14 DECEMBER. - VIJFDE BLAD. Brieven uit Katwijk. FEUILLETON. Uit de „Staatscourant." No. 14667. LEIDSCH DACBLAD. gebrandmerkt. In den toren wordt name lijk een nieuw uurwerk aangebraeht en de daarmede gepaard gaande werkzaamheden boderven volgens hen het silhouet van hot geheel. Tot juist verstand diene, dat deze toren, hoewel één met het kerkgebouw, niet eigen dom was der kerkclyice gemeente, doch dat de burgerlijke gemeente hierover zegging schap heeft. Ik heb onderzocht hoe deze twee gebouwen, oogcn6chijnlij<k: één, toch in twee handen zijn gekomen. Mijn zegsman deelde mij mede, dat zulks reeds dagtee- kent van 179V, toen de Provincie alle to rens verklaard heeft tot eigendom der burgerlijke gemeenten, wat in 1798 nader algemeen is geregeld in art. 6, laatste ali nea der Additioneel© artikelen der Grond wet, luidende: Do torens aan de kerkge- bouwen gehegt, benevens de kldkken, met ,,derselver huisingen, worden verklaard „cigend ramen te zijn en te blijven der „Burgerlijke Gemeenten, staande ten allen „tijde onder derselver bcheering en ondcr- „houd." Wellicht heeft bij de vaststelling dezer bepaling medegewerkt, dat toon de opti sche telegraaf werd gebruikt, die steeds op kerktorens werkte. Verder dienden de to rens voor tijd-aanwijzing en brandwacht, dikwijls ook als gevangenis, alles zaken, waarbij do burgerlijke gemeente belang had. Doch ik dwaal af, ik zeide het reeds, in den toren wordt een nieuw uurwerk aan gebracht, want ook thans doet hij dienst als tijd-aanwijzer. In plaats zooals tot he den door twee wijzerborden, zal de tijd thans aan alle vier de zijden van den toren zijn waar te nemen cn wel van twee zijden ook des avonds, waar twee glazen wijzer borden worden aangebracht en door ver lichting daarachter aan te brengen ook des avonds en des nachts de tijd kan wor den opgenomen. Dat vernieuwing van het toren uur wenk geen overtollige weelde was, heb ik reeds een paar jaren geleden aan getoond en 't is eigenlijk een weinig te veel gevoel van waarde voor mijn geschrijf, maar toch dóet het mij genoegen er destijds reeds op te hebben gewezen en thans te mogen ervaren, dat do zoozeer begeerde verbetering wordt aangebracht. Met het nieuw© uurwerk komen de wijzerborden echter op een andere plaats. Vond men ze vroeger tegen den toren, thans zijn ze o p den omloop geplaatst, iets wat volgens onze schiders vandalisme moet zijn, en volgens hon in strijd is met dc belofte des tijds door de kerkvoogdij gegeven. Voorbij wordt alzoo gezien, dat kerk en toren niet écn maar twee zijn, en de kerkvoogdij pr dus feitelijk geheel buiten staat. Ik wil op den voorgrond plaatsen, dat ik me in dezen niet tot oordeebn bevoegd acht, een brief schrijver kan niet alles machtig zijn on waar dus thans wordt beweerd dat er van dalisme wordt gej leegcl, wil ik even aan nemen, dat zulks werkelijk het geval is. Toch gaan heeren schilders in deze volgons^ mijn meening niet den goeden weg op; in de eerste plaa'-s zeggen ze, dat do karakte ristieke primitieve wijzerplaten, die er zoo echt bijhoorden, moesten verdwijnen ora plaats te maken voor moderne, met nota- bene „Anno 1907" in de vier hoeken. Mag ik hun evenwel eens opmerken, dat, hoo karakteristiek de vorige ook mogen go weest zijnt die prijkten met „Anno 1896" In dc tweede plaats, dunkt mc zou het voor de hand hebben gelegen dat zij zoodra iets werd bemerkt van het.gevaar, dat dan den toren dreigde, zich hadden gewend 'tot het gemeentebestuur, en dit bestuur onder hot oog hadden gebracht, wat op het punt stond te geschieden en hoe dc kunst waarde van kerk met toren gevaar liep vernield te worden. Dat hebben ze blijkbaar niet gedaan, want_bij ingezonden stuk in een plaatselijk blaadje, geven zij aan hun verontrust gemoed lucht en spreken de hoop ui't, dat hun noodkreet zal doordrin gen tot diegenen, die het zich aan kunnen trekken. Eerst dan, geloof ik, wanneer zij juist in omgekeerde richting hadden ge werkt en hun pogingen schipbreuk haddon geleden, eerst dan hadden zij kunnen doen, wat thans is geschied. Maar nog iets, de heenen schilders mce- nen dat vandalisme is gepleegd, en ik her haal, betwisten wil ik het niet, omdat »k in deze niet oordeelcn kan, doch ik houd het er voor, dat het gemeentebestuur vóór tot uitvoering der werken werd overge gaan, zich heeft laten inlichten door be voegd deskundigen ten deze, en dat eerst toon de werkzaamheden zijn uitgevoerd. Ik heb reeds meermalen gezegd, dat ik me over de gepleegde heiligschennis niet (kan uitlaten, toch wil ik opmerken, dat ik thans, nu ik dit schrijf, voor me heb een t-eekening van kerk met toren, die een beeld geeft van ongeveer drie eeuwen gele den, en waarop goen wijzerborden vooi komen, zoodat dus reeds vroeger toon tweo wijzerborden worden aangebracht insgo- lijks vandalisme plaats had en dus feitelijk dc ware toestand zou weergegeven kunnen worden, wanneer alle wijzerborden verdwe nen en dus de toren niet moor voor de tijd aanwijzing zou moeten worden gebruikt. Dan zou hij alleen als vermaard gebouw met kerk moeten worden bewaard en zou dus op de een of andere wijze het uiterlijk niet alleen maar voor de naaste toekomst, doch permanent dienen gewaarborgd te worden. Ligt dit op den weg der gemeentel Ik geloof niet geheel en alt hoewel het na tuurlijk ook in het belang der plaats zou zijn, wanneer het zoo oude kerkgebouw bleef gehandhaafd cn een subsidie uit de gemeentekas ten.deze zeer zeker te verdedi gen is. Niet echter de gemeente alleen, heeft zich daarvoor te leenen, ook de schil ders, die aan do oude kerk zoovele hunnei werken hebben te danken en nog zullen te danken hebben, ook zij, ja zij in do eerste plaats dienen nu weder de handen ineen te slaan ora zich het bezit der gebou wen te verzekeren. Maar ook het Rijk moet dan het zijne doen en door ruime subsidie aankoop en onderhoud gemakkelijk maken. Want geenszins wil i/k voorbijzien, dat daarvoor geld noodig is, ja zelis voel gelcf; iemand, die het weten kan toch verzekerde mij, dat kerkgrbouw met bijbehoorendo terreinen alleen reeds een grootte hebben van pl. m. 2300 vieitk. M., dat deze bouw grond aan den boulevard gelogen een flin ke waarde bezit, terwijl de reederijfirma bij verkoop zich elders een pakhuis met erf zou moeten aanschaffen. Om de „Oude Keilk" echter beslist to handhaven zal het dien weg opmoeten en i& hoop, dat heeren schilders van dezen mijnen brief kennis zul len nemen, om alzoo te kunnen medewerken tot het behoud van de niet alleen door hen geliefde, maar ook voor iedereen bekende karakteristieke „Oude Kerk", die ook ik gaarne in figuurlijken zin op vaster grond slagen zag gevestigd dan thans. AARLANDERVEEN. B|j den landbouwer R. op het dorp is een geval van miltvuur geconstateerd. Hot aan dio ziekte gestorven rund is onder politie-toezicht verbrand en begraven. In den loop dezer dagen zyn aan de Lage Zyde twee -evallen van febris typholdea waargenomen. ALkEMADE. De aangifte tor Inschrijving voor de militie (van de jongelieden, geboren in het jaar 1889,) zal iu dezo gemeente ge houden worden, op Maandag 13 Januari a. s., en wel van voorm. 10 12 uren ter Ge- moente-Socretarie. Voor deelneming aan bet in de maand Januari a 8. ten overstaan van een militaire commissie te houden onderzoek ter verkrijging van een bewys van voorgeoofendheld in het voorbereidend militair onderricht, hebben zich alhier 6 jongelieden aangemeld. BODEGRAVEN. Donderdag 19 Dec. a. s., zal in een openbare vergadering van het Nuts- departement, alhier, optieden de hoer Schmier. Hot BodegraveiiSch Muziekgezelschap zal op deze bijeenkomst ook zyn medewerkiog ver leenen. In aansluiting van bet bericht van Vrijdagavond in dit blad, kunnen we thans melden, dat de bakkerspatroons alhier, nu gebleken ie dat 96 °/0 van de hoofden der ge zinnen hunne pogingen hebben gesteund om i-en nachtarbeid af te schaffen, reeds besloten hebben vanaf a. s. Maandag des nachts niet mser te wei ken. Voortaan zullen do bakkers gezellen niot vóór dos morgens to 0 uien hun arbeid aanvangen. Aan de commissie uit in gezelenen onzer gemeente, die in deze zaak XIII. Oorspronkelijk was mijn voornemen in 'dezen brief een anclcr onderwerp onder de 90gcn te zien, doch daar is hier to Kat wijk aan Zee iets geschied, dat mij van plan deed veranderen, ten govolgo waar van mijn eerst voorgenomen punt tot een volgenden brief bewaard blijfi. "Wat heeft er dan wel plaats gegropent vraagt wellicht dezo of gene lezer, dio mij do eor aandoet kennis te nemen van mijn geschrijf. Geduld en ik ga het u kalm ver halen. Vooraf echter een stuk geschiedenis. Katwijk aan Zee bezit eon kerkgebouw, waarop wij, Katwijkera, prat zijn en niet alleen wij, gewonnen en geboren Katwij- kers,'maar ook zij, dio zich in onze ge meente hebben gevestigd cn niet het minst do hier vertoevende schilders. Maar niet slochts do ingezetenen zijn trots met dit karakteristieke gebouw, ook buiten ons dorp, buiten ons Rijk, ja zelfs buiten Eu ropa is dit kerkgebouw vermaard en juist aan dezo kerk heeft Katwijk in niet gerin ge mate in het buitenland haar bekend heid tc danken. Geen wonder dan ook, dat men er steeds op uit was en nog is, om dit gebouw, voor zoover het uitwendige betreft, in zijn oorspronkelijken atemmi- gen toestand te behouden. Toen dan ook ongeveer vijf en twintig jaren geleden de kerkvoogdij der Nederd.- Hervormdo Gemeente, eigenaresse van be sproken gebouw, moest overgaan tot do stichting van een nieuwe kerk, hebben ceni- ge schilders van naam kunstwerken bij eengebracht om dc kerkvoogdij in de gele genheid te stellen niet tot sloop'ug of verkoop dor oude kerk over te gaan en in het laatste geval slochts onder voorwaarde, dat zij in de naaste toekomst gehandhaafd zoudo worden in den staat, waarin zij uit wendig destijds verkeerde. Heeren kerkvoogden hebben dezo voor waarde aanvaard niet alleen, maar ook hun woord gestand gedaan, want toen cic „oude kerk" eenige jaren daarna-in koop werd gevraagd door een reederij-finua^ ten einde haar voor haringpakkerij, kui perij, netten boe terij en nog meer aan ver vante bedrijven in te richten, had de ver koop plaats onder evengemeld servituut en heeft de nieuwe eigenaresse zich ook getrouw aan de bindende bepalingen in dezo gehouden. alc schreef het zooeven reedst dat heeren schilders het hunne hebben bijgedragen om het .schilderachtige gebouw in do n a"a s t e toekomst to behou<. jndit was na tuurlijk zeer prijzenswaardig en hot voor beeld hier door de kunstbroeders gegeven verdient overal in deze navolging, maar juist d-'ze twee woorden naast© toe komst toonen reeds aan, dat de. des tijds genomen maatregel niet bracht een definitieve regcli in deze, zoodat het servituut, waaronder de tegenwoordige eigenaresse in het bezit kwam der oude kerk, thans dan ooik reeds is vervallen en zij dus aan nict3 meer gebonden is. Dit neemt evenwel aict weg, dat men van haar mag verwachten dat zij uit piëteit voor de .must, ten dez - Diet zal optreden om, zoo lang dit niet in strijd is met haar belan gen, ook maar iets uitwendig aan liet ge bouw tc veranderen, dat afbreuk zou doen aan datgene, waardoor onze oude kerk zoo verriard is geworden. Met opzet sprak ik zooeven, dat zij niets zal verrichten, zoo lang dit niet in strijd i3 met haar belan gen. 't Is echter natuurlijk best mogelijk, dat de tijd wel eens kan aanbreken, </at irtbreiding van haar bedrijf ook bijbouw uoodwend^ zou maken en dan zal het voor een Handelsonderneming o zoo moeilijk zijn ora ter wille van de kun3t haar bedrijf niet dat comfort to verschaffen, dat de tijdsomstandigheden niet alleen wcnschc- lijk, maar zeer dikwijls noodzakelijk maken Er dienen dus opnieuw maatregelen te wor den getroffen om don tegen woordigen uit- wendigen toestand te waarborgen. En dat is noodig, want na deze historische uiteen zetting kom ik eindelijk tot mijn onder werp er is iets geschied, dat door hec ren schilders, die thans te Katwijk wonen, als vandalisme cn heiligschennis wordt srrrr—I i n-.i Oïiscl3.iiJLl.ciigr. 6» Maar ook, daargelaten of z(J deze Inlich tingen nu het eerst of het laatst had inge wonnen, zou een vrouw, die over de noodzakelijkheid van een haastige vlucht niet in twijfel kon zyn, de dwaasheid be gaan, een andeie vrouw toe te vertrouwen, dat zij gedwongen was, Engeland zoo spoedig mogeiyk voor altyd te veriaien? „Ondenkbaar 1" riep de advocaat der be schuldigde, terwfjl hyr na de eerste zakelyke uiteenzettingen, uitvoerig over dit punt uit weidde. Telkens woer klonk het woord „ondenkbaar" in zyn lang, hefiig pleidooi, waarin hy het pleidooi van zyn tegenstander, den procureur-generaal, van het begin tot bet einde belacheiyk maakte, in plaats van de inzichten van deze zakeiyk te bestryden. Voor de handelingen van de beschuldigde in den nacht van den moord en nog meer voor die in den moi gen daarop bestond er aangenomen, dat zy den moord had begaan geen beter benaming dan dit „on denkbaar". Het eenige, wat daartegen kon Bangevoerd wordbn, zooals de piocureur- generaal in zyn antwoord zffn vriend en tegenstander op de beleefdste wyze te kennen ga/, was, dat in elk met de galg eindigend moordproces het woord „ondenkbaar" een rol had gespeeld. „Aan den anderen kant ging de procu reur generaal voort, toiwyi hu zyn lorgnet met gemaakte kalmte heen en weer bewoog en üjn woorden jaet sêü socg. Jtoofi. die haar uitwerking na do ongebreidelde, op effect berekende welsprekendheid van den verdediger nog verhoogde, „aan den andoren kant, myne heeren, ala de misdadigers geen onhandige handelingen begingen, men moge ze voor ondenkbaar houden of niet, als zy geen fouten maakten, zouden zU ook nooit op do bank der beschuldigden zitten." Het was Zaterdagnamiddag reeds laat, toen de president eindeiyk met zyn resumé begon. Degenen echter, die van meening waien, dat Zyn Edelgiootachlbare zeker een nog langere redevoering zou houden dan do beide recbtsgeloeiden, wier uitspraken hy togen elkander moest a/wegen, vei keerden in een dwaling. Zyn rede was verreweg de kortste van alle drie. Slechts de voornaamste punten werden den gezworenen en wel in weinige, beknopte zinnen, en zonder zyn eigen meening te verraden, nog eens voor gelegd. „Als", seide do president, „de gevolgtrek kingen van den openbaren aanklager juist waren, als deze rampzalige vrouw door baar echtgenoot tot wanhoop gebracht en de berg plaats dtr pistolen kennend, hem met één daarvan doodgeschoten heelt en daarop aan de zaak den schyn heeft trachten te geven, alsof dieven de misdaad zouden hebben be gaan, dan is hier toch ongetwyfeld sprake van een moord en niet van doodslag." De ernst van deze uitspraak deed zich zelfs tot in de uiterste hoeken eer overvolle zaal gelden. Zy zou dus óf wegens moord veroordeeld óf geheel vrygesproken worden. Onwillekeurig wendde ieders oog zich naar de slanke, zwarte gedaante op de bank der beschuldigden en onder deze blikken boog de gestalte zich een weinig. Deze beweging was .echter .zóó zwak en zóó spontaan, dat men haar voor onbewust had kannen houden, maar juist daarom maakte zy indiuk. Intusschen was de president tot de ver klaringen der beschuldigde overgegaan en wol op zeer humane wyze. Ook Jogde hy daaiby minder terughouding aan den dag dan in het eerste gedeelte zyner rede. Men mocht met vergeten, dat de \eiklaringen eener vrouw, die tusschen leven en dood zweeft, daarom niet minder geloofwaardig waren, terwyi het aan den anderen kant do plicht der gezworenen was, wol te bedenken dat de beweringen der beschuldigde behalve in bekomende byzundei heden geen bevestiging hadden govonden. Het was nu aan de ge zworenen om bot geval, zooals zy dat zeiven geboord hadden, ook ten opzichte van de vei klaringen der getuigen to be oideelen. Koesterden zy slechts dt>n geringsten recht- m^ligen twyiel, dan moest men de beschuldigde al het vooideel van dezen twyfel gunneD en zy vrygrfsproken worden. Zoo de gezworenen echter aan den andoren kant na ovei weging van alle feiten tot de oveituigmg waren ge komen, dat niemand andera dan de beschul digde den moord kon hebben begaan, dan moesten zy, getrouw aan hun eed, haar schuldig verklaren. Onder de 'redevoering van den president was de korte Novemberdag langzameihand in den avond overgegaan en in do donkere zaal had een groote verandering plaatö ge. grepen. Matglazen ballons weroen verblin dende zounen en voor het eerst in die ge- heele week doorstroomden licht en warmte het sombere oord. Die misten ook hun uit- weiking met op alle gezichten, toen de toe hoorders als op een teeken van hun zitplaat sen opstonden, terwyi de president zyn zetel verliet, de gezworenen zich achter elkaar zoo ffltrk de koe by de horens heeft gevat, komt zeker een woord van dank toe. KOUDEKERK. A. s. Donderdagavond zal de afdeeling Koudekerk en Hazerswoudo (Ryndyk) van „Patrimonium" een vergadering houden in hot lokaal by do Geref. Kerk alhier. Als spreker zal optreden de hser G. van Doornik, van Hazerswoude, met het onder werp: „Het Heroïsme en het 6de gebod." De Jongelings vereeniging op Geref. Grondslag alhier hoopt a. s. Yrydagavond hare jaarvergadoring te houden. LEIDERDORP. Door de algemoene vergade ring gemachtigd, daartoe over te gaan, als de omstandigheden dit noodig maakten, heeft het Bestuur der Coöperatieve Lean- en Spaarbank besloten tot verhooging van den rontovoet. Voor gelden op do Spaarbank gebracht en voor deposito's zal de rente S'/aVo bodragen (voer sommen van 500 gulden en daarboven voor één jaar vast 4%1- De reute voor Voorschotten en loo- pende rekoning is van 41/, op 5% 8°' bracht. Hoewel deze regeling geldt „tot weder- opzeggiDg8 toe" de tyden kunnen veran doren loopt zy toch zeker over 't jaar 1908. De Dorcas- en Martha-vereenlgingen zullen ook dit jaar weder verschillende kle dingstukken aan de minder bedeelden dorps- genooten uitreiken. In de vergadering van leden der IJsclub Leiderdorp Zoeterwoude is beslotea de con tributie eerst to heffen, wanneer de club aan 'twerk Is en daaraan behoefte hoeft. NOORDWIJa'ERHOUT. Voor het examen voor militaire bekwaamheid en JIchamelUke geoefendheid, hebben zich vier jongelieden opgegevoD. Voor deze gemeente zyn acht jongelieden voor den militairen dienst aangewezen, en wel 6 voor volledige en 2 voor korte oefening. Duar no. 7 vry is, wegens broederdienst, moet no 9 dienen. De Raiffeisenbank alhier houdt a. s Donderdagavond, een algemoene veigadering ln „Het Wapen van Noordwykorhout." De agenda bevat: Verhooging van rente voet en Verkiezing van een lid van don •Raad van Toezicht. De Bank telt thans 152 leden. Hot zal dus oen zeer talryke vergadering zyn. Kerkvoogden en Kerkeiaad der Herv. Gemeente alhier, hebben togen a. s. Vrydag- avond, de Stemgerechtigde leden opgeroepen, tot verkiezing van iwee notabelen, een ouder ling en een diaken. OUDEWETERING. De vergadering van de Coöporatieve Boerenleenbank alhier, gehouden op Vrydagavond, was zeer goed bezocht. Zooals reeds gemeld ls, was hec eenige punt van behandeÜDg: Wyzlging van den rentevoet. Dit was noodig geworden door de verhooging van den rentestandaard in het algemeen. Besloten werd om van de spaargelden, welke langer dan 8 maanden uitstaan een rente te geven van 4 pCt. en van gelden, welke korter dan drie maanden in't bezit der Bank zyn 81/, pCt. Vau voorschotten moet voortaan 5 pCt. rente worden betaald, teiwyl voor de gelden in loopende rekening zal ge geven worden S'/j pOt. van ingebrachte gei den en zal woiden betaald 5 pCt. van voor schot len. Dit alles Ingaande 1 Januari 19U8. De rente is dus in 't algemeen met l/t pCt. verhoogd. Het personeel van de scheopmakery „De Viyi" alhier, eigenaar de heor Schoen maker te Amsterdam, heeft tegen 1 Jan. a. s. ontslag gekregen. VOORHOUT. Donderdag 11. vergaderde ln het café „Heuzen" de afJeeliog „Zieken fonds" der li. Kalh. Bloemist-, Land- en Tuinbouw werklieden vereeniging „Plicht en Recht". Nadat de Voorz. van de commissie van beheer de vergadering geopend had ea de aanwezigen een hartolyk welkom h.id toege roepen op deze eerste samenkomst sedert de oplichting, verzocht hy den secr.-penning- meester den heer 0. Does, verslag uit te brengen. Alsnu volgde een goed uitgewerkt verslag, waai uit bieek dat de contribution hadden opgebracht van 11 Maart tot 2 Dec. f 74.08 en iiot saldo eener verloting bedroeg f 19.23. De uitgaven bedroegen f 13.06 zoo dat er in kas was fb0 06, waarvan f 70 geplaatst was op de Raiffeisenbank alhier. Vervolgens verzocht de voorzitter den leden naar de raadkamer begaven en de be schuldigde voor het eerst in onzekeiheid omtrent haar lot weggeleid werd. Hec vol gende oogenblik ontstond er een gegons in de zaal, zooals men dat eer in een pauze tusschen de bedryven van een theatervoor stelling zou verwacht hebben dan in een gerechtszaal in het oogenblik der ernstige beslissing. Byna alle tongen waren in be weging. Aan de gerechlstafel schudden de ambtenaren, gebogen over hun papieren en pennenhouders, hun pruiken; heeren van de pers slepen puntjes aan hun potlooden of verdiepten zich in vermoedens; de weinige bevoorrechton, die tusschen do zitplaatsen der repoiters en de gerechtstafel een plaats hadden gevonden, bopraalten de toedracht dor zaak met wreede onverschilligheid, waar- achter-zy echter hun inneriyke gejaagdheid trachtten te verbergen. De vreemde met hot gryze haar schonk nu by uitzondering aan het gepraat om hem heen eenige aandacht, echter zondor zich om to keeren. Plotseling riep een stem; „SU Still Zy komepl" Nu verstomde het gedach- tenloos gepraat. Het was echter valsch alarm geweest; er was geen epoor van de gezwo renen te ontdekken en opnieuw nam het gegons van stemmen toe, evenals wanneer de wind langzamerhand in storm overgaat. „Wy zullen ons wel' een glaasje moeten gunnen als alles voorby is", fluisterde een der beide advocaten, die daar jnist over het geval hadden geredeneerd, den ander toe. „Dat zou ik denken, kerel", antwoordde zyn vriend. Het gelaat van den gryzen man betrok nog meer. Op zulk een manier onderhielden deze men8chen zich dus, terwyi zy op het doodvonnis van een hunner medemenschen Anno 1807. O. C. de Roode en A. W. van Hemerfc kaa en boeken te willen controleeren, waaraan bereidwillig werd voldaan. Laatstgenoemde bracht daarna aan het Bestuur namens d<? deelhebbers zyn harteiyken dank voor het nauwkeurig beheor. De secr.-penn. las daarop hot Reglement voor, nameiyk voor die loden, die met den inhoud daarvan onbekend waren. Waar het noodig was, werd een rorduidaiykiDg gegeven. Nog werd voorlozing gedaan van een ont vangen circulaire van de verzekering-Maat- 8chappy „de Philantbroop", te Bolsward. Na eenige besprokingen werd besloten het zie- •kenfonds voor besmetteiyke ziekten te ver zekeren by genoemde maatschappy. Door vertrek van don commissaris werd in diens plaats benoemd het lid G. Witteman. Op een vraag of andersdenkenden ook tot de Vereeniging kunnen toetredon, werd ont kennend geantwoord, aangezien d.t fonds uitsluitend voor R.-Katholieken is opgericht. Nog werd bekend gemaakt, dat het fonds vyf donateurs telt. Eon collect e by het uit eengaan gehouden versterkte de kas dezen avond nog. Hierna sloot de voorz. de goed bezochte vergadering. Bij Kon. Besluit is benoemd tot kanton rechter te Ommen, mr. J. P. A. baron Mulert, thans griffier bij het' kantonge recht to Kampen. Benoemd tot directeur van en leeraar aan do Rijks Hoogere Burgerschool to Alkmaar, dr. A. G. Antusch, thans direc teur vaa en leeraar aan de H. B.-S. te Sneek. lo. Do majoor P. D. Buyze, van het 8sto regiment infanterie sedert in zijn rans overgeplaatst bij den eeneralen staf, ont heven van de functie, hem bij het Kon. Bo- sluit van 23 October opgedragen; 2o. benoemd tot plaatsvervanger van het militair lid in het eerste district der prov. Gelderland, do majoor J. D. Grevinck, van het 8sto rcg. inf. Op den voet van het bepaalde bij art. 21, sub a, der wet van 2 Augustus 1880 en alzoo voor den tijd van .vijf jaren, gere kend van 23 November, benoemd bij heb personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht, tot reserve-off. van gez. tweede klasse, do heer J. K. W. Weygers, arts. lo. Met ingang van 1 Januari 1908, aan den kapitein A C. Couvée, van het derde reg. inf., op zijn aanvrage, met dc ver plichting nog gedurende eenige jaren op den voet van het bepaalde bij do wet voor het reserve-personeel dor landmacht 1905 ter beschikking te blijven en alzoo krachtens de artt. 39, punt 2o., en 40 dei wet van 9 Juni 1902 Stbl. No. 89 on der toekenning van pensioen, eervol ont slag uit den militairen dienst verleend; 2o. het bedrag van het pensioen vastge steld op f 1920 's jaars; 3o. mede met ingang van den onder lo. vermelden datum, benoemd bij het reser ve-personeel der landmacht, tot reserve- kapitein bij do infanterie der landweer, met bestemming voor de betrekking van compagnies-commandant van het XVIIIdo landweerdistrict, do kapitein Couvée, voornoemd. Benoemd: lo. Bij het wapen der infanterie, bij het 10de reg., tot kapitein, de 1ste luite nant A. A. Raasveldt, van het negendo reg. 2o. bij het wapen der genie, bij het reg. genietroepen met ingang van 15 December, tot eersten luit., do fweedc luit. E. T. Hissink, van het korps. Pensioen verleend aan W. Heiligers, ton bedrage van /403 's jaars; D. Stigtor, 1 259, mr. R. baron van Harinxma thno Slootcn, 1052, J. K. Siedenbu g, /479, J. Bruinsma, f 209. Do St.bladen No 316 tot 323 bevatter. wetten van den 29stcn November, houden de naturalisatie van: Vincenz Georg Lam- pc, Silvcrius Georg La npe, Bernard Pnll- mann, Karl Franz Gottfried Heidsieck, Fricdrich Heidsieck, Fricdrich Wilhelm Hcinen, Willi Michaelis Schüler en Henricus Vastersavondts. wachttenl Maar naluuriyk, dit geanimoerde pralen zou morgen in de couranten onge twyfeld met de mooie uitdrukkingen: een zacht gegons, een getluister vol angstige span* nlng, enz. betiteld worden. En toch viel het met te ontkennen, dat er een, ofschoon wel licht onderdrukte, zenuwachtigheid, welke uit elke stem klonk, in de lucht lag. Ook den giyzen heer ontging dat met en verachteiyk vertrok by zUn mond. Zoo konden deze mtnschen dus schertsen en daarby toch hun innerlyken angst niet kwyt woidenl De gryze heer zat daar zelf geduldig luisterend, met den onverandoriyk onder zoekenden blik, dien hy de geheele week nu eens op de beschuldigde dan op de gezwore nen had laten rusten. En toen ein ieiyk dezen en daarop ook de beschuldigde weor verschenen, dwaalden zyn sluwe oogen op dezelfde wyze van de een naar de anderen. De gezworenen waren ln het geheel niet langer dan veertig minuten weg geweest en hun haastige terugkomst scheen een even slecht voorteeken te zyn als hun ernstige, zenuwachtige gezichten. Een gefluister, een zacht gemurmel ging een oogenblik door de zaal, maar daarop volgde eene stilte, geheel overeenkomend mot die, welke men den volgenden dag in elke courant zou beschre ven vinden. De beschuldigde bleef rechtop staan tusschen de boide govangenbewaaksters. die haar hadden begeleid. Mevrouw Minchln had niet alleen den stool, waarop zy de geheele week had gezeten, versmaad, maar ook was de zware sluier nu geheel over haai weduweükap teruggeslagen eD in deze om- ïystiag scheen haar huiveringwekkend bleek gelaat nog witter dan dat van een doode. KWordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 21