder bij de Rij ksstoomvcreu van de Bergsche Maas, onder toekenning van eervol ontslag als gezagvoerder op een der direotie-vaar- tuigen van den Rijkswaterstaat; Hendrik Matthias Michael Rappard, wo nende te Djainoes, residentie Madioen (Nod.- Oost-Indië), mot al zijn wettige, zoo man nelijke als vrouwelijke afstammelingen, in den Nederlandschon adel ingelijfd, met den titel van riuder, zoo voor hem zelf als voor zyn wettige mannelijke afstammelingen. Min. Beschikkingen. Gesteld ter be schikking van den Gouv.-Gen. van Ned-- Indië J. 0. Kok, J H. H. Lemmens on A. van Houckelum, om te wordon benoemd tot onderw. derde kl. bij het openb. Eur. lager onderwijs daar te lande. Koninklijke Militaire Academie. De uitslag der horexamens is: Van heb 1ste naar het 2de studiejaar gaan alsnog over: Infanterie hier te lando: H. W. G. R. Dietz, M. L. J. Hofstee, J, Koolhaas Re vers G .A. Smits, E. 8. W. E. Tiesselinck. Infanterie O.-I.G. K. H. do Bont, A. L. de Bruijn, M. A. Evers, G. de Lang, Th. C. Lindgreon, E. A. Nix, H. Poulus, K. W. B. Schmidhamer, J. L. do Voogt. Cavalerie hier te lande: Jhr. D. J. H. N. den Beer Poortugael Cavalerie O.-I.O. H. van Doornum, H. Treffers. Artillerie hier te lande: F. A. J. de Klerck, J. L. Rauh, O. J. 8chouton, P. We- fers Bettink, J. R. de Wijs. Artillerie O.-I,J Claasen, D. van Driest, 0. Th. Neijs, P F. W. von Seydlitz Kui?'- bach, J. Vogelesang. Genie hier te lande: W. Beijerinck. Genie O.-I.: W. H. Elsman, F. L. W. Li- bourel. Van het 2de naar het 3de studiejaar gaan alsnog over Infanterio hier te landeW. G. Bender, J. C. Bouscholte, H. I. B. Th. A. von Heij den, A. D. A Tilanus, H. G. van Voort- huijsen. Infanterie O.-I. A. J. Bakker, W. O. van Duinen, H. J. Grove, W. V. van dor Hart, S. Ketting Olivier, J. H. Krabben bos, J. P. Lanocl, J. H. G. 8tegenw», A. K. Valken, J Vogler. Cavalerie O.I.O. F. A. de Bruijn. Artillerie hier te lando: J C. van Apel doorn, J. J. F. Bartel8, J. L. van Dam, W. H. Doorman, W. J. H. van Engelen burg, J. Fa bi-fis, E. Frenkol, J. M. A. Gcc- dewaagen, W C. Th. Haarman, M. Heij- broek, L. van Hulst, J. G. Kraft, L. J. Roe per Bosch, W. J. A. Schwing, L. H. Stolk, W. Thomson, P. Versteegh. Artillerie O-T.8. C.'W J Bijl de Vroe, W. Lcendortz, W. J. Rinkel, J. P. Tuijter. Genie hier te lande H. J. M. Wijnoldy Daniels. Generaal van Daalon. Luitenant-goneraal G. 0. E. van Daalen vertrok Dinsdag, October met den D-trein van 11.30 met zijn gezin uit Arn hem naar Wiesbaden, om van daar naar Genua te gaan, ton einde zich in te sche- i pen op de „Grotius" van de Maatschap Dij j j „Nederland", die 14 October a. s. van Ge- I nua naar Indiö vertrekt. I Haven Sabang. Bij nota van wijriging wordt thans voor. gesteld in de bij het in behandeling zijnde wetsontwerp behoorende overeenkomst artl- kei 10, 3de lid» sub io., te lezen als volgt: la a. indien de beëindiging van de erf pacht plaats heeft vóór den lsten Januari 1939, een bedrag, gelijkstaando aan veertig maal de som, die over de aan dat tijdstip voorafgegane drie boekjaren aan do aan deelhouders van do naamlooze vennootschap „Zeehaven en Kolenstation Sabang" en aan de houders der in artikel 4 der statu ten bedoelde 500 winstaandeelen gemiddeld is uitgekeerd geworden: b. indien de beëindiging van de erfpacht plaats heeft op of na 1 Januari 1939, doch vóór 1 Januari 1949, een bedrag, gelijk staande aan het vijf-en-dertigvoud van de onder a bedoelde gemiddelde som; o. indien do beëindiging van de erfpacht plaats heeft op of na 1 Januari 1949, een bedrag, gelijkstaando aan het dertigvoud dor onder a bedoelde gemiddelde som; met dien verstande, dot de bedragen, on der a, b of o bedoeld, minstens gelijk moe ten staan aan het gestorte en niet terugbe taalde aandeolenkapitaol van de genoemde vennootsohap. Uitzending Gouverneur- Generaal. Een wetsontwerp is ingediend tot verhoo ging van do Indische begrooting voor 1909 met een bedrag van f 80,000 tor bestrijding van do kosten, vorhonden aan de uitzending van den nicuwbenoemden gouverneur-gene raal van Ned.-Indië. Naar gewoonte is gerekend op 60,000 voor kosten van uitrusting en op 20,000 voor reiskosten naar Indië en traktement gedurende de reis naar Indië. Katholieke missie in Suri name. Voorgesteld wordt aan de R.-Kath. mis sie in Suriname een vergoeding te geven van 4000 in de passagekoston van Neder land naar Suriname van de 10 thans in het militair hospitaal to Paramaribo werkzame verpleegsters. Dc minister van koloniën wijst er op, dat voor deze liefdezusters slechts vanwege het gouvornement een toe lage van f 250 per jaar on por vorplcegster wordt vorleend. Nu de missie uit eigen mid delen het ontbrekende niet meer kan bij passen, wordt voorgesteld haar meer finan- oieelen steun te verschaffen. Buitengewone uitgaven. In verband met het door het Kamerlid dr. Bos te kennen gegeven verlangen, heeft de minister van koloniën aan do Tweede Kamer doen toekomon oon opgaaf van go- dane „buitengewone uitgaven" (vroeger ge noemd: „uitgaven voor productieve wer- kon") ten laste van do begrooting van No- derland8eh-Indië voor 1605. Dergelijke opgaaf zal in don vervolge direot bij de indiening van het wetsontwerp tot vaststelling van het slot der Indische rekening worden overgelegd. Bezoek van «ie Koningin Moedor aan Utrecht en de Zending*- teiitoonMtelling. H. M. de Koningin-Moeder werd bij hot' binnenkomen der st&d een bouquot aange boden door een zoontje en oen dochter van den burgemeester, mr. dr. A. F. baron Vaa; Lijnden. Bij het bezoek aan dc Zendingstentoönstel- ling sprnk do Koningin-Moeder don oud-zen deling Van Hasselt toe en zeido dat hot hem' wel grooto voldoening zal schonken dat daar waar hij zoo vóel jaren arbeidde, de zonding thans zulke vorderingen maakt. De opening van de tentoonstelling werd. bijgewoond door dr. J. Goirctscn, hofpre diker, namens do Koningin, jhr. mr. J. E. Huydecopor van Maarsseveen en Nigtevcchfc, waarnemend Commissaris der Koningin in Utrecht, den hoer Idenburg, gouverneur-ge neraal van Nod.-Indië en tal van autori teiten. 26) Toen rij om elf uren thuis kwamen, steeg Betty af. Klaarblijkelijk was Warburton ge heel uitgeput. „Heeft u bevelen voor vanmiddag, juf frouw Annealeyï" „Om drie uren heb ik die victoria noodig. Ik moet inkoopen doen en oen bezoek af leggen. William moet Pi rat zoeken. Ik ben je zeer dankbaar voor betgeen gij gedaan hebt Hij gaf geen antwoord, want hij zag haar vader aankomen. „Betty", zeide de overste met een bleek, bezorgd gelaat; „hebt gij Pirat bereden! Waar is hij en wat is er voorgevallen!" Hij beschouwde haar bestoven rijkleed en beur wanordelijk haar. Zij vertelde nu het voorgevallene en wel, naar War-burtons meening, zeer koel, docb in allo bijzonderheden. „Gij moet James voor mijn redding be danken, vader Hij is zeer bedaard en koel bloedig geweest." Bedaard en koelbloedig I dacht Warbur ton. Het meisje ging nu, zacht bij zichcelvo neuriënd, het huis binnen. De meeste vrou wen zouden zeker nu haar reukfleschje fvoor den dag gehaald en zich voor het ove rige van den dag ter ruste begeven hebben; ook zouden rij zich niet tegen de inspan ningen van een elegant diner voor dien avond hebben opgewassen gevoeld. „Ik ben u zeer dankbaar, James. Ik ver trouw mijn doohter geheel aan uw hoede toe, wannoer zij rijdt. Sta haar nimmer weer toe, dat zij een ander paard berijdt dan haar eigen. Zij ie mijn alles en wanneer haar iets mocht overkomen..." „Ja, mijnheer de overste, ik begrijp Bet." De overste volgde nu rijn dochter en War burton bracht Dick naar den stal, gaf Wil liam de noodige bevelen en wierp zich uit geput op rijn veldbed. Het gevreesde uur was gekomen I Hij moest door de drukke straten rijden I Mocht iemand hem herkennen, in vredesnaam 1 Het koet8ierspelen was een moeilijk werk. En nu nog dit diner en hij moest om de ta fel heenhinken en de soep ronddienen! Hoe licht was het mogelijk, dat hem daarbij on verwacht een bekend persoon tegen het lijf liep I En dat zou ook werkelijk gebeuren! XIV. Dat hij mij nooit de kwelling, welke Ik gratis bij zijn lijden heb gevoegd, vergeven zou, zwoer de heeT Robert met dure eeden. De zaak heeft zich aldus toegedragen: Ik liep dien namiddag door de Zeventiende straat en trof hem voor een eleganten win kel aan. Hij cat op zijn bok, hield de zweep in den juisten stand en was in de beschou wing der ooren van zijn paarden verdiept. Voor het eerst zag ik hem weer sinds het gebeurde op het politiebureel. Hij was in tusschen zeer mager geworden. Mij zag hij niet; ook sloeg hij er geen acht op, dat het geluid mijner voetstappen ophield, toen ik bleef staan. Ik besohouwde hem met aan dacht. „Wel", begon ik. Ik geef toe, dat ik met een glimlach naar hem opkeek, waarmede ongeveer eon kat een gevangen muis zou kunnen beschouwen Hij draaide zijn hoofd om en uitte eon vloek, welken ik hier liever niet wil herha len. ,Wat hebt gij mij te neggen!" ging ik voort. „Niets dan dit oene: ga verder en Taat mij met rust, Chuok, of gij krijgt bij de eerste gelegenhoid een paar oorvegen, 6rf! of geen bril". „Zwager of geen zwager!" „Chuck, ga verder", zeide hij heesch; „het is mij bittere ernst". Dat zag ik. „Gij ziet er niet bijzonder ge lukkig uit voor iemand, die zulk een kapi tale grap heeft uitgehaald." „Wilt gij maken, dat gij weg komt!" „Pas wanneer het mij schikt, James. Ik heb ter wille van jou reeds te veel leugens op mijn geweten, om mij nu niet het genoe gen van dere ontmoeting te gunnen. Heeft juffrouw Annesley eenig vermoeden van het bedrog!" Hij gaf geen antwoord. „Hoe beviel het je onlangs, met het rij tuig voor het huis van je broeder te wach ten!" Nog altijd geen antwoord. Hij liet zijn vingers zenuwachtig over de teugels heen en weer glijden en ik kon duidelijk aien, dat hij kookte van woede, maar mij vermaakte de scène toch zeer. Hij verdiende een tijdlang langzaam gebraden te worden. „Ik heb gehoord", ging ik voort, „dat gij ook voor knecht speelt en de soep rond dient." Stilzwijgen. Toen hoorde ik een deur dichtgaan en ontdekte een iritdruWring van wanhoop In rijn oogen. Dc draaide mij om en zag juffrouw Annesley met mevrouw Chadwick de stoep afkomen. „A, goeden dag, mijnheer Henderson. Me vrouw Chadwick." „Ik ken reeds dezen beroemden jongen redenaar", beweerde mevrouw Chadwick, terwijl zij mij haar hand toestak. Zij was een elegante, om niet te zeggen schitterende intrigante Dat zij bij verschillende poli tieke woelingen indirect de hand in het spel had gehad, wist ik bepaald. Zij was weduwe, ongeveer aoht en dertig jaar, ceer mooi en aantrekkelijk, kon alleraardigst vertellen en had den merkwaardigen naam van nooit te babbelen. Het is nog niet lang geleden, dat ik ge hoord heb dat Karloff een tijdlang voel werk van naar heeft gemaakt. Hij is onge twijfeld door haar zoo nauwkeurig op de hoogte gekomen van de Amerikaansche po litiek. „Waar gaat o heen!" vroeg juffrouw Annesley. „Ik ben op weg naar het Ministerie van Oorlog." „Wij hebben plaats genoeg. 8tap in en wij zullen u daar afzetten. James, rijd naar het Ministerie van Oorlog." Onder andere omstandigheden noU ik ge weigerd hebben, wijl ik over het algemeen liever te voet ga; maar in dit bijzondere geval behoef ik zeker niet eerst te zeggen, dat ik de uitnoodiging met het grootste ge noegen aannam. De gedachte aan den koet sier verschafte mij een heimelijk genot. „Hoe maakt juffrouw Warburton het!" vroeg juffrouw Annesley, terwijl zij in de kussens leunde,. „Uitstekend. Zij is als altijd mooi", ant woordde ik met een gelukkigen glimlach. „U moet juffrouw Warburton loeren ken nen, mevrouw Chadwick. Zij is een der lief ste meisjes van het geheelc land en even goed als mooi. De heer Henderson is reor gelukkig te achten." „Dat geef ik toe. Het speet haar zeer, dat u onlangs haar broeder niet heeft ont moet." (De eerste op den koetsier afge schoten pijl). „Ik had gehoopt hem te ontmoeten, maar, naar ik hoor, maakt hij een jachtpartij mee. Op wien lijkt hij!" „Evenmin op Nancv als op Jack", ant woordde ik. „Hij heeft een knap uiterlijk, maar is geheel onbetrouwbaar. Had zijn fa milie in meer dan twee jaren niet bezocht; brengt een enkelen nacht bij haar door en verdwijnt weer, niemand weet waarheen. Menigeen mag hem gaarne lijden, maar ik houd meer van menschen met wat meer standvastigheid. Niet, dat hij ook niet zijnt goede eigenschappen heeftmaar hij is een geboren zwerver. Zijn broeder doet moeltd hem een post bij het gezantschap in Weencn te bezorgen." Welken indruk zou dit nieuwtje wel op den koetsier maken! „Diplomaat!" riejp mevrouw Chadwick. „Dat ia de ware loopbaan voor een jongen man, die een goed verstand heeft. Spreekt hij vreemde talen!" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5