Kip in den toosti. No. 14637. LEIDSCH DACBLAD. ZATSRDAC 9 NOVSNVBEIE - TWEEDE BLAD. Anno 1907. Financieels Causerie. Do financieel© ziekte is op het hoogte punt barer crisis. De thermometer wijst al lerwegen een hoog koortscijfcr aan. Zag do Engelsch© Bank zKa genoodzaakt op 31 October haar discoDto met- een vol procent te verhoogen on op 5* pCt. te brengeu, kort daarop gevolgd door een verdere ver hooging tot 6 pCt. op Maandag 4 dezer, gisteren, Donderdag bracht ze het op 7 pCt Men moet tot het crisisjaar 1873 teruggaan om zoo'n hoog percentage to vind°n. De Fransche Bank brac! t het bare op 4 pCt. en teg-lijkertijd do Belgische Nationale Bank het nare op 0 pCt. Do Duitsche Rijks bank eindelijk kwam op 7A pCt. Zeer merkwaardig is deze strijd der Ban ken om de goudreserve te besehermen, in het leven geroepon door de enorme goud- vraag, van New-York uitgaande. Men re kent, dat in enkele dagen een 30 millioen don. aan gemunt en ongemunt goud naar de Overzijde van den Atlantisch.cn Oceaan is verhuisd. Zeer merkwaardig is ook het ver schil in politiek tusschen de Duitsche Rijks bank en de Engelsclie Bamk. Wezen wij er i.D ons laatste overzicht op, dat de Reichs- bank alle pogingen in het werk stride om den gouduitvoer te verhinderen, zoodat de Duitsche valuta ten gevolge daarvan eenig© weken lang bleef dooTdalen en den spot dreef met de theorie der wisselkoersen, die aan beide zijden een grens stelt, beneden welke hij niet zou kunnen dalen en boven welke hij niet zou kunnen rijzen, het eenig© resultaat, waartoe de verhooging van het Bankdisoonto heeft geleid, is, dat de wis selkoers eeD stijgende richting heeft aange nomen. Hij is thans 5896 (bij een theoretisch laagste punt van circa 5895tegen 5871 28 October. Met den goudinvoer naar Hol land is het dus voorloopig gedaan. Echter schijnt het nog zeer loonend te zijn naar Engeland uit te voeren, althan., door fir ma's hier te lande wordt voor Duitsch goud, met bestemming naar Londen 1653 gld. per kilo fijn betaald, tegen den prix fixe van 1650 gld. der Nederlandschc Bank. Zien wij thans wat het gevolg is geweest van de discontover hooging der Engelsen Bank. In de eerste plaats staat zij toe, dat er 6 a 7 millioen pond aan goud uit haar kelders wordt weggehaald voor export naar New-York. Eerst dè,D verhoogt zij de bank note met pCt., lie' op een Maandag, om als het ware het volle licht te laten schij nen op clen maatregel. Want de Engrische Bank gaat in normale tijden alleen op Don derdagen over tot verandering a van haar rentevoet, op dcD dag, waarop haar directie gev oon is do wckelijkscbe vergadering te houden. Waarschijnlijk omdat zij bevreesd was vo~r verdere onttrekking vaD goud, ondanks het stormsignaal verhoogt zij hl- Donderdag opnieuw haar disconto, thans wel een vol percent. Nu het resultaat. De wissel Londen, die hier lang© tijd in dc buurt van het goudpunt stond, om en nab'j 1205, (zelfs was hij op 26 October nog mair 1205 1/8) dat wil zeggeD op eeD niveau, waarbij schier goud uit Engeland naar uier tan worden ingevoerd, stijgt in korten -yd krachtig en is thans 1214, op óén cent n& den gouduitvoer naar Engeland toelatende Scherper veroordeeling van het Duitsche systeem: protectie van handel cn nijverheid door de rente zoo laag mogelijk te houden, tegenhouden van gouduitvoer, die het tegen overgestelde resultaat zou hebben, is haast ondenkbaar. Met r«leD vraagt men zich af, of do verhooging van het disconto door de Reichsbank als maatregel niet veel te laat is genomen, met bezorgdheid ziet men de toekomst te gemoet; want mocht inderdaad dc 7 pCt. rentevoet niet doeltreffend blij ken, dan is verdere verhooging onvermijde lijk en wie zal durven voorspellen, welke onheilen ons dan oog van den kant van het Duitsche rijk boven het hoofd hangen. Een geweldige crisis in handel en industrie zou het gevolg zijn en bij het internationaal ka rakter van het verkeer zou de geheelc we reld daarvan den terugslag ondervinden. Hoe de goudinvoer naar New-York moge lijk was bij de vigeerende wisselkoersen, was velen een raadsel, dat echter spoedig werd opgelost toen bleek, dat het goud 3 pCt. premie doet daar te lande. Zoodat do wisselkoersen, als zoodanig, niet als basis konden dienen voor de berekening. Of het tot nu too ingevoerde goud vol doende zal zijn voor dc«n dringenden nood van het oogenblik, zietdaar de kwestie, waarvan voor de naaste toekomst het we« of wee van den toestand afhangt. Het acute stadium der ziekte, dat wij thans doorma ken, is zonder twijfel verscherpt, zooal niet grootendeels veroorzaakt door angst, door bet wegvallen van enkele schakels uit de keten van het crediet, zonder het welk do zaken., vooral in den tegenwoor- digen tijd niet kunnen bestaan. Zoodra men er in slaagt dien angst te verdrijven, het vertrouwen te berstellcta, zullen do deposito's, hetzij in denzelfden vorm, het zij door andere kanalen, in het verkeer terugvloeien. Hoe snel deze volte-faoe in ha-ar werk kan gaan bleek proefondervin delijk in do run op de Spaarbank te Rot tendam dezer dagen. Ook daar veroorzaak te ongemotiveerde angst een plofcselingen strijd om do gedeponeerde gelden terug te brlangen. Resultant: onttrekking van do liquido middelen door de Spaarbank ter plaatse, waar die tijdelijk belegd waren en een beroep op de Nederlandschc Bank, dio met beid© handen wilde cn kon hel- poD,. Maar toch, tijdelijk en op zeer kleine sohaal eeD desorganisatie van ruilmiddelen ten gevolge hebbende, middelen, die thans in koue of ladetafel werden opgeborgen en zoodoende ten ccnenmalc aan het verkeer werden onttrokken. Nauwelijks is het pu bliek overtuigd van. den solventen toe stand der Bank, van de veiligheid om daar z-jn gold te bewaren, of het komt terug on gaat bijna evcD gauw weer inloggen, als het heeft weggehaald. Iets dergelijks, stel len wij ons voor, zal ook in Amerika plaats vinden. En dat zal dan aan het acute stadium een einde maken. Daarmee is volstrekt nog niet gezegd, dat do ziekte overwonnen is. Want onder invloed van dc gebeurtenissen der laatste weken, is hei zeer do vraag of do Vereenigde Staten ja, do goheelo wereld, er in zullen slagen do reactie, die dreigt, het hoofd te bie den. Men kan zich ten deze in allerhan de theorieën verdiepen en al naarmate de theoreticus optimistisch daD wel pessi mistisch aangelegd is, zal het oordeel uit vallen. De laatst© vergenoegt zich motte wijzen op den voortdurenden geldnood der Spoorweg-maatschappijen, op do notes, die de laatste jaren zijn uitgegeven en die aanstond» moeten worden afbetaald. Blijkt dit onmogelijk, zoo redeneexen do Rwairt- gal li gen, dan schiet er niets anders op over dan reconstructie der Maatschappij, of op z'n Hollndsch bijstorting op do aan- deelen. Zoo voortbordurende, wrijven zij zich do' handen- m het vooruitzicht van nog veel lager koersen, van Sporen in re ceiver's handen, van aandeelen op spotprij zen, met bijstortingen om van te water- tainden. En dan de industrie 1 Beroofd van bestellingen, zonder werk, zijn ze ge doemd de fabrieken te sluiten. O, neen, de industrie is vast opgeschreven 1 En do optimist? Hij wijst op den zeer voldoenden oogst, i den grondslag van de welvaart, die den Vereenigden Staten toe- Laat een aanzienlijk quantum in Europa t© plaatsen tegen bijna record-prijzen op den enormen vooruitgang, dien het land heeft doorgemaakt, sedert de laatste cri sis, waardoor het maken van vergelijkin gen mot vroegere perioden niet zuiver is, op de snelheid, waarmee de dreigende moeilijkheden in 19031901 werden te bo ven gekomen. Op het zeer lage niveau dor prijzen, waarin reeds zeer veel denkbaar of mogelijk slechts is verdisconteerd. Zij voorzien, dat do tegenwoordige houder der notes bij ietwat gunstiger toestanden, vol gaarne bereid zal zijn óf te verlengen óf wellicht te fundccren, waarmede de Maat schappijen dan Dog meer gebaat zouden zijn. En vrat betreft den geldnood, ook aan dien honger zou op den duur kunnen worden voldaan uit de besparingen der menigte, die après tout doorgaat te aoou- muleeren en die wacht op gunstige gelegen heid tot belegging. Voor tweeërlei opvatting is voorshands dus volop plaats en wij zouden niet gaar- dc met beslistheid partij kiezen, zoolang do omstandigheden niet helderder zijn. Alleen moeten wij beslist bij onze meening vol harden, dat de zuivere belegger zonder schroom zijn voordeel kan trekken uit den chaotischen toestand. Vroeg of laat her vat de arend zijn vlucht Do figuur van Morgan steekt schouder- breed boven zijn collega's financiers uit. Hij heeft blijkbaar kalm zijn gelegenheid afgewacht en plukt thans do zoete vruch ten van boleid en geduld. Wat hij voor de Steel Corporation heeft bereikt in de ver overing der Tennessee Coal, Iron Rail way Company, is voor de aandeelhouders van zeer groot© waarde. Daarmede is im mers op eigen oonditiee vrede gesloten met den vijand en is deze voortaan als soldaat in eigen gelederen ingelijfd. Zeer ver klaarbaar is daarom de neiging van on3 publick, om zijn belang bij do onderneming uit t© breiden. Het ware zeer te wenschen, dat dit vertrouwen in stijgende koersen werd beloond, wat, gezien het enorme be lang van ons publick bij do Steeltrust, niet weinig verlichting zou geilen. Wij blijven overtuigd, dat op den duur veel hoogere koersen zijn weggelegd voor deze waarden. Wij zullen onze lozers niet vermoeien ract vergelijkingen van koersen of het vermel den van d© tallooze koopjes, die op elk gebied te halen zajn. Slechts even willen wij verwijzen naar ons overzicht van 22 Juni, waarin wij uitweidden over de Santa Fë Land Company en een dividend voor spelden van acht percent. Het verslag is thans verschenen en mag in alle opzich ten schitterend genoemd worden. In tijden als de tegenwoordig© is het waarlijk een genot zich te vermij en in een verhaal van zoo gestadigen en snellen vooruitgang, als waarvan dit verslag, de lezing waarvan wij onzen lozers ten zeerste aanbevelen, gewaagt. W. Gemengd Nieuws. Spiritusdrinkers. De een was hakker de ander lapt© schoenen, heel lang, heel lang geleden. Nu deelen zij sinds langen tijd het lief en leed van hun zwerversbestaan en den slc-ehten reuk waarin zij bij de politie staaD. Des nachts overnachten zij in een op een weiland aan den Westerdijk tc Arnhem gelegen hooiberg, die een ietsje beschut te gen de vinnige koude van den nacht; des morgens heel vroeg strompelen ze huive rend, rillemd van koude cn honger, weer voort-, een stok in de hand, een zak op den rug, een rammelend lichaam, den onder zoekenden blik vol duistere misèr© naar de straatsteenen gericht. Ze zoekende Arnhemsche voddenra pers 1 Ze zoeken en wroeten met handen en stok in den modder der riolen, in de vuil nisbakken, in den rommel laügs den weg, ze vullen hun zakken, om ze straks, na moeizamen tocht, te leegon bij den kcopman in vodden, die alles sorteert en eenige cen ten in ruil voor de vuilnis geeft. Dan trekken ze naar den bakker, koopen wat korsten oud brood, voor de rest een flesch zuivere spiritus. Zoo ziet men do rampzaligen dan han gen, ganseh den dag, op een bank in het plantsoen, om, wanneer de duisternis in valt, weer te waggelen naar hun schuil plaats over den dijk. Meermalen heeft men te Arnhem reeds getracht het tweetal zwervers werk te ver schaffen, doch zij wensehen in goon inrich ting t© gaan, hun vrijheid en vriendschap te offeren voor e©D warmer huis en wat brood. Sinds eenige dagen wordt de zaak door slecht© een der vennooten uitg oefend, de ander nam wat te voel van het bran dend goed en. ligt in 't bureau in zijn roos. Voorwaar, rampzaligen 1 (Dordr. Ct.) Een 102-j arige overleden. Tg Arnhem overleed in den ouderdom van 102 jaar mevrouw de wed. J Juta, gcb. Valls y Orfilla. Men meldt uitEnschedoe, dat er toch staking uitgebroken ïb bij de fir ma Menko aldaar, die niet aangesloten is bij do fabrikanten-vereeniging. Het spoorwegongeval to Üül- ken Men schrijft uit Venloo aan ,,De Tel." omtrent het spoorwegongeluk, dat jl. Woensdag to Dülkcn plaats had: D© eerste trein uit- Bruggen, bestaande uit 5 personen- cn 25 geladen goed-renwa- gens, meest dakpannen, is over het stoot- blok gereden en in het stationsgebouw te rechtgekomen. Naar men mededeelt, moest deze trein op het hoofdspoor binnenloopcn, doch is op bet zrijspoor tcrc-ohtgokonucm waardoor de snelheid veel grooter was dan anders. Nadat de groote, driegekoppeldo zwairo tendermachine 't stootblok als een paaltje wegschopte, doorboorde zij den bui tenmuur van het station, om zich, na het telegraafkantoor vernield te hebben, een doortocht te banen tot hot plaatskaarten bureau. Onder eerstgenoemd bureau be vond zich een kelder, doch de machine heeft alleen den vloer, respectievelijk het gswelf,- verbrijzeld en is met de voorste wielen m de tweede muur blijven hangen, terwijl do tender op den buitenmuur bleef rusten. In 't eerste bureau, alwaar een ware ruïne was aangericht, hing de machine als 't waro in de lucht. Telegraaftoestellen lagen verbrijzeld, een. draden massa versperde den gcicgcldcn door gang; brokken stecncn lagon op en naast den kolossus. In het tweede bureau wae 'fc niet veel beter. Daar ko3ton do kaartjes, die anders door de steuer goed betaald moe ten worden, geen geld, want ze lagen waar deloos onder stof en steenbrokken op den grond, terwijl lessenaars en tafel als splin ters in' elkaar lagen. Kortom, het geheel vormde een gezicht als slechts zelden wordt geboden. Tusschen duizenden toeschouwers door moest men zich een weg banen om nog meer t© zien. En op 't tor rein was 't even eens een ruïne. Men vereend© kracht n was men bezig om don boel op to ruimen, doch eenige wagens, als lucifers vcrsplinto. d, lagen hier en daar nog door elkaar. Do eerst© wagens, bestemd voor do reizigers, zijn, op een laatst© helft na, totani ver splinterd. Gelukkig -zaten in dc eerst© wagens geen reizigers, doch een 25-la! werklieden hadden in dien laatsteu half vernielden wagen plaats genomen Van ben werden er negen verwond. 'J m. werd een 16-jarige zoon van dr. Meblkopf, uit Briiggon, die te Vierscn naar het gym nasium inoest, inwendig ernstig gekneusd; bovendien heeft hij beide bcenen gewro ken. Een timmerman uit Brüggen werd ovemeens ernstig verwond; vijf persomm, de ergst verwonden, werden in het zieken huis opgenomen. Als men alles ziet, mag liet een wonder genoemd worden, dat nog niet meer onge lukken te betreuren zijn, te rncer, daar bet machine- en treinpersoneel ongedeerd ge bleven is. Van heb station uit werden direct d© noodig© maatregelen genomen, om de ver wonden te verzorgenzoowel geneeskundi ge hulp als politie was voor handhaving der orde ruim vertegenwoordigd. Een uur later arriveende reeds een ex tra-trein uit Keulen met spoorweg-autori teiten en werklieden, om een cn ander in oogón schouw to nemen en hulp 1© ve>r- leencn. Opmorkclijk rnag het nog genoemd wor den, dat zoo'n gevaarte van circa veertig ton is blijven hangen boven den wijnkelder van den stationschef, zonder daar noe menswaardig© schade aan te richten. Den geheelcn dag wemelde het van v roem de] ingen, om ooggetuigen t© zijn van de ruïne, doch niettegenstaande dat, we ('en dc orders kalm gegeven en werd met ov r- leg gewerkt, om alles in den kortst mogo- Iijken tijd weer in orde te brengen. Dc schade aan het slation, benevens da materieel© schade, is zeer aanzienlijk. Z\A/\/V/S/\/V\#V/\AA Het werd Februari, Maart. Men wachtte van dag tot dag op het 1 ;gen gaan van heb Augusthenueke. De drie oudere kippen stapten door d© wijde reu, het jonge dier aanziend met den nek cn met een air van ,,nou jijl" Ze hadden drie vier jaar lang, zij bet ook in een andere ren, in een ander leg hok, om den anderen dag een versch eitje gelegd, behalve in zeer periodieks buien van broedlust en nu zagen zij op do din gen neer als de matrone, die al haar zoons aan- een fatsoenlijke betrekking en -1 haar dochters aan een fatsoenlijken man heeft geholpen en wie nu geen ander© taak in dit leven meer rest dan toe to zien of de andere menschen op hun beurt wel fat soenlijk hun plicht doen. De drie kippen snaterden in bevliegin gen van wreveligheid tegen bet jonge nichtje: ,,Doe me dat cons na ©n in aan vallen van welwillendheid kakelden zij: „Jo gaat maar zitten in het leghok, en 't overige komt vanzelf: 't i3 heusch zoo erg niet als je wel denkt I" De jonge kip, die in Augustus geboren was en daarom „Augusthenneke" heette, ■wist niet wat zij bedoelden. Dergelijke wijsheden komen kippen, als -menschen, t© weten hetzij van het vertelleu van broertjes, zusjes, vrindjes, hetzij van het afkijken. Het Augusthenneke was een eenig kind, in zoover, dat al haar broer tjes geslacht en opgegeten waren, omdat het broertjes waren. Jongens zijn, tenzij geplukt, weinig ge tapt in de kippen wereld. Vriend je* haci ze óók niet. En van het afkijken, dat kon al evenmin, want de tantes waren opge houden met leggen kort nadat zij het e©rsto levenslicht aanschouwd hadden. Menschen, die het liefst© voor kinderen zouden zijn, krijgen er geen, Menschen, dio op ze© de beste stuurlui zouden zijn, staan op den wal. Menschen, die geboren zijn voor ideaal-kippenhoudcr, koopen kippen van drie jaar oud en broeden ha nen uit. Zoo ook mijnheer Van Stugge, de eigenaar van boven vagelijk aangeduiden hoenderhof. Mijnheer Van Stugge spitte dagelijks de reD om, toen er nog geen kip pen waren, strooide nieuw turfmolm, nieuw fijngestampte schelpen, legde versch sfcroo in het leghok. Toen kwamen vier kippen, waarvaD één kort daarna stierf van gebrek aa.D jeugd. Do drie anderen bleven, trippelden rond, legden nog spo radisch eieren. Eód werd or zelfs bro dsch l Van Stugge liet do beste ,,broedcieren" komen uit eeD dorp in den Achterhoek. Zij arriveerden iD twee kistjes met zaagsel: zes miDorca's en zes braina-poetra's. Zij werden met zorg onder do kip gelegd, in een stillen hoek op zolder. Drie weken lang bleef het beest er op zitten, ging om de vier dagen er af om aan zekere kippc- lijko behoeften t© voldoen; snauwde als men eten bracht: broodpap van pure melk, warme gort, snauwde bij piertjes zelfs, en op een morgen kropen er acht donsballe- tjea onder het moederlijf het pleegmoe derlijf vandaan, keken onbescheiden het kippen-leven in. Zij kwamen in heb kuiken ren netje, zij werden gespekt, zij groeiden met den dag. Dat was in Augus tus. En in October kraaiden er zeven. Het eeno Augusthenneke bracht den winter door tusschen do oude kippen, die zich gereed maakten om op haar welver diende lauweren te gaan rusten; toen de dagen eenigszins merkbaar gingen len gen, zag de heer Van Stugge icderen mor gen, icderen middag, iederen avond met spanning uit naar het eerste ei. Het hen- r.eko werd verpleegd, verzorgd verkoes- terd; het zou de trots worden van do ren- Van-Stugge. Als het gekund had, zou men het in watten hebben gepakt. Nu stelde men er zich me© tevreden het beest eeni- go malen daags in den tuin te laten wan- delon, het in het zonnetje te leggen, gras sprietjes te plukken, bloembedden onderste boven te krabben, om malscbe wormpjes te zoeken. Bij dit alles was het beest in derdaad niet schuw. Hoe had het ook schuw kunnen worden in den grooten, in gesloten stadstuin, waar zorgvuldig all© vreemde invloeden werden geweerd, waar ieder hoekjo en gaatje tot droomens toe bekend terrein was, waar elk hem te ge- moet trad met een teedorheid en een liefde, een vertroeteling, een schuchterheid, zou ik haast zeggen, als waarmede de prieste ressen van Vesta het altaar van baar god delijk© meesteres plachten te naderen. Men bracht het Augusthenneke het lekkerst© kippeneten en men smeekte het niet woordjes en intonaties, welke een steen tot een spons zouden maken, het toch niet onaangeroerd te laten. Des ochtcns troonde men eerst de drie oudore kippen met een zoet lijntje cn een bordje maïs het leghok in, liet daarna behoedzaam het klepje vallen, zotte vervolgens de ren open en zonder jagen, want schrikken en jagen zijn niet goed voor kippen in ei-verwach ting, keek men toe of het hare majesteit zou behagen naar buiten te stappen, als wanneer de ren weer gesloten werd en de oudere kippen haar zeer betrekkelijke vrijheid herwonnen. Na het eten, tegen zonsondergang, trad mijnheer Van Stugge zelf bedaard op het kuierende henneke boe, dat geloof ik, niet eens wist wat jagen" was, en volmaakt ongestoord zijn wandeling zou hebben voortgezet, zelfs al hadt je het op de tce- nen getrapt, nam het beestje zacht op tusschen beid© banden en met een liefkoo zing en e©n vleiend woordje werd het plechtig weer naar huis (naar ren.) ge bracht. April en een gedeelte van Mei gingen voorbij. Als het regende, bleef het August henneke in de glas-overdekt© ren, bij mooi weer trippelde het door den groenen den tuin. Een avond nam mijnheer Van Stugge het dier weer behoedzaam in de handen, om het naar de reD en Morpheus' armen te brengen, toen hij opeens Bchreeuwde: ,,Toontje 1" Dat was de voornaam van mevrouw Van Stugge. Hij voltooide den uitroep echter niet, want de kip, nu heusch geschrikt van den buitengewoon luiden kreet was aan zijn handen ontsnapt en in een der onderste takken van den eikeboom gevlo gen, die het leghok overhuifde. Intusschen kwam mevrouw aangesneld, doch do kip ziende, stuitte zij haar vaart en Dader sluipend op do teenen, fluisterde zij: Gunst, man, hoe is dat gekomen?'» ,,Ja", stotterde haar echtvriend, ook zacht pratend, en met iets smeekends in de oogen opziend naar de kip, die gemoe delijk hooger kuierde, ,,ik ben er zelf ont zet van 1 Ik weet het niet 1 Ik riep jou, om dat Lk iets hards in zajn lichaampje voel de, net een ei,...,»..." Gunst, man, uIb hij nuu maar niet ge schrokken is I" ,,Ja, hij is wc| e©D beetje geschrokken, geloof ik Lk riep jou nogal hard en zoo ineens, terwijl hij er niet op verdacht was „Maar waarom de© j© dat ook?" „Ja, omdat ik zoo blij was, hóKiep I kiep I kiep 1 luep 1 kiep 11" Maar het henneke, dat nu wist wat schrikken" was, klom lakonick een wei nig hooger, keek met een gezicht van zicb veilig weten op de menschen neer. „Dat ia verschrikkelijk I" zei mevrouw. „Straks wordt het donker I Het beest kan toch niet in dien boom blijven vannacht?" „Nccd," beaamde haar man. ,,'t Is weer handig van je, hoor 1" „Kon ik het helpen? 't Gaat me even erg aan mijn hart als jou." Intusschen sprong de kip nog een ver dieping hooger; er was iets om zijn bek, of hij Jachte. Toen had mevrouw een inval, die nog zoo dom niet was. „Truitje", zei zo tegen de inmiddels ook er bij gekomen meid, „je gaat do straat op en je zoekt net zoo lang tot je een gla- zenwasscher of zoo iets ziet. Dien haal jo hier. Ik heb er een gulden voor over als hij het beest er levend uithaalt I" Do meid was al weg. Een halfuur later halfuur van span ning cn van emoekendc oogen kwam Trui terug met eeD schoorsteenve ger. Enfin, die durfde het ook wel aan. De man logde roe en looden bal ter zijde, de kip boven keek bevreesd met oogen van „nu wordt het meenens I" en do man zat in den boom eer iemand er op verdacht was. „Geen kwaad doen 1 Geen kwaad doen 1" gilde mevrouw Van Stugge. En haar man voegde er aao toe: „Zacht beetpakken 1" Maar de roetverjager had hem nog niet. Met voel lawaai, jonge-bladeren-gcsuizel cn jónge-veoren-gesproei vloog het beest telkens een eind hooger, juist wanneer zijn vervolger zóó dicht genaderd was, dat hij hem met arm-uitstrekking zou kun nen bereiken. D© ander echter was ook onvermoeid. Aangevuurd door kreten als: „Geen kwaad doen 1 Geen kwaad doen 1" „Zacht beetpakken l" „Je krijgt een gulden als jo hern onge schonden or uit haalt", enz., kl.utcrdo hij telkens een eindje hooger of een eindje moer naar voren op de buigende takken, al naar het noodig was. Ten slotte bepaalde do kip, die nu vrij wel het hoogste punt bereikt bad, zicb er toe telkens een eindje verder te schuiven op den tak, waar zij nu zat, wanneer de ver volger haar to dicht op de hielen kwam, tot zij eindelijk vrijwel op het uiterste puntje zat. Do schoorsteenveger probeerdo behoedzaam de draagkracht, schoof nog iets verder, cn nog iets verder, doch be greep, dat lnj haar op deze manier toch niet zou kunnen bereiken. Doch hot opgo- ven wilde hij niet. Ben jo mal? Die kip zou best dat eindje naar beneden kunnen vliegen I Dan zou bij zijn gulden ook wel krijgen I En het beest, dat zooeven voor het eerst geschrikt was, leerde nu ook wat „jagen" be toekende. „Ksssch I" klonk het achter hiar Een zwarte arm werd opgeheven, dreig nd, spookachtig 1 En zij sprong in de ruimte... Mijnheer cn mevrouw Van Stugge en do meid Truitje benedeu gilden, thans onom- sluiord. Op het grind lag het Augusthenneke, „de trots cn de hope van het huis", to stuiptrekken. Hef. was bij den sprong te recht gekomen ojj den kant van het glar zen ren dak. Een poot krampjichtig gestrekt, de an der gebroken, een vleugel eveneens gebro ken, lag het met glazig wijd staren do oogen en schokt© geschrokken op en neer. Allo drie snelden toe. Mijnhrcr en me vrouw bevochten elkaar het beest als het ware. Het Augusthenneke werd in de huis kamer onder het schelle lamplicht in me- viouws schoot gelogd. Een rilling van tijd tot tijd was het eenig teeken van leven. Het kleine lichaam werd al koud en stijf. Een druppel bloed kraalde te voor schijn onder den vleugel. En toen het gestorven was, tastte mijn heer Van Stugge het zachtjes in het don zen lijf. „Voel maar", zei hij, terwijl zijn stem brak, „daar zat het eerste eitje I"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 5