No. 15049.
AAnsuBBiase.
Gemeenschappelijke Eenken.
£EÜ HOiïO.
Aii ii o 1909
Nederland gaat op de wereldmarkt voor
ren aanslibbing van Fransche en Duitsohe
rivieren door voor but grootste deel ten
minste. Misschien is dat niots om trotsch
op le wezen, ofschoon Helmera er in zijn
gespierde zangen, onder ons gezegd niet
hooi em aal van bombast vrij, er toch zeer
Arotscb op was, dat zijn dierbare geboorte
grond door bet voorgeslacht aan de golven
ontvr<.f-ke*rd was, wat overigen* nLt pro
ei c-a hetzelfde is.
Anderen hebben gespot nr-t dat ,,onF;: *)>.rekcn een bodem rieden, .vaerop zij wc-
-woekeren aan de baren" en rneenen datjv
noen hot aan de natuur bad overgclae*!
ten, doze het weak vrij wat beter zöu heb-
l<o gedaan, al zou het misschiai wat la» *»'™n>ent mede, want niet, is nadeeliger
ger godtrord hebben.
Laten we daar nu maar een speldje bij
•teken. We zijn cr nu eenmaal, wij Hollan
ders. en leven in ons Landje van mist en
jeouder. "We bobben het nogal redelijk wel
ook en xullen er ons dus verder maar in
«fn to schikken.
i I>e strijd onzer voorvaderen was trou-
fwens geen strijd, dien zij alleen to voeren
'hadden: Hon arbeid, die steeds in omvang
en volmaaktheid toenam, wordt door ons
voortgezet en zal wel nooit een oindo ne-
ftnen. Maar aan .hen komt de eer dor vin-
ilding toe, al werd die vinding dan ook uit
'noodzakelijkheid geboren. Zij brachten
/,v*n lieverlede een merkwrardig land op de
wereldkaart, grootendeela beneden de op
sper vlakte der zee gelegen^ dat altijd door
fjne 'kokende baren bedreigd werd en toch
\nooit meer verder dan voor een klein ge-
eolie kon worden heroverd. En wij, hun
'nazaten, wij bouwen nog altijd door op de-
leell'do grondslagen en zullen straks weer
©en ontzaglijken waterplas tot vruchtbaar
land vervormen.
Waren de Nederlanden niet reeds vroeg
tijdig bewoond g: woest cn de bewoners niet
genoodzaakt tot eigen lijfsbehoud den strijd
fnefc do dementen aan to binden, dan zou
öe natuur z<?k"r haar eigen werk, hebben
voortgezet en voltooid en misschien van ge
heel Nederland een land hebben gemaakt
lala de Yeluwe en Overijsel. Zooals do win
den door voortdurende overstuiving de
fcandb. uvcls vormen, zoo brengt, vooraf do
dagelijaecke ovcrstroomiDg van den lagen
bodem door de zee, daarover een nauw
merkbare, maar toch voortdurend aan
groeiende hoeveelheid van uit zee afkomsti
ge stoffen. Zoo zou de zee, telkens afbre-
Kende, maar ook altoos opbouwende, ab zo
,in haar werk niet grstoord was, ons land,
voor zoover het beneden den waterspiegel
lag, langzamerhand daarmede gelijk heb
ben gemaakt, hier en daar zelfs liooger,
rdaariu trouw geholpen door de zandver
stuiving, door den natuurlijken groei van
allerlei planten, en door den toevoer vati
fcndéro stoffen, b.v. die, door de rivieren
Aangebracht. Lodewijk XIY zou, volgens
het verhaal, »:lfa gepocht hebben, dat ons
geminacht landje een aanslibbing van de
ffraneoha riviren was.
Hoe dat üij. nog steeds zien wij, waar
toen de natuur ongestoord laat werken,
hoe in hoi water eilanden en platen te
voorschijn komoD, hoe de diepten geringer
worden^ open vakken in zee zich diclit-
jirerken cn do kaart van het oeverland
langzaam maar zeker gewijzigd wordt, 't
Gaat zóó langzaam, dat men soms bij
©euwen moet rekenen; maar toch gebeurt
het.
Welk een ontzettend» macht it er dan
Eouh in dat verzamelen ©n aangroeien, in
Id&fc eeuwig aanslibben gelegen 1 En hoe
moeten wij het werk der natuur bewonde
ren Hoe «tevig zit alles in elkaar en hoe
neer overtreft heb in vele opzichten het
york van roenocbenh&nden.
r
fn dat grooteohe werk spreekt de natuur
£en taal, die wij wel behooren te kennen
en vlijtig te beoefenen, al ia zij niet-moei
lijk te verstaan.
Wat men tUlletjes laat zitten, slibt aan.
Laten we, als voorbeeld, maar met ons
eigen lichaam beginnen.. Als- er iets de
hand noodig heeft dio onderhoudt, dan is
het zeker dat lichaam wel, en waar dat on
derhoud niet naar behooren plaat» vipdt,
daar komt straks een onmerkbaar laagje
©lip de noodzakelijke verbinding met de
buitenlucht veratoren, cn is ook de kiem
gelegd- voor allerlei verstoringen iu den
geregeldcn gang van het kunstig, maar
tecder raderwerk, kunnen ziekten en gc-
..lig tieren.
Een goed machinist echuurt en poetst
zijn machine altijd cn hij spaart er het ia-
voor d^ machine dan de aanslibbing, <ho
hier bestaat in het natuurlijk en ge.sta-
dig verzamelen van vuile stoffen, dio de
metalen nan toeten en langzamerhand ver
nielen. Dat is een voorbeeld in het groot,
inaar or bestaan ook tal van voorbeelden
in het klein, die toch eindelijk ook weer
een grooteu omvang aannemen.
Laat ons denken aan do oud-Hollandscho
zindelijkheid in huis. Ze is ook in jong-
Holland nog wel in eere; maar, wordt er
eens do hand niet aan gehouden, zie dan
eens hoe spoedig or geen redden meer aan
is. Vraag maar eens aan onz© echte huis
vrouwen hoo dat in zijn werk gaat. De boel
wordt nageloopen met den Franschen alag,
mot hier en daar een lik en een veeg. Slod-
dermieke kijkt nooit in de hoeken en
gaatjes of boven op d© kasten. Nu is daar
nog maar sprake van stof; maar begin niet
aan wezenlijk vuil of aan roest; of andere ge
volgen van verwaarloozing of gebrek aan
gewoon onderhoud, dat later altijd buiten
gewoon onderhoud noodig mankt. We val
len onze Hollandsche huismoeders wel eens
lastig over haar schijnbaar overdreven zin
delijkheid. Och, laat ons dat toch niet
doenZe zorgen wel dat dc slib niet over
heb land komt en ze doen er wèl aanwant
zjj weten hoe gemakkelijk dat gaat en hoe
veel paardekrachten er noodig zijn om den
Augiasstal der verwaarloozing te zuiveren.
Nu willen we volstrekt niot beweren, dat
er in het huiselijke geen aanslibbing in
don goeden zin van het woord bestaat. Me
nige huisvrouw toovert met vier vingers
en een duim, toovert door zuinigheid en
overleg, zooals ze ook toovert door ordelijk
heid en netheid. Het is ook een soort van
aanslibbing, die heel ongemerkt gaat en
eeu gevoel van voldaanheid en tevreden
heid schenkt.
Zoo zien wij, welbeschouwd, op de gchee-
le levenswijze, de kabbelende golven zoo
wel het goede als het kwade brengendoch
met waakzaamheid cn oplettendheid, znl-
ln wij het goede kunnen bevorderen, maar
ook het kwade nog intijds kunnen voorko
men.
Een talrijk publiek, begrijpelijkerwijs groo-
"tendeels uit dames bestaande, ofschoon toch
ook.eenige hecren zich door hun komst ter
vergadering, direct geïntresseerd toonden,
was gisteravond in 't bovenzaaltje van 't
„Nut" tegenwoordig.
Daar zou als we hebben ingelicht
de eerst© vergadering plaats grijpen van hen,
die belangstelling toonden voor een keuken,
die voor al die vergaderden wilde kokoD,
De bijeenkomst werd geopend door .mevr.
GoudsmitCohen, die, namens de voorloo
pige commissie, den opgekomenon een har
telijk welkom toeriep. „In het Leidsch Dag
blad", sprak z© verder, „is al ecnige kecren
geschreven over hot denkbeeld om zulk ©en
keuken in Leiden in 't leven te roepan en
de betuigingen van instemming waren zoo
talrijk dat we meenen alle redenen to hebben
te.gelooven dat deze nieuwe inrichting goed
zal slagen. Zooals t© begrijpen is, zal de
Gemeenschappelijk© Keuken, ©venals alle
bieuwigheien, .voor. moeilijkhedenkomen te
staan en veel. vooroordeel, te overwinnen heb
ben - Daarom is het in de .eerste plaats noodig
dat de basis, >v»arpi> dezo onderneming moet
steunen, uiterst solide is."
De president©, vaa de voorloopige commis
si© zette vervolgens het doel dor vereeniging
uiteen, ca leguo de gcheelp organisatie uit,
zooals die in Den Haag lunctionneert.
Het .aantal verbruikers is daar sedert de
op riesling (MeD moer dan verdubbeld^J^n
heg«* daar met 1<X>loden en dl 1
deeIJk Den eersten xiiddag werden O" por-
tiesIkfgeleverd. Dit aantal steeg gaacdeYTcg-
zoodid op L Januari hét ledental 218, op
1 Ffbruari 237 cn óp 1 Maart 259^'was.
Do president© logde nog eeas nadruk op
het direct aansluiten, waardoor ruimer aan
gevat kan worden en wee© óp hét voordeel
voor .studenten en damee-studenteu in de
Gemeenschappelijke "Keuken gelegen.
Raadzaam is het. dat' deze zich
combineeren tot één tafel; één
aandeel hoeft dan slechts tè worden ge
nomen, en 1 bu3. zoodat er vooral voor
hen een waarlijk voordeel «chuilt in de kcu-
Met een variant op heb bekende r „Do weg
naar het hart gaair door de maag" besloot
mevr. Goudsmit haar korte inleiding, de
hoop uitsprekend dat de konken met het
goede doel, dat zij voor oógen hoeft, den
weg naar menig hart mocht vinden.
Nadat mevr. Goudsmit-geëindigd had. wer
den door mr J. Draayer de statuten voor
gelezen, zooals de voorloopige commissie bij
event.ucelo oprichting dez© zich had gedacht.
Do gelegenheid tot hot doen van vragen,
leverdo weinig op. Een pair detail-kwesties
kwamen ter sprake, die van zooveel lator
zorg zijn, dot wo de "plaatsruimte er niet
voor mogen in beslag nemen. Het denkbeeld
alle inkoopen to doen bil Leidsch© leveran
ciers verwierf volle sympathie. De lijsten
ter teekening aanwezig, toonden do volgend©
cijfers
lia aandeden werden geplaatst.
57 porties werden besproken voor geregeld
dagelijksch gebruik. Èen aantal ongeregelde
„eters' komen daar nog bij.
Nadat do president© van dc voorloopige
commissie do opgokomenon had bedankt voor
liun belangstelling.en do datum van inschrij-
ving openstelde tot 1 April, wanneer defi
nitief zal worden besloten of men al of niet
tot de oprichting zal overgaan, er den na
druk op loggend dat voor alles moer ge
regelde verbruikers gewensoht zijp,
sloot zij do vergadering.
Do voorloopige commissie vergaderde nog
na tot 't bespreken van reeds te nemen maat
regelen voor de zeer waarschijnlijke oprich
ting a. s. 1 April.
Adressen voor opgaven tot 't nemen van
aandoelen en 'i bespreken van „pórties" zijn
mr .J. Draayer, Brecstraat 154, en mej
v Bemmclen, Witt© Singel 13.
BODEGRAVEN. D© laatste openbare
vergadering in dit seizoen van het departe
ment Bodegraven der Maataolmppij ,,Tot
Nut van 't Algemeen" waa niot druk be
zocht. Na het openingswoord van den voor
zitter werden d© gaslichten in de zaal uit
gedoofd, waarna de heer Tepo, van Bloe-
.menda.il, eeu reeks lichtbeelden liet zien,
projectie» op bet doek van e©n groot© ver
zameling photo's, door hem genomen van
vogels en vogelnesten, voornamelijk in de
duinstreken ©n bij hot Naardermeer. Tot
afwisseling kroeg het publioü bloemen on
landschappen te zien.
HAZERSWOUDE. In de consistorie der
Gereformeerd» Kerk kwam de vereeniging
voor „Gereformeerd Schoolonderwijs" bij
een tot het doen van rekening en verant
woording over het afgeloopen jaar. Zoo
wel uit het verslag van den secretaris, den
heer A. Francken, als uit dat van den pen
ningmeester, don heer W. Zintel, bleek, dat
de Vereeniging in goeden doen is. Beslo
ten werd dit jaar het 40-jarig bestaan der
6chool feestelijk te herdenken.
De oollcoto voor het huldeblijk, dat H.
Het was laat geworden; veel later dan
lenders. Met groot© opgewektheid hadden
!wy, alleen de intiemste vrienden, een pro-
inotre-partijiLjo gevierd, en terwijl buiten
;©en van de felst© na-winter-nachten woed-
tie met vorst en met ijzel; terwijl de oos
tenwind de ruiten der kamer deed klette-
'gen en kreunen, waren daarbinnen, in de
(behaaglijke atmosfeer van het lekker rood-
gtaaml kacheltje, de champagneglazen op-
geheven, en aan het besoheiden, maar wèl-
yerzorgd soupeetje hadden wij getoost op
den jovialen gastheer, den jongen meester-
in-de-rechten.
•NieLtegonstaande het sympathiek em-
gtig-aangelcgd karakter" van den pas-ge
promoveerde, verliep het partijtje ten slot-
fcen beetje in een bacchanaal. Twee hadden
W zich op de sofa geïnstalleerd en waren,
half in eikaars armen, de nachtrust al in-
Igegaan. Een ander, dio uit Den Haag ge
komen was, zou blijven logeeren, terwijl een
Kierde in een fauteuil zat te praten en te
betoogen tegen de slechts nu on dan met
oen zacht cn wijs geknetter antwoordende
kachel, zwaar als lood.
Het waa bij tweeën, toen ik met mijn
rriend op straat stond. Een eind nog kon
den wij samengaan. En terwijl ik, huive
rend, mij lekker hulde in mijn zware win
terjas, mijn dikste handschoenen aandeed
fcn mijn stropdas ophaalde over mijn ooren,
Stapten wij flink door, gearmd, in den on
der het vallen bevriezonden regen, en had
don wij het nog, lachend, en met warme
•jrmpatliMt over dea looevec verlaten gast
heer, die nu zeker zijn eerst© advocaten-
slaap ronkte; over het soupeetje zelf en
over do tegen het eind er van opgeworpen
onmogelijke paradoxen.
De scherpo wind sneed langs ons ge
zicht belette ons wel eens het spreken. De
regen werd stijf op onze kleeren, dat zij
kraakten bij iedere beweging, en maakte de
straten glad van ijzel. Maar met de warmte
onzer jeugd, onzer gemeenschappelijke
vriendschap, onzer met vuur verdedigde
idealen, illusies en overtuigingen; met de
warmte van het rood-knetteretxl kacheltje
in de gezellige kamer, de warmte van het
intieme maal en van den bruisenden cham
pagne, nog in ons, merkten wij nauwelijks
bewust de teistering van den guren nacht;
schudden wij lachend het knisterend zil
vervlies van onze jassen, en tartte® wy
vorst, regen en wind.
Toen onze wegen zich scheidden en wij
elkaar wel te rusten hadden gezegd met een
stevigen handdruk, ging ik aJlcen verder,
begaf ik mij overvol van blijde, lichte go-
dachten naar de straat, waar mijn kamers
waren.
Het leek wel in mijn hoofd den rege® van
zilveren en gouden, paarse en róode bal
letjes, die heen en weer vliegen, niet te
volgen, tusschen do handen van een knap
gooohelaar. Het leek er op het verglijden
van duizenden kleurige glaasjes in ontzag
lijke caleidoscoop. Het leek op het verschie
ten der kleuren in een fontaine lumineuze
of op de reuzige uitbloeseming, op den heer
lijken bouquet van een jong abriboze-
boompje in de lente. Het leek op de ge-
dachtenwcmeling van een bakvischje, dat
pas, voor den eersten keer, verliefd is.
Mjjn hoofd was zoo blij licht en
zoo vol, overal klont en muziek. En ik
wist niot waarom.
Het was zoo de stemming, die ons, arme
roenschensUiri-pords, mcaschenwormpjee,
©ons een enkelen keer wordt toegeworpen,
wanneer vriondeohap of liefde ons heeft
opgeheven tot een hooger plan, tot een
sfeer, van waaruit wij, in wijder geworden
horizon, zien kunnen de grenzen van bet
Beloofde Land..
Bij dö buien lag een hoop vuii voor de
deur. In het donker, tegen de stoep aan,
leek heb ten minste een hoop vuiL Maar
toen ik op bet piaot stond het weg te
schoppen, bewoog het, kwam een war-hari-
ge kop te voorschijn. Het waa eon hond.
Ellendig verwaarloosd en verregend lag
hij daar teguu do stoep aan, half bevroren,
half ingdjzold, een arm» stakker van een
naohthond.
Do ijzelregon goot over zijn slonzige ha
ren, zijn naar mij opzie aden, trouwharti-
gen kop; de wind maaide langs de straat
als een zei*.
Toon riep ik hem, nog eens, racht-aanha
lend en met licfkoozend oocent. En toen
stond hij ook latogzaam, moeilijk op, dui
zelend op zijn bevroren pooton; hij wag
gelde naar mij toe, zocht wat warmte togen
mijn beonen aan. De plaats, waar hij had
gelegen, leek een bijt in ij».
Ik streelde hem over zijn killen, vuilen
kop, klopte hem eens op den rug. Zijn
lange, zw&rt-bruine haren kleefden en piek
ten stijf aan elkaar met ijsschilfera van
hard cn dik zilvorvlie* Klaaglijk schurkte
hij maar tegen mijn beenen aan.
Een nieuwe windvlaag, die den regen in
mijn gezicht loeide oi hij met «pelden
M. de Kóningin zal worden oangebodea,
bracht- '0 gulden op.
KILL KG OM. Iu dc zoal van café „Flo
ra" werd d© 15de jaarvergadering" gehou
den van. do vereonigiag- „Hulp in Nood";
yoorzitter dc heer G. J. W. Mathot.
Door den secretaris en den penningmees
ter werd vershvg uitgebracht omtrent dea
tcratand der Vereeniging, waaruit bleek,
dat het getal leden, op 1 Maart 1908 öO-I,
iu dcu loop van het jaar na aftrek van 29
leden, die wegens overlijden, vertrek naar
elders, op verzoek en wogen» wanbetaling
waren geroyeerd, met 23 leden was vermeer
derd dat het getal weldoeners na 1 Maart
1908 met 26 waa verminderd cn daardoor
was gedaald tot 124, door welke vormind*-
ring de vrijwillige bijdragen van f 201,50
waren teruggebracht tot t 172.50dat de ge
zamenlijke inkomsten- bedragen 3099.90 en
de uitgaven 3339.33 zoodot het jaar 1003
eindigde met een nadëolig saldo van f 239.43.
Het totaal bezit van het fonds bedroeg al-
zoo op 1 Maart 1909 f 4335.S5-
Aan 159 leden werden 568 uitkeeringen
verstrekt, waarvan 87 ieder minder <lan óón
weck ©n 13 van dertien weken, te zaxnen
tot een bedrag van f 3151.35.
Hierna werd het nieuw gewijzigd concept
reglement in stemming gebracht cn aange
nomen met 102 togen 10 stemmen, waarna
bij acclamatie werd besloten, dat bedoeld
reglement met 1 Maart 1909 zou ift werking
treden.
Vervolgens werden de heer en C. T. Bur
ger. P. Rutten en L. A. van Maris belast
mét het nazien der rekening en de bestuurs
leden dc heëreri J. Staats, F. H. Voss cn
P. G. Maaskant, dio periodiek aan de beurt
van aftreden waren, bij acclamatie als zoo
danig herkozen, terwijl in do plaats van
den heer 0. Jonkheer, die om gezondheids
redenen als lid van do Commissie van Toe
zicht voor een eventueel© herbenoeming
had bedankt, de heer W. J. van Dril bij
acclamatie werd gekozen.
Ten slotte werd het bestuursvoorstel tot,
benoeming van de heeren geneeskundigen
en den .rC, Jonkheer tot eerelcdon, mot
groot© blijken van instemming bij acclama
tie aangenomen.
KATWIJK AAN DEN RIJN. Do ten
toonstelling in „Do Roskam" heeft zich in
greote fcclnngstelling mogen verheugen. Do
tontoonstellings-looaliteit was meermalen ge
heel gevuld met mannelijke en vrouwelijke
kijklustigen, soms zelfs overvol. Gisteravond
om acht uren was echter haar einde aange
broken. De voorzitter der Vereeniging nam
het woord, door in de eerst© plaats dank t©
brengen aan do inzenders. Hij wildo echter
ook niet vergeten den decorateur, den heer
Grullcinons, te Noordwijk, wien een woord
van lof toekomt voor de wijze, waarop hij
de inzendingen had gerangschikt cn liet de
coratief aangebracht. Ook bracht dc voor
zitter dank aan de commissi© van bijstand,
die het bestuur bij de organisatie en tijdens
do tentoonstelling zoo krachtig had ter zijde
gestaan dank aan hofpubliek voor do on
dervonden sympathie. Met de baste wenschen
voor II. M. de Koningin, wier beeltenis liier
prijkt© en voor het welzijn en don bloei
der bollencultuur in het algemeen eu die
van Katwijk aan den Rijn in het bijzonder,
alsmode voor do Vereeniging, verklaard© hij
do tentoonstelling gesloten. Namens do in
zenders bracht de heer B. van Vellhovon
als do oudste onder hen hulde aan het be
stuur der Vereeniging on sprak do hoop
uit, dat d©ze eerste nog door meerder© moge
worden gevolgd en het resultaat moge zijn
veredeling van de tulpencultuur
KATWIJK-AAN-ZEE. Op 28 Maart zal
het vijf en twintig jaar geleden zijn, dat
de heer J. A. van der Bents, halte-chef,
in dienst trad bij do Holl, IJzeren Spoorw.-
Mij. Hij was achtereenvolgens gestation-
noerd t© Schiedam, Zwaag, Klaronbeek, Wou
denbergScherpenzeel, Eehteld, Hardinx-
veldGiesendam en de laatste drie jaren
alhier.
Het jubileum zal gevier worden op 29
Maart.
Do lesson aan dc Ambachts-teelceuschoo^
uitganndo van do Chr. w erk mans vereen i-
ging „Eendracht" zijn voor dit scizoca weer
geëindigd.
De mandoline cl. „Lotus" welke hier voov
eenige jaren werd opgericht, stierf aan ver
val van krachten. Thans is echter weer ecu
niouwo mandoline-eiub opgericht, wolko al
leen dames-leden telt. De hoer Lutcrvcer i®
directeur.
In plaats van ouderling IC. v. d Pla»
is do heer P. Bakker, onderwijzer aan de
Nc*l.-Hcrv. ÜN'hool voorzitter geworden va#
do Chr.. Jongeliagsvereciiigiug Amos V ver»
0 n
Sedert eeuLgrt dagen wórdon aan het
strand alhier dour do artillerie sehiot-oofo-
ningen gehouden. Er worden granaat-kar»
tetsen 'afgeschoten. Ter wille van de veilig
heid is de weg langs het strand van hier
naar Sehoveniugen venboien torrciu voor het
publiek.
Iu verschillend© plaatsen van ons land
worden plannen beraam»!, om. als do blijdo
verwachting ©cn feit zal geworden zijn, dit
op fccslciijk© wijze te vieren. Van zulle©
pbnnuu hoort men hier echter niets. Wio
neemt hier hot initiatief? Ligt'hot soms
op den weg dor Wilhelminu-verecniging do
hand ©ons aan den ploeg le slaan?.Er zijn
hier two© 7.itngvereenigiiigen en- een harmo
nie-gezelschap, die voorzeker haar medewer
king .niet zullen ontzeggen.
VOORHOUT. De lotelingcn dezer ge
meente zijn ingedeeld als volgt: C. Benlcl-
man, regiment grenadiers en jagers t«
's-Grnvcnhago, Joc. van Reisen, 4do rcg.
infanterie te Leiden, H. van Egmond, panf
serfort t© IJmuid-'n, cn P. van den Berg,
pantserfort Den Helder.
WOUBRUGGE. Opgericht is ccn vereeni
ging voor ziekte eu ongevallen, gcuaamd
„Oudorlinge IIulp." Zij telt aanvankelijk
22 leden, 7 buiten gewon© loden, 22 dona
teurs. Do Vereeniging t. eedt 1 April a.B.
in werking.
Tot wegwerker van don polder Yierurn-
bacht is benoemd C. Schijf Pz,
ZWAMMERDAM. Dc Chr. zangv. „llar-
po Davids" gaf een uitvoering in do Herv„
Kerk, welk gobouw goed gevuld wa9. Het
programma, uit 12 nummers bestaando,
werd vlot en vaardig afgvwerkt. Zelfs werd
een enkel nummer „Dc Oranjcvaan''
gebisseerd. De directeur, do hoor J. Vink,
uit Leiden, gaf eukelc keurig-schoou©
vioolsolo's. De pianobegeleiding was vaa
don hoer G. Vcrhey, uit Den Haag.
De heer Mullens, pr^stidigitateur uit
Alkmaar, gaf een k'ndervoorstcllmg ia
goochelen iu do opoubard school. Vooraf
hadden enkelo kindervriemlen bijdragea
daartoe gegeven. Do gc*>cheloar wist zij a
jeugdig publiek uitnemend t© vermaken.
Blijkens den verrekeningsstnat over
1908, gelijk di© ter secretarie is ingezon
den, werd in (lat jaar do openbare school
No. 1, behalve door 102 leerlingen uit d©
eigen gemeente, bezocht door 40 lerrlmgon
uit Alphen, 14 uit A ar land er veen, 1 uit
Bodegraven cn 1 uit Nieuwkoop.
Do herhalingsschool werd bezocht door 4
leerlingen uit Alphen, 2 uit Aar lander veen
oh li uit d© oigen gemeente.
Do voordracht Voor ouderwijzer aan
do 1st© openbaro lagere school, gelijk di«
opgemaakt is door B. en Ws. en toegezon
den aan den arr.-schoolopziener, is ali
volgt:
1. D. 0. Doornik, to Scherpenzcel; 2
Roerama, te Odoorncrvoen3. E. II. U.
Windt, te 's-Gravenhago.
Gisteravond vergaderde do „Vrouwen*
vereeniging van Weldadigheid" in het ge
meentelokaal. Do rekening van do pen
ningmeestcro3se, mevrouw Sohreudor, word
door d© hoeren C. van Muiswinkel en J.
de Voogd nagezien en in orde bevondon.!
Do rekening sloot .met een voordeel'g saldo.
Ter vervanging van het bestuurslid, mej«
dc wed. J. ran Dam, word gekozen mej.
dc wod. J. van der Wal.
wiorp, deed mij besluiten om naar binnen
t© gaan en den hond mee te neinou. Maar
hij wou niet, hoe ik ook riep en vroeg en
■wijd do deur openzette. Bang week hij hoe
langer hoe meer achteruit, weer naar d©
stoep van do buren toe. En toen ik er een
eind aan wou maken, en hem op wild©
nemesn... beest hij mij in mijn pol» met een
nijdigen knauw.
Boos sloot ik do deur. Dan moest bij het
maar zelf weten ook I Een hond, die jo
bijt aL je hem goed wil doe>n, kun je je
weldaden toch niet opdringen 1
En toch kon ik hem niet vergeteu.
Ik las den brief, dien ik op mijn tafel
voor mij vond. Ik kleedde mij uit, borg
do fuifkleeren weg. Ik deed het alles
laJQgzaam en omslachtig, want alle slaap
was geweken en voor mijn helder-wakke-
ren kop zag ik maar al door dat dier, als
een hoop vuil in het donker, tegen de stoop
aan, met zijn smerig lijf vastgevroren in
den ijzel, al» in een bijt, en met rijn felle
karbonkeloogen alleen maar strak op mij
gericht.
Toen ik uitgekleed was, ging ik nog
even naar de voorkamer; schoof het raam
open, om te zien of het beest daar nog lag.
D© ruiten waren bevroren met groote,
wijdarmigö ijavai^ns. Do wind joeg den
naaldenrogcn loeiend in mijn gezicht. Het
waa of hij kerfde met messen, beet met
vitriool. De zwarte straten glommen als
effen ijzelspicgols.
En tegen do stoep naaat ons, in hetzelfde
gat weer, lag do donkere, harige hoop
vuil. Hij keek niet eens meer op, toen ik
riepmaar liet alleen een zwak gebrom
hooren.
Echter kon ik niet in slaap komeu. Was
bet do champagne, dio nog bruiste doof
mij heen? Was het do gullo vricndonlach,
dio nog klonk in mijn oorori? Ik kon niot
in alaap komen. En do gordijnen voor mijn
vensters begonnen al flauw grijs to woiv
den, toen ik besloten opeens mija
bed uitstapte, wat kleeren aantrok en mija
overjas, en weer <lo krakende trap afging.
De voordeur klemde, wou niet open. Vaa
mijn zenuwen? Van do vorst?
Buiten was de regen overgegaan iu cca
fijne jachtsneeuw: drift van heel klein»,
scherp-gekanto kristalleijes. En naast d«
deur lag de hond nog altijd.
En weer riep ik hem, cn zette de deur
wijd open.
Maar hij stond nu niet eens meer op,
alleen een licht klagend, maar toch nijdig
gebrom, heel diep komend uit zijn slonzig
lijf, verkondigd© mij, dat hij bereid was,
zich tot het uiterst© te verdedigen tegen:
mijn opdringerigheid.
Hij stond niet op; hij hief niet eens zija
kop op, maar drukte zich alleen wat dicln
ter tegen de stoep van onze bure". aan.
Met een verwensching gaf ik het voor d»
derd© maal op ik was wel gek om mi|
zoo dik t© maken voor een atraat-terrier
on kroop weer mijn warm bed in. De dag
lichtte aan door de matte gordijnen.
Den volgenden morgen werd ik om bij
negenen wakker. Allo daken en tuinen
lagen wit besneeuwd. De wind wa© gaan
liggen.
En toen ik voor in het spionnetje keek,
zag ik het smerige beest, blij opspringend
tegen meid van do buren a.\n, die, haar
blauwe handen wrijvend, bij den melkboer
stond. Hij probeerde haar handen te lek-»
ken. Zijn karbonkeloogen fonkelden feller*