RECEPT. STERK GEHEUGEN. Als een bijzonderheid omtrent het enor me geheugen van Hugo de Grooc vinden wij vermeld, dat onze beroemde landge noot eens, op bevel der Staten van Holland eenïge krijgsbenden monsterende, niet al leen terstond daarna al de krijgsknechten, die hij nooit te voren gezien had, van aan zien kende, maar hen ook zonder haperen allen bij name noemde. Een ander niet minder opmerkelijk staai- tje is het volgende: Toen De Groot in 1645 op zijn reis uit Frankrijk naar Zweden door Holland te Amsterdam kwam, om zich van daar naar Hamburg te begeven, werd hem op den morgen van zijn vertrek door de Amsteiv damsche burgemeesteren statelijk uitge leide gedaan, gaande tussehen hen van den Dam te voet langs het Water naar de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ. Terwijl zj hier een pooze bij hem vertoefden, om dat zijn rijtuig nog niet was aangekomen, merkte Huig de Groot iets op omtrent het opschrift van een uithangbord, dat hij op het Water gezien bad en dat bijzonder zijn oplettendheid getrokken had. Een van het achtbaar gezelschap der Vroede Vaderen betuigde hierop zijn verwondering en wel voornamelijk over het feit, dal De Groot, schoon onder ,de wandeling in aanhoudend en ernstig gesprek gewikkeld, neg acht ge slagen had op een uithangbord en onthou den, wat daarop te lezen stond. De Groot gaf hierop te kennen, dat er niet één zulk een bord op den ganschen weg was, dat hij niet had opgemerkt en waarvan hij het op schrift niet gelezen had, ja, dat hij ze zelfs .alle achter elkaar zou kunnen opnoemen! Dit scheen nauwelijks geloofbaar; men verzocht hem daarvan eenig nader bewijs te geven. Hij beschreef ze daarop alle, met bijvoeging van hetgeen er op te lezen stond, doch in een omgekeerde volgorde, y.oodat hij eerst d&t opschrift noemde, het welk hij het laatst gezien had, enz., opdat jhet vroede college, langs denzelfden weg •terugkeerende, zich des te gemakkelijker tou kunnen overtuigen, dat hij niet gemist had En inderdaad bevond men, dat geen ver gissing in de opgave van De Groot was \Hgeslopen. Een zekere Franschman, La Motte gp- heeten en schrijver van verscheidene too- neeLstukken, muntte ook door een wonder baar geheugen uit. Een jong dichter las hem eens een pas door den jongeling ver vaardigde tragedie voor. La Motte hoorde liet geheele.stuk met een zichtbaar genos- gen, verzekerde den auteur, dat het uit muntend was en hij er voor in stond, dat het op de planken zeer zou voldoen; „maar," voegde hij er bij, ,,gij hebt u aan een kleine letterdieverij schuldig ge maakt. Ten bewijze daarvan zal ik liet twee de tooneel van het vierde bedrijf van uw treurspel geheel voor u opzeggen." De jeugdige poëet verzekerde den heer La Motte, dat bij het mis had, wijl er geen enkele uit een ander werk ontleende regel in het geheele treurspel voorkwam. La Motte hervatte: „Ik heb niets ge zegd dan hetgeen ik kan bewijzen." En hierop herhaalde bij het geheele too neel met precies dezelfde woorden en met zooveel vuur en enthusiasme, alsof hij het *elf gemaakt had. Daar er nog een aantal andere personen bij dit onderhoud tegenwoordig waren, voelde de jonge dichter zich geheel ver slagen en verlegen: hij wist ni£t meer hoe hij het had Toen La Motte zich eenigen tijd met de verwondering der gasten vermaakt had, loste hij het raadsel op; zich tot den jon gen dichter wendende, zeide hij: ,,Het too neel, dat ik heb opgezegd, is zoo zeker uw eigen werk als het overige van het treur spel, maar het kwam mij zoo schoon en treffend voor, d L ik niet kon nalaten het onder uw voorlezen van buiten te leerea»." Doch voor dezen La Mottedeed in gee- nen deele onder een jong Corsicaan, van .wien de schrijver Muretus verhaalt: Deze Corsicaan had op zich genomen eens in tegenwoordigheid van een aantal perso nen een proeve van zijn talent te geven. Toen men op bepaalden tijd bijeengekomen was, begon Muretus Grieksche, Latijnsche, vreemde, zelfs van beteekenL geheel ont- bloote woorden op te geven en wel in zoo grooten getale, dat hijzelf moe werd van het sprekende klerk, die de woorden opving, insgelijks moo van het schrijvenzij, die aanwezig waren, werden moe van het hoo- ren. Ofschoon de Corsicaan steeds nog meer woorden verlangde, vond men toch ten laatste goed het er Dij te latea, waarop die wonderman alle woorden van het eerste tot het laatsteJ toen van het laatste tot het eerste, daarna, het eerste, derde, vijfde en zoo vervolgens inéén woord, in welke orde men wilde, tot verbazing van allen, zonder haperen, teruggaf. De beroemde Eng'elsche wiskunstenaar Johan Wallis had een zoo verbazend sterk geheugen, dat hij in donker uit een getal van 53 cijfers den vierkantswortel kon trek ken. De boodschappenjongen ais kamermeisje. De werkzaamheid van de Londensche bood schappenjongens strekt zich op allerlei ge bied uit. Zij brengen brieven en bestellingen niet alleen door geheel Londen, maar ver trekken, onvoorbereid en zooals ze zijn, op een reisje naar Chicago, om daar een brief te overhandigen. Zij brengen schooljongens en -meisjes door drukke straten naar scho len, wachten bij de uitgangen van schouw burgen urenlang op hun meesteressen, maar tot één beroep waren zij tot nog toe niet ge promoveerd, en wel tot <ïat van kamermeis je In een bestelhuis van boodschappenjon gens te Londen kwam kort geleden een heer binnenstormen, die zeer opgewonden vroeg: ,,Kunt ge mij terstond een jongen sturen, die een damesjapon dichtmaken kan?" Met wanhoop in het hart wachtte de maJi op het antwoord, waarvan hij reeds voor zeker verwachtte, dat het ontkennend zou luiden. Des te grooter was dus zijn blijde ver rassing, toen de dief van het kantoor kalm antwoordde: „Zeker, mijnheer. Uw adres?" Dit werd gegeven. De heer vertelde later, dat hij in den meest fatalen toestand verkeerd had; het dienstmeisje was plotseling ziek geworden, de keukenmeid bad haar uitgaansdag, hij zelf had een wonde aan den vinger, die hem belette de japon van zijn vrouw dicht te haken. De jongen schijnt zijn taak goed vol bracht te hebbenvolgens he-t getuigenis van de dame was hij zoo vlug en had zulke fijne vingers als een meisje. Binnen een minuut had hij zorgvuldig haken en oogen dichtgemaakt en het toilet was in de beste orde. De dame droeg hem vervolgens op eenige zaken uit haar kast te krijgen en op te vouwen voor de reis. Ook van deze opdracht kweet hij zich wonderbaar. Daar bij kostte de heele geschiedenis slechts één kwartje. Komkommersoep. Men sohilt drie groote komkommers, snijdt ze in vieren en verwijdert het zaad. Nu 6mjdt men ze in kleinere stukken, die men gaar kookt in water met een weinig zout. "Vervolgens laat men ze op een vergiet goed uitdruipen en zet ze dan een halfuur te stoven met een lepel boter, wat peper, zout en een half theelepeltje suiker. Nu roert men twee lepels boter met een groo ten lepel bloem op het vuur door elkaar, voegt er langzaam anderhalven liter kippe- of kalfsbouillon bij en een hal ven liter melk. Al roerende, laat men het even .doorkoken, doet er de komkommers bij, en laat allés te zamen nog 20 minuten koken, waarna men de massa door een zeef giet. Men klopt twee eierdooiers met twee theekopjes room, voegt ze bij de soep en verwarmt die voor zichtig totdat ze gebonden is. Men presen teert ex croütons bij. De inmaak in bussen. Men heeft twee soorten van bussen, welke het meest gebruikt worden: de knipbus en- do olifantsbus; de eerste wordt gesloten met een caoutchouering en 4 of 5 veeren of knip.J pen, welke door een „bijpassende tang"' worden bevestigdde laatste sluit men met een ring en één veer. De bussen worden vóór! het gebruik uitgekookt, evenzoo de deksdaj en ringen. Daar de bussen gevernist moe ten zdjn, en soda het vernis aantast, men nooit voor het reinigen of uitkokenl sodawater gebruiken. Zijn de groenten behoorlijk &choonge-j maakt, dan laat men ze gedurende! eenige minuten koken, om ze te doen slii* ken, en tevens de bederflciemen, zoo dew' aanwezig mochten zijn, te vernietigen. Dffel voorkoken duurt bij alle groenten niet even, Lang: harde, als worteltjes, sla- en snijboe-' nen, enz., moeten 10 minuten koken, zachte, dus bladgroenten, slechts 5 minuten. Trucli- ten doet men rauw in de bus, welke dan met koud, gekookt water wordt bijgevuld. Bit bijvullen geschiedt- tot 1A c.M onder den rand, zoodat de inhoud door het water is bedekt. Caoutchouering en deksel worden daarna opgelegd; en de bus wordt met vee* of knippen gesloten. Het eigenlijke koken of nakoken duurt 1 uur, 1} of II uur, naar gelang de bussen I L., 1 L. of li L. inhoud hebben. Zijn de bussen na het koken afge koeld, dan lette men er op of bodem en dek sel hol staan. Is dit het geval, dan is de inhoud goed gekookt; bij bollen stand is de inmaak mislukt en zal de boel bederven. Kul van oude kranten. Behalve alle nieuwe en goede dingen, die onze kranten ons dagelijks brengen, kunnen zij, nadat zdj uitgelezen zijn, ons nog ver schillende diensten bewijzen. Algemeen bekend zal het wel zijn, hoe practisch het gebruik is van kranten, om er winterkleeren in weg to bergen, oindat mot-1 ten een bepaalden afkeer hebben van be drukt papier. Ook zijn zij uitstekend onder tapijten of matten; maar de beste eigen schap van krantenpapier is de lucht te kun-, nen afsluiten. IJs, bedekt met kranten, zoo dat er geen lucht in kan dringen, zal lan ger bewaard blijven dan op elke andere ma nier. Een karaf met ijswa^r in kranten gewik keld, zoodat alle lucht buitengesloten is, houdt zich den geheel en nacht goed in een warme kamer. Een ander gebruik, dat men van zijn oude kranten kan maken, is daar- mede de reten of spleten in houtwerk, voor al vlooren, te vullen. Hiertoe snijdt men het papier in reepen, en laat het dan in kokend water weeken, waarbij men stukken aluin (geen poeder) voegt; alles wordt gekookt tot een zachte massa en dan met meel aange lengd, zoodat het de dikte van stijfsel ver krijgt. Men drukt het mehgsel dan in de spleten door middel van een mes en wrijft het glad. Als het mengsel geheel gedroogd is, kan met het afwrijven en het is zoo ef fen, dat men het evengoed beschilderen kanf of het hout ware. Wat vorstelijke bezoeken kosten. Nu de vorstelijke bezoeken aan de orde van den dag zijn, is het niet onaardig iets te vernemen over de kosten, die daaxaaa verbonden zijn. Het Engelsche Lagerhuis heeft een over zicht ontvangen van de sommen, welke voor vorstelijke visites en contra-visites van de civiele lijst van den Koning op de uitgaven der schatkist moeten worden overgebracht. Uit deze opgave blijkt, dat het bezoek van koning Eduard en koningin Alexandra aan' Scandinavië ruim 73,000 shilling, dat van den prins van Wales aan Canada ruim 40,000 sh., het bezoek van den Franscheu president aan Engeland ruim 90,000 «h_ aan de schatkist gekost heeft. Het duurste bezoek was echter dat van den koning en de koningin van Zweden aan Engeland: de kosten hiervoor bedroegen 153,620 Bh. 1) 1) Een shilling is 60 cente Ned^ ongeveer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 17