Vorstelijke Schaakspelers. De voedingsmiddelen der Chineezen. wanneer de wind west is. Door sommigen wordt als aas reigervet aanbevolendaar echter deze stof niet altijd gemakkelijk verkrijgbaar is, kan men zich bedienen vaD de azen voor bliek, waarin overigens de keuze ruim genoeg is. Do snoek. Yoor den buitengewoon vraatzuchtigen snoek worden doorgaans veel grootcr azen vercisckt dan de tot nu toe genoemde; men bedient zich van all.rhande insecten, torren, kevers, ook kikvorschen, kleine bliek, voorn, zeelt, postjes, en zrifa van jonge waterratten. Met dood a«is heeft men over het algemeen weinig succes bij de snockcnvangst. Paling. Het paling-peuren, door mid del van wormpjes aan een dunnen, sterken draad geregen, is zoo overbekend, dat heT hier niet nader omschreven behoeft te worden. Minder hekend zal het vu menigen visscher zijn. dat paling het best gepeurd wordt bij bewolkte, maan on een zacht n wes telijken nachtwind, vooral gedurende de drie zomermaanden Juli, Augustus en Sep tember. Kening Eduard VII van Engeland is een hartstochtelijk vereerder van het schaakspel en treedt daarbij in do voetstappen van vele zijner voorgangers op den troon, zijn naamgenoot Eduard I, die als uitmuntend schaker beroemd was, inbegrepen. Zijn ge malin speelde minder sterk dan haar echt genoot, doch toen zij hem bij zekere gele genheid op éclatante manier geslagen üad, schonk hij haar een schaakbord met een stel stukken van kristal en jaspis. Eens kostte hem zijn schaakhartstocht bijna het leven, want hij was juist van het bord op gestaan, toen uit oe zoldering juist op de plek, waar hij gezeten tiad, ccn groote steen viel. Of nu de schakers toentertijd zenuwach tiger waren dan tegenwoordig, laat zich moeilijk beoordeclen; in elk geval staat vast, dat menige heel vreedzaam begonnen partij met bebloede koppen eindigde. Toen prins Hendrik, later Hendrik I van Engelïnld, aan het Franschs hof eon bezoek bracht, won hij, gelijk de kroniek vermeldt, den oudsten zoon van koning Lodewijk zoo veel 'partijen af, dat doze in toorn ontorand- de, hem uitschold voor al wat leelijk was m hem de stukken in het gezicht smeet. Hendrik nam het schaakbord op en sloeg er Lodewijk zóó heftig mee op het hoofd, dat het bloed er uit vloeide; hij zou hom heb ben doodgeslagen, wanneer zijn broer Ro bert niet was toegesneld cn de vechtenden gescheiden had, waarop beiden hun rossen bestegen cn wegreden. Ook koning Johannes van Engeland be leefde in zijn jonge jaren iets dergelijks; een spelletje schaak, waarbij zijn tegenstan der zekere Fuik Warilc was, eindigde met een kloppartij, waarbij Fuik den Prins on barmhartig afranselde. Johannes vergat dat pak slaag nooit: toen hij later den troon had bestegen, wreekte hij zich op zijn hardhandigen schaak partner, door hem zijn erfdeel to onthouden en hem van zijn slot Whittington Castle te verjagen. "Willem do Veroveraar raakte herhaalde lijk zijn kalmte bij het schaken kwijt, en eens met heel ernstige gevolgen. Hij speelde met een vorstenzoon, toen een heftige woor dentwist ontst. d, dio hiermc. eindigde, dat Willem zijn tegenstander met het bord zoo hard op het hoofd sloeg, dat deze be wusteloos neerviel. Willem sprong op ziju paard en verliet zoo snel mogelijk het vr:cmde grondgebied. Filips II van Spanje was heel aardig en vriendelijk bij het schaken, zoo lang hij wondoch wee den onvoorzichtige, die den Koning mat zette: verbanning van het hof was do zachtste straf, die hij verwach ten kon. Een der machtigste grandes van Spanje, die met Koning gespeeld had, k er de naar huis terug en begroette zijn ge zin met do woorden: „Kinderen, wij ftet>- beu aan het hof niets meer te zoeken. Vau beden af kunnen wij op geenerlei gunst meer rekenen; do Kening is beleedigd, daar ik verscueu me partijen rcLaak van I hem gewonnen heb," Napoleon was eveneens een egoïstisch en onhebbelijk speler. Toen hij eens met Eugène de Beauharnais schaakte cn zien plotseling mat-gezet zag, wierp hij in zijn drift do tafel met al wat er op stond om ver, gaf zijn tegenstander een klap in het gezicht cn ging de kamer uit. Ook tot echtelijken twist heeft het schaak spel aanleiding gegeven. Graaf Ferdinand van Vlaanderen placht met zijn gemalin to schaken en was ongalant genoeg, haar elke partij af te winnen. Deze bestendige cn bij na onvermijdelijke nederlaag wond de dame zóó op, dat zij haar „overwinnaar" begon te baten, en deze haat groeide dermate aan. dat, toen hij in den slag van Bouvines ge vangengenomen was, zij ronduit weigerde, eenigen stap *">t zijn bevrijding te doen. Lodewijk XIII van Frankrijk was zoo ver zot op het spel, dat hij zich het schaakbord overal liet nadragen en zelfs in zijn koets schaakte. Karei I van Engeland vond er zooveel behagen in, dat hij letterlijk tot aan do trappen van het schavot speelde, en toen zijn spel eens op een keer onderbroken werd door dc tijding, dat de Schotten besloten hadden, hem aan het Parlement uit to le veren, deed hij zoo bedaard zijn zet, als had men hem niet zijn doodvonnis, maar iets heel prettigs medegedeeld. Toen men hem later het vonnis voorlas, was hij alweer zóó in het spel verdiept, dat hij voor den bode eenvoudig geen ooren had en zich uitslui tend bezighield met de keus van den vol genden zet. „Lady-servanSs." Alzoo wordt in Londen de inrichting ge noemd, waar „buiszusters" worden ge vormd. Meisjes uit den burgerstand, die meer zin voor de huishouding dan voor de verpleging hebben, ontvangen hier een veelzijdige scholing, waardoor zij volkomen berekend zijn vbor haar taak, om bij tijde lijke ziekte der huisvrouw of hij haar blijvende invaliditeit, do zorg voor de huishouding op zich te nemen, op do wij ze, zooals dit in ieder individueel gezin wordt geëischt. Ook doze lady-servants dragon het zns- terkleeden ontvangen waarborg van een behandeling in overeenstemming met baar positie. Ook worden zij in staat gesteld voor haar oudon dag te zorgen. In Berlijn worden thans deze inrichtin gen ook ingevoerd. Ook voor ons land zonden zo zeker ineen behoefte voorzien. Wio ziet, wat ziekenzus ters prosteeren, en in welke behoefte dezen voorzien, kan zeker den wcnsch iet on derdrukken, dat ook ten onzent de lady- sorvants haar intrede doen. Ö0 gedooide broekspijpen. Hoe het modern werd vouwen in dc broek te dragen, weet ccn Engelsoho kleerma kerskrant te vertellen. Oorspronkelijk gold do vouw namelijk volstrekt niet als smart" (mooi); ze be- teckendo aanvankelijk juist het tegendeel, namelijk, dat dc broek niet naar inaat ge maakt, maar klaar gekocht was. De ommekeer had op de volgende wijze plaats. Koning Eduard bevond zich, toen hij nog prins van Wales was, op zekeren dag op weg naar do vennen van Good wood. Hij was g:klecd in een zwarten rok en met een mooie, maar heel lichte broek. Bij het instappen in het rijtuig kreeg hij daarop een groote vlok, die niet meer was to verwijderen. Goede raad was duur. Te- rugkecrcn wilde de Prins niet, en dus be sloot hij naar het dichtst bijzijnde confec tiemagazijn te rijden, en daar kocht hij een plaatsvervangster voor het bevlekte kleedingstuk. En daar de nieuwe broek klaar was gekocht, had zij de gewone vouw, .welke van dezen dag af modern werd, want op de rennen had natuurlijk geen mcnsch er vermoeden van, hos de zaak in werkelijkheid zich had toegedragen. Zoo kwamen de vouwen in de mode, en ze zijn het tot op heden gebleven. In Europa heerscht veelal de meening, dat in China rijst cn thee de voornaamste voedingsmiddelen zijn, en toch zijn er in dit reusachtige rijk millioenen cn nog eens millioenen, die in hun leven nog nooit rijst gegeten, ja zelfs niet eens een rijst veld gezien hebben, evenals er in Londen vele duizenden zijn, die nooit een bloeien- den vruchtboom gezien hebben. De rijst- plant kan namelijk alleen in die streken groeien, waar de waterhoeveelheid het toestaat; ze groeit alleen in moerassig© streken. De provincie Shantung bijv. heeft dio echter niet en daarom ziet men daar hoogst zelden een rijstveld. Daar de rijst er te duur is, wordt ze door gierst ver vangen, die in het Chinecsch „kleine rijst" (siau mi) heet. Naast gierst wordt ook veel tarwebrood gegeten; rogge is m China onbekend. De van zuiver tarwemeel gebakken (eigenlijk gestoofde) brooden hebben den vorm en grootte van een mid delmatig© peer. Van tarwe- en kauliang- meel worden verder ronde, platte brooden gebakken van 40 centimeter doorsnee, die dan in de straten naar hot gewicht ver kocht worden. Daar de in de noordelijke provinciën wonende Chineezen meer meel spijzen gebruiken dan rijst, zijn de men- schcn in het noorden over het algemeen krachtiger dan in het zuiden. In Zuid- en Oost-Shantung worden ook veel zoete aard appelen gegeten, die in het Chincesch „aardmeloenen" (djkwa) hceten; 's winters worden zo in kuilen bewaard, om het be vriezen te voorkomen. Bovendien treft men van de groentensoorten in het Hcmelsche Rijk nog aan: spinazie, salade, komkom mers (vier of vijf soorten), erwten, boo- nen en penen en last not least, vooral in Shantung, voortreffelijke kool, die in heel China een groote vermaardheid heeft verkregen, etf de Shantungperen en de sappigo Shantunger watermeloenen, welke laatste hun weg tot zelfs in de hoofdstand Peking gevonden hebben en in het keizer lijk paleis van Zijn Chineescbe Majesteit Worden gebruikt. Do armere Chineesohe bevolking leeft meest van vegetarischen kost; alleen de meer gegoede standen kunnen zich vleesch, gevogelte en visch verschaffen. Hoofdzake lijk wordt er varkensvleesch gegeten; rundvleesch is moeilijk te verkrijgenin den regel alleen daar, waar Mohammeda nen zijn. Naar Chincesch gebruik wordt er namelijk bijna nooit rundvee geslacht, daar men dit wreede dooden voor ongeoor loofd houdt, cn een vaste overtuiging is, dat de gevoellooze ossenslaehter een bij zonder© straf van den Hemel te wachten heeft, hier of wel hiernamaals. Dc Mo hammedanen, die men in bijna alle grool-e- re plaatsen aantreft, zijn in dit opzicht minder scrupuul. Behalve varkensvleesch wordt in China ook veel hondenvlcesch gegeten en door de meeste Chineezen wordt er de voorkeur aan gegeven boven varkens vleesch en als een lekkernij beschouwd. Over den smaak valt niet te twisten. Een feit is het, dat hondenvleeseh ongeveer een vijfde meer kost dan dezelfde hoeveelheid varkensvleesch. Schrijver dezes woonde ver scheidene jaren in een plaats van 60 a, ^0 huizen, waar zelfs twee hondenslachterijen bestonden. Van het gevogelte zijn vooral jonge hoe- nen en eenden te vermelden Bijna in iedere grooterc marktplaats kan men in den na middag, vooral tegen den avond, het luide geroep van den straatventer hooren klin ken: „Tschau dji, tschau dji gebraden hoenen, gebraden hoenen Van de visch soort en zijn over het alge meen alleen karpers en forellen te verkrij gen; alen zijn slechts in bepaalde streken verkrijgbaar, evenals schildpadden. Om met de vruchten als toespijs te ein digen, moet men zeggen, dat China daar mee overvloedig gezegend is. Reeds in het begin of in het midden van Mei ziet men de morellen als eerste vruchten en dan wis selen den heelen zomer en herfst elkaar aangenaam af: kersen, pruimen, appelen <kleine soorten), peren, paradijsappelen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 15