No. 15207
LEIDSGH DAG-BÏiAD, Zaterdag* 18 September.
Anno 1009.
Om ons heen in de maatschappij.
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON.
De nieuwe rijknecht.
,4)
I.
De opstellen, welke wij ons voorstellen
jju en dan onder dit hoofd in onze kolom
men op te nemen, vormen een beschouwing
van enkele der voornaamste onder
werpen van de wetenschap, die men gewoon
met een eenigszins verouderden, maar
tooh altijd nog veel gebruikt wordenden
naam, de wetenschap der Staathuishoud
kunde te noemen.
Wij zouden dus eenvoudig hebben kunnen
spreken van: opstellen over Staat
huishoudkunde" maar wij waren eenigszins
bevreesd, dat onze lezers, in plaats van
eenige aangename en voor sommigen ook
ftuttige oogenblikken te genieten, van de
ezing onzer sohetsen zouden worden terug
gehouden door den titel.
Het moet dan ook erkend worden, dat
Staathuishoudkunde geen ge
lukkig gekozen woord is voor een weten
schap van zóó praotischen aard, als die,
waaraan men dezen naam gegeven heeft. Hij
'doet allicht denken aan een verzameling
van onpractische leerstelsels. Op dezelfde
wijze is het gesteld met sommige omschrij
vingen, die men van den aard en het doel
der Staathuishoudkunde gegeven Iteeft;
bijv..,zij is de leer van den rijkdom", of
„rij ia de wetenschap, die "ons leert hoe de
rijkdom ontstaat en vernietigd wordt." Zul
ke omschrijvingen zijn bijzonder geschikt om
geheel verkeerde voorstellingen en begrip
pen te doen ontstaan.
Een juiste omsohrijving van een weten
schap te geven is altijd moeilijk en mis
schien is de .onze evenmin volkomen juist.
Toch meenen wij, dat de bedoeling het be3t
begrepen wordt, v anneer men zegt, dat de
Staathuishoudkunde dc wetenschap is, die
ons leert, hoe de maatsoh appel ij-
ko verschijnselen ontstaan
en welke gevolgen zij heb
ben.
Onze lezers zullen dit zeker toestemmen,
'wanneer wij eonigc onderwerpen noemen,
welke die wetenschap omvat en welker be
schouwing ons dus van tijd tot tijd zal be
zighouden zooalsbezit of eigendom
waarde en prijs der zaken; kapitaal en ar
beid armoede en rijkdomvoortbrenging
Van zaken; handel en nijverheid; mededin
ging, enz.
Ieder weet, dat dit verschijnselen zijn,
die onophoudelijk in de samenleving voor
komen en waardoor het maatschappelijk le
ven zichtbaar wordt beheerscht. Ieder is er
zich min of meer van bewust, dat deze din
gen met elkander in verband staan, dat al
les als het ware één geheel vormt; dat
overal oorzaak en gevolg bestaat. Toch
blijft, zelfs voor meer ontwikkelden, veel
duisterheids in die maatschappelijke ver
schijnselen. Menigeen vraagt zioh tever
geefs af: „Van waar dit of dat!" „Zou dit
niet anders kunnen of moeten zijn?" enz.
Do Staathuishoudkunde, die zooals wij haar
tegenwoordig opvatten, een bij uitstek
practische wetenschap is, kan daarbij in de
meeste gevallen licht geven.
Kennis dor maatschappelijke verschijn
selen moet er toe leiden, dat de stoffelijke
.welvaart grooter wordt; zooals kennis van
'de huishouding vooruitgang van het gerin
ten gevolge heeft. Die vermeerdering van
welvaart is dus het practisch doel van de
Staathuishoudkunde, of, zooals men het
met een vreemd wordt ook wel eens noemt,
der economie.
Dit beteekent echter volstrekt niet, dat
'de lessen dezer wetenschap uitsluitend het
middel nan de hand zouden doen, om het
best voor zichzelf te zorgen, desnoods met
voorbijgang der belangen van anderen.
Vooral in den nieuweren tijd heeft men te
recht begrepen, dat er gemeenschapsgevoel
behoort te zijn; dat men het welzijn van
elk mensok in het bijzonder juist in het
algemeen welzijn der maatschappij heeft t'e
zoeken; dat bevordering der gemeenschap
pelijke belangen op den laügen duur het
nest de belangen der op zichzelf staande
personen bevordert. En sedert nen dit
nelder heeft ingezien en meer beslist op
den voorgrond gesteld, spreekt men minder
van Staathuishoudkunde en meer an
maatsoh appelijke huishoud
kunde.
Leert de Staathuishoudkunde ons, vooral
in haar nieuwere opvatting, tegenover zorg
voor eigen welzijn die van het algemeen te
behartigen, bij de vervulling van dien plicht
ontmoet men dikwijls groote hinderpalen.
De voornaamste daarvan is ongetwijfeld:
onvoldoende kennis der maatschappelijke
verschijnselen, hun oorzaak en hun gevolg.
Die onvoldoende kennis doet raadselen voor
ons ontstaan; geeft verkeerde indrukken, die
tot onjuiste beschouwingen voeren over
maatschappelijke verhoudingen en wanver
houdingen en soms leiden tot ontevreden
heid en tot falen, waar men middelen tot
verbetering zocht. In een tijd als de onze,
waarin bajna ieder aan het openbare leven
deelneemt en er daardoor vanzelf toe komt
om zioh met de maatschappelijke verschijn
selen'bezig te houden, is mets meer nood
zakelijk dan de verspreiding der kennis, die
ons het werkelijk leven practisch verklaart.
Het is bijna overbodig te zeggen, dat onze
ojpstellen zóó zullen zijn ingericht, dat zij
ook waarde hebben voor hen, wien geen we
tenschappelijke ontwikkeling ten deel viel,
ja voor hen zelfs de grootste waarde Daar
om behandelen wij bij voorkeur wat het
meest voor de hand ligt en de verspreiding
van practüsohe kennis bevordert en daarom
zullen wij ook geen vreemde of kunsttermen
gebruiken zonder ze zooveel mogelijk te
verklaren. Op die wijze hopen wij er toe
bij te dragen, om niet alleen wat oud en
beproefd is, maar ook de nieuwere bcscliou-
wing van maatschappelijke vraagstukken
in ruimer kring bekend te maken en te
doen waardeeren.
De melkboer Y. te Gouda, die
gisteravond met een hondenkar door do
stad reed, schopte zijn hond zoodanig, toen
het dier een verkeerden draai nam, dat het
na eenigo oogenblikken dood neerviel. De po
litie maakte proces-verbaal op tegen den
melkboer. („Tel.")
Toen in het voorjaar de hout
zagerij en schaveiij „De Tijdgeest" van de
firma Van Wessem en Co. te Zaandam af
brandden, besloten de firmanten deze niet te
herbouwen. Thans echter is de firma Van
Wessem op haar besluit teruggekomen en
zal de stoomzagerij en schaverij herbouwd
worden.
Toen de ambtenaren van het
bijkantoor der posterijen in de Van-der-
Helststraat te Amsterdam gisterochtend op
het bureau kwamen, bespeurden zij alras,
dat gedurende den nacht ongonoode gasten
er een bezoek hadden gebracht.
Van de brandkast was de geheele achter
kant weggenomen.
De dieven hebben zich blijkbaar tot het
kantoor toegang verschaft door openslui
ting van de voordeur en rijn waarschijnlijk
in him werk gestoord. Althans een tweetal
rijwielen van ambtenaren van dit kantoer
werden achter de buitendeur gevonden,
waar zij blijkbaar gereed gezet waren om
mee te nemen. Een dezer rijwielen, een
nieuwe fiets, bad een bekleed zadel. Ver
moedelijk uit vrees er door verraden te wor
den, hadden de dieven dit overdek er af
genomen en in het kantoor neergeworpen.
Bij het forceeren der brandkast hebben
de dieven zich waarschijnlijk van een fiets
lantaarn bediend, althans men vond wel af
gebrande lucifers, doch geen kaarsvet. Dit
het bovengedeelte ~.n <Ie brandkast en üit
een lessenaar was eenig wisselgeld, bij
elkaar ruim 17 gulden, gestolen. Het bene
dengedeelte der brandkast hebben de in
brekers niet kunnen bereiken. Ze zouden er
ook nog eenig wisselgeld gevonden hebben.
De postzegel voorraad werd uit de brand
kast gehaald en op een tafel neergelegd.
Blijkbaar rijn c'e bezoekers bang geweest
zich te verraden door dezen voorraad mee
te nemen.
De besteller van litt kantoor vond 's mor
gens om zeven uren de buitendeur open
staan hij waarschuwde de politie.
Eenige jaren geleden werd in hetzelfde
kantoor, met meer „succes" ingebroken.
Naar aanleiding daarvan is toen besloten
wat rioh aan belangrijke geldswaarden on
de bijkantoren bevond, des avonds naar het
hoofdkantoor over te brengen. Een inbraak
in een bijkantoor is dus van dievenstand-
punt vrijwel een monnikenwerk.
De diefstal te Vlaardingen
Uit Vlaardingen schrijft men aan de
„Schied. Cfc." o.m.
De diefstal heeft onder zeer eigenaardige
omstandigheden plaats gehad.
Immers moesten er drie sloten, die van
de kluisdeur, de brandkast en loket, waarin
de effectentrommel was geplaatst, geopend
worden, alvorens de dief deze wegnemen
kon. Deze sloten moeten geopend zijn met
sleutels, want nergens is eenig teeken, hoe
gering ook, dat maar aanleiding kan ge
ven tot het vermoeden, dat met eenig ge
weld zou rijn gehandeld; niet de minste be
schadiging zelfs.
Bovendien vernemen wij, dat voor den
dief, die de trommel wist te bereiken, in
geld voor f 1500 voor het grijpen stond
toch is dat ongemoeid gelaten.
Ten slotte kunnen we nog mededeelen,
dat mevrouw Kikkert verzekerd was tegen
inbraak.
Haar het „Utr. Dbl." mededeelt, zijn de
heer Kikkert met den commissaris van po
litie uit Vlaardingen, de heer Heuff, gis
teren te Utrecht geweest; zij vertoefden ge-
ruimen tijd op het hoofdbureau van politie.
De quaestie is, dat men aldaar zoekt naar
een spoor van den dader. De politie in
Den Haag was er achter gekomen, dat bij
een hotelhouder in de Residtentie kennisge
vingen van aangetcekende stukken kwamen
voor zekeren J. Bik, dio in dat logement
verblijf hield, welke aangeteekende stukken
effecten inbieJden van den diefstal afkom
stig. De hotelhouder kwam als gemachtigde
van Bik de stukken halen, maAr de postad
ministratie, intijds gewaarschuwd, wcigor-
de de stukken af te geven anders dan aart
den geadresseerde zelf. Met die boodschap
ging de hotelhouder heen, maar Bik zelf
kwam de stukken niet meer halen on ver
dween ook sedert uit het. logement, waarin
hij niet meer werd teruggezien. De hotel
houder wist, dat Bik Utrecht als zijn eigen
lijke woonplaats beschouwde, althans te oor-
deelen naar 's mans mededeelingen. Hij gaf
daarvan kennis aan de politie en zoo kwa
men de heeren Kikkert en Heuff te Utrecht,
om de hulp der Utreehtsclie politie in te
roepen. De hotelhouder kon van Bik een
vrij volledig signalement geven, aan de
hand waarvan de recherche alle hotels en
logementen aldaar afliep, evenwel zonder
resultaat. Ook werden bij alle effectenhan
delaren lijsten bezorgd met de nummers der
gestolen effecten.
Men vermoedt dat de bewuste persoon
zich Bik noemt, maar in waarheid een an
deren naam draagt. Inmiddels wordt er
natuurlijk scherp toegezien, of dc gesigna
leerde zich ook te Utrecht ophoudt.
Nader wordt gemeld dat van den diefstal
te Vlaardingen thans te Amsterdam in het
geheel voor een bedrag van f 80,000 aan ef
fecten is in beslag genomen en naar Vlaar
dingen opgezonden.
Te Vlaardingen is Vrijdag-
morgen het uitgaande s.s. „Gelderland"
tijdens dikken mist, door het uitwijken
voor den binnenkomenden losser „Engeli-
na," op het havenhoofd geTóopen, waar
door dit laatste zwaar beschadigd werd
De „Gelderland" is doorgegaan naar zee
Behalve de bekende Engel-
sohe Zuïdpool-reiziger, kapitein Scott, com
mandant Peary en do Fransche geleerde
Charcot zal ook een Argentijnse! 3 expeditie
trachten de Zuidpool te bereiken, zoodat
het een ware wedstrijd belooft te worden.
Als Peary zich niet door receptiën m Ame
rika laat ophouden en zijn schip „Roose
velt" tegen een nieuwe reis door het ijs be
stand is, schijnt hij d© besto kans te heb
ben, maar hij moet dan met Januari op
het ijs kunnen zijn. Van alle kanten stroomt
geld toe voor de expeditie van Scott, waar
van de kosten op f 50,000 worden geraamd.
Lucifers met twee koppen.
De „Voss. Ztg." verneemt, dat sedert de
invoering in Duitscbland van de belasting
op lucifers niet minder dan 21 verzoeken
ontvangen zijn bij 't Duitsche „Patentambt''
om inschrijving in het handelsregister on
der klasse 78a„ voor het in den handel bren
gen van lucifers met twee koppen. In heb
register van 1 .t Patentambt worden alle
aanvragen geboekt, hoewel slechts do eer
ste aanvrager aanspraak kan maken op de
bescherming der wet. Maar ook degene, die
dit denkbeeld het ee-ret heeft opgevat en
aangemeld, zal van zijn „uitvinding" niet
veel pleizier hebben. Want de fiscus heeft
thans medegedeeld, dat het voornemen be
staat lucifers met twee koppen, zoo rij in
den handel worden gebracht, ook dubbel
tc belasten 1
Volgengde laatst©boriohtea
over de tijgerin van Marseille was het dier
eindelijk uit zijn lijden verlost. Het leger
van jagers-politic-agenton was vervangen
door één man, dierentemmer van beroep. Dio
is, gewapend met 'n revolver, de groote pier
opgegaan waar de tijgerin rich verscholen
hield tusschen do steenbrokken. Uit een
holte, waarin ze weggekropen zat, is re ver
jaagd niet rookende voorwerpen. De dieren-
temmer schoot zijn heele lading achtereen
af toen de tijgerin zich vertoonde. De scho
ten troffen wel, maar do tijgerin wist naar
een ander diep gat te ontkomen. Mannen
van de menagerie waartoe de tijgerin be
hoort, waren bezig, de opening van dit gat
te vergrooten om den dierentemmer gele
genheid te geven, de tijgerin in haar hol te
treffen.
Tusschen de rotsblokken van de pier hoeft
men gistermorgen haar lijk gevonden. De
dierentemmer Henriksen blijkt het dier
Woensdagmiddag doodelijk getroffen te
hebben.
De tijgerin is afkomstig van Sumatra,
waar co met heb net govangen is. Zo is drie
jaar oud. Onlangs is zo voor 3000 franken
door een menagerie aangekocht
Harrimans nalateng o h q p,
Men weet nog niet precies, hoeveel de Ame-
rikaansche spoorwegkoning Harriman hoeft
nagelatenen de schattingen loopen ontzag
lijk uiteen. De laagste schatting stelt het
vermogen van den gestorven spoorwegko
ning op 50 millioen dollars; do hoogste op
125,000,000 ddll. Mevr. Harriman erft alles.
Niet ver van Oalontta isorop
den Oost-Bengaalsohen spoorweg een bom
naar een trein geworpen. Ze trof den post
wagen, waarin een groote hoeveelheid geld
voor een bank werd verzonden,' anderhalf
millioen roepijen. De wagen werd cwaar be
schadigd, maar de trein ontspoorde niet en
er werd ook niemand getroffen.
D© staking in Zweden. Te
Stockholm is een sociaal-dcmocatisch jour
nalist, dio tijdens de algomcene staking in
een openbare redevoering het personeel
van de staatsspoorwegen staatsambtena
ren tot medestaken had aangespoord, tot
twee maanden tuchthuisstraf veroordeeld.
Zoowel do Zweedsohe Pntroonsvereeni-
ging als de Landsorganisatie der arbeiders
heeft het bemiddelingsvoorstel van de re-
gee-ïtmg aanvaard. Men verwachtte te
-Stockholm, dat de uitgesloten arbeiders de
zer dagen weer aan het werk gelaten zou
den word'en. Do afspraak was, dat het go-
durende do onderhandelingen tusschen de
partijen vrede zou zijn.
Maurice Desohamps, de 'ran-
scho korporaal, die beschuldigd wordt een
mitrailleuse van het 103de regiment te heb
ben gestolen, heeft aan zijn vader een brief
doen toekomen, waarin hij ten sterkste ont
kent zich aan dien diefstal te hebben schul
dig gemaakt., waaruit dus tevens blijkt, dat
zijn beminde ook niet zijn medeplichtige is
geweest.
Toen hij het lC-do regiment had verlaten
heeft hij rich niet naar Parijs begeven on
evenmin naar Straatsburg, zooals de bladen
hebben medegedeeld, maar naar Toul, waar
hij. naar hij beweert, door verschillende per
sonen is gezien. Eerst daarna is hij naar
Straatsburg vertrokken om arbeid te zoe
ken, maar wijl hem dit niet gelukte on hij
bevreesd was door de Duitsche autoriteiten
als deserteur gevangengenomen te worden,
is hij naar de ongenoemd© plaats gegaan,
waar hij zich thans bevindt en waar hij ar
beid heeft gevonden
Ik ben, zoo eindigt hij, gedeserteerd,
maar zoo de oorlog mocht word'en ver
klaard, zal ik ten spoedigste de plaats we
der innemen, die ik heb verlaten en zal ik'
met mijn bloed de fout weder goedmaken*
dia ik hob begaan..
Gemeenteraad Tan Sassenüeim.
Alle leden waren aanwezig.
Nadat de Voorzitter de vergadering had
geopend, stelde hij voor, met het oog op den
tijd, maar geen notulen te lezen, hetgeen
werd goedgevonden.
Hierna ging de Raad over in geheime zit
ting, ten einde te oonfereeren met de heo-
len Visser en Smit, over een eventueel aan
te leggen drinkwaterleiding. Bij herope
ning der openbare ritting kwamen wij van
de xaak-waterleiding alleen te weten, dat
do begrooting ir*t 5 gulden moet worden
verhoogd voor schrijfloon voor het klaar
maken van enkele stukken betreffende de
waterleiding.
Hierna bracht de heer Marbus tor sprake
de verlichting aan Klinkenberg. Zooals men
zioh zal herinneren, gob our b dit door de
bewoners zelf, terwijl hun 6 gulden per sei
zoen wordt vergoi»cL Do man, die er zich
mee belastte, is evenwel vertrokken. Voor
gesteld werd nu, door den gemeente-veld
wachter te laten vragen, of een der andoro
bewoners het op zich wil nemen op derelfdo
voorwaarden Klinkenberg van licht te voor
zien, hetgeen werd goedgevonden.
Hierna werd de gemeonte-veldwaohter
binnengeroepen en gefelioiteerd met zijn be
haald politie-diptoma, waarna de vergade
ring word gesloten.
HAZERJ5WOUDE. Gisteren heeft de
heer H. S. Bouma, theol. oand. te Middel
burg en beroepon predikant bij de Gerof.
Gemeente alhier, peremptoir examen oigo-
legd voor de classis Leiden en ia daarna
toegelaten tot de bediening des Woords on
der Sacramenten. De heer Bouma hoopt 10
October a.a., des avonds te zes uren, zijn
Intreerede te houden, na des voormiddags
bevestigd te rijn door zijn vader, ds. L.
Bouma, van Middelburg
De heer A. Maaskant is herbenoemd
lot voorzitter der zangvereeniging ,,Oon-
cordia".
Aannemers van do vorgrooting en her
bouwing der Chr. school aan den Rijndijk!
rijn de heeren Ph. Qualm, von Koudekerk,
en Jao. de Kort, van den Rijndijk, voor heb
timmerwerk en J. Hoersman, van Koude
kerk, voor het metselwerk. Het gezamenlijk
werk kost f 3576.15.
Een ongeluk wordt vaak spoedig ge
volgd door een ander; althans toen ons de
mare bereikte van een volgeladen groon-
tenwagen, die te Laag-Boskoop met hond
en al te water ging, voor den eigenaar, onzo
dorpsgenoot C. v. S., er bij kon zijn, deeldö
men ons tevens mede, dat het zoontje van
J. de H. met zijn been tusschen de spakon
van een meelwagen had gezeten on daaruit
door vier personen met krachtsinspanning
verwijderd was.
De groentenhandelaar kwam or, behou
dens het verlies van rijn groenten en een
koperen vijfons-gewicht, goed af; maar het
kind is cr slechter aan toe on moest mot
rijn gekneusd been onder behandeling van
deu geneesheer wordeu gesteld.
OUDEWETERING. In do opgave van dé
namen der meisjes, die een prijs kregen
voor de mooiste lampion was een fout ge
slopen. Niet Lina Kroon, maar Truitje Go*
zijn verwierf den eersten prijs.
Gistermorgen werd oen schip, bevaren
door P. Möllers, dat gesleept werd door een
Lastdrager der firma Bus, aangevaren door
een stoomboot der firma Carsjena, die, van
de richting Amsterdam komende, juist do
Wetering wilde indraaien. De Lastdrager
had wel de noodige seinen gegeven, doch de
sohipper scheen dat versruimd te hebben..
Het schip beliep aanmerkelijke schade en
de sohipper een nat pak.
Om een uur of vier gistermiddag viel
een dochtertje van don heer Cozijn te wa
ter. Spoedig was het kind een eind van don
kant en hoewel er spoedig veel menschen
kwamen toeloopen, zou het kind verdronken
zijn, indien niet de heer J. Bergman tc wa
ter ware gesprongen en do kleine met ge
vaar voor eigen leven had gered.
„Hotel, mijnheer".
A ja t" Warburton sprong uit het rijtuig,
Eochfc in zijn zak en haalde een banknoot
van vijf dollars te voorschijn, welke hij den
koetsier gaf. Hij bedacht niet, dat deze
banknoot zijn eenig Amerikaansch geld was.
Bij wachtte ook niet, totdat hiij daarvan
te -ugkreeg; in dit stadium vanverbijste
ring was de heer Robert zeer zorgeloos met
zijn geld. En de man met den ouden cylin
der wachtte natuurlijk niet, of zijn passa
gier zich mogelijk ook vergist had, maar
draafde vergenoegd weg.
Warburton trad snel de reusaohtige vesti
bule binnen en begaf zich naar het loket.
Hij overhandigde den boekhouder het regu
van zijn bagage en deelde hem mede, dat
die nog dien avond om acht uren op zijn
kaoier moest zijn, anders zou hij uit het
humeur wezen. Nu was het halfzes. De
boekhouder keek zijn lijsten door. Warbur
ton, Robert Warburton? Dien naam kende
hij niet en over zijn gelaat verbreidde zich
«en waas van ijskouden hoogmoed.
„Zeer goed, mijnheer. Wenscht u een
kamer met een badkabinet?"
„Natuurlijk." Weer keek Warburton op
zijn horloge.
,,De prijs..."
„De drommel hale den prijs 1 Ik wil een
kamer met een badkabinet: Heeft u dat?"
Dit werd met veel ongeduld en met een
hoogmoed gezegd, welke dien van den boek
houder verre overtrof.
In een genadigen glimlach smolt het
ijzige waas weg. „Zeker een nieuwe million-
nair uit Pittsburg", dacht de boekhouder.
Hij draaide het boek om.
„U heeft uw woonplaats niet ingesohre-
ven, mijnheer 1" zeide hij.
„Woonplaats 1"
Ten hoogste verbaasd keek Warburton
den boekhouder aan. Woonplaats? Lieve
hemel, hij had er geen I Voor het eerst,
sinds hij den dienst had verlaten, werd hij
zich daarvan bewust en het deed hem pijn
lijk aan. Hij nam de pen in de hand, wei
felde een oogenblik en schreef toen haastig
„Parijs". Parijs was even goed als iets an
ders. Daarop haalde hij zijn met Engelsehe
en Fransche banknoten goed gespekte por
tefeuille voor den dag en werd ten tweeden
male sprakeloos van verbazing, ja, het was
een wonder, dat hij nog weer tot zichzel-
ven kwam. Hij wist niet wat te beginnen:
hij had geen woonplaats en ook geen Ame
rikaansch geldl"
„Goede Hemel, ik heb vergeten, op de
boot te laten wisselen!" riep hij.
„Dat is niets, mijnheer", zeide de boek
houder nederbuigend. „Onze eigen Bank
zal morgen vroeg het geld voor u wisselen."
„Maar ik bezit geen penning Ameri
kaansch geld".
„Hoeveel heeft u vanavond noodig?"
„Niet meer dan vijftig".
De boekhouder nam een strook papier,
schreef daarop iets en gaf dat aan Warbur
ton. „Teeken u, als 't- u blieft, hier", zeide
hij. op een leege plaats wijzend.
En dadelijk daarop, nadat zijn buiten
landse!) geld in een brandkast was gedepo
neerd, stak Warburton de quitantie daar
van op en vijf knetterende Amerikaansehe
banknoten. In deze moderne hotels ont
breekt toch niets, hoogstens wellicht een
eigen kerk.
Onze jonge man stak een sigaar aan en
verliet het hotel. Het was vroeg donker
geworden en het regende hard. Zoo ver het
oog reikte, glinsterde en blonk het asphalt-
plave36el in den weerschijn van duizend
lichten. Woonplaats I Mocht hij morgen
zijn geld verliezen, de bron van zijn klein
inkomen, dan had hij niet eens een dak
boven zijn hoofd. Wel is waar zou hij on
der zijn broeders dak steeds welkom zijn,
maar dat was toch geen eigen dak. Woon
plaats 1 Hij had er werkelijk geendat was
een treurig feit, hetwelk tot dusver nog
niet tot hem was doorgedrongen, vanwege
twee saffierblauwe oogen.
Wat voor den drommel, moest hij begin
nen, nu hij niet meer op reis was en zijn
tijd ook niet meer aan oom Sam toebe
hoorde? Tot dusver had hij zich altijd kun
nen bezighouden en de gedachte aan een
werkeloos leven was hem uiterst onaange
naam, want in de eerste plaats was hij een
man van de daad. Mogelijk, dat zijn broe
der Jack hem een post als militair attaché
in Frankrijk, België of Weenen zou kun
nen bezorgen. Warburton sprak vrij
vlooiend Fransch en met het Duitsch was
hij ook goed op de hoogte. Men ziet dus,
dat zain hoop niet geheel ongegrond was.
Ach ja, het ouderlijk huis bestond niet
:meer en zijn zuster woonde bij zijn ouderen
broeder in; dus stond de verloren zoon ge
heel alleen.
„Maar in Washington hebben zij steeds
een gemest kalf in voorraad", dacht hij en
lachte daarbij. „Een soldaat blijft soldaat.
Ik zal den overste wel moeten verzoeken,
dat hij een goed woord voor mij bij den Pre
sident doet. Ik moet do sporen weer aan
gespen er blijft mij anders zeker niets
over. Eigonlijk moe3t ik aan Nancy schrij
ven, maar het is veel aardiger wanneer ik
met de deur in huis val. God zegene baar
en Jack en ook zijn vrouwtje! Sinds acht
weken heb ik hun geen enkelen regel ge-
schioven, maar over tien minuten zal dat
alles weer zijn goedgemaakt. En wanneer ik
geen dak boven mijn hoofd heb, dan kan ik
er toch eiken dag een koopen." Dit alles
bewijst, dat do heer Robert een elastischcn
geest bezat en zich nooit langer dan een
minuut liet ter neer drukken.
Hij wierp zijn sigaar weg,, keerde naar
het hotel terug en dwaalde in de talloozo
gangen, totdat hij iemand vond, die hem
den weg naar het friseersalon kon wijzen.
Hij liot zich het haar knippen en den baard
punten volgens de goede ouderwetsche
Amerikaansehe mode. Want nu was hem ein
delijk een plan ingevallen en wel geen slecht.
Hij had namelijk besloten om halfnegen in
„Holland House" te dineeren. Wellicht zou
hij „haar" dan rien.
Mijn grootste verlangen is, wanneer ik
mij in een rok hul (volgens mijn meening
het leolijkste en ongemakkelijkste kleeding-
stuk, helwelk ooit is uitgevonden), dat ik er
dan slechts half zoo mooi en elegant raag
uitzien als de heer Robert er uitzag, toen
hij om ftoht uren do trap aldaalde. Hij kon
er niete aan doen, dat alle vrouwen naar
hem keken, fluisterden en knikten. Gewoon
lijk mei-kte hij zulke teekonen van vrouwe
lijk welgevallen op, want in rijn aderen
rolde warm bloed, en het is immers genoeg
bekend, dat soldaten een gevoelig hart bevit
ten. Maar dien avond had Diana met al
haar witte jageressen hem kunnen ontmoe
ten, zonder ook maar een zweem van be
langstelling of verrassing op zijn gelaat te
weeg te brengen. Voor hem bestond ei
slechts één paar oogen, een enkel gezicht,
en om dat te rien, zou hij gaarne, vermoeid
van do reis als hij waö, tot aan het eind der
wereld geloopen hebben.
Warburton verliet het hotel, wenkte een
droschke, reed langs de vijfde avenue en
hield nu voor de vesting der „upper tens"
stil. Van uit het rijtuig zag dio er schrik
wekkend uit. Ofschoon een bereisd man,,
was de heer Robert toch een weinig naïef.
Hij wist niet, dat hotels te Nieuw-York
slechts voor dengenc schrikwekkend zijn,
dio slecht bij kas is. Het kostte hem niet
weinig overwinning op zichzelven langs al
deze bedienden met hun blanke knoopen to
gaan alsof hij hier werkelijk iets had ver
loren. Maar hij wist deze voorposten voorbij
te sluipen zonder aangeroepen te worden
en stapte moedig op het loket too. Een blik
op dc lijst der gaaben overtuigde hem, dat
„rij" en haar vader werkelijk hier waien
afgestapt Hij kon niet juist zeggen, waar
om deze ontdekking hem zoo gelukkig maak
te, de oorzaak van menige blijdschap is niet
to verklaren. Toen hij zich omkeerde,
stond hij tegenover een heer, die bijna even
elegant was gekleed als hij.
„Neen u mij niet kwalijk 1" riep hij, op
rijde tredend.
„Wat? U, mijnheer Warburton-"
Verbaasd en verlegen schudde dc heer Ro
bert zijn reisgenoot van de boot de hand*
(Wordt vervolgd.)