Engelsche kasteelen. Bladen-statistiek. Eoedenwedstryd. Rusten na den maaltijd. Aftji „Tits-Bits" is deze mededeoHng ont leen - over omvang en onderhoudskosten /an groot© Engelsche kasteelen of buiten verblijven: Wentworth Woodhouse, een der vier pa leizen van lord Fitz-William, is het groot ste &lot in Engeland in particulier bezit. Het heeft een frontlengte van 182.5 M. en zulk een reusachtige hal, dat men vier ge- vone landhuizen er in zou kunnen bergen. Blenheim Palace, de zetel van des hertog van Marlborough bij Oxford, is 106 M. lang. Z bouw heeft, toen het geld een andere waarde had dan tegenwoordig, 3,600,000 ge kost. Even zooveel heeft voor eenigen tijd de restauratie daarvan gekost en zijn be zitter verkocht zijn schilderijen on zijn bi- bibliotheek om deze kosten te dekken. De overleden hertog placht te zeggen, dat hij jaarlif-s alleen een f 6000 uitgaf voor het stoppen der vensterruiten. De marquis of Bute bezit vijf landhuizen in Engeland, Schotland en Wales, daaronder Monte Stuart, dat 150 kamers bevat en over de 24 milliocn gulden gekost heeft, dus een huur waarde van een millioen vertegenwoordigt. Van do vier kasteelen van lord London derry i9 Wijnyard Park to Stokton in Tree 91 M. lang. Dit kasteel bevat een galerij voor beeldhouwwerken, die 30 M. lang en 17.50 M. creed is. Goodwood, een van de residenties van den hertog van Richmond, is met zijn twee vleu gels 115 M. lang. Het onderhoud van de kas teelen van den hertog van Devonshire (6 in Engeland en 1 in Ierland) kost ja-arlijks f 1,200,000. Wolbeek, dat aan den hertog van Portland behoort, heeft alleen 4800 kwa draatroeden moestuin. De warme kassen en tuinen verschaffen aan 70 menschen bezig heid en liet onderhoud dier tuinen bedraagt jaarlijks f 75,000. Stafford House, de stadsresidentie van den hertog van Sutherland, vraagt een per soneel van 60 personen en 240,000 is Jaar lijks noodig voor onderhoud. Do bouw van Eaton Hall voor den hertog van Westminster heeft over de 24 millioen gulden gekost. Op eenige van deze prachtige residen ties verblijven de eigenaars slechts eenige weken in het jaar. Men beweert, dat van een 60-tal dezer soort kasteelen in het Yer- eenigd Koninkrijk elk gemiddeld een aantal van 250300 bedienden heeft, wier loonen te zamen ongeveer f 240,000 per kasteel be dragen, terwijl de tninen of parken per jaar alleen dikwijls f 60,000 kosten. Van kleinere landhuizen met een bedien dental van 50 tot 100 en met een bedrag aan loonen van minstens f 48,000, bezit het Koninkrijk er ongeveer 600. Evenals deze kasteelen zijn ook de stads huizen in Engeland zeer duur. Voor een klein huis in Park Lane wordt f 36,000 huur gevraagd. Een huis van dezelfde groot te in een van de voorsteden van Londen zou f 600 huur opbrengen. In Grosvenor Square bedragen de huren 12,000 tot f 7200. In St.-James-Square f 120,000. Voor een huis in Cariton House Ter* 3 werd f 75,000 huur betaald en lord Barton gaf ongeveer f 1,600,000 voor een huis in South Audley Street. Uit een statistiek over het aantal bla den, over de geheele wereld verschijnende, blijkt, dat Duitschland aan het hoofd der lijst staat in Europa, n.l. met 5500 bladen, waarvan er ongeveer 800 dagelijks verschij nen. Daarop volgt Engeland met 3000 bladen, waarvan 809 dagbladen. Vervolgens Frank rijk met 2819 bladen, waarvan er nauwe lijks 700 op twee, drie of alle dagen der week verschijnen. België heeft bijna 1900 bladen, waarvan een honderdtal dagbladen zijn. Italië telt 14C0 bladen. Hierop volgen Oo3tenrijk- Hongarijie, Spanje, Rusland, Griekenland, en Zwitserland ieder met gemiddeld 450 bladen. In Azië telt men -^iot minder dan S000 bladen, waarvan het meerendeel verschijnt in Japan en EngeLvh-Indiè. Japan alleen bezit er ongeveer KSCO. Afrika telt slecht* 200 bladen, waarvan er 30 gedrukt worden in Egypte, en de overige in do Europeesche bezittingen. Australië is zeer arm aan bladen cn telt er slechts enkele, die te Melbourne en Syd ney verschijnen. Amerika bezat, juist een eeuw geleden, slechts 366 bladen, waarvan er 251 dage lijks, 36 tweemaal per week, 15 driemaal en 290 ééns per week verschenen. In dit jaar 1808 staat Amerika, wat het aantal betreft, aan het hoofd der dagbladpers. Men telt er 21,535 periodieken, waaronder 12,500 bladen. Een duizendtal van deze verschijnt dagelijks, terwijl er 120 geredigeerd, be stuurd en uitgegeven worden door negers. Over het geheel genomen wordt Amerika ieder jaar overstroomd door tien millioen exemplaren van dag-, week- en maandbla den en tijdschriften. Re sierrenhemel. De zon van mijn geluk ging onder 't Was om mij heen een duist're nacht. Waarvoor zou ik nog verder leven De rust des doods scheen mij reeds zacht. Maar waar mijn oogen vol van tranen Ten hemel blikten, schenen klaar Niet één, maar tien, ja duizend steiren In 't diepe donker, wonderbaar. Het- schonen zooveel vriend'lijke oogen; Zij lonkten mij vertroostend toe. Ik 'kreeg wéér moed, geloof, berusting, Al was mijn hart nog zwaar en moe. ,,Zie om ul" werd mij toegefluisterd, ,,Nog blijft u veel, ook bij 't verdriet; Uw weg zij eenzaam, stil cn donker; Uw zon verdween, de sterren niet I" Evenals Parijs, Biarritz en Ostende, heeft ook Berlijn zijn „hoedenwedstrijd" gehad. Er was bovendien een weldadig doel aan verbonden, daar de wedstrijd do „clou" vormde van een feest» In den tuin van het paleis van den Rijkskanselier ingricht, ten voordeel© van de Vereenigingen voor Vrou wenhulp, Tehuis voor Meisjes, en Interna tionale Vogelbescherming. Dientengevolge waren alle hoeden uitgesloten, die volgens de laatste mode prijkten met papegaaien en dergelijke reuzen versieringen of met rijen zangvogeltjes. Alleen veeren van het genre „pluimvee", van ganzen, eenden, hanen, (en natuurlijk de klassieke struisveer) wer den toegelaten. Zonder moeite werd het bewijs geleverd, dat wij bonte prachtvogels en zangvogeltjes gerust kunnen laten vliegen, zonder onzen hoeden te kort te doen. Struisveercn, bloe men, kant, metaalborduursel, lint, welk een ruime keus van materialen 1 Vóór de be kroning der hoeden maakten de dames, voorafgegaan door een militaire kapel, een wandeling door den tuin, om ten slotte aan een tent, waar de commissie zetelde, de cou pons af te geven, die zij in den loop van den namiddag ontvangen hadden, als blijk van bewondering voor haar hoed. De eerste prijs, een waaier in Empire- stijl, werd uitgereikt voor een hoed van zwart, baststroo, met zwarte en witte struis vee ren. Een hoed van wit rijststroo, m^t een krans van rose papavers, verwierf als twee de prijs een parasolhandvat van schildpad met een knop van halfedelsteen; terwijl de derde prijs, een Empire-bonbonnière, werd toegewezen aan een uiterst modernen fan- tasiehoed, bedekt met donkere, glanz;ge bladoren, waartusschen bosjes meer daa levensgroots, roode kersen. Een Rubcnshoed van duifgrijs rijststroo, met struisveeren van dezelfde kleur gegar neerd, volmaakt ten opzichte van model, kleur en harmonie met het verdere toilot, wit batist kostuum met langen mantel van filet antique en borduursel, kreeg officieel slechts den vierden prijs. De draagster raag zich echter troosten met het feit, dat ko ning Gustaaf van Zweden, dio het feest bij' woonde, haar fijnen smaak waardeerde, door haar rijn coupon t» overhandigd. Dr. Bes zegt in „Moleschott:" Het is bekend, dat ingespannen arbeid, na het eten verricht, in belangrijke mate de spijsvertering stoort; ja, zelfs geheel be lemmeren kan. Dit geldt zoowel voor licha- melijken of spierarbeid, als voor geestelij ken arbeid. De oorzaak hiervan is gelegen in het feit, dat, evenals iedere werkzaam heid van een of ander lichaamsdeel ver meerderden toevoor van bloed naar dat deel eischt, maag en ingewanden gedurende het spijsverteringsproces eveneens dien eiecb doen gelden. En zelfs in nog hooge- re mate dan de andere organen, omdat heb spijsverteringskanaal zeer rijk is aan bloed vaten, en als die alle gevuld zijn, hetgeen gedurende de spijsvertering wel het geval is, bevatten zij een buitengewoon groot© hoeveelheid bloed. Van waar komt dat meerdere bloed, het welk maag- en darm wand doorstroomt als het verteringswerk aan den gang is? Daar de hoeveelheid bloed in het lichaam dezelf de blijft, spreekt het vanzelf, dat dit uit andere liehaamsdeeLen moet komen, en dat dus de maag en ingewanden ten koste van! dezen worden voorzien. Het zijn dus ook de hersenen, die dit bloed leveren en der halve zal die vermindering van de bloed- hoerveelheid aldaar minder werkzaamheid teweegbrengen; daarom is men na een rijkelijk maal ongeschikt voor ingespan nen geestelijken arbeid; men is dan zelfs min of meer slaperig. Dat de hersenen na den maaltijd niet helder en dus ongeschikt zijn voor haar verrichtingen, is reeds van ouds bekend; zelfs de oude Romeinen wis ten dit en van hen stamt de oude zegswijze: „Een volle maag Studeert niet graag-" Doch ook het spierstelsel moet een goed deel van zijn bloed tijdelijk afstaan en ook hier treedt minder werkzaamheid op; daar om zijn we na het eten lui en geneigd tot rusten. In den la&tsten tijd zijn weer nieuwe proefnemingen op dit gebied gedaan door den F ranse hen geleerde dr. Feré. Vooral heeft deze aangetoond, dat het spijsver teringsproces in belangrijke mat© de spier- werkzaa-mheid doet afnemen, méér dan men zou verwachten. In den loop van het eerste uur na den maaltijd bereikt de arbeid, zonder vermoeienis verricht, nauwelijks de heL, van dien, welken men nuchter kan doen. Doch de vermindering neemt steeds toe van het begin tot het einde van dit eerst© uur. Van ongeveer 75 pCt. in de 10 eerste mi nuten, daalt zij van de 45ste tot de 60ste minuut, tot 10 pCt. Nu weet men, dat sommige stoffen, be Lend onder den naam van genotmiddelen, een opwekkenden invloed uitoefenen en dan ook veelal na een goeden disoh gebruikt worden, z.a. koffie, cognac, tabak, enz. En inderdaad is uit de proeven van Feré ge bleken, dat die stoffen in staat zijn de ver moeienis te maskee-ren, doch slechts voor korten tijd. Daarna verschijnt de vermoeie nis opnieuw en veel sterker dan zij zonder die voorbijgaande opwekking zou geweest rijn. Is het een natuurlijk en alleszins ver klaarbaar verschijnsel, dat ons lichaam na den maaltijd tot rust geneigd is, even na tuurlijk is het, dat dio neiging niet moet worden tegengegaan, doch in de hand dient te worden gewerkt. Het lichaam is niet in staat twee belang rijk© functiën tegelijkertijd te doen plaats vinden. En wie een of ander toch zou willen doorzetten, zou weldra bespeuren, dat de vermoeienis grooter zou zijn dan wanneer iedere verrichting apart werd uit gevoerd. Rust na den maaltijd is dus hoodig. Maar daaronder moet men niet slapen verstaan; voor krachtige, zware of vetlijvige personen ia zulks stellig niet gewenschfc.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 15