r No7 ITffW. LEIDSCH DAGBLAD, 'DINSDAG 3H»ECEMBÊR. TWEEDE BLAD. Tweede Kamer, FEUILLETON. Het misdrijf in de Audleystraat. I weraee te wijden. De drooglegging van een deel der Zuiderzee kan worden uitgevoerd geheel onafhankelijk, van dit werk. Daar de voorgenomen drooglegging van. het Wieringermeer die finanoieele voordeelen beeffc, zal de waterstand in Friesland ver beteren. Door uitvoering van het kleine plan der drooglegging van de Zuiderzee zullen gege vens worden verzameld van teohnisohen en finanoieelen aard, noodig voor do uitvoe ring van het groote plan. De quaestie der flohelpenvisscherlj door den heer R e j- n e besproken zal de Minister onderzoe ken, zoomede do quaestie van don aanleg van het Kanaal voor de binnenschippcrij door de Geldérsoho vallei. Practiflche opleiding van do waterstaats- ingenieurs zal do Minister in de hand wer ken. Op vragen van de heeren Tor Laan en S m e e n g e beloofdo do Minister nog eens te zullen nagaan of bij de nieuwe re geling voor de opzichters geen onbillijk heden zijn ontstaan, met name met betrek king tot verkregen rechten. Daarna werd do vegadering tot heden ochtend kwart over tienen verdaagd. Internationaal Landbouw- Instituut. Een wetsontwerp tot goedkeuring van do overeenkomst te Rome op 7 Juni 1906 met 38 andere Staten gesloten, omtrent de oprichting van een internationaal Londbouw-instituut in genoemde stad, heeft de Tweede Kamer bereikt. Do overeenkomst sproot voort uit de Landbouwconf eren tie, een dag to voren te Rome gehouden. In de Memorie van Toelichting wordt betoogd, dat, hoewel thans nog niot met zekerheid kan worden gezegd, een land als het onze, met zoo belangrijken export van landbouwproduetiën zijn medewenking aan bet tot stand komen van het interna tionaal instituut niet mag onthouden en dat vooral ter wille van het verzamelen, verwerken en publiceeron van gegevens omtrent productie en gebruik van land bouw-voortbrengselen en ook om de inter nationale bestrijding van plantenziekten. Medegedeeld wordt in de Memorie, dat het in de bedoeling ligt, een landbouw kundige naar Rome te zenden, die den ge zant van voorlichting zal dienen bij de of ficieoio vertegenwoordiging en eindelijk dat de kosten voor ons land, uit do deel neming voortspruitende, niet meer 'kun nen bedragen dan 2500 gulden per jaar. Lijst van onbestelbare brieven en briefkaarten van hier verzondsn gedurende de tweede helft der maand November. Nota. Aan do afzenders wordt aanbevolen hun naam en adres op de stukken te ver melden, opdat dezo bij onbestelbaarheid aan hen kunnen teruggegeven worden. Binnenland. BriovenAmalia Moes, Nieuwenhuis, mejj. M. Thora, Amsterdam; Q J. van Gordt, mcj. E. 8. Warning, 's-Gravenhage; H. A. Jansen, Hoorn; H. Marijt, Rotterdam; moj. Joh. Kruis, Utrecht; mej. H. v. d. Putten, Voorburg; Briefkaarten: S. Teljeur, Amsterdam; W. Verhoeven, Leiden; mej. N. Muller, Schoten; Uit Anfcw.Amst. voor A. Ouwer- kerk, Leiden. Buitenland Brief: Tb. Oornclissen, Waltboff. Briefkaart: L. Zegers Veeckens, Paris, Brief uit Tegal (N.-O.-I.): Mej. J. Ja- rifise, Leiden. Peneionneering Tan gemeente* ambtenaren. Men meldt uit Den Haag, dat er dezer dagen bij*het Departement van. Financiën, onder leiding van den Minister, een bij eenkomst heeft, plaats gehad van den chef der afd. binnen 1 andsch bestuur bij het Departement van Binnen 1 andsche Zak'-n, den chef der afdecling pensioenen bij hot Departement van Financiën, den directeur van het Rijtkspensioenfonds voor weduwen en weezen van burgerlijke ambtenaren en den wiskundige hij dat fonds, tot vaststel ling van dO wijzes waarop bij het fond 5 de lasten berekend zullen worden, welke pension neer ing van gemeente-ambtenaren, cn hun weduwen en weezen voor het Rijk en de Gemeenten zal medebrengen. Posterijen, Op den vernieuwden aandrang in de af- deelingen der Tweede Kamer tot het .:aü huis bezorgen van aangeteekende brieven kerinniart de Minister jvau Waterstaatt dat reeds het maximum-be drag voor aangeteekende brieven, die per expresse bestelling op verlangen der af zenders wèl thuis kunnen worden bezorgd, is verhoogd van 600 gld. tot 3000 gld. Ver der kan voor het oogenblik niet worden gegaan. Immers de bezwaren, die tegen het aan huis bezorgen van zoodanige brie ven bestaan en twee jaar geleden zijn op gesomd, komen den Minister zóó overwel digend voor, dat hij geen vrijheid kan Vinden te bevorderen dat daartoe worde overgegaan. Het is hem zooals hij verder meedeelt gebleken, dat in de practijk als regel geldt, dat men zich meestal niet tever geefs bij een loket ten postkantore aan meldt om geld gewisseld teikrij- g e n. Ten overvloede zijn echter de direc teuren nog eens uitgenoodigd het publiek hierbij zooveel mogelijk te gerieven. ,,Het ontmoet evenwel bezwaar de post kantoren bepaaldelijk te belasben met bet inwisselen van papieren geld tegen specie of omgekeerd. Op de groote. kantoren zou daarvoor een afzonderlijk loket moeten worden ingesteld. Het daaraan verbonden, niet onbeduidend geldelijk gevolg zou be zwaarlijk geacht kunnen worden door het bedrijf dier posterijen te moeten worden gedragen. Op kantoren van minderen om vang zou do bediening van het publiek dat voor postzaken komt, door het geld- wissoien vaak zeer vertraagd kunnen worden." Slgarcnfabrlksüten. De bestaande vereeniging van sigaren fabrikanten te Delft hield in het Zuid- Hol] an dsch Kjoffiöbuiflj te 's-Gravenhagc een vergadering met verschillende over Zuid-Holland verspreide fabrikanten. Het resultaat dor gehouden bosprekingen was, dat de bestaande vereeniging te Delft zich vervormde in een vereeniging Binnen Zuid-Holland" waarvan lid zijn alle fa brikanten gevestigd in deze provincie, bo ven Rotterdam en met uitzondering van Gouda cn naaste omgeving. Tot bestuursleden werden gekozen de hoe ren O. N. J. Hioolen te Delft, voorzitter; H. E. Unger, Den Haag, vice-Yoorzitter, G van der Spek te Delft, lste seorctaris, D. F. Mayer te Leiden, 2de secretaris en Jan R. Jedeloo, te Delft, penningmeester. De zetel der vereeniging is gevestigd to Delft. Het 3ni<l©risee-vraagstuk. De brochure van den heer L..A. San ders, waarvan dezer dagen melding werd gemaakt, is nu verschenen ter Avondpost- drukkerij to 's-Gravenhage. Hte blijkt, dat de schrijver een ontwerp gemaalkb heeft van een afsluitdijk voor do Zuiderzee, waarbij gebruik gemaakt wordt vaD cement-ijzor. De kosten, met inbegrip van de spui- en schutsluizen, benevens heb kanaal door Wieringcn c. s. dubbel spoor over den dijk, heb kanaal van Har- lingen naar Piaam, enz., zijn geraamd op 28 millioen gulden, terwijl de afsluitdijk volgons -et plan der Staatscommissie thans op minstens 43 millioen wordt ge raamd. De besparing zou dus 15 millioen bodragen. En als het plan der Regcoring tot afzonderlijke drooglegging van do Wie- ringer meer niet werd uitgevoerd, zou de geheele afsluiting van de Zuiderzee 5 milloen minder kosten. Het Rijlk behoeft zich, naar het oordeel van den schrijver, als zijn plan wordt uitgevoerd, door financieel© bezwaren nidt to laten weerhouden vftn een algemeeno afsluiting der Zuiderzee; het maken van den afsluitdijk zou oen winstgevende on derneming worden', waaraan buitendien eenige voordeden zouden verbonden zijn, di© heb plan der Staatscommissie mist. Anno 1007. Staatscommissie voor de Binnenscliipperij. De Staatsoommissio voor de Binnon- schipperij roept allen, die vermeenen, aaa haar nog mededeelingen te kunnen doen, die haar voor het uitbrengen van haar rapport aan H. M. de Koningin van nut- kunnen zijn, op, zulks te doen: j hetzij schriftelijk, vrachtvrij aan he0- adrca van don secretaris, jhr. L. F. Ter eira de Mattos, Nassauplein 31, te 's-Gra venhage, vóór 31 December 1907; hetzij mondeling, en dit op een den be langhebbenden nader op te geven plaat?, dag en uur. Hot verzoek ,om mondelinge mededeo^ lingon aan de commissie to verstrekken behoort door de belanghebbenden vóór 31 December 1907 eveneens bij den secretaris voornoemd schriftelijik en vrachtvrij t© worden ingediend;, met opgave van juist adres. Op mededeelingen of verzoeken, die nüt bovenvermelden termijn inkomen, of op verzoeken die niet vergezeld zijn van opga ve van het juist© adres van den. belangheb bende, kan geen acht worden geslagen. Niet of niet genoegzaam gefrankeerde brioven worden geweigerd. (St. Ct.) Blocanboliencaltmir. Do algem. vergadering van de Algemeeno Vereeniging voor Bloembollencultuur wordt op 23 December te Haarlem gehou den. Het hoofdbestuur stelt voor met 1 Januari a.s. op te houden lid te zijn van hec Nederlandsch Landbouw-comité en te vens te eindigen de aansluiting bij do Nc- derlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Tegenover dezo voorstellen staat een ander, dat aansluiting bedoelt n.l. ,,de algemeene vergadering verleene machtiging aan het hoofdbestuur om, met behoud van de zelfstandigheid der veree niging, mede te werken tot de tot-stand- koming eener centrale vertegenwoordiging van den Nederlandschen Tuinbond, behou dens latere goedkeuring van eventueelo voor de vereeniging bindende maatrege len voor de algemeeno vergadering.'- Ten slotte wordt als nieuwe werkzaam heid der vereeniging door het hoofdbestuur voorgesteld: „zooveel mogelijk alle 14 da-1 gen te Haarlem voor de leden de gelegen heid te openen tot het tentoonstellen van afgesneden bloemen, vervroegde bolgewas sen, nieuwigheden enz., en een vast© oom* missie te benoemen ter beoordeling van het ingezonden©, voor zoover beoordeel ing door de inzenders gewenscht wordt.'' De zonsverduistering van 3 Januari. Per „Mariposa" is uit San-Francisoo een wetenschappelijke expeditie vertrokken naar Flint-eiland, om daar de zonsver duistering van 3 Januari te gaan waarno-1 men. De leiding der expeditie is in bandon van prof. Campbell, van de Lick-sterren-1 wacht. Twaalf geleerden nemen deel aan den tocht. De „Mariposa" brengt hen tot Tahiti; daar gaat de expeditie aan boord van do Amerikaanscho kanonneerboot Annapolis, die haar verder brengt, naar de plaat8 van bestemming. Flint-eiland ligt tamelijk afgezonderd. Men vindt het westelijk van do Markiezen- eilanden en noordelijk van de Gezelschaps< eilanden in de Stille Zuidzee, niet vei zuidwestelijk van bet snijpunt van 160 W. L. cn 10 gr. Z.Br, Ongeluk te IJniniden. In zijn memorie vaD antwoord hee .t de Minister van Waterstaat aau de Tweede Kamer mcogodeeldt dat na het ongeluk, dat in Augustus 11. op het noorderhaven hoofd te IJmuidon heeft plaats gehadt bij de landeinden der hoofden borden zijn ge plaatst met do waarschuwing, dat men zich, ook bij schijnbaar kalm weder, voor overslaande golven moet wachten. Overi gens zegt de Minister moet aan het publiek zelf vie verantwoordelijkheid voor de gevolgen van het betreden der haven1 hoofden worden overgelaten, daar afsluit ting van de hoofden voor het verkeer be zwaarlijk zou gaaD. i»wr iwaawwinat^ ten waarheen, en hield haar pas eerst in, toen zij een leeg huurrijtuig opmerkte. Zs sprong cr in en noemde den koetsier haar. woning. Toen het rijtuig zich in. beweging zette, hoorde Mabel een krantenjongen roepen: „De moord in de Audlcystraat 1" En als een doodsklok klonken haar in de ooren de woorden, welke or op volgden: „Do ver- oordceling van George Fenton l" Gedurende den geheelen rit klonk deze vrecselijke uitroep in haar na, en op allo hoeken der straten staarden haar in reus achtige letters d© krantcD-reelames aan met de noodlottige woorden Yorvolg der vergadering van Maandag middag. Onctel'wijzerasailar i s s n. Bij do voortgezotte beraadslaging om trent het wetsontwerp tot wijziging der wet tot regeling van het lager onderwijs, ver klaard© de heer Arts, dat hij^ hoewol in genomen met het ontwerp, toch teleurge steld was, omdat het de minima niot ver hoogt. Hij bepleitt© alsnog verhooging dier minima met 60 gulden. De heer Van Doorn bepleitt© vrije woning of vergoeding van huishuur aan onderwijzers, die als gezinshoofden zijn aan te m:rken en verzocht den Minister, hand- workondei wijzeressen niefc langer te ver plichten handwerken der wij s buiben do schooluren te geven. Fe heer De Geer verdedigde de Rotter- damsohe regeliiig der jaarwedden tegen den blaam van don heer Ter Laan. De heer Bos betoogde, dat een definitio- y© regeling van de onderwijzerssalarissen moet uitgaan niot van regeling der mini ma, maar der salarissen zelf, welke spr. uniform wenschte over het geheel© land. De heer S m e e n g e constateerde, dat heb stelsel des Ministers wel goedt maar dat het minimum onvoldoende is. Om dit fc© vorhoogen en om ook don hoofden deel te geven in de periodiek© salarisvermeerdo- ring, hebben spr. en zijn vrienden hun amendementen ingediend. Spr. trok dezo echter in onder voorwaarde, dat de Regee ring verklare, dat zij zicb weldra weer met deze materie inlat© om een regeling in spr.'s geest te goven. i, replieken van de heeren Tydemaü, Tor Laan, De Waal M a 1 o f ij fc, Van W ij n bergen, Goeman B o r g o 8 i u 8, D K 1 e.r E, die zijn amendement tot aJ^jmeene verhooging der minima mot 100 gulden introk, en den Minister, die zijn standpunt handhaaf de, diende de heer Arts een motie in, uit sprekende, dat het algemeon minimum 500 gulden voor onderwijzers in bijstand te laag moet worden geacht. Deze moti© zal behandeld worden op een nader te bepale# dag. De heer Smee nge trok nu definitief zijn amendement in. De algemeene beraad slaging werd gesloten. Bij artikel 2 diende do heer Ter Laan een motie in, uitsprekende, dat het mini mum van 500 gulden ten spoedigste op 600 zal moeten worden gebracht. Bij artikel 3 lichtte de heer Kete laar nader toe zijn amendement om ge meentebesturen te dwingen de salarisrege ling vóór 1 Januari 1909 te herzien. Do heer Heemskerk bereed dit amendement als van te verre strekking. De heer Lobman kwam op tegen het 'doel van het amendement; het is zeer wel geoorloofd, dat do gemeenten van dit ont werp profiteeren. Met name zoo zij reeds hooge salarissen hebben uitbetaald. Avondvergadering van Maandag. On derwijzers-salariswetj e. De beraadslaging werd voortgezet over het amendement-K et e 1 a a r c. s. om de gemeenten te verplichten vóór 1 Januari 1909 haar verordeningen tot regeling der onderwijzerssalarissen te herzien, welk amendement, waarin niet staat, dat de gemeenten alle gelden, die zij meer zullen ontvangen, zullen moeten aanwenden tot verhooging der salarissen, ook indien zij deze reeds goed geregeld hadden, de heer B o rg e s i us verdedigde. Het amendement doet z. i niets anders dan de gemeenten oog eens in de gelegen heid stellen t© overwegen of de salarissen, met name het aanvangsminimum, niet be hooren te worden, verhoogd. Met den vorigen spreker bestreed ook de heer Bos de geopperde bedenkingen to gen het amendement, betoogondc, dat van inbreuk op het stelsel der Gemeentewet geen sprake is, en dat de gemeenten die haar salarissen reeds goed in orde hebben met de verlangde herziening der verorde- 29) - 7 Februari. Robert verzoekt m(j, met hem naar Schotland te gaan en my ook by dien troop aan te sluiten. Ik wil het graag doen, wanneer de menschen my willen hebbon; zorgelijker dan hier zal ik het daar ook wel niet hebben. Maar doe ik er wel goed aan? Gesteld, dat Arthur Robert eens ontmoet, waartoe zou myn man met zyn heftig karakter wel niét kuünen komen?" 9 Februari. Ik vergezel Itobeit morgen naar Schotland. Hy denkt, dat men my daar in ieder geval zal aannemen. 11 Februari. Vandaag een onderhoud met den heer Flannery, die mij werkelijk direct als „soubrette", zooals hy zich uit drukte, geëngageerd hoeft. Een buitenkansje Toor mijl Hu kan lk altijd by Robert zijn en voor hem zorgen. De arme Jongen 1 Hy heoft nooit zusterliefde gekend. Toen hy ons verliet, was ik nog maar veertien jaar. 21 Februari. Vandaag voor de eerste maal opgetreden. Voorloopig heeft men my maar byrollen gdgeven, maar ik zal alle moeite doen, om Flannery reden tot tevreden- beid te geven; misschien breng ik het dan verder. Hy liet zich al heel goedkeurend over myn spel uit; maar de manier, waarop hy dat deed, beviel my niet. Ik moet nog vermelden, dat ik me hier Mary Western poem, en Robert la al jaren onder den naam Dick Lambert bekend. 4 Maart. Robert en Flannery, die my voortdurend met zyn ongewenschte attenties vervolgt, hebben vanmorgen vroeg ruzie ning niet veel lost zullen hebben. Ook de heer Ter Laan verdedigde het amende ment met oen beroep op do onwenschelijk- heid deze zaak partieel te zien cn op do wenaohelijkheid allo gemeenten te verplicht ten, haar verordeningen te herzien, waar mee trouwens reeds vole gemeenten bazig zijn. Na repliek van den hee»r Ho ©ma ker k die het een onzedelijke eisoh blijft vindon alle gemoonten t*>fc herziening der verordeningen to dwingen,' wat veel tijd kost, om slechte 34 gemeenteraden, to tref fen, die niet voldoen aan do bepalingen, di© nu in hefc ontwerp staan, vroeg de heer Van der Velde wat do termijn in het amendement bedoelde. Was het slechts een maatregel van orde, dan beteekende de termijn niets, gelijk z. i. het ganse he amendement de onderwijzers blij maakte met een doodo musch, omdat Ged. Staten wol geen verordeningen zulleu vernietigen, wanneer er geen strijd ir.ofc de wet is. Do M i n. v. B i n n e n 1. Zaken, de heer Rink, herinnerde er aan, dat in do stukken was gevraagd om ccn waarborg dat de onderwijzers, dio reeds thans meer dan het minimum genieten, dit zullen behou den en dat de thans gegeven verhooging in derdaad aan de onderwijzers ten goede zal kernen. Do Minister had geantwoord, dat dit niet mogelijk was zonder aantasting van het systeem der Rijksbijdrage. Staat dit vast en behoudt de Rcgeering vrijheid om, wanneer haar eventueel advies omtrent de wettigheid eener verordening wordt ge vraagd, zich op dit standpunt to blijven 8tellen, dan had de Minister tegen het amendement geen overwegend bezwaar. Hij liet do beslissing aan do Kamer, dio het amendement aannam met 48 tegen 18 sfcem- men. De heer Ketelaar vcrdedigdo vervol gens oen amendement om de wet in wer king te doen treden op 1 Januari 1908; wcLk amendement de Minister bestreed op grond van administratieve en comptabele bezwaren aan do toch reeds minitieuso be rekening der Rijksbijdrage verbonden. Do Minister deed zijnerzijds do belofte een zeer spoedige invoering te zullen bevorderen. Het amendement, nader verdedigd door do heoren TerLaan en Bos, werd aan genomen met 36 tegen 31 stemmen. De eindstemming van het, ont- worp zal op oen nader te bepalen dag plaat3 hebben. De Begrootingen van de Landsdrukkerij en van het Pensioenfonds voor we duwen en weezen vaD burgerlijke ambte naren voor 1908 werden goedgekeurd, zoo mede het wetsontwerp inzake de wijziging van hot Arbeidaoontraot over gangsbepaling. W atorstaatsbegrootüng 1903. Er twerden geen algemeene beschouwin gen gehoudon. Bij do tweede afdeoling in hefc algemeen, Waterstaat, vroeg do heer Thomson dringjend om indijking van do Lauwerzeo, die Rij tfe-rdedigde ibovon de droogmaking van de Wioringermeer. Do voorgestelde richting van drooglegging der Zuiderzee kwam den sprfeker onjuist voor. Nadat do heer Van For oost had geklaagd over do vele administratieve werkzaamheden aan de ingenieurs van den Waterstaat opgedragen, uitte de heer R e y n e zijn sympathio voor het ingedien de Zuiderzee-ontwerp, al had hij liover in eens het leggen van den grootten afsluit dijk gezien. De verschuiving van het groo te plan dor drooglegging maakte z. i. nu vooraf maatregelen noodig om aam - hot waterbezwaar in Friesland to gemoet te komen. Dit wenschte evenzeor, maar dan door indijking van do Lauwerzee, ook de fieer Z ij 1 m a, die dfeze indijking door den Staat wilde zien bekostigd. Ten aanzien van het vraagstuk der drooglegging van de Zuiderzee, dankte do hcor 8 meen ge den Minister voor ztijn ontwerp. Hij bepleitte voorts in het belang der binneoschipperij den aanleg van een kanaal door do Geldersch© vallei van de Eem over Amersfoort naar Wageningen en verbetering van de brug te Doesburg. De Minister van Waterstaat verzekerde .vast voornemens to zijn tzicli aan de kwestie dor indijking van do Lau- gehad, on Robert la dientengevolge onmid- deliyk ontslagen. Ik zou gaarne met hem zyn weggegaan, maar daar my juist een toelage boven myn salaris is toegezegd, moent Robert, dat het toch beter is, dat ik biyf. Wie in nood is, mag niet kieschkeurig zyn. Wy zullen elkaar niet uit het oog ver liezen en samen by een ander gezolschap gaan, zoodra de gelegenheid daartoe zich aanbiodt. Ik studeer nu de rol van „PauliDe" in, om by gelegenheid voor de actrice, aan wie deze rol is toevertrouwd, te kunnen in- vallon. 7 April. Gisteren heb lk geluk gehad, Wy gaven „de Leeuwenbruid." Juffrouw Hastings, do eerste amoureuss, was ziek ge worden, en lk moest voor haar invallen. Men zegt algomeen, dat ik een schitterend succes heb gehad, en de heer Flannery heeft my do vleiendste complimenten gemaakt. De volgende week moet ik als „Julia" optreden; dat be- toekend, dat ik deze week heel hard zal hebben to studeeren. 14 April. Gisteren de „Julia" gegeven. In den beginne was ik erg zenuwachtig, maar myn partner, do heer Vandeleur, die don „Romeo" gaf, sprak my zoovoel moed in, dat ik goed heb gespeeld. In elk geval is mtJn gage opnieuw verhoogd, en ik moet alle rollen van juffrouw Hastings overnemen. 20 April. Nu heb lk Robert toch alles van Arthur verteld; ik achtte het beter. Hy was vreeseiyk boos op hem. Ik mag er niot aan denk.n, want de gevolgen zouden zyn, als zy elkaar toevallig eens ontmoetten. 2 Mei. Wat ik gevreesd heb, is gebeurd: Arthur heeft myn verblyfplaats ontdekt. Ik ontving vandaag een vreeseiyken brief van hem. Gelukkig ia het vandaag Zondag. Zoodra de opvoering ia afgeloopen, ga ik hier ian- daan, en Robert zal my morgen volgen. Waarheen, dat is my hetzelfde, zoolang wy maar die man myn man ontgaan. 4 Mei. Te Hinton, een vriondeiyk dorpje, aan de Wye. Ongelukkig is hier in het hotel maar een enkelen kamer vry. Robort zal ergens anders moot en logeeren. Ik bon biy, dat hy morgen komt! 12 Mei. Wat een vreeseiyko dag gisteren! Toen wy over het grasperk liepen, verscheen opeens Arthur; by had my in Schotland ge zocht en was my hierheen gevolgd. Het was een heftig toonoel. Arthur meende, dat Robert myn beminde was, en Robert op zyn beurt wou wraak nemen voor het my aangedane onrecht. Toen begon Arthur te praten en al waro hy de duivel zelf geweest, dan zou hy zyn zaak niet slimmer en handiger hebben kunnen beplelton. Roberts gelaatstrekken druk ten aanvankeiyk nog verachting uit maar al spoedig luisterde hy met gespannen aandacht, en het hart deed my pyn, toen ik zag, hoe hy langzamerhand naar de zyde van Arthur overging. Ach, zyn zwak karaktor is zyn heele loven een valstrik voor hem geworden. Al vóór den avond waren Robert en Arthur de beste vrienden. 18 Mei Gisteren zyn Robort en Arthur den ganschen dag samen geweest; ik kreeg heel wolnig van hen te zien. Mijn arme broer zag een gewillig werktuig worden in de handen van den verleider; ik vool al, dat ik myn in vloed op hem verloren heb. Hy ls doof voor myn beden en waarschuwingen. 14 Mei. Zy zyn samen op reis gegaan; de Hemel weet, wat zy in hun schild voeren. 27 Met Vandaag zyn ze teruggekeerd. O, wat was ik biy, toen ik Robert weerzag I Er ls ingebroken in een boerdery. Robert merkte lachend op: ,Myn debuut. Men moet alles eens probeeren In het loven." O, hoe vreoseiykl Over eenige dagen willen zy naar hot buitenland gaan. Ik zou ruimor ademhalen, wannoer Arthur werkeiyk Engeland verliet, ala hy Robert maar niet In zyn klauwen had I .Toon den volgenden dag de deur open ging en hefc onfcbijfc werd binnengebracht, bemerkte Mabel met blijde verrassing, dat men haar als nieuwen cipier den man had gegeven, dien zij ale Robert King had loe ren kennen^ en tot haar voldoening bleef hij haar ook de volgende dagen bedienen. Op liaar smeekbeden, haar toch in vrijheid te stellen, antwoordde hij steeds, dat dio zaak moest blijven ruston, tot de heer Richmond terugkeerde, die voor zijn ge zondheid eenige dagen naar buiten was gegaan. Natuurlijk hod Robert King hefc bericht over hot verloop der inbraak in „Veras Tuin" gelezen en wist hij zeer goed, dat Fitzgerald niefc zou fcerugkoeren, maar hij wachtte dagelijks instructies van Keighley Gates betreffende de jonge dame, die hij had to bewaken. Gates evenwol bleef uit voorzichtigheid zwijgen, cd toon dag op dag voorbijging zonder dat hem eeuigo instructie gewerd, werd Robert meer en meer goneigd) aan do voortduren de smeekbeden van zijn gevangene gevolg te geven. Zoo bleef op ëon goeden dag de deur van haar kerker ongegrendcld. Mabel deed re zachtjes open en keek in de gang. De voor deur stond wijd open. Hefc meisje vloog naar buiten e>n zich niet bekommerende om do verwonderde blikken der voorbijgangers snelde zij door de straten als gold het haar leven. Zij liep ©n liep, zonder te we- Heden de zaak George Fenton. Verhoor en veroordeel ing. Meer dan eens wou zij den koetsier ver- zooken, even stil to houden, opdat zij zich con krant zou kunnen koopen, maar teL kons liet zij de reeds opgeheven band ook weer zakken. George, haar geliefde broer, was nu een veroordeelde; slechts weinige dagen nog scheidden hem van een leelijkcn, schar. lijken dood. Eindelijk hield hefc rijtuig stil voor „Veras Tuin". Mabel stapte uit en zonder te letten op den blijden uitroep van James,, den bediende, liep zij regelrecht naar do kamer van haar moeder. £ij deed zachtjes de deur open en wiet nu, dat hefc ergsfcé gekomen was. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 5