Uo, 15026. ÜEÏDSdn MGBLA9, Woensdag 28 April. Tweede Blad. Anno 1909.
PERSOVERZICHT.
Vragen en Antwoorden.
De deputatenverg adering en
ide voor de vergaderden gehouden rede
van d r. A. Kuyper worden door ver-
eoheidene bladen besproken.
De „N i e u w e Rotterdamsche
Courant" vindt dr. Kuypers rede ter
deputatenvergadering te Utrecht niet veel
zaaks. Het blad wijst o.a. op wat de lei
der heeft gezegd over het samengaan met
Home.
„Wat hij daaromtrent- verhaald heeft, is
Verbazingwekkend. Reeds in 1874 had Groen
van Prinsterer „zelf" aan den heer Auy-
per aanbevolen, samenwerking met de
R-oomsch-Katholieken te gaan aaeken.
'Men weet wat er van dit advies gekomen
is. Het politieke testamemb van Groen
bleef jarenlang onuitgevoerd liggen, niet
tegenstaande men den inhoud zeer wel
,wist. Meer dan dat: De raad is door den
Vertrouweling van Groen zelfs niet ont
zien. Alsof Groens staatsmansblik niets
waard was, werd zijn laatste advies met voe
ten vertreden. Van samenwerking zoeken
was allerminst spraak. Integendeel, ai bet
Streven soheen er op gericht, de Room-
echen zooveel mogelijk van do anti-revolu-
tionna»ire partij te vervreemden. Ondanks
de heer Kuyper Groens inziohten beter
kende, dan wie ook, trok hij met de harts-
itoohtelijkste baal, de vurigste woorden te
gen de Roomsohen in het veld
Aan het slot riep de heer Kuyper de
öeputaten <>P tot een hulde ter gelegenheid
van het eeuwfeest voor Calvijn, den Re-
Iformator. „Laat ons Calvijn oen levond
getuigenis, een nationaal getuigenis geven
bij de stembus, die straks open gaat.''
De geestdrift onder de deputaten kende
toen geen grenzen meer. Deputaten vinden
eoo iets overprachtig. Een stembus voor
Calvijn I Men moet maar op het denkbeeld
komen. Hierna ia tot vernieuwing van de
coalitie met de Roomsch-Katholieke partij
besloten."
Opmerkelijk vindt het blad het voorts,
fdat in do gansche rede geen enkel woord
Over het zittend kabinet wordt aangetrof
fen. Geen enkel woord is wellioht wat sterk
gezegd. Er komt zoo iets in voor van: nu
al het derde kabinet van rechts. Doch ver
der werd het dan ook doodgezwegen. De
beer Kuyper bleef hiermee geheel in de
lijn, reeds eenige maanden geleden in
»,D e Standaard" uitgestippeld. Het
kabinet bleek toon ig niet in staat
Ban den heer Kuyper ook maar één bezie
lenden toon te ontlokken
Dr. Kuyper merkt de „Middel
burgs o h e Courant" op heeft we
der zijn bekend stokpaardje bereden. Hij
beeft zijn volgelingen opnieuw ingeprent,
Idat, hoe scherper zij de antithese in het
"oog vatten, hoe vaster de coalitie zal staan.
„Die Antithese ia van de Coa
litie het oemonfc."
Zoo verzekert dr. Kuyper uitdrukkelijk.
Dit vooral ook dient in het oog te
(Wonden gehouden.
Wij weten nu wat ona te wachten staat:
He deputaten, die de woorden van hun emi-
toenten leider daverend toejuichten, zullen
been gaan en alom verspreiden, dat allen,
die de coalitie getrouw willen blijven en
baar willen versterken, den invloed van die
tontithes© moeten bevorderen; die antithe-
Be, welke zooveel kwaad reeds stichtte.
Er is geen ontgaan meer aan, zelfs niet
(voor de aanhangers van het tegenwoordig
kabinet, dat heette die antithese te hebben
afgezworen, dat alle scherpte zou vermij
den, maar later toch bij monde van minis
ter Heemskerk verklaarde met de coalitie
'één te zijn.
Wij 8taan dus weer voor deozelfden strijd
tols in 1905.
Dit is niet de schuld dier vrijzinnigen,
inaar van den leider der Calvinistische
partij in ons land, die dit onzalig vuur
aanblies en zijn volgelingen aanspoorde om
bun kerkelijke dogma's op den voorgrond
te stellenal deed hij dit ook onder de leuze
Tegenover de Revolutie het Evangelie",
wat 81 echts een dekmantel is voor het ge
vaarlijk streven, zoo duidelijk doorstralend
init dr. Kuypers rede, hoe sohitterend ook
Van woordenkeus en zinbouw.
De hoofdpunten van onzen strijd die het
Boei aal- en het staatkundig belang van ons
land betreffen, zullen wij op den voorgrond
blijven stellen, zeker, maar tevens onze cle
rical e bestrijders niet uit het oog verliezen.
„De Standaard" zegt van de depu
tatenvergadering onder meer:
Blijde opgewektheid van aller gemoeds
stemming. Yan somberheid of beduchtheid
geen zweem of spoor. Bezieling sprak uit
toller woord, geestdrift uit aller oog. Rus
tig, maar niet minder ernstig was de geest-,
die heersohte. Geen onvriendelijk woord
Viel zelfs aan het adres van onze tegen
standers te beluisteren. Van zelfverheffing
merkte men niets. In nederig vertrouwen
top de hulpe onzes Gods zou men den strijd
aanbinden, en voor dien Btrijd was ten vol
le aanwezig, wat van elke worsteling de ze
nuw en kracht uitmaakt: Vertrouwen in
'de leiding, eenheid van gekozen doelwit,
hartelijke broedervin, en de bereidheid tot
bet brengen van offers.
Voor wie zich aan de psychologie
0o la foule wijdt, is zulk een Deputa
tenvergadering een niet genoeg te waar-
ideeren object van waarneming. Ze toont
hoe er achter het redeneerend, analysee-
Vend en oritiseerend verstand toch nog een
iandere macht in het leven werkt, die men-
Bchen saambindt, tot hooger niveau opheft,
en tot het oefenen van ongemeen© kracht
!n staat stelt.
„Het Oentrnm" VerKeogt zich over
0e welgeslaagde vergadering en teekent
aan:
De antirevolntkumairen vormen ceder
hun eminente leiding een belangrijk ele
ment in ons staatkundig leven.
Aan andere partijen is die partij ten
voorbeeld, wat haar inrichting betreft en
haar aanvoering. En dat zij in den politïe-
ken strijd het principieel© onveranderlijk
voorop plaatst^ kan bij ons slechts waard.ee-
ring vinden.
Ook dat zij, naar het woord van den lei
der, de zelfstandigheid van haar groep on
veranderd wenscht gehandhaafd te zien.
Wij, katholieken, verlangen volmaakt het-
zelfdo. Verflauwing der grenzen is ook ons
uit den booze.
Maar dit sluit de ooalitie niet uit; een
ooalitie, waartoe zij, die Rechts staan, als
vanzelf worden gedreven door het diep
gaand verschil in wereldbeschouwing met
die groepen van Links.
Er bcBtaat een antithese, welker ontzag
lijke beteekenis rich telkens weer open
baart.
Evenwel, niet op dien grond alléén zul
len de Rechtsche partijen bij de aanstaande
verkiezingen weder samenwerken.
Ook om redenen van praktische politiek,
wordt de samenwerking vereischt.
Terecht zeide dr. Kuyper, dat, indien de
liberalen hun meerderheid in de Tweede
Kamer verkregen, daarna slechts te duide
lijker hun onmacht en inzinking blijken
zou.
Echter, welk voordeel heeft het volk aan
do vortooning van zulk een onmacht?
Is het voor de gemeenschap niet van veel
grooter belang, dat practische arbeid kah
worden verricht, dat goede sociale en an
dere webten tot stonu komen?
Op deze vraag is slechts één antwoord
mogelijk. En het is ook in verband daar
mee, dat wij ona kunnen verheugen over
den kraohtigen groei en het krachtig be
staan der antirevolut-ionnaire partij, en
het- indrukwekkend verloop dezer politieke
wapenschouwing, die een groote belofte te
meer inhoudt voor een gelukkig resultaat
in den naderenden strijd.
„D e T ij d*" zegt:
Wilden wij ingaan op hetgeen door dr.
Kuyper in die rede gezegd wordt omtrent
liet liistorisch karakter van (Jalvijn en den
invloed van het Cal vinisme op onze Neder-
landsche volksgeschiedenis, wij zouden in
zeer veel, zoo niet m alle opzichten, met
hem moeten verschillen. Alleen het ideali-
8eeren van de persoonlijkheid van Calvijn
en alleen het bezien van onzo vaderland-
sche geschiedenis van een bepaald, hoogst
partijdig standpunt kan er o.i. toe leiden
te verklaren, dat „de doorwerking van Cal-
vijns geest Nederland vrij, Nederland
groot gemaakt heeft' of dat „in het Cal
vinisme de oorsprong en de waarborg ligt
van onzo oonstitutioneele vrijheden."
Zou ooit de echte, de onvervalschte geest
van Calvijn over Nederland heerschappij
erlangen, wij gelooven, dab voor lien, die
niet tot zijn geestverwanten en volgelin
gen bohoorden, van oonstitutioneele of an
dere vrijheden zeer weinig sprake zou we
zen. Wij, Nederlandsche Katholieken, heb
ben daaromtrent zekere ervaringen opge
daan in de eeuwen, 1800 onmiddellijk voor
afgaande. En nog werden door „libor-
tijmsch"-gezinde magistraten en door een
omkoopbare justitie en politie de wenschen
van Calvinistische predikanten, wat de on
derdrukking van „roomsche superstitiën"
en „paapsche stoutdchheden" aangaat,
maar zeer traag en zeer onvolledig ten uit
voer gelegd....
Maar de tegenwoordige Antirevoluuon-
nairen mogen zich al met Groen van Prin
sterer ,,issus de Calvin" noemen, van het
onverdraagzaam karakter van hun geeste
lijke voorouders valt voor ons niet meer te
duchten.
De noodzakelijkheid van samenwerking
tegen den gemeensohappelijken vijand op
godsdienstig en maatschappelijk gebied
doet zich daartoe al te zeer gevoelen.
„Land en Volk" zegt:
De deputatenrede is mooi van vorm en
oompositie, natuurlijk: de „Zeer Geachte
Heeren en Broederen" hebben gejuicht, even
natuurlijk; maar In bezieldo en bezielende
kracht staat de rede ver beneden hetgeen
de leider in vroeger jaren heeft gegeven.
Het betoog over de antithese, voor zoo
ver zij verband houdt met de staatkunde
en daarom ging het hier verliest zich
in algemeenheden, die nauwelijks de aan
dacht vermogen te boeien.
Het schijnt dan ook wel, alsof de geest
drift voor de coalitie bij haar ©enigen va
der is verflauwd.
Haar ©enigen vader. Immers, wij lezen, dat
Groen van Prinsterer „in een ernstig ge
sprek" bij dr. Kuyper er op aandrong het
isolement te laten varen en „voortaan saam-
werking piet de Roomsch-Katholieken te
zoeken". Dr. Kuyper zwichtte, na overtuigd
te zijn. „En," zoo lezen wij, „van dat oog en-
blik af begon ik aan den bouw der Coalitie.
Die Coalitie is dan ook tot stand gekomen.
Van deze Coalitie nu heet het: „De Coa
litie aanvaardt ge, om althans iets te ver
krijgen, on bovenal om veel kwaads af
te weren."
En sterker dan te voren wordt de nadruk
gelegd op de zorg voor de zelfstandigheid
der anti-revolutionaire partij: ,»Een banier
van rechts is er niet, en voor de poorte van
elk rechts Kabinet staan, in één bundel
saamgebonden, altoos de drie banieren van
onze en van de beide andere partijen, maar
in uw eigen legerkamp mag het zoo
nooit zijn". ben rechts", is een zinlooze
phraee."
De christelijk-historischen zijn volgens dr.
Kuyper niet anti-revolutionair. Zij staan te
genover zijn partij juist zooals de katholie
ken. Dr. Kuyper's partij is „de partij van
Groen van Prinsterer". Hij en zijn broederen
zijn „wij, Calvinisten".
Waar de strijd aan de stembus geopend
wordt om het Kabinet-Heemskerk, wordt
van dit Kabinet niet anders gezegd, dan
dat dit het derde ooalitie-Kabinet ia,
Dat is weinig, maar het is in overeen
stemming met den geest van malaise, waar
onder de geheele stembusstrijd lijdt en waar
aan ook .de grootste stembus-kampioen niet
heeft kunnen ontkomen..
„De Rotterdammer" meent, in te
genstelling met de „Nieuwe Rotter-
damsohe Courant", dat dr. Kuyper de
vergadering geboeid heeft met een sohoone
rede.
Het blad brengt uit de rede twee voor
name punten naar voren: de anti-these en
de coalitie, en merkt dan o. m. op
„Of er dan in de harten der twee duizend
deputaten louter geestdrift en vroolijkheid
was
Volstrekt niet, we weten wel beter.
Dat er schier geen woord aan het kabi
net-Heemskerk werd gewijd, nadat onlangs
het ministerie om zijn kloeke memorie al
om werd geprezen, toont, dat de verhou
dingen nog niet zijn zooals ge wenscht war a
En in de tweed© plaats, dat prof. Fabius
gemist werd, sprak menigeen tegen den
ander uit met een gevoel van droefheid, en
het mag dan ook o. m. betreurd worden,
dat prof. Fabius zich, ter wille van de
„coalitie" met zijn eigen medebroederen, niet
bij het voorgestelde oude program van actie
kon neerleggen.
Het mag echter niet worden betwijfeld,
dat er over deze twee genoemde aangele
genheden allesbehalve vreugde in het hart
van dr. Kuyper kan geheerscht hebben.
Verre van dien.
Mogen in de toekomst de harten en hoof
den nader tot elkander komen onder inwer
king van den Geest des Heeren."
In een artikel onder het opschrift Is de
bat noodig? merkt „De Nederlan
der" op, dat in Engeland bij de verkiezin
gen de sprekers zich over en weer bepalen tot
inlichting der kiezers en tot bestrijding van
hun tegenstanders: tot een openbaar en we
der zijdsch debat met dezen komt het niet.
Dit 6telsel heeft, naar het oordeel van het
blad, het groote voordeel, dat het ook den
ministers mogelijk maakt zich rechtstreeks
met de kiezers in aanraking te stellen.
Het practisch werkprogram gaat van de
ministers uit, en kan alleen van hen uitgaan.
In ons land, zoo schrijft het blad verder,
fabrieken do partijen haar programma's van
actie. Daarmee willen zij dan zeggen: in
dien wij aan het bewind kwamen, dan zou
den wij zoo handelen als het program aan
geeft. Ongelukkig bestaan er ten onzent zóó
veel partijen, dat in afzienbaren tijd niet ééno
alleen de meerderheid krijgt. En dan gaat
geheel buiten de schuld natuurlijk van
de partij het program tot do volgende
verkiezing weer de doos in, tenzij toevallig
de Regeering zich er moe vereenigt.
De eenige, die een program van actie zou
kunnen voorstellen, dat na de verkiezingen
dan ook wordt uitgevoerd, is de Regecring.
Maar deze zwijgt stil eD moet stilzwijgen.
Zijn er aan onzo wijze van doen groote
voordoelen van anderen aard verbonden?
Van tijd tot lijd, dit is zoo, wordt tus-
schcn den spreker en zijn bestrijders een
waarljjk belangrijke discussie gevoerd. Dat is
zeer nuttig. Maar hoogst zelden wordt
iemand gedurende die discussie of kort daar
na van een ander gevoelen, zoodat voor den
uitslag der verkiezingen de discussie niet
noodig was.
Zeer' dikwijls beteekent de discussie niets,
en loopt hot debat uit op een wedstrijd in
handigheden. Hij is de baas, die het best
het publiek kan brengen tot gelach of ap
plaus. De man, die veel parlementaire er
varing bezit, heeft ontzaglijk veel vóór boven
een in het vlugge debatteeren niet geoefen
den spreker, al is deze nog zoo knap en
geschikt. Het publiek oordeelt nu eenmaal
naar het uiterlijkalthans dat publiek, dat
op politiek gebiod niet erg beginselvast is.
Maar wat beteekent eigenlijk die maatstaf,
daar het de samenstelling betreft van een
college, dat over de moeilijkste onderwer
pen te beslissen heeft?
Het voortdurend elk aai- achterna reizen,
om in elke vergadering elkander te bestrij
den, heeft ongetwijfeld zijn vermakelijke
zijde, maar verhoogt niet zelden het aanzien
der sprekers niet!
Zou datgene, wat men door debat poogt te
bereiken, niet beter bereikbaar zijn, indien
de hoorders zich beperken tot het doen van
vragen aan den spreker, die zich onder den
een of anderen partijnaam bij hen heeft aan
gemeld
Ons schijnt dit voel nuttiger toe, dan het
houden van redevoeringen, om ten slotte den
tegenstanders de gelegenheid te schenken,
propaganda te maken onder kringen, die
hij anders moeilijk had kunnen bereiken.
Ongetwijfeld behoort, waar noodig, ieder ont
wikkeld, politiek gevormd man in staat to
wezen zijn tegenstander te staan. Maar niet
altijd noodig is die buitengewone slagvaar
digheid en vlugheid in het debatteeren. De
gelijke kennis on volhardendo ijver zijn be
tere eigenschappen voor den goeden volks
vertegenwoordiger.
Voor een Kamerlid is dit openlijk debat
teeren misschien minder moeilijk, omdat hij
daarin zich ©enigszins heeft geoefend. Maar
men schrikt 6oms goede elementen af, die
in een Kamer uitnemend werk zouden doen
en toch bij h-et openbaar debat een poover
figuur maken.
"Wij zeggen niet, dat nooit een debat moet
plaats hebben. Soms kan het zijn nut heb
ben. Maar dooreengenomen, schijnt het voor
deel ons nogal twijfelachtig, en zouden wij
ons weinig storen aan het geroep van hen,
die hun volgelingen willen beduiden, dat
men debat vreest. Het publiek, dat den can-
didaat kent, weet wel beter.
Het inlichten der kiezers schijnt ons nut
tiger en meer echt-democratisch, dan het
leveren van spiegelgevechten ten aanhoor©
van tal van menschen, die de innerlijke waar
de daarvan toch kwalijk kunnen beoordeelen.
,3©t H u i s g erin" apreekt over het
door de deputatenvergadering aangenomen
voorstel tot samenwerking van de
drie partijen der r e o h t e r ij d e.
Ten opzichte van wat de antirevolution-
nairen eerst voor het distr.ot Leiden
bobben trachten te bedingen, zqgt het blad:
Men ziet hieruit, met welke taaiheid de
anti-revolutionnaircn vasthouden aan wat
hun, naar rij meenen, toekomt. Het is hun
recht.
Vreemd alleen, dat het blijkbaar niet hij
hen opkomt, met dezelfdo maat uit te mo
ten, waarmee zij zelf wenschen toegemeten
te worden.
Hebben rij er ooit aan gedacht-, ten aan-
rien van Wijk-bij-Duurstede of Breukelen
bijv. toe te passen hetgeen zij te Leiden
verlangden: den heer Do Ridder of don
heer De Waal Malefijt ook in een ander
district te oandi-deeren en, zoo hij daar ge
kozen word. Wijk of Breukelen tor beschik
king van de katholieken te stellen t
Naar aanleiding van het punt, dat m do
in 1905 verloren districten aller candidaat
zal zijn de candidaat der partij, die in 1905
het district moest ruimen, schrijft het blad:
Hier volgt uit, dat in do aoht districten,
welke de anti-revolutionnairen in 1905 ver
loren, anti-revo!utionnairen do oondidaten
dor geheele rechterzijde zullen rijn.
Op zichzelf is hier niets tegen, en nu liet
voorstel er is, zouden wij niet graag zien,
dat de katholieken of de chrietelijk-histori-
sohen, di© nog to beslissen hebben, zioh er
tegen kantten. Ook hopen wij, dat in alk
acJït districten alle kiezers van rechts hun
uiterste best zullen doen, om den aotirevo-
lutdonnair aan de overwinning to helpen.
Maar dit belet niet, dat men het be
vreemdend mag achten, dat de anti-revo-
lu'ionnairon geen termen hebben kunneu
vinden, om, in overeenstemming met het
voorschrift van goede tactiek, iets van hun
©is?h to laten vallen.
Wij hebben in hot bijzonder het oog op
Kampen, dat in 1905 verloren ging, door
dat de anti-rovolutioiiua'rcn eon candidaat
van hun kleur stelden, en dat mot een
diristelijk-historisoh candidaat beslist te
winnen is.
Zouden de anbi-revothitionnairen niot'
wijzer gehandeld hebben door van hun
strikt rocht af te zien, dan door, hieraan
mathoudend, het gevaar to loopen, den
eetel links te zien blijven? Zeker, de
christelijk-historischcn zijn gehouden den
anti-revolutionnairen candidaat te steunen
en wij hopen, dat zij het zullen doen, maar
onthouding van een greepje malcontenten
kan de overwinning in gevaar brengen.
Getuigt het van beleid, dio kans to wagen?
En vinden do anti-revolutionnairen bij de
katholieken geen voorbeelden van prijsge
ving van wat strikt recht is?
Is behoud van het ministerie, warvoor
een reohtsche mceiderhcid noodzakelijk is,
niet eenige inschikkelijkheid waard? En is
het zoo erg, den ohristclijk-histori-chm een
paar zetels boven het hun toekomende
cijfer te geven, waar die katholieken zoo
nauw niet kijken, of do anti-revolutionnai
ren meer zotels krijgen dan waarop zo
proportioneel aanspx'aak kunnen maken?
Verschenen ig No. 10 van de „Staat
kundige Brieven" van mr. S. van
Houten. Het daarin behandelde onderwerp
is: hot liberaal strijd- en werk
program voor 190 9.
Do verkiezingsstrijd, zoo luidt het o. o.,
nadert, en de onzekerheid, welke groepee
ring ten slotte bij de horstemming zal ont
staan, blijft nog voortduren.
Tot dusver gaan nog alle groepen, die in
1905 de voreenigdo anti-Kuyperiaanscbo
meerderheid uitmaakten, haar eigen weg.
Tusöchen de leiders wordt, voor zoover mij
bekend, geen algemeen overleg gepleegd.
Hier en daar blijkt van locaal overleg
tusschen Unie-liberalen en vrijzinnig-
democraten; maar verschil over de dwang-
verzekeringspolitiek maakt, dat het niet
recht vlot.
Voor liberale kiezers, die van de aan
staande verkiezingen althans dit resultaat
willen hebben, dat het gesukkel met
dwangvorzekorings-ontwerpen voorgoed op
houdt, is thans het tijdstip gekomen voor
eendrachtige samenwerking, om te zorgen,
dat er overal een candidaat in de baan
komt, die behalve natuurlijk in anti-
Kuyperiaansche denkwijze speciaal op
dat punt hun zienswijze vertegenwoordigt.
Do plaatselijke leiders der liboralen, on-
versohillig tot welk© groep rij behooron of
voor welko groep zij de meeste sympathie
hebben, gelijk mede de representanten van
land- en tuinbouw, die zelfs do uitbreiding
der ongevallen verzekering» wet op hun be
drijf door organisatie eener onderlinge
verzekering wenschen af te wondon, dienen
hiervoor d© handen ineen te slaan. Of de
liberale candidaat tot de Unie-liberalen,
tot do vrije liberalen of tot geen van bei
den behoort, doet weinig ter zake. Aanbe
veling door een gemengd liberaal vcrlrie-
zins-oomité ware zelfs het ideaal.
Daarentegen behoeft aan sentimenteele
overwegingen ten aanzien van aftredende
leden ditmaal weinig t© worden geheoht.
En bloc genomen hebben cnize Kamerleden,
ook die van liberale richting, het er niet
naar gemaakt, om met hun werk tevreden
te zijn. Een wet als die op het arbeidscon
tract. die aan tallooze eerlijke contracts
bepalingen verbindbaarheid ontzegt en de
motie'-Aalberse over den tien-uurswerk
dag hadden nooit in de Tweede Kamer ook
maar één liberale stem mogen krijgen. Wat
nieuw liberaal bloed kan waarlijk geen
kwaad.
Opleiding voor marechaussee.
Do „Apeld. Ot." meldt, dat te Apeldoorn
een opleidingsschool voor het wapen der
marechaussee zal worden gevestigd, onder
bevel van den thans te 'a-Graventvage in
garnizoen rijnden luitenant-kolonel, terwijl
een officier, instructeurs en leerlingen
(een 30- a 50-tal) aldaar geplaatst sullen
worden.
V raag: Is iemand, dio aan het voorbe
reidend militair onderricht heeft deelgeno
men en geslaagd is voor beido diploma's,
nu, na de wijziging in do militiewet, wer
kelijk 4-maander of heeft liij kans langer
te dienen? Is hij ook vrij van de Landweer?
Antwoord: Do iugelijfden tot korte
oefening worden voor eerste oefening go-
duorertde 4 maanden onder de wupenon
gehouden. Bovendien kunnen zij bij loting
voor hot blijvend gedeelte worden aange
wezen voor 2 maanden.
De viermaAjiders gaan naar de Land
weer over, doch wonden bestemd oiu te
worden ingedeeld bij do bij mobilisatie op
te richten landweer do pots. In vredestijd
zijn ze niet tot oefening verplicht.
V raag; Hoe komt 't dat zooveel studen
ten, corpsleden buiten Leiden wonen, en
zou dat ook soms de minder sympathie van
Leiden» burgerij tegenover dp studenten
ten gevolge hebben
Antwoord: Dacht u dat liet aantal
builen wonende corpsleden zoo groot is?
Een statistiek daarover bobben wij niet
tot onze beschikking, maar we hebben
van bovo-gdc zijde vernomen dat het aan
bal buitenwonende, z. g. spoorstudenten
voor 't meerendeel niet corpsleden zijn.
En dat komt ons om verschillende reden
ook waarschijnlijk voor. De oorpsledon
hebben over 't algemeen mcor geld te ver
teren dan de niot-corpsleden eu loven
daarom het sociëteitsleven liefst mee.
De weinige sympathie der Loidsohc hir-
gers voor do studenten bod nt o.i. i!l
in uw verbeelding.
lVat zou de burgerij toch gen de slu-
denten hebben? Dat zou alleen kunnen,
wanneer zij het leven aan de burgerii las
tig en onaangenaam maakten en hunno
aanwezigheid voor de gemeente nndeolig was
En juist het tegendeel ig waar.
Vraag: In het ,.Leid»oh Dagblad"
van Zaterdag j.L lcwam een advertentie
voor, dat den dag ca de feestviering 3
portret-briefkaarten gratis te verkrijgen
rijn van H. M de Koningin en Z. K. H.
Prins Hendrik. Waar zou ik deze
kunnen bekomen?
Antwoord: Lees u de advertentie dan
nog maar eens, dan zult u 't wel weten.
,yra.??: u :iX) vriendelijk willen
zijn mij iji to lichten, in welke eieren do
moeste voedingswaard o wordt aangetroffen;
in di© welke men versche noemt of in die
welko jpet Augustus wordeu geconserveerd
on eerst legen Februari of Maart word jx
genuttigd. Zoo ja, welk is hot pCt. gewijs
vorschil
Antwoord: Versche .eieren hebben de
meeste voedingswaarde. Een ei is tot op
zeker© hoogte een levend organisme dat hoe
langer zoo meer aan voedingswaarde verliest.
Door jle eieren to oonservecren tracht mén
dit verlies wel tegen te gaan cn bon voor
bederf to bewaren, maar hoe doelmatig dit
conserveeren geschiedt, het gelukt nooit v ol
komen Eon deskundig© op dit gebied vei
zekerde one, dat het verlies der vocdirjg-
waardo zelfs Lij do beste wijze van oon/yv.'-
voeren nog wel 10 16 pCt. bedraagt.
Vraag: Daar ik 2 paar schoenen heb
laton maken en betaald, nu blijkt dat de men
vertrokken is naar Den Haag. Hoo iuoet ik,
daar mee aan?
Antwoord: We begrijpen uw vraag niet
recht. U hebt toch de schoer.en wel ont
vangen Zoo niet, dan kunt gij den man
in Den Haag even gemakkelijk vcr.volg-u alg
in Leiden en als ©r wat van t© halen valt
krijgt g© het daar even goed als hier Hebt
ge missclxien 'garantie op d© gekochte sclioe
nen, ook in dat geval is do man in Don
Haag ook wel te bereiken.
raag: Kunt xx mij ook een beslist ge
schikt middel opgeven togen slaperigheid bij
't studeeren?
Antwoord: Ook in dezen bedriegt do
zuinigheid de wijsheid wei eens. Men gun
zich geen behoorlijke naohtrust en is dien
tengevolge bij de studie slaperig en onfriscli.
Begin dus met er een behoorlijke nachtrust
van to nemen. Hebt gij dam nog last van
slaperigheid, tracht deze dan door een krpcli-
tigen wil t© overwinnen. Eon middel er
voor is ©en kop sterke koffio en beter nog
zich wasschen met koud water cn even liefst
builen wandelen.
Vraag: Aangezien dat wij voor kom
mies studeeren on als wij door een exmnon
komen, wanneer komen voor deze betrekking
vragen voor, waarin, in dagbladen of bestaan
er opschxijflij6ten voor dezulke betrekking?
Antwoord: Studeer maar dapper, doch
verdeel de huid van den beer niet voor dat
g© hom geschoten hebt. Afgaande op do
wijze waarop de vraag is gesteld en geschre
ven, vermoeden we dat er nog heel wat
te le©ren volt. Zijt ge echter eenmaal als
kommies geslaagd, dan wordt ge door het
Rijk hier of daar zeer waarschijrlijk aan oen
grensplaats gestationeerd. Gij behoeft due
niet eens te sollicitceren. Als ge eenmaal
geplaatst zijt, kunt ge wel om overplaatsing
vragen.
Vraag: Daar ik zit te zweten voor de
hondenbelasting, zoo was mijn vraag of do
hondenbelasting niet wat afgeslagen kan
worden Zou er van de gemeente niet een
belasting ingevoeld kunnen worden voor de
katten? Want ©r loopen toch ook zooveel
lieve poesjes langs den wegl
Antwoord: Over het verminderen eener
belasting cn het invoeren eener nieuwe be
lasting hebben wij niets te zeggen. Daar
voor zult ge u rechtstreeks tot het gemeen
tebestuur moeten wenden
Zijt ge missclxien lid van deze of geno
kiesvereeniging Daar zoudt ge ook pro
paganda voor uw denkbeelden kunnen maken.
Er moeten dezen zomer zooveel raadsleden
worden gekozen misschien stelt men u na
oen flinke inleiding over de vermindering der
hondenbelasting cn invoering ©ener katten
belasting nog wel candidaat. Wordt ge dan
gekozen dan kunt ge zelf voorstellen in den
raad aanhangig maken. Dat is nog het meest
radicale. Wij vree zen echter dat dit u even^
goed als do hondenbelasting ook nog wol
eens zweetdroppels kan koeten,.